Toelichting bij COM(2019)204 - Toetreding van de Salomonseilanden tot de tussentijdse partnerschapsovereenkomst met de staten in de Stille Oceaan

Dit is een beperkte versie

U kijkt naar een beperkte versie van dit dossier in de EU Monitor.

1. ACHTERGROND VAN HET VOORSTEL

Motivering en doel van het voorstel

Bijgaand voorstel voor een besluit van de Raad vormt het rechtsinstrument voor de goedkeuring, namens de Europese Unie (EU), van de toetreding van de Salomonseilanden tot de tussentijdse partnerschapsovereenkomst tussen de Europese Unie, enerzijds, en de staten in de Stille Oceaan, anderzijds, als bedoeld in artikel 218, lid 6, VWEU.

Op 12 juni 2002 heeft de Raad de Commissie gemachtigd onderhandelingen over economische partnerschapsovereenkomsten (EPO's) met de landen in Afrika, het Caribisch gebied en de Stille Oceaan ("ACS-landen") te openen.

Op 30 juli 2009 heeft de EU de EPO tussen de Europese Gemeenschap, enerzijds, en de staten in de Stille Oceaan, anderzijds, ondertekend. De EPO wordt sinds 20 december 2009 door de Onafhankelijke Staat Papoea-Nieuw-Guinea, sinds 28 juli 2014 door de Republiek Fiji en sinds 31 december 2018 door de Onafhankelijke Staat Samoa voorlopig toegepast.

Volgens artikel 80 van de EPO kunnen andere eilanden in de Stille Oceaan tot de overeenkomst toetreden. Dienovereenkomstig hebben de Salomonseilanden op 4 juni 2018 bij de Raad een verzoek om toetreding tot de EPO ingediend, vergezeld van een markttoegangsaanbod. De Commissie heeft het aanbod onderzocht en, na aanpassingen, aanvaardbaar geacht. Derhalve heeft zij de onderhandelingen namens de Unie op 23 oktober 2018 afgesloten.

De Commissie heeft de EU-lidstaten via de Groep ACS van de Raad mondeling en schriftelijk van het toetredingsproces van de Salomonseilanden in kennis gesteld. Ook het Europees Parlement is in kennis gesteld, via zijn Commissie internationale handel (INTA). De tekst van het markttoegangsaanbod dat het resultaat is van de onderhandelingen met de Salomonseilanden, is beide instellingen op 20 november 2018 toegestuurd.

Over de wegens de toetreding noodzakelijke technische wijzigingen van de overeenkomst moet nog overeenstemming worden bereikt door de partijen bij de EPO (de EU, Papoea-Nieuw-Guinea, Fiji en Samoa).

Verenigbaarheid met bestaande bepalingen op het beleidsterrein

Met dit voorstel wordt uitvoering gegeven aan de Partnerschapsovereenkomst tussen de leden van de groep van staten in Afrika, het Caribisch gebied en de Stille Oceaan, enerzijds, en de Europese Gemeenschap en haar lidstaten, anderzijds ("ACS-EU-partnerschapsovereenkomst" of 'Overeenkomst van Cotonou') 1 .

De toetreding van de Salomonseilanden tot de EPO tussen de EU, Fiji, Papoea-Nieuw-Guinea en Samoa 2 , die een asymmetrische en met de WTO verenigbare handelsovereenkomst is, versterkt het rechtskader van de handelsbetrekkingen van de EU met de partnerlanden en bevordert de wederzijdse handel. De toetreding heeft voorts tot gevolg dat de Salomonseilanden worden betrokken bij het in de EPO vastgelegde stelsel van gezamenlijke regels en instellingen.

De Salomonseilanden zullen naar verwachting in 2021 de categorie van minst ontwikkelde landen (MOL's) ontgroeien. Bijgevolg zullen de preferenties in het kader van het 'alles-behalve-wapens'-initiatief van de EU drie jaar daarna voor de Salomonseilanden komen te vervallen. Vanaf de desbetreffende datum zal op de uitvoer uit de Salomonseilanden naar de EU de standaardregeling van het stelsel van algemene preferenties (SAP) van toepassing zijn, die echter minder gunstig is dan de 'alles-behalve-wapens'-regeling. Om de volledige rechten- en contingentvrije toegang tot de EU-markt te behouden, moeten de Salomonseilanden tot de bestaande EPO tussen de EU, Fiji, Papoea-Nieuw-Guinea en Samoa toetreden.

Zolang Fiji, Papoea-Nieuw-Guinea en Samoa hun desbetreffende interne procedures niet hebben afgerond, zullen de EU en de Salomonseilanden de overeenkomst voorlopig toepassen, op voorwaarde dat zij elkaar overeenkomstig artikel 76, lid 3, van de overeenkomst schriftelijk in kennis stellen van de voltooiing van de daartoe noodzakelijke procedures.

Verenigbaarheid met andere beleidsterreinen van de Unie

De economische partnerschapsovereenkomst bevat bepalingen over duurzame ontwikkeling (artikel 3), waarin de partijen bevestigen dat de doelstelling van duurzame ontwikkeling integraal deel uitmaakt van deze overeenkomst en in overeenstemming is met de algemene doelstellingen en beginselen van de Overeenkomst van Cotonou, en met name met de algemene verplichting armoede terug te dringen en uiteindelijk uit te roeien op een wijze die in overeenstemming is met de doelstellingen van duurzame ontwikkeling.

De EPO is een op ontwikkeling gerichte handelsovereenkomst, die de Salomonseilanden asymmetrische markttoegang biedt en in staat stelt gevoelige sectoren tegen liberalisering af te schermen, en die tegelijkertijd voorziet in een groot aantal vrijwaringsmaatregelen en in een clausule voor de bescherming van opkomende bedrijfstakken. Daarnaast bevat de overeenkomst bepalingen inzake oorsprongsregels die de uitvoer uit de Salomonseilanden naar de EU bevorderen. Deze bepalingen dragen bij tot de doelstelling van beleidscoherentie voor ontwikkeling en zijn in overeenstemming met artikel 208, lid 2, VWEU.

2. JURIDISCHE ELEMENTEN VAN HET VOORSTEL

Rechtsgrondslag

De rechtsgrondslag van dit besluit van de Raad is het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie, en met name artikel 207, lid 3, en artikel 207, lid 4, eerste alinea, in samenhang met artikel 218, lid 6, onder a), v).

Subsidiariteit (bij niet-exclusieve bevoegdheid)

De gemeenschappelijke handelspolitiek is krachtens artikel 3 VWEU een exclusieve bevoegdheid van de Unie.

Evenredigheid

Dit voorstel is nodig om de in de ACS-EU-partnerschapsovereenkomst neergelegde internationale verplichtingen van de Unie na te komen, in het bijzonder om nieuwe met de WTO compatibele handelsregelingen te treffen die de tussen de partijen bestaande handelsbelemmeringen geleidelijk opheffen en de samenwerking op alle voor de handel van belang zijnde terreinen versterken.

Keuze van het instrument

Er bestaat geen ander rechtsinstrument dat kan worden gebruikt om de in dit voorstel geformuleerde doelstelling te bereiken.

3. EVALUATIE, RAADPLEGING VAN BELANGHEBBENDEN EN EFFECTBEOORDELING

Effectbeoordeling

Tussen 2003 en 2007 is een duurzaamheidseffectbeoordeling van de economische partnerschapsovereenkomsten tussen de EU en de ACS verricht. In 2002 heeft de Europese Commissie de opdrachtomschrijving voor dit project in een openbare aanbesteding bekendgemaakt. Deze aanbesteding heeft in augustus 2002 geleid tot de gunning van een raamcontract voor vijf jaar aan PwC France. Een ontwerp van het eindverslag van de duurzaamheidseffectbeoordeling is aan de belanghebbenden in Europa voorgelegd tijdens de bijeenkomst voor de EU-dialoog met het maatschappelijk middenveld die de Europese Commissie op 23 maart 2007 in Brussel heeft georganiseerd.

Resultaatgerichtheid en vereenvoudiging

De goedkeuring van de toetreding van de Salomonseilanden tot de EPO valt niet onder Refit-procedures; zij brengt geen kosten mee voor kleine en middelgrote ondernemingen in de Unie en levert geen problemen op vanuit het oogpunt van de digitale omgeving.

Grondrechten

Het voorstel heeft geen gevolgen voor de bescherming van de grondrechten in de Unie.

4. GEVOLGEN VOOR DE BEGROTING

De Salomonseilanden zullen naar verwachting in 2021 de categorie van minst ontwikkelde landen ontgroeien; derhalve zullen zij gedurende een overgangsperiode van drie jaar daarna onder het 'alles-behalve-wapens'-initiatief blijven vallen, waardoor zij voor hun uitvoer rechten- en contingentvrije toegang tot de EU-markt hebben. Het voorstel heeft geen gevolgen voor de begroting, aangezien de voorwaarden voor toegang tot de EU-markt voor de Salomonseilanden door de toetreding tot de overeenkomst ongewijzigd blijven.

5. OVERIGE ELEMENTEN

Voordelen van de toetreding voor marktdeelnemers

De EPO legt de voorwaarden vast waaronder marktdeelnemers uit de EU ten volle profijt kunnen trekken van de kansen die onze economieën worden geboden. Naarmate de EPO wordt uitgevoerd, worden de EU-exporteurs van industrieproducten naar de Salomonseilanden grotendeels van de betaling van douanerechten bevrijd. De overeenkomst voldoet aan de voorwaarden van artikel XXIV van de GATT 1994 (afschaffing van douanerechten en andere beperkende handelsregelingen ten aanzien van vrijwel de gehele handel tussen de partijen); zij bestrijkt namelijk 90,3 % van de tarieflijnen, oftewel 83 % van de omvang van de EU-uitvoer over een periode van 15 jaar. De Salomonseilanden zullen baat hebben bij handhaving van hun rechten- en contingentvrije toegang tot de EU-markt.

De EPO bevat ook een aantal regels op het gebied van onder meer duurzame ontwikkeling en technische handelsbelemmeringen, alsmede sanitaire en fytosanitaire maatregelen. Bovendien nemen de partijen bij de EPO deel aan de werkzaamheden van het bij de overeenkomst opgerichte Handelscomité. De mogelijkheid voor de EU om gebruik te maken van de in de overeenkomst opgenomen bilaterale regeling voor geschillenbeslechting, draagt bij tot de doelstelling om te zorgen voor een transparant, niet-discriminerend en voorspelbaar kader voor marktdeelnemers uit de EU in de landen in de Stille Oceaan.

Uitvoeringsplanning en regelingen betreffende controle, evaluatie en rapportage

De Salomonseilanden zullen deelnemen aan de werkzaamheden van het bij artikel 68 van de EPO opgerichte Handelscomité, dat alle aangelegenheden behandelt die voor de uitvoering van deze overeenkomst noodzakelijk zijn, waaronder het toezicht op en de herziening van de uitvoering ervan, coördinatie en overleg over TBT- en SPS-kwesties, de aanwijzing en herziening van prioritaire sectoren en producten en de hieruit voortvloeiende prioritaire gebieden voor samenwerking, en aanbevelingen om wijzigingen in de overeenkomst aan te brengen. Het Handelscomité bestaat uit vertegenwoordigers van de partijen.

Artikelsgewijze toelichting

De artikelen 1 en 2 van het voorstel bevatten bepalingen inzake de goedkeuring, namens de Unie, van de toetreding van de Salomonseilanden tot de EPO en inzake de ingevolge artikel 76, lid 3, van de overeenkomst vereiste kennisgevingen waarmee kenbaar wordt gemaakt dat de Europese Unie instemt met de toetreding tot en de voorlopige toepassing van de overeenkomst.

Artikel 3 bepaalt dat de goedkeuring van de toetreding niet aldus mag worden uitgelegd dat daaraan rechten kunnen worden ontleend of dat daarbij verplichtingen worden opgelegd waarop voor de rechterlijke instanties van de Unie of van de lidstaten rechtstreeks beroep kan worden gedaan.

In artikel 4 wordt de datum van inwerkingtreding van het besluit vastgesteld.