Toelichting bij COM(2019)280 - Machtigen van de Commissie om onderhandelingen te openen over een protocol bij de partnerschapsovereenkomst inzake duurzame visserij met Senegal - Hoofdinhoud
Dit is een beperkte versie
U kijkt naar een beperkte versie van dit dossier in de EU Monitor.
dossier | COM(2019)280 - Machtigen van de Commissie om onderhandelingen te openen over een protocol bij de partnerschapsovereenkomst inzake duurzame ... |
---|---|
bron | COM(2019)280 |
datum | 18-06-2019 |
• Motivering en doel van het voorstel
De Commissie stelt voor met de Republiek Senegal te onderhandelen over een nieuw protocol bij de partnerschapsovereenkomst inzake duurzame visserij dat voldoet aan de behoeften van de vloot van de Unie en in overeenstemming is met Verordening (EU) nr. 1380/2013 inzake het gemeenschappelijk visserijbeleid en de conclusies van de Raad van 19 maart 2012 over een mededeling van de Commissie inzake de externe dimensie van het gemeenschappelijk visserijbeleid.
• Verenigbaarheid met bestaande bepalingen op het beleidsterrein
De huidige partnerschapsovereenkomst inzake duurzame visserij (PODV) tussen de Europese Unie en Senegal 1 werd op 20 november 2014 ondertekend 2 . Het huidige vijfjarige protocol 3 bij de PODV is op 20 november 2014 van toepassing geworden 4 en verstrijkt op 19 november 2019. In dat protocol zijn de vangstmogelijkheden voor de vloot van de Unie en de overeenkomstige financiële tegenprestatie van de Unie en de reders vastgelegd.
De jaarlijkse financiële tegenprestatie van de EU voor Senegal bedraagt 1 058 000 EUR voor het eerste jaar, 988 000 EUR voor het tweede, derde en vierde jaar, en 918 000 EUR voor het vijfde jaar voor een totale referentietonnage van 14 000 ton per jaar. Daarnaast wordt gedurende vijf jaar 750 000 EUR per jaar uitgetrokken voor sectorale steun.
De PODV met Senegal voorziet in vangstmogelijkheden voor tonijn en over grote afstanden trekkende soorten voor EU-vaartuigen van twee lidstaten (Spanje en Frankrijk) en in vangstmogelijkheden voor demersale soorten voor twee vaartuigen (van Spanje). De Europese Unie beschikt al over een goed ontwikkeld netwerk van bilaterale partnerschapsovereenkomsten inzake duurzame visserij (PODV's) in het tegenover West-Afrika liggende gedeelte van de Atlantische Oceaan, namelijk met Marokko, Mauritanië, Gambia, Guinee-Bissau, Liberia en Ivoorkust.
PODV's helpen de doelstellingen van het gemeenschappelijk visserijbeleid op internationaal niveau te bevorderen door ervoor te zorgen dat de visserijactiviteiten van de Unie buiten de wateren van de Unie berusten op dezelfde beginselen en normen als die welke gelden in het kader van het recht van de Unie. Voorts stimuleren PODV's wetenschappelijke samenwerking tussen de EU en het partnerland, bevorderen zij transparantie en duurzaamheid met het oog op een beter beheer van de visbestanden, en zetten zij aan tot governance door het ondersteunen van de monitoring, controle en bewaking van de activiteiten van de nationale en buitenlandse vloten en door financiële middelen ter beschikking te stellen voor de bestrijding van illegale, ongemelde en ongereglementeerde visserij (IOO-visserij) en voor de duurzame ontwikkeling van de lokale visserijsector. PODV's versterken de positie van de EU in internationale en regionale visserijorganisaties: voor Senegal met name in de Internationale Commissie voor de instandhouding van Atlantische tonijnen (ICCAT) 5 . Tot slot zijn PODV's gebaseerd op het beste beschikbare wetenschappelijke advies en dragen zij bij aan een betere naleving van internationale maatregelen, waaronder die ter bestrijding van illegale, ongemelde en ongereglementeerde visserij (IOO-visserij).
• Verenigbaarheid met andere beleidsterreinen van de Unie
De onderhandelingen over een nieuw protocol met Senegal zijn in overeenstemming met het externe optreden van de EU ten aanzien van de landen in Afrika, het Caribisch gebied en de Stille Oceaan (ACS), en met name met de doelstellingen van de Unie met betrekking tot de eerbiediging van de democratische beginselen en de mensenrechten.
De ontplooiing van economische activiteiten in de visserijsector in Senegal zal, weliswaar op lokale schaal, helpen de oorzaken van irreguliere emigratie uit het land aan te pakken.
2. JURIDISCHE ELEMENTEN VAN DE AANBEVELING
• Rechtsgrondslag
De rechtsgrondslag voor het besluit is het vijfde deel van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie (VWEU) 'Extern optreden van de Unie', titel V 'Internationale overeenkomsten', artikel 218, waarin de procedure is vastgesteld voor het onderhandelen over en het sluiten van overeenkomsten tussen de Unie en derde landen.
• Subsidiariteit (bij niet-exclusieve bevoegdheid)
Niet van toepassing, exclusieve bevoegdheid.
• Evenredigheid
Het besluit is evenredig met de doelstelling.
• Keuze van het instrument
In artikel 218, leden 3 en 4, VWEU is bepaald dat hiervoor een besluit van de Raad vereist is.
3. RESULTATEN VAN EX-POSTEVALUATIES, RAADPLEGINGEN VAN BELANGHEBBENDEN EN EFFECTBEOORDELINGEN
• Ex-postevaluaties/geschiktheidscontroles van bestaande wetgeving
De Commissie heeft in 2019 een ex-postevaluatie verricht van het huidige protocol bij de PODV met Senegal, alsmede een ex-ante-evaluatie van een mogelijke vernieuwing van het protocol. De conclusies van die evaluatie staan in een afzonderlijk werkdocument van de diensten van de Commissie 6 .
In de evaluatie wordt geconcludeerd dat de visserijsector van de EU (zowel voor tonijn als voor demersale soorten) veel belangstelling heeft voor de visserij in Senegal en dat een vernieuwing van het protocol zou bijdragen tot een betere monitoring, controle en bewaking en tot een betere governance van de visserij in de regio. Voor de EU is het van belang een instrument in stand te houden dat een sectorale samenwerking mogelijk maakt met Senegal, een belangrijke speler op subregionaal niveau. Bovendien draagt het belang van Dakar als een van de belangrijkste aanlandingshavens bij aan de relevantie van het beoogde nieuwe protocol, zowel voor de visserijsector van de EU als voor het partnerland. Voor de Senegalese autoriteiten is het de bedoeling de betrekkingen met de EU voort te zetten om de oceaangovernance te versterken en daartoe gebruik te maken van de specifieke sectorale steun die mogelijkheden biedt inzake meerjarenfinanciering.
• Raadpleging van belanghebbenden
In het kader van de evaluatie is overlegd met de lidstaten, vertegenwoordigers van het bedrijfsleven en internationale middenveldorganisaties, alsook met de visserijautoriteiten en het maatschappelijk middenveld in Senegal. Er heeft ook overleg plaatsgevonden in het kader van de adviesraad voor de volle zee.
• Bijeenbrengen en gebruik van expertise
Niet van toepassing.
• Effectbeoordeling
Niet van toepassing.
• Gezonde regelgeving en vereenvoudiging
Niet van toepassing.
• Grondrechten
In de onderhandelingsrichtsnoeren die in de bijlage bij het besluit worden voorgesteld, wordt aanbevolen machtiging te verlenen voor het openen van onderhandelingen die onder meer moeten leiden tot de opname van een clausule over de gevolgen van schendingen van de mensenrechten en van de democratische beginselen.
4. GEVOLGEN VOOR DE BEGROTING
De gevolgen van het nieuwe protocol voor de begroting bestaan erin dat aan de Republiek Senegal een financiële tegenprestatie zal worden betaald die verenigbaar is met het meerjarig financieel kader (MFK) voor 2014-2020; meer bepaald gaat het om toewijzingen op de begrotingslijn voor partnerschapsovereenkomsten inzake duurzame visserij. De jaarlijkse bedragen voor vastleggingen en betalingen worden vastgesteld in het kader van de jaarlijkse begrotingsprocedure, onder meer in de reservelijn voor voorstellen die niet bij het begin van het jaar in werking zijn getreden 7 .
5. OVERIGE ELEMENTEN
• Uitvoeringsplanning en regelingen betreffende monitoring, evaluatie en rapportage
De onderhandelingen zullen naar verwachting aanvangen in het tweede kwartaal van 2019.
• Artikelsgewijze toelichting
De Commissie beveelt aan dat:
- de Raad de Commissie machtigt tot het openen en voeren van onderhandelingen met het oog op het sluiten van een nieuw protocol bij de partnerschapsovereenkomst inzake duurzame visserij met de Republiek Senegal;
- de Commissie in deze kwestie wordt aangewezen als onderhandelaar van de EU;
- de Commissie deze onderhandelingen voert in overleg met het speciaal comité overeenkomstig de bepalingen van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie;
- de Raad de bij deze aanbeveling gevoegde onderhandelingsrichtsnoeren goedkeurt.
Inhoudsopgave
BESLUIT VAN DE RAAD
tot machtiging van de Commissie om namens de Europese Unie onderhandelingen te openen met het oog op het sluiten van een protocol bij de partnerschapsovereenkomst inzake duurzame visserij met de Republiek Senegal
DE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE,
Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie, en met name artikel 218, leden 3 en 4,
Gezien de aanbeveling van de Europese Commissie,
Overwegende dat onderhandelingen moeten worden geopend met het oog op de sluiting van een nieuw protocol bij de partnerschapsovereenkomst inzake duurzame visserij met de Republiek Senegal,
HEEFT HET VOLGENDE BESLUIT VASTGESTELD:
De Commissie wordt gemachtigd om onderhandelingen met Senegal te openen met het oog op de sluiting van een nieuw protocol bij de partnerschapsovereenkomst inzake duurzame visserij met de Republiek Senegal.
De onderhandelingen worden gevoerd in overleg met [door de Raad in te voegen naam van het speciaal comité] en op basis van de in de bijlage bij dit besluit opgenomen onderhandelingsrichtsnoeren.
Dit besluit is gericht tot de Commissie.
Gedaan te Brussel,
De voorzitter
(1) PB L 304 van 23.10.2014, blz. 3.
(2) www.consilium.europa.eu/nl/documents-publications">https://www.consilium.europa.eu/nl/documents-publications
(3) PB L 304 van 23.10.2014, blz. 9.
(4) www.consilium.europa.eu/nl/documents-publications">https://www.consilium.europa.eu/nl/documents-publications
(5) www.fao.org/fishery/rfb/iccat/en">www.fao.org/fishery/rfb/iccat/en , het op grond van het internationale recht opgerichte orgaan voor de instandhouding en het beheer van over grote afstanden trekkende soorten in de regio.
(6) SWD(2019)208.
(7) Zie hoofdstuk 40 (reservelijn 40 02 41) in overeenstemming met het interinstitutioneel akkoord inzake het MFK (2013/C 373/01).