Toelichting bij COM(2018)231 - Toepassing en werking van de .eu-topniveaudomeinnaam

Dit is een beperkte versie

U kijkt naar een beperkte versie van dit dossier in de EU Monitor.

1. ACHTERGROND VAN HET VOORSTEL

Motivering en doel van het voorstel

Het .eu-topniveaudomein (TLD) is in het leven geroepen bij Verordening (EG) nr. 733/2002 van het Europees Parlement en de Raad van 22 april 2002 betreffende de invoering van het .eu-topniveaudomein. Het .eu-TLD werd op 22 maart 2005 gedelegeerd 1 door de Internet Corporation for Assigned Names and Numbers (ICANN) en op 2 mei 2005 geüpload in de rootzone van het internet 2 . Het .eu-topniveaudomein (TLD) is ook onderworpen aan de regels van Verordening (EG) nr. 874/2004 van 28 april 2004 tot vaststelling van regels met betrekking tot het overheidsbeleid voor de toepassing en werking van het .eu-topniveaudomein en de beginselen inzake registratie.

Het .eu-topniveaudomein is de domeinnaam van de Europese Unie en haar burgers. Een specifieke domeinnaam voor de Europese Unie met een zeer duidelijk en herkenbaar gemeenschappelijk merkteken is een belangrijke en waardevolle bouwsteen voor de Europese online-identiteit. In overeenstemming met de doelstellingen van de strategie voor de digitale eengemaakte markt 3 biedt het .eu-TLD Europese bedrijven en burgers de mogelijkheid om aan e-handel te doen en actiever te zijn op de eengemaakte onlinemarkt.

Sinds de vaststelling van de .eu-verordeningen zijn de politieke en juridische context in de Unie, alsook de internetomgeving en de onlinemarkt aanzienlijk veranderd. In 2013 is de markt voor domeinnamen bijvoorbeeld sterk uitgebreid met de introductie van meer dan 1300 nieuwe generieke topniveaudomeinen (gTLD's), zoals .shop, .design en .wine. Om ervoor te zorgen dat het rechtskader van het .eu-TLD nog steeds zijn beoogde doel en waarden dient, is in het werkprogramma van de Commissie voorzien in een herziening van de .eu-verordeningen in het kader van het programma voor gezonde en resultaatgerichte regelgeving (Refit). Dit initiatief omvatte een evaluatie en een daarop aansluitende effectbeoordeling. Bij die evaluatie zijn de bestaande .eu-verordeningen, in het licht van de richtsnoeren voor betere regelgeving, beoordeeld op effectiviteit, efficiëntie, relevantie, coherentie en meerwaarde van de EU. In de effectbeoordeling zijn beleidsantwoorden geformuleerd op de uitdagingen die in de evaluatie naar voren zijn gekomen; deze vormen de basis voor de herziening van het .eu-regelgevingskader.

Uit de evaluatie 4 blijkt dat het .eu-domein een beproefd TLD is en nog steeds goed functioneert. Het is evenwel onderworpen aan een achterhaald en rigide rechtskader, in die zin dat i) het verouderde of rigide bepalingen bevat die niet makkelijk kunnen worden geactualiseerd, en ii) het op het gebied van toezicht en verantwoordingsplicht geen optimale governancestructuur biedt die in overeenstemming is met de door de Commissie voorgestelde benadering van internetgovernance, waardoor iii) verwacht kan worden dat het .eu-TLD in tijden van snel veranderende markten op steeds meer moeilijkheden zal botsen.

De situatie is momenteel niet dramatisch: het probleem is merkbaar op het niveau van de werking en het beheer van het .eu-TLD en treft voorlopig dus vooral de actoren die hierbij betrokken zijn. Indien maatregelen uitblijven, is wordt het probleem waarschijnlijk zo groot dat de eindgebruikers er last van ondervinden, met name waar het gaat om de duurzaamheid en aantrekkelijkheid van de .eu-extensie ten opzichte van andere concurrerende domeinnamen.

Dit initiatief is bedoeld om ervoor te zorgen dat een TLD dat betrekkelijk goed heeft gewerkt, dit ook in de toekomst blijft doen. Dit is wat het voorstel in het licht van deze beoordeling tot doel heeft:

a) verouderde wettelijke en administratieve vereisten wegnemen en er tegelijk voor zorgen dat het nieuwe regelgevingskader toekomstbestendig is en het .eu-TLD toelaat zich aan te passen aan snelle veranderingen op de markt van de topniveaudomeinen en in het dynamische digitale landschap;

b) de prioriteiten van de EU integreren en promoten in de onlinewereld door te zorgen voor een governancestructuur waarin zowel technische als bestuurlijke beste praktijken zijn opgenomen die het algemene belang van de EU dienen;

c) de huidige ontvankelijkheidscriteria voor de registratie van .eu-domeinen versoepelen zodat burgers van de Unie een .eu-domeinnaam kunnen registreren, ongeacht hun woonplaats;

d) de strikte verbodsbepalingen op verticale scheiding opheffen en duidelijke bepalingen vaststellen zodat de regels inzake eerlijke concurrentie worden toegepast in overeenstemming met het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie (VWEU).

Het voorstel komt tegemoet aan een ambitieuzere doelstelling voor het gebruik van het .eu-TLD en zorgt ervoor dat zoveel mogelijk EU-burgers er in de nabije toekomst voordeel bij hebben. Door een regelgevingskader op te zetten dat gebaseerd is op beginselen, dat toekomstigbestendig is, en niet wettelijk moet worden herzien om te kunnen inspelen op nieuwe ontwikkelingen op het gebied van de domeinnamen, zal het voorstel de innovatie in het .eu-ecosysteem bevorderen, zowel op het niveau van het register als in de downstreammarkten van registrators en registreerders.

Samenhang met bestaande bepalingen op het beleidsterrein

Dit voorstel is in overeenstemming met de doelstellingen van de strategie voor de digitale eengemaakte markt die erin bestaan grensoverschrijdende onlineactiviteiten in Europa te bevorderen, de beveiliging te versterken, het vertrouwen in de internetomgeving te vergroten, Europees ondernemerschap en Europese start-ups te stimuleren, en de Europese rechten van de burgers, waaronder hun recht op privacy, in het digitale tijdperk te verdedigen. Het herziene, vereenvoudigde en gestroomlijnde regelgevingskader voor het .eu-TLD waarin dit voorstel voorziet, zal het mogelijk maken dat het .eu-TLD beter werkt en beter wordt aangestuurd en vormt zo een positieve aanvulling op het EU-beleid, met name op het gebied van de digitale eengemaakte markt, het vertrouwen in en de beveiliging van het internet, meertaligheid, internetgovernance, de bevordering van Europees ondernemerschap en Europese start-ups, en de digitalisering van de Europese economie en samenleving.

In de conclusies van de Raad van 27 november 2014 over internetgovernance 5 heeft de Unie herhaald dat zij structuren voor multistakeholdergovernance wil bevorderen die berusten op coherente mondiale internetgovernancebeginselen, conform de mensenrechten en de fundamentele vrijheid op het internet. In overeenstemming met deze conclusies voorziet het voorstel in een Multistakeholderraad om de Commissie te adviseren over de versterking en verruiming van de input voor het goede beheer van het .eu-register. Zo zou het model aansluiten bij het door de Commissie geformuleerde beleid inzake internetgovernance, zoals uiteengezet in haar mededeling over 'Internetbeleid en -governance: de rol van Europa bij het vormgeven van de toekomst van internetgovernance' 6 .

Dit voorstel moet er ook voor zorgen dat zoveel mogelijk EU-burgers de vruchten van het .eu-TLD kunnen plukken. De innovatieve, toekomstbestendige en reactieve mechanismen zullen de gebruikers geruststellen dat de eigenaar van een .eu-domein gevestigd is in de Unie of er een daadwerkelijke band mee heeft en dat alle commerciële ondernemingen met een .eu-domein onderworpen zijn aan het recht van de Unie.

2. RECHTSGRONDSLAG, SUBSIDIARITEIT EN EVENREDIGHEID

Rechtsgrondslag

De rechtsgrondslag voor het optreden van de Unie is artikel 172 van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie (VWEU), dat betrekking heeft op maatregelen ter ondersteuning van de totstandbrenging en ontwikkeling van trans-Europese netwerken op het gebied van vervoers-, telecommunicatie- en energie-infrastructuur.

Domeinnamen zijn van essentieel belang voor de bevordering van de toegang tot en de interoperabiliteit van online-netwerken en -diensten. Overeenkomstig de artikelen 170 en 171 VWEU moet het .eu-topniveaudomein de interoperabiliteit van trans-Europese netwerken blijven verbeteren, zoals het doet sinds zijn creatie, door een extra registratiedomein aan te bieden naast de bestaande landcodetopniveaudomeinen (ccTLD's) in EU-lidstaten (bijv. .es, .fr, .de) of de mondiale registratie van generieke topniveaudomeinen (gTLD’s).

Subsidiariteit en evenredigheid

Het .eu-topniveaudomein heeft per definitie een grensoverschrijdende dimensie. Het is het topniveaudomein van de Europese Unie en een symbool van de Europese digitale identiteit van haar burgers, instellingen en ondernemingen. Het geeft gebruikers die in de hele eengemaakte markt actief willen zijn, een specifiek Europees karakter dat wereldwijd wordt erkend.

De Europese Unie is verantwoordelijk voor het overheidsbeleid ten aanzien van het .eu-TLD. Hoewel ccTLD’s van EU-lidstaten overeenkomstig de relevante nationale jurisdictie en de relevante toezichts- en governancemechanismen worden beheerd, kunnen de lidstaten op nationaal niveau niet voldoende regelgevende maatregelen ten aanzien van het .eu-TLD treffen en kan dit alleen op EU-niveau gebeuren.

Regelgevende maatregelen op het niveau van de lidstaten zouden niet volstaan om de doelstellingen die ten grondslag liggen aan de creatie en het beheer van een betrouwbare en vernieuwende namespace voor de EU te verwezenlijken, de prioriteiten van de Europese Unie op het internet te promoten en een meerwaarde te leveren door de gebruikers een ruimere keuze te bieden als aanvulling op de nationale ccTLD’s. De regelgeving inzake het .eu TLD valt dan ook binnen de bevoegdheid van de EU en kan niet aan de lidstaten worden gedelegeerd.

Een regelgevingskader voor het .eu-TLD op EU-niveau is nuttig om binnen het .eu-TLD een namespace te onderhouden en uit te breiden, waarin de toepasselijke wetgeving en regels inzake gegevens- en consumentenbescherming van de EU van toepassing zijn.

De voorgestelde verordening is niet van invloed op de manier waarop de lidstaten hun eigen landcodetopniveaudomein (ccTLD) beheren. Maatregelen op EU-niveau zijn daarom gerechtvaardigd om redenen van subsidiariteit en evenredigheid. De voorgestelde verordening gaat niet verder dan wat nodig is om de beleidsdoelstellingen te verwezenlijken en is dus in overeenstemming met het evenredigheidsbeginsel.

Keuze van het instrument

Dit voorstel strekt tot herziening van het rechtskader van het .eu-TLD, dat uit twee verschillende instrumenten bestaat: Verordening (EG) nr. 733/2002 en Verordening (EG) nr. 874/2004 van de Commissie (hierna de '.eu-verordeningen' genoemd).

De Commissie stelt een verordening voor om de samenhang en rechtszekerheid voor gebruikers en bedrijven te verzekeren. Een verordening biedt een solide rechtsgrondslag die ervoor zorgt dat de Unie verantwoordelijk is voor het .eu-TLD en de aanwijzing van de exploitant. Mogelijke uiteenlopende interpretaties door de lidstaten worden hiermee vermeden.

Door het beheer van het .eu-TLD stevig te verankeren in een verordening van de Unie, wordt gezorgd voor een sterke bescherming van de grondrechten, met name op het gebied van gegevensbescherming, privacy, beveiliging, meertaligheid en intellectuele-eigendomsrechten.

3. EVALUATIE, RAADPLEGING VAN BELANGHEBBENDEN EN EFFECTBEOORDELING

Evaluatie van bestaande wetgeving en controle van de resultaatgerichtheid ervan

Met de Refit-exercitie is nagegaan of het rechtskader van het .eu-TLD nog steeds zijn doel dient. Overeenkomstig de evaluatie heeft de Commissie het bestaande rechtskader van het .eu-TLD binnen de huidige omstandigheden, die zijn veranderd sinds het TLD is ingevoerd, beoordeeld op doeltreffendheid, efficiëntie, relevantie, coherentie en meerwaarde van de EU. Dit zijn de voornaamste bevindingen van de evaluatie:

·Doeltreffendheid: de .eu-verordeningen hebben de .eu-domeinnamen op een doeltreffende manier in heel de EU op grote schaal beschikbaar gesteld tegen lage kosten voor de consumenten. Hoewel de .eu-verordeningen doeltreffend zijn geweest bij het ondersteunen van e-handel en de interne markt, zijn er tekenen van een relatieve daling in de prestaties van het .eu-TLD.

·Efficiëntie: de .eu-verordeningen zorgen enigszins voor inefficiëntie, waardoor het .eu-TLD een concurrentienadeel ondervindt in de markt en de potentiële voordelen voor e-handel en de interne markt verminderen. Omdat het veel tijd en geld vergt om de gedetailleerde bepalingen te wijzigen, kan het .eu-TLD operationele of technische wijzigingen niet even snel door te voeren als de markt vraagt en de concurrentie kan.

·Relevantie: de doelstellingen van de .eu-verordeningen zijn nog steeds relevant voor de EU-burgers, zoals blijkt uit de hoge mate waarin ondernemingen en instellingen in de hele Unie .eu-domeinen gebruiken, actief benutten en hernieuwen. Het .eu-TLD is voor burgers en ondernemingen een concreet symbool van hun 'Europese identiteit' op het internet. De .eu-verordeningen zijn echter te ingewikkeld om snelle technische aanpassingen door te kunnen voeren (bijvoorbeeld in de technische normen met betrekking tot de Internationalised Domain Names 7 ) en zijn niet meer in overeenstemming zijn met de internationale beste praktijken.

·Coherentie: er zijn veel aanwijzingen dat de maatregel niet langer volledig coherent is: een al te stringente regelgeving levert het .eu-register een concurrentienadeel op in harder wordende marktomstandigheden; het rechtskader van het .eu-TLD is geen weerspiegeling van de huidige prioriteiten van de Unie, zoals de digitale eengemaakte markt; en de .eu-verordeningen beantwoorden niet aan internationale beste praktijken op het vlak van multistakeholdergovernance.

·Meerwaarde van de EU: het .eu-domein heeft per definitie een grensoverschrijdende dimensie. Een specifieke domeinnaam voor de Unie met een zeer duidelijk en herkenbaar gemeenschappelijk merkteken is een belangrijke en waardevolle bouwsteen voor een Europese online-identiteit.

Het oorspronkelijke rechtskader van het .eu-TLD was van cruciaal belang voor de creatie van een eigen namespace voor de Unie, maar omdat het achterhaald en rigide is, is het niet langer doeltreffend, efficiënt en coherent op de snel veranderende technologische markt van vandaag.

Raadpleging van belanghebbenden

Als onderdeel van de Refit-evaluatie van het rechtskader van het .eu-TLD heeft de Europese Commissie de belanghebbenden uitgebreid geraadpleegd. Deze raadplegingen hadden tot doel informatie te verzamelen voor de evaluatie, waarin het rechtskader van het .eu-TLD wordt beoordeeld op doeltreffendheid, efficiëntie, coherentie, relevantie en meerwaarde van de EU. De bedoeling was ook informatie te verzamelen over kwesties die eventueel door middel van wetgevende en/of niet-wetgevende initiatieven moeten worden herzien in het bestaande rechtskader van het .eu-TLD.

In de raadplegingsstrategie ter ondersteuning van de herziening van de .eu-verordeningen werd een onderscheid gemaakt tussen drie groepen van belanghebbenden: partijen die de gevolgen van de verordeningen rechtstreeks voelen in hun dagelijkse activiteiten, d.w.z. het .eu-register en de .eu-registrators; gebruikers van het .eu-TLD en andere belanghebbenden in het DNS-ecosysteem; en belanghebbenden die zouden kunnen profiteren van de bijdrage die het .eu-TLD levert aan de digitale eengemaakte markt en de Europese online-identiteit, en dus indirect de gevolgen van de .eu-verordening ondervinden. De strategie omvatte ook een openbare raadpleging, directe contacten en ad-hocvergaderingen met belanghebbenden, een rondetafeldiscussie met Europese registers, een enquête onder Europese ccTLD-registers en een enquête onder de huidige .eu-registrators. Naar aanleiding van de openbare raadpleging hebben belanghebbenden ook een aantal schriftelijke bijdragen ingediend. De "Openbare raadpleging over de evaluatie en herziening van de verordeningen betreffende het .eu-topniveaudomein” vond plaats van 12 mei tot en met 4 augustus 2017 en heeft 43 reacties van respondenten uit 17 lidstaten opgeleverd. De resultaten zijn online beschikbaar op 8 :

Bijeenbrengen en gebruik van expertise

1.

De Commissie heeft kwalitatieve en kwantitatieve gegevens uit diverse bronnen verzameld, waaronder:


·Openbare raadpleging: een openbare raadpleging over de evaluatie en herziening van de verordeningen betreffende het .eu-topniveaudomein.

·Enquêtes: de EURid-enquête bij registrators en de CENTR-enquête over landcodetopniveaudomeinregisters (ccTLD).

·Vergaderingen met belanghebbenden: een brainstormsessie met EURid over het regelgevingskader van het .eu-TLD; een vergadering met de Registrar Advisory Board van EURid over de ontvankelijkheidscriteria en verticale integratie; een gezamenlijke sessie met de Groep op hoog niveau inzake internetbeheer (HLIG) en CENTR over de invloed van landcodetopniveaudomeinen (ccTLD) op internetgovernance; een vergadering met het Europese landcodetopniveaudomeinregister .at over het regelgevingskader / Internet Foundation; een vergadering met ICANN over het regelgevingskader en internetgovernance.

·Schriftelijke bijdragen van belanghebbenden: Open-Xchange over DNS-beveiliging, DNSSEC; MARQUES, de Europese vereniging van merkhouders over de rol van internetgovernance en het regelgevingskader; European Communities Trade Mark Association; EURid over het regelgevingskader; het Bureau voor intellectuele eigendom van de Europese Unie over het regelgevingskader en de operationele vooruitzichten.

Effectbeoordeling

2.

De effectbeoordeling heeft de volgende specifieke beleidsdoelstellingen in kaart gebracht:


(1)verouderde juridische/administratieve voorschriften schrappen zodat het volledige potentieel van het .eu-TLD wordt benut om een positieve bijdrage te leveren aan de doelstellingen van de Unie, in het bijzonder op het gebied van digitaal beleid;

(2)ervoor zorgen dat de regels toekomstbestendig zijn en het .eu-TLD toelaten snel in te spelen op veranderingen in de markt van de topniveaudomeinen en in het dynamische digitale landschap, en ervoor zorgen dat het .eu-TLD kan worden gebruikt als instrument ter bevordering van de prioriteiten van de Unie in de onlinewereld;

(3)zorgen voor een governancestructuur die zowel de technische en bestuurlijke beste praktijken weerspiegelt, als het belang van de Unie dient;

(4)de aantrekkelijkheid van het .eu-TLD bevorderen.


3.

In de effectbeoordeling wordt nader ingegaan op een aantal mogelijke beleidsopties:


(a)basisscenario: handhaving van het huidige regelgevingskader voor het .eu-TLD;

(b)commercialisering: het regelgevingskader vereenvoudigen en de exploitatie en het beheer van het register uitbesteden aan een externe commerciële dienstverlener;

(c)modernisering van het rechtskader: het bestaande rechtskader vervangen door een op beginselen gebaseerd rechtsinstrument. Een extern systeem voor het beheer van het .eu-TLD zou, op contractbasis, worden gehandhaafd;

(d)aparte governance: combinatie van de moderniseringsoptie met de oprichting van een apart adviesorgaan van de Commissie bestaande uit verschillende belanghebbenden om de inbreng inzake goed beheer van het .eu-register doeltreffend te versterken en te verruimen, waarbij dit orgaan onafhankelijk zou zijn van het register;

(e)institutionalisering: beheer en exploitatie van het register door een dienst van de Commissie of een agentschap van de Unie.

Op basis van de analyse is geconcludeerd dat de voorkeur uitgaat naar 'aparte governance' in combinatie met het opheffen van de strenge eisen voor rechtstreekse registratie, een burgerschapscriterium voor natuurlijke personen en een verblijfscriterium voor organisaties en bedrijven.

De voorkeursoptie zou een meer gestroomlijnd, op beginselen gebaseerd rechtskader mogelijk maken. Deze optie zou het .eu-TLD voldoende flexibel maken om in te spelen op de snel veranderende technische verbeteringen van het domeinnamensysteem. Dat zou dus betekenen dat de eindgebruikers de vruchten van de technische verbeteringen zouden kunnen plukken zonder op wijzigingen van de verordeningen te moeten wachten. De voorkeursoptie zou ook de werking van het .eu-TLD verbeteren en daardoor de aantrekkelijkheid ervan op de TLD-markt vergroten. Een meer flexibel en responsief .eu-TLD zal op de lange termijn beter kunnen innoveren, snel nieuwe technische normen kunnen toepassen en dus een beter en concurrerender product kunnen aanbieden.

Op 16 februari 2018 heeft de Raad voor regelgevingstoetsing een positief advies met punten van voorbehoud uitgebracht. In overeenstemming met de aanbevelingen van de Raad voor regelgevingstoetsing heeft de Commissie haar effectbeoordelingsverslag verder verbeterd om de evaluatiebevindingen in de afdeling probleemomschrijving te stroomlijnen, en heeft ze de omvang van het probleem en het belang van de belanghebbenden in deze kwestie verduidelijkt. Het basisscenario is verder onderbouwd als optie. De beschrijving van de opties is vereenvoudigd zodat de impact ervan niet te wordt geanalyseerd of er te snel conclusies worden getrokken. De optie aparte governance is verder uitgewerkt om uit te leggen welke wettelijke voorschriften worden ingevoerd met betrekking tot de oprichting en werking van het aparte adviesorgaan met verschillende belanghebbenden en de taken en bevoegdheden van de Commissie. De tekst over de opties die in een vroeg stadium werden afgewezen, is herschreven met sterkere argumenten waarom deze opties zijn afgewezen. Er wordt nadere toelichting gegeven over de rechtstreekse registratie en de ontvankelijkheidscriteria, onder meer in de voorkeursoptie. In de afdeling 'toezicht' zijn de kernindicatoren met betrekking tot de domeinnaambranche verder verduidelijkt en is het verband met de operationele doelstellingen transparanter gemaakt. Deze werden op hun beurt gekoppeld aan de vier specifieke doelstellingen van het initiatief. In het verslag is verduidelijkt dat de succescriteria voor de voorkeursoptie regelmatig zullen worden geëvalueerd in het verslag dat de Commissie zal moeten voorleggen aan het Europees Parlement en de Raad over de toepassing, de doelmatigheid en de werking van het .eu-TLD. In het nieuwe kader zal deze verslaglegging ook dienen als een instrument om aan de hand van alle kernindicatoren het succes van de voorkeursoptie te beoordelen.

Resultaatgerichtheid en vereenvoudiging

Met dit initiatief worden ook vereenvoudiging en verbeterde efficiëntie nagestreefd. Deze doelstellingen komen duidelijk tot uiting in specifieke doelstelling a) 'verouderde juridische/administratieve voorschriften schrappen' en in specifieke doelstelling b) 'toekomstbestendige regels voor het .eu-TLD vaststellen'. Met het voorstel wordt een licht, op beginselen gebaseerd kader opgezet. In de primaire wetgeving zullen alleen de beginselen staan die bij de werking van het .eu-TLD in acht moeten worden genomen, terwijl alle onnodige en gedetailleerde administratieve en technische vereisten ofwel zullen worden verwijderd indien ze achterhaald zijn, ofwel zullen worden opgenomen in de overeenkomst die wordt gesloten tussen de Europese Commissie en de aangewezen exploitant van het register. Hierdoor zal het .eu-TLD zich kunnen aanpassen aan snelle veranderingen in de markt en aan het dynamische digitale landschap.

Door het voorstel zullen houders van het .eu-TLD minder lang moeten wachten op de beschikbaarheid van markt- en technische innovaties in de domeinnaamsector. De verkorting van deze wachttijden zal worden afgemeten aan de hand van de tijd die nodig is om het rechtskader van het .eu-TLD aan te passen aan dergelijke innovaties.

Het voorstel heeft tot doel om, met toekomstbestendige wetgeving en een reeks gemakkelijk aan te passen en gedetailleerde beleidslijnen voor het beheer en het bestuur van het .eu-TLD, de domeinnaam '.eu' te laten inspelen op een snel veranderende internetomgeving.

Grondrechten

Dit voorstel heeft dan wel betrekking op een hoofdzakelijk technische, sectorspecifieke kwestie die verband houdt met het domeinnamensysteem, toch zal het ook de grondrechten in de Europese Unie sterk blijven beschermen bij de exploitatie en het beheer van het .eu-TLD, in overeenstemming met de voorschriften van de Europese Unie op het gebied van gegevensbescherming, privacy, beveiliging en meertaligheid.

4. GEVOLGEN VOOR DE BEGROTING

De .eu-Multistakeholderraad moet adequaat worden gefinancierd. De kosten worden geraamd op ongeveer 50 000 EUR per jaar. Het nieuwe orgaan zal financieel worden ondersteund door de Commissie.

5. OVERIGE ELEMENTEN

Uitvoeringsplanning en regelingen betreffende controle, evaluatie en rapportage

De Commissie zal toezicht houden en controle uitoefenen op de organisatie, het bestuur en het beheer van het .eu-TLD door het register.

De Commissie zal de toepassing, de doelmatigheid en de werking van het .eu-TLD uiterlijk vijf jaar na de datum van toepassing van deze verordening beoordelen, en daarna elke drie jaar.

De Commissie zal bij het Europees Parlement en de Raad een verslag indienen met de bevindingen van deze beoordeling.

Artikelsgewijze toelichting

Hoofdstuk I van de verordening omvat de volgende algemene bepalingen: het onderwerp en de doelstellingen (artikel 1) en de definities (artikel 2).

Hoofdstuk II van de verordening bevat de belangrijkste bepalingen betreffende de toepassing van de .eu-topniveaudomeinnaam.

Deel I van dit hoofdstuk bevat de algemene beginselen voor de registratie van een .eu-topniveaudomeinnaam: het beschrijft de ontvankelijkheidscriteria (artikel 3), de algemene voorwaarden voor registratie en intrekking van domeinnamen (artikel 4), de talen, het toepasselijke recht en de rechterlijke bevoegdheid (artikel 5), de procedures voor de reservering van domeinnamen door het register, de Commissie en de lidstaten (artikel 6), en de procedures voor de accreditering van registrators (artikel 7).

Deel II betreft de aanwijzing en algemene werking van het register. Deze bepalingen hebben betrekking tot de aanwijzing door de Commissie (artikel 8), de eigenschappen (artikel 9), alsook de belangrijkste verplichtingen (artikel 10) van het register. Het hoofdstuk bevat ook een overzicht van beginselen en procedures betreffende de werking van het .eu-TLD die moeten worden opgenomen in de overeenkomst met het register en die zijn bedoeld om het beleidskader te specificeren waarbinnen het register zal functioneren (artikel 11). Ten slotte is er een specifieke bepaling over de werking en het doel van de WHOIS-databank (artikel 12).

Deel III heeft betrekking op het toezicht op de exploitant van het register. De bepalingen inzake de toezichthoudende bevoegdheden van de Commissie (artikel 13) en de vaststelling van een .eu-Multistakeholderraad (artikel 14), vormen de basis waarop deze groep de Commissie adviseert over het verdiepen en verbreden van de input voor het goede beheer van het .eu-register en het vergroten van de transparantie van de werking ervan.

Tot slot bevat hoofdstuk III van de verordening de slotbepalingen: het voorbehoud van rechten (artikel 15), de evaluatie en toetsing (artikel 16) en de comitéprocedure (artikel 17), overeenkomstig de artikelen 5 en 8 van Verordening (EU) nr. 182/2011. Het hoofdstuk bevat ook de overgangsbepalingen voor de overeenkomst (artikel 18) en de bepalingen inzake de intrekking van het huidige rechtskader (artikel 19) en de datum van inwerkingtreding (artikel 20). Voorzien wordt dat de verordening maximaal drie jaar na de inwerkingtreding ervan van toepassing wordt. Op die manier wordt het risico beperkt dat diensten van het .eu-TLD worden onderbroken bij de overgang van het oude naar het nieuwe rechtskader, aangezien de Commissie het register moet aanwijzen en er een nieuwe overeenkomst mee moet aangaan en het register zich moet voorbereiden op de organisatie, het bestuur en het beheer van het .eu-TLD.