Toelichting bij COM(2018)304 - Onderwijs in noodsituaties en aanhoudende crises

Dit is een beperkte versie

U kijkt naar een beperkte versie van dit dossier in de EU Monitor.

dossier COM(2018)304 - Onderwijs in noodsituaties en aanhoudende crises.
bron COM(2018)304 NLEN
datum 18-05-2018
EUROPESE COMMISSIE

1.

Brussel, 18.5.2018


COM(2018) 304 final

MEDEDELING VAN DE COMMISSIE AAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD

over onderwijs in noodsituaties en aanhoudende crises


2.

1. Een verbintenis voor veilig, inclusief en kwaliteitsvol onderwijs in noodsituaties en aanhoudende crises in het externe optreden van de EU


De Agenda 2030 voor duurzame ontwikkeling, in het bijzonder Doelstelling 4 hiervan 1 , erkent het belang van onderwijs en opleiding van hoge kwaliteit als een essentiële basis om grote wereldwijde uitdagingen aan te pakken. In 2016 werd dit erkend op de wereldtop over humanitaire hulp met de lancering van het platform Education Cannot Wait 2 om het aanbod van onderwijs in noodsituaties en aanhoudende crises te transformeren.

Het recht op onderwijs wordt erkend in het Handvest van de grondrechten van de Europese Unie 3 dat is gericht tot de EUinstellingen, alsook tot de lidstaten wanneer deze het EU-recht uitvoeren. Het is van essentieel belang voor vreedzame maatschappelijke ontwikkeling 4 , economische groei en de verwezenlijking van het individuele potentieel. Het Verdrag betreffende de Europese Unie verbindt de EU er uitdrukkelijk toe de bescherming van de rechten van het kind te bevorderen 5 . Het recht op kwaliteitsvolle en inclusieve voorzieningen voor onderwijs, opleiding en een leven lang leren is het eerste beginsel van de Europese pijler van sociale rechten 6 . Kinderen krijgen een bijzondere plaats in het externe optreden van de EU, die is verankerd in de rechten van het kind 7 en die bevestigt dat "verbetering van de omstandigheden van kinderen essentieel [is] als we fragiele staten willen voorkomen en duurzame ontwikkeling op lange termijn, sociale cohesie, stabiliteit en veiligheid op nationaal, regionaal en mondiaal niveau willen waarborgen" 8 .

In werkelijkheid wordt miljoenen kinderen echter toegang tot kwaliteitsvol onderwijs ontzegd door steeds langer aanhoudende conflicten, gedwongen ontheemding, geweld, klimaatverandering en rampen. Dat leidt tot ongeschoolde, verloren generaties. Het zijn bovendien belangrijke redenen waarom velen de gevaarlijke reis ondernemen naar Europa 9 en andere regio's in de wereld, wat van invloed is op de stabiliteit en de ontwikkeling van deze gebieden.

De helft van de kinderen die wereldwijd niet naar school gaan, leeft in door crises en conflicten getroffen omgevingen en bijna de helft van de vluchtelingen gaat op lagereschoolleeftijd niet naar school. Hierdoor ziet de EU zich genoodzaakt te reageren met gebruikmaking van haar vele instrumenten en benaderingen. In de afgelopen jaren heeft de EU haar steun voor onderwijs in noodsituaties en aanhoudende crises wereldwijd aanzienlijk uitgebreid in het besef dat onderwijs de meest chronisch ondergefinancierde sector bij crises is, die minder dan 3 % van de totale wereldwijde financiering voor humanitaire hulp vertegenwoordigt 10 . De EU heeft de financiering voor onderwijs in noodsituaties en crises verhoogd van 1 % van haar humanitaire hulp in 2015 naar 8 % in 2018, met als uiteindelijk doel 10 % vanaf 2019. Een groot deel van haar bilaterale ontwikkelingshulp voor onderwijs voor de periode 2014-2020 is bestemd voor fragiele en door crisis getroffen landen. De EU is een toonaangevende donor voor onderwijs in respons op de regionale crisis in Syrië en verstrekt aanzienlijke multilaterale financiering aan wereldwijde initiatieven om te voorzien in de onderwijsbehoeften in noodsituaties en crises 11 .

De huidige EU-steun voor onderwijs in noodsituaties en aanhoudende crises heeft betrekking op alle onderwijsniveaus, waarbij wordt samengewerkt met overheden, agentschappen van de Verenigde Naties, nietgouvernementele organisaties, het maatschappelijk middenveld, actoren uit de private sector, het wereldwijde partnerschap voor onderwijs en andere belanghebbenden. Bilaterale steun en beleidsdialoog met overheden gaan gepaard met verschillende initiatieven om onderwijsverstoring in de hele wereld te beperken, van de inrichting van tijdelijke leerruimtes tot de ontwikkeling van leerprogramma's op afstand voor kinderen die niet tot bij scholen geraken. De EU is bijvoorbeeld op grote schaal tegemoetgekomen aan de onderwijsbehoeften van Syrische kinderen met behulp van bilaterale ontwikkelingsfinanciering, humanitaire hulp, het Regionaal Trustfonds van de Europese Unie in respons op de Syrische crisis en de faciliteit voor vluchtelingen in Turkije.

In de afgelopen jaren zijn de behoeften op het terrein aanzienlijk toegenomen en zijn er nieuwe uitdagingen ontstaan. Hoewel haar middelen niet afdoende zijn voor de omvang van de behoeften, is er een belangrijke rol weggelegd voor de EU: zij moet haar respons uitbreiden, zich richten op het bereiken van de meest hulpbehoevenden 12 en wereldwijd steun verwerven voor verdere acties.

In deze mededeling wordt daarom een geactualiseerd EUbeleidskader voorgesteld om, via het externe optreden van de EU, de toenemende uitdagingen van onderwijs in noodsituaties en aanhoudende crises buiten de EU aan te pakken. Er wordt een benadering voorgesteld die zorgt voor een versterking van de wederzijdse verantwoordelijkheid tussen de relevante externe instrumenten van de EU om te voorzien in de onderwijsbehoeften in noodsituaties en crises via humanitaire en ontwikkelingshulp, op basis van coördinatie, complementariteit en politieke actie ("nexus" 13 ). Ze weerspiegelt ook nieuwe en opkomende prioriteiten, zoals de effecten van geweld op onderwijs.

Inspelen op de onderwijsbehoeften in noodsituaties en crises vereist een holistische benadering. In deze mededeling wordt uiteengezet hoe de Commissie de term onderwijs in noodsituaties en aanhoudende crises in de breedste zin interpreteert. Deze interpretatie vindt haar oorsprong in een strategische en geïntegreerde benadering om veilige, inclusieve en kwaliteitsvolle leermogelijkheden voor iedereen te bevorderen. Onderwijs omvat een leven lang leren en heeft dus betrekking op het formele en nietformele 14 aanbod van vastgestelde onderwijsniveaus, van onderwijs voor jonge kinderen, primair onderwijs, secundair onderwijs en postsecundair niettertiair onderwijs tot tertiair onderwijs (met inbegrip van technische en beroepsopleidingen, universiteit en andere vormen van ontwikkeling van vaardigheden).

De benadering van de Commissie ten aanzien van onderwijs in noodsituaties en crises omvat plotselinge en zich geleidelijk ontwikkelende noodsituaties, conflicten, geweldsituaties, gedwongen ontheemding, door de mens en door de natuur veroorzaakte rampen en noodsituaties op het gebied van de volksgezondheid, aanhoudende en terugkerende crises of een combinatie hiervan. Deze benadering streeft ernaar de continuïteit van het aanbod van onderwijs te ondersteunen en richt zich daarbij op de nexus tussen humanitaire hulp en ontwikkelingshulp met het oog op paraatheid, rampenrisicovermindering, preventie, beperking, noodrespons, steun tijdens aanhoudende crises en herstel.

3.

1.1. Het risico van verloren generaties


Een derde van de wereldbevolking is kind, maar kinderen vertegenwoordigen wel meer dan de helft van alle mensen die worden getroffen door humanitaire crises. De helft van de kinderen die wereldwijd niet naar school gaan, zijn meisjes en jongens die worden geconfronteerd met dergelijke crises, en dit aantal neemt toe 15 . Syrië, Irak, Jemen, Afghanistan, ZuidSudan en de Democratische Republiek Congo zijn enkele van circa 35 door crisis getroffen landen waar bijna 75 miljoen kinderen in de schoolgaande leeftijd (3-18 jaar) een verstoring van hun onderwijs ervaren 16 . Dit risico is aanzienlijk groter voor ontheemden. Het vluchtelingenagentschap van de Verenigde Naties schat dat meer dan 65 miljoen mensen momenteel ontheemd zijn (het hoogste cijfers sinds de Tweede Wereldoorlog), waarbij de ontheemding gemiddeld vaak meer dan 20 jaar duurt 17 . Iets meer dan de helft van de vluchtelingen in de lagereschoolleeftijd gaat naar school, terwijl minder dan een kwart van de equivalente leeftijdsgroep secundair onderwijs volgt en slechts 1 % tertiair onderwijs. Meisjes zijn duidelijk kwetsbaarder. Zij hebben 2,5 keer meer kans om niet naar school te gaan in getroffen landen 18 .

De toekomst van miljoenen kinderen en jongeren wordt bedreigd door een toename van het geweld in onderwijsomgevingen 19 , met inbegrip van aanvallen op scholen en universiteiten, zoals ontvoeringen van studenten, het militair gebruik van scholen, de aanwezigheid van landmijnen, niet-geëxplodeerde oorlogsmunitie en oorlogsresten rond scholen en de vernietiging van onderwijsgebouwen. Onderwijs kan worden misbruikt door overheden om haat en intolerantie in de hand te werken, ongelijkheid en onderdrukking te bevorderen en kwetsbare kinderen te rekruteren om gewelddaden te plegen 20 . Ongelijkheid in het aanbod van onderwijs kan een gevoel van onrechtvaardigheid creëren en gemarginaliseerde groepen verder benadelen, wat uiteindelijk conflicten kan aanwakkeren 21 .

Kinderen en jongeren die niet naar school gaan, lopen een groter risico op seksueel en gendergerelateerd geweld, gewelddadig extremisme, gedwongen huwelijken, zwangerschappen op jonge leeftijd, kinderarbeid en gedwongen rekrutering 22 . Steeds opnieuw de kop opstekende, gewelddadige en vaak aanhoudende conflicten, gedwongen ontheemding, ongelijkheid en beperkte economische mogelijkheden en toegang tot basisdiensten vergroten de kwetsbaarheid voor deze risico's verder. De effecten van crises op de toegang tot onderwijs, zoals sluitingen van scholen of militaire aanwezigheid in scholen, kunnen leiden tot de ontheemding van mensen op zoek naar veiligere omgevingen, heel vaak in levensbedreigende omstandigheden. Onderwijs is een belangrijke meeneembare troef.

Noodsituaties en aanhoudende crises leiden tot een verdere verzwakking van onderwijssystemen die al te weinig middelen hebben, en ondermijnen zo de leerresultaten en het potentieel van kinderen en jongeren. Frequente onderwijsverstoringen en de psychosociale schade die wordt veroorzaakt door traumatische gebeurtenissen, belemmeren het leerproces en worden verergerd door lerarentekorten en overvolle klaslokalen.

4.

1.2. Het externe optreden van de EU versterken


Met het oog op de verwezenlijking van de duurzameontwikkelingsdoelstellingen en in overeenstemming met de Onderwijsagenda 2030 zal de EU zich richten op vier strategische prioritaire actieterreinen:

1.systemen en partnerschappen versterken voor een snelle, efficiënte, effectieve en innovatieve respons inzake onderwijs;

2.toegang, inclusie en billijkheid bevorderen;

3.onderwijs voor vrede en bescherming aanmoedigen;

4.kwaliteitsvol onderwijs ondersteunen voor betere leerresultaten.

Om vooruitgang te boeken ten aanzien van deze prioriteiten zal de Commissie zorgen voor verbeterde werkwijzen in termen van coördinatie, wereldwijd leiderschap en financiering.

Gezamenlijke en gecoördineerde programmering en planning zullen worden bevorderd binnen de Commissie, met de EUlidstaten en met andere donoren en partners, met een evenwicht tussen respons op kort, middellange en lange termijn. De EU zal haar wereldwijde rol, bereik en instrumenten gebruiken om de wereldwijde aandacht voor onvervulde behoeften en financieringstekorten te vergroten en de coördinatie en de operationele responscapaciteit te versterken.

In de afgelopen 3 jaar hebben verhoogde politieke inspanningen geleid tot verhogingen van de humanitaire financiering voor onderwijs in noodsituaties van de EU, op basis van de omvang van de behoeften. Deze financiering moet nu worden voortgezet om werk te kunnen maken van de strategische prioriteiten van de EU en uiteindelijk de miljoenen kinderen en jongeren te bereiken die verloren generaties dreigen te worden.

·De Commissie zal ernaar streven vanaf 2019 10 % van haar humanitaire hulp toe te wijzen aan onderwijs in noodsituaties en aanhoudende crises 23 .

·De Commissie zal wereldwijd gecoördineerde, tijdige, voorspelbare en flexibele financiering voor onderwijs in noodsituaties en aanhoudende crises ondersteunen.


5.

2. Strategische prioriteiten voor onderwijs in noodsituaties en aanhoudende crises


6.

2.1. Systemen en partnerschappen versterken voor een snelle, efficiënte, effectieve en innovatieve respons inzake onderwijs


Met het oog op de beschikbaarheid, de voorspelbaarheid en de transparantie van de financiering voor onderwijs in noodsituaties en crises en in overeenstemming met de verbintenissen van de wereldtop over humanitaire hulp van 2016 24 zullen de EUacties de effectiviteit van de respons voor de hele nexus tussen humanitaire hulp en ontwikkelingshulp verbeteren. Hierbij zal de Commissie onder andere de volgende maatregelen goedkeuren: gedeelde vooruitzichten op korte, middellange en lange termijn, sterkere coördinatiemechanismen, gezamenlijke analysen, gezamenlijk toezicht op acties en gedeelde rapportagebijdragen. Dit zal bijdragen tot een contextueel relevante mix van voorspelbare, meerjarige financieringssteun op korte tot middellange termijn.

De Commissie zal haar acties voor het aanbod van onderwijs als een mondiaal collectief goed versterken en stroomlijnen, via multilaterale financiering, technische bijstand, wereldwijde bijeenkomsten, deelname in adviesorganen en andere mogelijkheden om extern op te treden.

De Commissie zal een gerichte benadering hanteren om onderwijssystemen te versterken. Daartoe zal ze gebruikmaken van haar rol op het gebied van politieke dialoog en bilaterale steun. Waar mogelijk en passend zal financiering van de Unie overheidssystemen, met inbegrip van degene die vluchtelingen opvangen 25 , ondersteunen als de belangrijkste plichtendragers van het recht op onderwijs. Als rechtstreekse steun aan overheden niet mogelijk of passend is, zal de systeemversterking de meest geschikte beschikbare onderwijsactoren ondersteunen 26 .

Met het oog op een eenvoudigere op behoeften gebaseerde prioritering van EUsteun, afgestemd op de prioriteiten van nationale autoriteiten, zal de Commissie onderwijsbehoeften in verband met noodsituaties en aanhoudende crises opnemen in de steun voor de planning van de onderwijssector. Financiering van de Unie zal worden gebaseerd op sterke behoefteanalysen, onder andere van ministeries van onderwijs, VNagentschappen, nietgouvernementele organisaties, organisaties uit het maatschappelijk middenveld, actoren uit de private sector en andere relevante actoren.

Actoren op alle niveaus zullen ondersteuning krijgen om de verzameling, het beheer en de analyse van gegevens, onder andere over onderwijsfinanciering en leerresultaten, te verbeteren. Acties die beste praktijken en effectieve en innovatieve manieren om informatie te delen en te beheren identificeren, zullen ook worden ondersteund. Er zal prioriteit worden verleend aan capaciteitsopbouw voor alle actoren in de sector en op alle niveaus, waar passend in samenwerking met de private sector.

Terwijl de EU zich inzet voor publieke onderwijsdiensten 27 , kunnen actoren uit de private sector en het maatschappelijk middenveld een meerwaarde bieden bij de ondersteuning van deze diensten. De Commissie zal de private sector aanspreken om innovatieve benaderingen te identificeren en te ontwikkelen en onderwijshervormingen te koppelen aan maatschappelijke behoeften en kansen op de arbeidsmarkt. Er zijn verbeterde partnerschappen en coördinatiemechanismen nodig met andere relevante domeinen, zoals gezondheid, levensonderhoud, bescherming en voeding, om geïntegreerde en holistische antwoorden te bieden op de behoeften van kinderen in noodsituaties en crises.

Voorbeelden van goede praktijken:

In Libanon steunt de EU de 'Reaching All Children with Education'-strategie van het Ministerie van Onderwijs en Hoger Onderwijs om de integratie van Syrische vluchtelingen in het nationale systeem te vergemakkelijken. De EUsteun wordt gecoördineerd via een gezamenlijk kader voor humanitaire ontwikkeling op nationaal niveau, dat een evenwicht biedt tussen bilaterale hulp en steun via het Regionaal Trustfonds van de Europese Unie in respons op de Syrische crisis en humanitaire hulp. De tenuitvoerlegging wordt ondersteund door VNagentschappen en nietgouvernementele organisaties.

De EU speelt een leidende rol in het Education Dialogue Forum, dat werd gelanceerd in het kader van het fonds 'Education Cannot Wait' en dat humanitaire hulpverleners en ontwikkelingswerkers samenbrengt die zich bezighouden met de ondersteuning van het onderwijs in Syrië. Dit heeft een gedeeld toezicht op de programmering, gezamenlijke analysen en een betere coördinatie mogelijk gemaakt.

De EU heeft steun verleend aan recente inspanningen om het Comprehensive Refugee Response Framework op regionaal niveau toe te passen, onder andere via de ministeriële conferentie over onderwijs voor vluchtelingen die in december 2017 in Djibouti werd gehouden onder auspiciën van de intergouvernementele autoriteit voor ontwikkeling van de regio en de regering van Djibouti. De verklaring en het actieplan die hieruit zijn voortgekomen, bevatten verbintenissen om vluchtelingen te integreren in nationale onderwijssystemen, minimumnormen endoelstellingen uit te werken en een regionaal mechanisme voor de erkenning van kwalificaties te ontwikkelen.

In 2015 vernietigden aardbevingen in Nepal 35 000 klaslokalen, waardoor ongeveer 1 miljoen kinderen niet meer naar school konden gaan. De EU werkte samen met de regering en andere partners om tijdelijke leercentra in te richten en essentiële goederen te leveren zodat zo veel mogelijk kinderen zo snel mogelijk terug naar school konden gaan. De EU steunt het ontwikkelingsplan voor de onderwijssector van Nepal om 'beter te herbouwen' in door aardbevingen getroffen gebieden, waarbij wordt geprobeerd in contact te komen met gemarginaliseerde groepen, planning en beheercapaciteiten op alle niveaus worden versterkt en wordt gezorgd voor onderwijs en leermethoden van betere kwaliteit.


Belangrijkste acties om governance, verantwoording en financiering te verbeteren:

·de versterking van EUbrede en wereldwijde coördinatie, transparantie en verantwoording van financiering ondersteunen, bijvoorbeeld door steun te verlenen aan verbeteringen van de norm van het internationale initiatief inzake transparantie van ontwikkelingshulp voor rapportage over onderwijs in noodsituaties en crises;

·sterkere samenwerkingspartnerschappen bevorderen, ook op mondiaal niveau, bijvoorbeeld door onderwijsacties met meerdere belanghebbenden te financieren die een meerwaarde en een betere impact creëren door de expertise en de ervaringen van alle partners, met name VNagentschappen en de private sector;

·in samenwerking met nationale autoriteiten investeren in innovatieve benaderingen voor het beheer, de transparantie en de rapportage van gegevens, onder andere voor de opvolging van docenten en kinderen die niet naar school gaan, om de continuïteit van het onderwijs en de erkenning van prestaties te vergemakkelijken;

·steun verlenen aan de capaciteitsopbouw van onderwijsactoren in noodsituaties en crises, zoals coördinerende instanties, responsactoren en overheden, met de nadruk op het maatschappelijk middenveld en lokale actoren, via nieuwe en bestaande initiatieven voor capaciteitsontwikkeling, zoals de Global Education Clusteropleidingen.

7.

2.2. Toegang, inclusie en billijkheid bevorderen


Vreedzame coexistentie, interculturele gevoeligheid, succesvolle integratie in gastgemeenschappen en sociale cohesie zijn cruciale functies van onderwijs in noodsituaties en crises. De EU zal steun verlenen voor de integratie van ontheemde kinderen en jongeren in onderwijssystemen, ook aan gastgemeenschappen, en zo actief de verbintenissen in de nieuwe Europese consensus over ontwikkeling en de mededeling over 'Waardig leven: van afhankelijkheid van steun tot zelfredzaamheid' 28 uitvoeren.

Rekening houdend met de omvang van de behoeften en de beperkingen van de EUsteun in dit opzicht, zullen de acties zich richten op de meest hulpbehoevenden, zoals:

·kinderen en jongeren die niet naar school gaan en van wie het onderwijs verstoord dreigt te raken;

·gedwongen ontheemde kinderen en jongeren (vluchtelingen en binnenlands ontheemden) en hun gastgemeenschappen;

·kwetsbare en kansarme groepen, waaronder kinderen en jongeren die van hun familie gescheiden en niet-begeleid zijn, die in moeilijk bereikbare gebieden wonen, die een handicap of bijkomende behoeften hebben, die betrokken zijn geweest bij strijdkrachten en gewapende groeperingen (met bijzondere aandacht voor hun reintegratie door onderwijs) en die tot etnolinguïstische minderheden en armere sociaaleconomische groepen behoren.

Er is een proactieve en snelle respons op alle niveaus nodig om onderwijsverstoring tot een minimum te beperken en inclusieve, veilige en beschermende onderwijskansen te bevorderen. Elke week, elke maand en elk jaar zonder school zorgt ervoor dat kinderen in de schoolgaande leeftijd verder gescheiden raken van hun onderwijstraject en verkleint de kans dat ze terug naar school gaan.

Aangezien de overgrote meerderheid van de gedwongen ontheemde kinderen en jongeren wordt opgevangen in laag- of middeninkomenslanden 29 , moet flexibele steun op korte termijn gepaard gaan met voorspelbare financiering op langere termijn om de weerbaarheid en de effectiviteit van onderwijssystemen te versterken. Onderwijssystemen moeten zich aanpassen om terugkerende en aanhoudende ontheemding te beheren en te voorzien in de behoeften van zowel gedwongen ontheemde bevolkingsgroepen als gastgemeenschappen. Hiervoor moeten de uitdagingen worden aangepakt die gastgemeenschappen ervaren om inclusieve en hoogwaardige onderwijsdiensten te garanderen, op basis van een verbintenis voor gedeelde verantwoordelijkheid met getroffen landen.

Noodsituaties en aanhoudende crises hebben een onevenredig effect op het onderwijs van vrouwen en meisjes. Specifieke gendergerelateerde risico's die meisjes en jongens in noodsituaties en crises ervaren, zijn onder andere huwelijken op jonge leeftijd en gedwongen huwelijken, zwangerschappen op jonge leeftijd, kinderarbeid, rekrutering door gewapende groeperingen en seksueel en gendergerelateerd geweld. Onderwijsdiensten moeten inspelen op de behoeften van meisjes en jongens. Ze moeten bijvoorbeeld prioriteit verlenen aan gendergescheiden toiletten bij het herstel van scholen om tegemoet te komen aan de ongerustheid over de veiligheid van studenten en ouders. De Commissie zal voorts de nadruk leggen op het belang van de inclusie van kwetsbare en kansarme groepen. Jongeren, die vaak tussen wal en schip vallen'' bij onderwijssteun omdat ze volwassen verantwoordelijkheden opnemen, moeten bijzondere aandacht krijgen, met bijzondere nadruk op hun genderspecifieke behoeften.

Voorbeelden van goede praktijken:

Met de steun van de EU heeft het innovatieve project inzake voorwaardelijke overdracht van fondsen voor onderwijs in Turkije meer dan 290 000 kinderen in kwetsbare vluchtelingenfamilies bereikt en ondersteund om regelmatig naar school te gaan.

De EU ondersteunde de ontwikkeling van de snelle respons op bevolkingsbewegingen in de Democratische Republiek Congo. Dit mechanisme biedt snelle behoefteanalysen om te zorgen voor een geïntegreerd steunpakket voor bevolkingen in een context van ontheemding, ziektes of natuurrampen.

Samen met de lidstaten levert de EU de grootste financiële bijdrage aan de Organisatie van de Verenigde Naties voor hulpverlening aan Palestijnse vluchtelingen in het Nabije Oosten (UNRWA). UNRWA verleent steun aan meer dan 513 000 kinderen en jongeren om naar school te gaan in bijna 700 basisscholen, middenscholen en middelbare scholen en centra voor beroepsopleiding in Gaza, op de Westelijke Jordaanoever en in de rest van de regio.

Toen Sierra Leone in 2014 werd getroffen door ebola, waren de scholen gedurende 9 maanden gesloten. Met de steun van de EU hielp het wereldwijde partnerschap voor onderwijs om alternatief onderwijs via televisie en radio aan te bieden waarnaar kinderen konden kijken en luisteren terwijl ze niet naar school gingen. Zodra de scholen konden worden heropend, zorgde het partnerschap voor veilige leeromgevingen door scholen te ontsmetten en handwasstations en benodigdheden te voorzien.


Belangrijkste acties om toegang, inclusie en billijkheid te verbeteren:

·mechanismen voor een proactieve en snelle respons, onder andere door humanitaire organisaties en overheden, ondersteunen en bevorderen om kinderen en jongeren te bereiken tijdens noodsituaties en crises en ernaar te streven hen binnen 3 maanden opnieuw onderwijs te bieden 30 ;

·prioriteit verlenen aan steun voor de meest hulpbehoevende kinderen en jongeren als gevolg van noodsituaties en aanhoudende crises;

·waar mogelijk de capaciteit van de belangrijkste actoren in onderwijssystemen, met name ministeries van onderwijs, versterken om hen te helpen onderwijssystemen voor te bereiden en aan te passen om terugkerende en aanhoudende ontheemding te beheren;

·de genderspecifieke behoeften van kinderen en jongeren, in het bijzonder met betrekking tot onderwijs en bescherming, ondersteunen, met bijzondere aandacht voor het onderwijs van meisjes en jonge vrouwen, in overeenstemming met het genderactieplan 2016-2020 31 .

8.

2.3. Onderwijs voor vrede en bescherming aanmoedigen


Onderwijs is een krachtig instrument voor sociale transformatie, meer billijkheid, welvaart en vredesopbouw. Slecht, misbruikmakend of manipulatief onderwijsbeheer kan echter conflicten aanwakkeren door onderdrukking, ongelijke kansen en resultaten of het in de hand werken van haat en geweld. De EU zal conflictbewust onderwijs 32 bevorderen en empirisch onderbouwd onderwijsbeleid ondersteunen dat gelijkheid bevordert en kinderen en jongeren beschermt tegen stigmatisering door anderen, het in de hand werken van haat, gewelddadig extremisme en rekrutering door gewapende groeperingen.

De inrichting van veilige, beschermende en kwaliteitsvolle leeromgevingen staat centraal in de benadering van de Commissie. Er zijn goede praktijken nodig om kinderen en jongeren te beschermen, op basis van het niet-schadenbeginsel. Rekening houdend met het feit dat institutionele en sociale waarborgen vaak verdwijnen tijdens een crisis, zijn er systemen voor de vrijwaring van kinderen nodig in de voorbereidings-, plannings-, uitvoerings- en overgangsfasen van acties. De Commissie erkent en ondersteunt de centrale rol van ouders en mantelzorgers in het onderwijs en de bescherming van kinderen en de bredere rol van gemeenschappen in beide.

In het bijzonder in noodsituaties en crises moet bescherming centraal staan in onderwijssystemen op alle niveaus, met de nadruk op beleid, processen en praktijken voor geweldloze scholen, met inbegrip van de preventie van seksueel en gendergerelateerd geweld. Er zal steun worden verleend aan acties om de behoefteanalysen en de planning inzake kinderbescherming te versterken en aan innovatieve maatregelen om te voorzien in vastgestelde behoeften.

Om weerbaardere onderwijssystemen te ondersteunen, zal de EU-steun verder gaan dan infrastructurele steun om bestand te zijn tegen rampen 33 en ook steun voor rampenrisicovermindering en crisisbewuste onderwijsplanning omvatten. Onderwijsinfrastructuur moet structureel veilig zijn en bijdragen tot veilig en inclusief leren. Infrastructurele steun in noodsituaties en crises zal een reeks opties omvatten, afgestemd op nationaal overeengekomen normen, zoals tijdelijke leerruimtes, het herstel van beschadigde scholen en de bouw van scholen.

Onderwijs is een essentieel onderdeel van de benadering van weerbaarheid van de Commissie 34 omdat het helpt bij het opbouwen van individuele en maatschappelijke weerbaarheid. Onderwijs is een hoeksteen van individuele weerbaarheid. Het zorgt voor het welzijn van nieuwe generaties, biedt bescherming en bevordert het sociale en emotionele welzijn en de cognitieve ontwikkeling van door noodsituaties en crises getroffen mensen. De EU-steun zal het aanbod van psychosociale ondersteuning bevorderen, zoals ondersteuning voor docenten en andere zorgverstrekkers en verwijzings- en responstrajecten voor kinderen en jongeren die gespecialiseerde diensten nodig hebben. Dergelijke acties moeten een vast onderdeel vormen van bestaande en nationale verwijzings- en responsmechanismen.

Teneinde aanvallen op onderwijsinstellingen aan te pakken en volledig te doen verdwijnen, erkent en ondersteunt de Commissie het werk van de Global Coalition to Protect Education from Attack en zal ze initiatieven ondersteunen om de Verklaring inzake veilige scholen 35 te bevorderen en uit te rollen. Scholen moeten veilige havens zijn, gewaarborgd door het internationaal humanitair recht.

Voorbeelden van goede praktijken:

De EU ondersteunde het 'Schools as Zones of Peace'-project in de Democratische Republiek Congo. Het project heeft tot doel de bescherming van meisjes en jongens op school te waarborgen, onderwijsverstoringen als gevolg van gewapende conflicten te voorkomen en ervoor te zorgen dat ieder kind het goed doet en wordt onderwezen in een omgeving die vrij is van verstoringen, geweld en aanvallen.

Het Better Learning Programme in Palestina 36 wordt gesteund door de EU om psychosociale ondersteuning te bieden aan kinderen die nachtmerries hebben als gevolg van hun ervaringen met geweld. Het combineert groepsactiviteiten die docenten kunnen organiseren, met gespecialiseerde diensten voor kinderen die extra ondersteuning nodig hebben.

Met het oog op de ondersteuning van het onderwijs van ontheemde kinderen die terugkeren naar hun dorpen in de Federaal Bestuurde Tribale Gebieden (FATA) in Pakistan, heeft de EU samengewerkt met lokale autoriteiten en andere agentschappen om 'beter te herbouwen' voor de langere termijn. Er werden veilige, beschermende en gendervriendelijke leerruimtes ingericht voor 45 000 kinderen. Er werd ook gezorgd voor vredesopbouwactiviteiten, beroepsvaardigheden en stageprogramma's voor jongeren. Deze acties maken deel uit van een tienjarig onderwijsplan van de lokale overheid dat wordt ontwikkeld door het regionale bestuur, met de steun van de EU.


Belangrijkste acties om onderwijs voor vrede en bescherming te ondersteunen en te versterken:

·de beginselen en de richtsnoeren inzake conflictbewust onderwijs bevorderen en toepassen, zoals ervoor zorgen dat leermethoden respect voor diversiteit, verdraagzaamheid en actief, verantwoordelijk burgerschap bevorderen, via de lerarenopleiding, de leerplanontwikkeling en de professionele ontwikkeling van docenten;

·onderwijssystemen versterken met het oog op de paraatheid en de respons ten aanzien van rampen, bijvoorbeeld via het Comprehensive School Safety Framework 37 ;

·acties ondersteunen om geweld, met inbegrip van schoolgerelateerd seksueel en gendergerelateerd geweld, te voorkomen en erop te reageren door kaders voor de vrijwaring van kinderen te versterken;

·innovatieve benaderingen ondersteunen om de persoonlijke weerbaarheid van door noodsituaties en aanhoudende crises getroffen kinderen en jongeren te verbeteren, onder andere door acties met psychosociale ondersteuning en sociale en emotionele leerinterventies;

·via alle kanalen waarover de EU beschikt pleiten voor de beëindiging van aanvallen op onderwijsinstellingen en actief initiatieven en projecten ondersteunen die tot doel hebben onderwijsinstellingen te beschermen tegen aanvallen;

·acties ondersteunen die verder reiken dan de schoolgrenzen en de betrokkenheid van de bredere gemeenschap en de mantelzorgers bij onderwijs en bescherming in noodsituaties en aanhoudende crises bevorderen.

9.

2.4. Kwaliteitsvol onderwijs ondersteunen voor betere leerresultaten


De EU-steun voor onderwijs is gebaseerd op de veronderstelling dat onderwijssystemen van hoge kwaliteit moeten zijn om kinderen en jongeren in staat te stellen te slagen in hun leerproces 38 . De EU-verbintenissen voor relevante leerplannen, opgeleide docenten en schoolhoofden, geschikte onderwijsmaterialen en de beschikbaarheid van geschikte schoolinfrastructuur blijven cruciaal voor steun in noodsituaties en aanhoudende crises 39 .

In crisissituaties, met name in laaginkomenslanden, is er vaak een gebrek aan beschikbare gekwalificeerde en opgeleide docenten. Het is mogelijk dat docenten niet de taalvaardigheden of de pedagogische vaardigheden hebben om te voorzien in de behoeften van leerlingen. Het is ook mogelijk dat zij, en ander onderwijzend personeel, zelf ondersteuning nodig hebben omdat ze te maken hebben gehad met trauma's. En het is mogelijk dat ontheemde docenten niet de juiste documenten hebben om les te geven in hun gastgemeenschap. De EU zal beleid en acties ondersteunen die zorgen voor de beschikbaarheid van opgeleid onderwijzend personeel.

De EU zal speciale maatregelen, zoals overbruggingssteun en steun voor een vermindering van het schooluitvalpercentage, ondersteunen om een oplossing te bieden voor de uitdagingen die leerlingen kunnen ervaren bij hun integratie in een onderwijssysteem. Voor elk onderwijsniveau is er een aangepaste respons nodig, gebaseerd op de leeftijd, het geslacht en de onderwijsachtergrond van leerlingen. Het kan hierbij gaan om niet-formele of alternatieve onderwijsvormen en er zal hierbij rekening worden gehouden met de verschillende behoeften op elk onderwijsniveau.

De integratie van gedwongen ontheemde kinderen en jongeren in nationale onderwijssystemen vereist dat de essentiële koppeling tussen taal, identiteit en cultuur behouden blijft. De EU-expertise op het gebied van taalbeleid, die in de hele EU wordt aangetoond, zal worden benut via beleidsdialoog en bijstand. Dit zal de bevordering van empirisch onderbouwd, progressief taalbeleid met betrekking tot het gebruik van de moedertaal en aanvullende talen ondersteunen.

In het besef dat ontheemding steeds langer aanhoudt en dat ontheemde bevolkingsgroepen waarschijnlijk meermaals zullen worden geconfronteerd met ontheemding, moeten de mobiliteit en de accreditatie tussen en binnen onderwijssystemen worden verbeterd 40 . Het ontbreken van documenten mag niet beletten dat ontheemde kinderen en jongeren bij hun aankomst tijdig toegang krijgen tot onderwijs en er moeten protocollen worden vastgesteld om ervoor te zorgen dat het recht op onderwijs voorrang heeft op elk accreditatiesysteem. Met name de toegang tot basisonderwijs mag niet worden ontzegd op basis van examens 41 . In plaats daarvan moeten er passende beoordelingsmechanismen worden gebruikt om te bepalen hoe de toegang en de steun kunnen worden verbeterd en om het beleid te onderbouwen. Tegelijkertijd moeten alle jongeren toegang kunnen krijgen tot examens en de certificering kunnen behalen die meestal de basis vormt voor verdere onderwijskansen en voor tewerkstelling.

De EU zet zich in voor inclusief en billijk kwaliteitsvol primair en secundair onderwijs en begrijpt dat basisvaardigheden, zoals elementaire taal- en rekenvaardigheden, essentiële bouwstenen voor verder onderwijs zijn. 42

De EU erkent ook het belang van arbeidsmarktgerelateerd technisch en beroepsonderwijs en opleiding en hoger onderwijs 43 . De vaardighedenontwikkeling en de inzetbaarheidsopleiding in crisissituaties moeten rekening houden met de economische en sociale druk op leerlingen, zoals kinderarbeid, beperkte bewegingsvrijheid en gendernormen. De EU-verbintenissen voor de vaardighedenontwikkeling en de bevordering van de inzetbaarheid, fatsoenlijk werk en een behoorlijk inkomen benadrukken de noodzaak te zorgen voor billijke kansen voor jonge vrouwen en jonge mannen en voor andere kansarme groepen.

De EU zal steun blijven verlenen aan gericht onderzoek en leerpartnerschappen op de empirische onderbouwing van de sector te versterken. In deze context moet er worden gestreefd naar synergieën met het EU-kaderprogramma voor onderzoek en innovatie om de uitdagingen van onderwijs in noodsituaties en crisissituaties doeltreffend aan te pakken in het externe optreden van de EU.

Voorbeelden van goede praktijken:

In Irak heeft de EU de hervorming van het systeem voor technisch en beroepsonderwijs en opleiding ondersteund om het concurrentievermogen en de relevantie ervan te versterken in overeenstemming met internationale normen.

In 2018 lanceerde de EU het initiatief 'Building Resilience: Education Opportunities in Fragile and Crisis Affected Environments'. Dit combineert onderzoek en meerlandenprogrammering in 7 landen in Afrika met financiering van ongeveer 20 miljoen euro over een periode van 4 jaar.

In Kenia heeft de EU steun verleend aan opleidingsprogramma's voor Somalische vluchtelingen om geaccrediteerde docenten te worden in het vluchtelingenkamp Kakuma. Docenten gebruikten informatietechnologie om deel te nemen aan het lerarenopleidingsprogramma via afstandsonderwijs.


Belangrijkste acties om de onderwijskwaliteit te verbeteren:

·initiatieven ondersteunen om certificering, mobiliteit, accreditatie, erkenning en overgang van ontheemde kinderen en jongeren tussen onderwijssystemen mogelijk te maken, en acties die ervoor zorgen dat kinderen onderwijs beginnen te volgen en blijven volgen via diverse formele en niet-formele onderwijstrajecten;

·pleiten voor en steun verlenen aan een hervorming van de onderwijssystemen, met name een hervorming van de leerplannen, om in te spelen op veranderende behoeften in noodsituaties en aanhoudende crises, zoals de uitbreiding en de versterking van het onderwijzend personeel om te voorzien in de behoeften van leerlingen in noodsituaties en crises en de introductie van versnelde leerprogramma's voor kinderen die jaren onderwijs hebben gemist;

·acties ondersteunen die gebruikmaken van informatietechnologie en open leermiddelen om toegang te bieden tot digitaal leren, virtuele uitwisseling en andere innovaties;

·steun verlenen aan technisch en beroepsonderwijs en opleiding dat is gekoppeld aan vaardigheden en levensonderhoud, met aandacht voor de specifieke behoeften van jonge mannen en vrouwen, dat een vast onderdeel vormt van praktijkgericht leren en relevant is voor mogelijkheden om in het levensonderhoud te voorzien;

·mechanismen ondersteunen om internationale normen 44 met betrekking tot onderwijs in noodsituaties en crises te delen, bij te werken en toe te passen.

10.

3. Conclusie


De groeiende aandacht voor onderwijs in noodsituaties en crises buiten de EU in de afgelopen jaren weerspiegelt de alarmerende en toenemende omvang van de behoeften waaraan moet worden voldaan en de uitdagingen die moeten worden aangegaan. Deze mededeling biedt een holistisch en effectief beleidskader voor de manier waarop de EU kan bijdragen aan de verwezenlijking van deze agenda en kan voortbouwen op haar leidende rol in dit beleidsdomein. Deze ambitie wordt ondersteund door het voorbeeld van kinderen en jongeren die tegenslagen overwinnen om hun opleiding voort te zetten.

Met de steun van de Europese Dienst voor extern optreden (EDEO), met inbegrip van de EUdelegaties, zal de Commissie de lidstaten, andere landen, internationale organisaties en actoren uit de publieke en private sector actief aanspreken om efficiëntere en effectievere samenwerking en coördinatie te bevorderen en te ondersteunen voor snellere, voorspelbaardere en duurzamere steun aan onderwijs in noodsituaties en aanhoudende crises. Hierbij zullen de diensten van de Commissie en de EDEO ook de verwezenlijking van de doelstellingen van de nieuwe Europese consensus over ontwikkeling en de mededeling over 'Waardig leven: van afhankelijkheid van steun tot zelfredzaamheid' bevorderen. De rol van de lidstaten is cruciaal in dit verband.

De Commissie verzoekt het Europees Parlement om nota te nemen van de beleidsoriëntaties in deze mededeling en de Raad om ze goed te keuren door middel van conclusies van de Raad.

(1)

Inclusief en gelijkwaardig kwaliteitsvol onderwijs en een leven lang leren voor iedereen.

(2)

www.educationcannotwait.org/">www.educationcannotwait.org/

(3)

Handvest van de grondrechten van de Europese Unie, artikel 14. PB C 326 van 26.10.2012, blz. 391; Algemene Vergadering van de VN, Verdrag inzake de rechten van het kind, 20 november 1989, VN, Treaty Series, vol. 1577.

(4)

Een integrale strategie voor het buitenlands en veiligheidsbeleid van de Europese Unie, in juni 2016 gepresenteerd door de hoge vertegenwoordiger/vicevoorzitter ( data.consilium.europa.eu/doc/document ).

(5)

Artikel 3, lid 3, tweede alinea, en lid 5, van het Verdrag betreffende de Europese Unie (VEU) verbindt de EU er uitdrukkelijk toe de bescherming van de rechten van het kind te bevorderen in het interne en externe optreden van de EU.

(6)

Mededeling van de Commissie over 'De oprichting van een Europese pijler van sociale rechten', COM(2017) 250.

(7)

EU-richtsnoeren ter bevordering en bescherming van de rechten van het kind, bekrachtigd door de Raad in 2017.

(8)

COM(2008) 55 en de EU-richtsnoeren ter bevordering en bescherming van de rechten van het kind, bekrachtigd door de Raad in 2017.

(9)

Mededeling van de Commissie aan het Europees Parlement en de Raad over 'Bescherming van migrerende kinderen', COM(2017) 211.

(10)

UNESCO Global Education Monitoring Report (2016) 'Aid to education stagnates, jeopardising global targets' en UNESCO Global Education Monitoring Report (2017) 'Accountability in education: Meeting our commitments'.

(11)

De EU heeft, via haar ontwikkelingshulp, 475 miljoen euro toegezegd voor het wereldwijde partnerschap voor onderwijs en levert een bijdrage van 16 miljoen euro aan Education Cannot Wait in de periode 2018-2020 en, via haar humanitaire hulp, van 1 miljoen euro aan de Global Education Cluster in de periode 2018-2019.

(12)

Zie punt 3.2 voor de prioritering van de meest hulpbehoevenden.

(13)

Implementeren van de EU-verbintenissen in de mededeling over 'Waardig leven: van afhankelijkheid van steun tot zelfredzaamheid', COM(2016) 234, en de nieuwe Europese consensus over ontwikkeling, PB C 210 van 30.6.2017, blz. 1.

(14)

Overeenkomstig de aanbeveling van de Raad betreffende de validatie van niet-formeel en informeel leren, PB C 398 van 22.12.2012, blz. 1: formeel leren vindt plaats in een georganiseerde en gestructureerde omgeving die specifiek voor leren is bestemd, en leidt doorgaans tot de toekenning van een kwalificatie, gewoonlijk in de vorm van een certificaat of diploma; niet-formeel leren vindt plaats door middel van geplande activiteiten waarbij sprake is van een bepaalde vorm van ondersteuning bij het leren. Het kan gaan om programma's om vroegtijdige schoolverlaters professionele vaardigheden, lees- en schrijfvaardigheid voor volwassenen en basisvorming te verschaffen.

(15)

Wereldbankgroep (2017), "World Development Report: LEARNING to Realize Education's Promise". Ongeveer 20 % van de wereldwijde bevolking in de lagereschoolleeftijd zijn kinderen die in de meest kwetsbare omgevingen leven, maar deze kinderen vertegenwoordigen ook ongeveer 50 % van de kinderen die niet naar school gaan, een stijging tegenover 42 % in 2008.

(16)

Overseas Development Institute (2016), 'A common platform for education in emergencies and protracted crises: Evidence paper'. ODI, Londen.

(17)

UNHCR Global Trends: Forced Displacement in 2016.

(18)

UNICEF (2017), 'Education Uprooted: For every migrant, refugee and displaced child, education'.

(19)

Global Coalition to Protect Education from Attack, 'Education Under Attack 2018'.

(20)

Burde et al. (2015), "What works to promote children's educational access, quality of learning, and wellbeing in crisis-affected contexts".

(21)

UNESCO (2011), "EFA Global Monitoring Report – The hidden crisis: Armed conflict and education".

(22)

Nicolai et al. (2015), 'Education in emergencies and protracted crises: toward a strengthened response'. Achtergronddocument voor de top in Oslo over onderwijs voor ontwikkeling.

(23)

Meer dan het aanbevolen niveau van de International Commission on Financing Global Education Opportunity ("The Learning Generation", 2016).

(24)

Het 'Grand Bargain'-initiatief werd gelanceerd op de wereldtop over humanitaire hulp in 2016 en omvat een aantal veranderingen in de werkwijzen van donoren en hulporganisaties, met inbegrip van intensievere cashprogrammering, meer financiering voor nationale en lokale hulpverleners en minder bureaucratie via geharmoniseerde rapportagevereisten.

(25)

Deze mededeling heeft uitsluitend betrekking op het optreden buiten de EU.

(26)

In niet door de overheid ondersteunde gebieden kunnen lokale autoriteiten of alternatieve dienstverleners, coördinatiesystemen voor humanitaire/ontwikkelingshulp of anderen worden beschouwd als een onderdeel van het te versterken systeem. Er kunnen alternatieven worden gezocht wanneer een overheid verantwoordelijk is voor aanvallen op leerlingen of het ontzeggen van onderwijsrechten aan gemarginaliseerde groepen.

(27)

COM(2016) 234. De verbintenissen inzake onderwijs zijn gericht op: coördinatie en de nexusbenadering; de potentiële rol van ontheemde leraren; de ondersteuning van goed werkende publieke onderwijsdiensten; het gebruik van nieuwe technologische middelen en de vereenvoudiging van de toegang tot hoger onderwijs voor ontheemde leerlingen.

(28)

De nieuwe Europese consensus over ontwikkeling, PB C 210 van 30.6.2017, en Waardig leven: van afhankelijkheid van steun tot zelfredzaamheid, COM(2016) 234.

(29)

UNHCR Global Trends: Forced Displacement in 2016.

(30)

Deze doelstelling stemt overeen met ambities in de Verklaring van New York voor vluchtelingen en migranten (2017).

(31)

Genderactieplan 2016-2020, Conclusies van de Raad van 26 oktober 2015 (13201/15).

(32)

Inter-Agency Network for Education in Emergencies, 'Guidance Note on Conflict Sensitive Education' 2013.

(33)

Actiekader van Hyogo na 2015: Risicobeheer om de weerbaarheid te vergroten, COM(2014) 216.

(34)

COM(2017) 21 en COM(2011) 637. De EU verbindt zich ertoe meer ondersteuning te bieden aan kwaliteitsvol onderwijs zodat jongeren de kennis en de vaardigheden kunnen verwerven om actief deel te nemen aan een maatschappij in ontwikkeling. De nieuwe Europese consensus over ontwikkeling verbindt de EU en haar lidstaten ertoe de nexusbenadering toe te passen en op deze manier actief bij te dragen aan de opbouw van de weerbaarheid van personen, gemeenschappen, maatschappijen en staten. Dit hangt samen met het voorkomen en het bestrijden van crises, het terugdringen van chronische kwetsbaarheid en het totstandbrengen van zelfredzaamheid.

(35)

De Verklaring inzake veilige scholen (2015) biedt staten de mogelijkheid om brede politieke steun te geven voor de bescherming en de continuïteit van het onderwijs bij gewapende conflicten en is het instrument voor staten om de richtsnoeren voor de bescherming van scholen en universiteiten tegen militair gebruik tijdens gewapende conflicten te bekrachtigen en zich ertoe te verbinden deze uit te voeren.

(36)

Deze benaming mag niet worden uitgelegd als een erkenning van de staat Palestina en laat de afzonderlijke standpunten van de lidstaten ter zake onverlet.

(37)

Bureau van de Verenigde Naties voor rampenrisicovermindering en Global Alliance for Disaster Risk Reduction and Resilience in the Education Sector (2017), 'Comprehensive School Safety Framework'.

(38)

Mededeling inzake de rol van onderwijs en scholing in de armoedebestrijding in ontwikkelingslanden, COM(2002) 116.

(39)

Ibid.

(40)

Er kunnen lessen worden getrokken uit het actieplan inzake de integratie van onderdanen van derde landen van de Europese Commissie, waarin de Commissie prioriteit heeft verleend aan steun voor de vroegtijdige beoordeling, de documentatie en de erkenning van vaardigheden en academische en professionele kwalificaties.

(41)

Dit verwijst naar alle testen/examens die gevolgen hebben voor de deelnemers (examens met grote inzet), zoals een toelatingsexamen.

(42)

Mededeling inzake de rol van onderwijs en scholing in de armoedebestrijding in ontwikkelingslanden, COM(2002) 116.

(43)

Ibid.

(44)

Zoals de INEE (Inter-Agency Network for Education in Emergencies) Minimum Standards for Education: Preparedness, Response, Recovery, 2010.