Toelichting bij COM(2019)330 - Strategische innovatieagenda van het Europees Instituut voor innovatie en technologie (EIT) 2021-2027: Het innovatietalent en de innovatiecapaciteit van Europa stimuleren

Dit is een beperkte versie

U kijkt naar een beperkte versie van dit dossier in de EU Monitor.

1. ACHTERGROND VAN HET VOORSTEL

Motivering en doel van het voorstel

Het Europees Instituut voor innovatie en technologie (EIT) is in 2008 opgericht bij Verordening (EG) nr. 294/2008 1 . Het doel van het EIT is belangrijke maatschappelijke uitdagingen aan te gaan door de innovatiecapaciteit en -prestaties van de EU te verbeteren via de integratie binnen de kennisdriehoek van onderwijs, onderzoek en innovatie. Het EIT verwezenlijkt deze doelstellingen voornamelijk via zijn kennis- en innovatiegemeenschappen (KIG’s).

Tijdens de periode 20212027 zal het EIT worden gefinancierd door het programma Horizon Europa van de Unie. Het EIT is een integrerend deel van het voorstel van de Commissie tot vaststelling van Horizon Europa 2 en het is een van de drie onderdelen van de pijler “Innovatief Europa”. In het voorstel voor Horizon Europa worden de begroting van het EIT voor het volgende MFK, evenals de grondgedachte, de toegevoegde waarde, de werkterreinen en de grote lijnen van de werkzaamheden van het EIT beschreven. Het voorstel voor Horizon Europa voorziet echter niet in de rechtsgrondslag om de werkzaamheden van het EIT vanaf 2021 voort te zetten. De rechtsgrondslag van het EIT blijft de EIT-verordening, waarin de opdracht, de voornaamste taken en het kader voor het functioneren van het EIT zijn vastgesteld.

Bovendien moet de Commissie krachtens artikel 17 van de EIT-verordening om de zeven jaar een voorstel voor een strategische innovatieagenda (SIA) bij het Europees Parlement en de Raad voorleggen, waarin de prioritaire gebieden, de langetermijnstrategie en de financiële behoeften van het EIT zijn vastgesteld. De SIA moet daarom in overeenstemming zijn met het toepasselijke kaderprogramma voor onderzoek en innovatie 3 . Voor de periode 20212027 moet de SIA bijgevolg op de doelstellingen, de strategische meerjarenplanning, de monitoring en de andere vereisten van Horizon Europa zijn afgestemd en synergie met andere relevante programma’s bevorderen.

Het onderhavige voorstel voor een nieuwe strategische innovatieagenda (SIA) van het EIT voor de periode 20212027 wordt daarom samen met het voorstel voor een herschikking van de EIT-verordening ingediend.

In de SIA van het EIT voor de periode 20212027 zijn de prioritaire gebieden, de strategie en de financiële behoeften van het EIT voor die periode vastgesteld en wordt uiteengezet hoe het EIT tot de verwezenlijking van de doelstellingen van Horizon Europa zal bijdragen. De SIA geeft ook een overzicht van de geplande activiteiten op het gebied van hoger onderwijs, onderzoek en innovatie en bevat de uitsplitsing van de begroting. De SIA beschrijft voorts het tijdschema voor de selectie en de aanwijzing van nieuwe KIG’s voor de volgende programmeringsperiode.

Verenigbaarheid met bestaande bepalingen op het beleidsterrein

Het EIT is in Horizon Europa geïntegreerd als onderdeel van pijler III (“Innovatief Europa”). Er zal echter worden gezorgd voor synergie en complementariteit met de andere componenten van het programma. Het EIT zal via zijn KIG’s ook de wereldwijde uitdagingen helpen aangaan in het kader van pijler II (“Wereldwijde uitdagingen en Europees industrieel concurrentievermogen”) en pijler I (“Excellente wetenschap”).

Dankzij de meerjarige strategische planning in het kader van Horizon Europa zullen alle activiteiten in het kader van Horizon Europa — met inbegrip van de KIG’s van het EIT (die geïnstitutionaliseerde Europese partnerschappen zijn) — op doeltreffende wijze worden gecoördineerd. In dit verband wordt in het voorstel voor Horizon Europa benadrukt dat “in de strategische innovatieagenda (SIA) van het EIT voorstellen voor toekomstige kennis- en innovatiegemeenschappen (KIG’s) die in overeenstemming zijn met de EITverordening, zullen worden opgenomen en rekening zal worden gehouden met de resultaten van het proces van strategische planning en met de prioriteiten van de pijler “Wereldwijde uitdagingen en Europees industrieel concurrentievermogen””.

Er zal ook voor samenwerking tussen het EIT en de Europese Innovatieraad worden gezorgd om dubbel werk te voorkomen en synergie en een groter effect van hun acties te waarborgen. De Europese Innovatieraad zal baanbrekende innovaties opsporen, ontwikkelen en toepassen en steun verlenen voor de snelle opschaling van innovatieve ondernemingen die op Europees en internationaal niveau voor innovaties zorgen die nieuwe markten creëren. Het EIT zal van zijn kant bijdragen tot de ontwikkeling van de innovatiecapaciteit van Europa door middel van de integratie binnen de kennisdriehoek en steun voor innovatie-ecosystemen.

Verenigbaarheid met andere beleidsterreinen van de Unie

De SIA zal voor meer synergie zorgen met het kaderprogramma van de Unie voor onderzoek en innovatie en met andere relevante EU-programma’s van het respectieve MFK. De SIA zal met name zorgen voor passende synergie en complementariteit tussen de EITactiviteiten en andere initiatieven, beleidsmaatregelen en instrumenten van de Unie. Er zal worden gestreefd naar samenwerking met programma’s en instrumenten zoals Erasmus, Digitaal Europa, de Europese structuur- en investeringsfondsen, het programma InvestEU en Creatief Europa. Voorts zal worden gezorgd voor synergie en complementariteit tussen de activiteiten van het EIT/de KIG’s en nationale programma’s en initiatieven door de rol van de groep vertegenwoordigers van de lidstaten te versterken.

2. RECHTSGRONDSLAG, SUBSIDIARITEIT EN EVENREDIGHEID

Rechtsgrondslag

De EU heeft een gedeelde bevoegdheid op het gebied van het industriebeleid op basis van artikel 173 VWEU (titel XVII). Overeenkomstig artikel 173, lid 1, dragen de Unie en de lidstaten er zorg voor dat de omstandigheden nodig voor het concurrentievermogen van de industrie van de Unie, aanwezig zijn. Hiertoe is hun optreden, overeenkomstig een systeem van open en concurrerende markten, er ook op gericht een betere benutting van het industriële potentieel van het beleid inzake innovatie, onderzoek en technologische ontwikkeling te stimuleren. Krachtens artikel 173, lid 3, kunnen het Europees Parlement en de Raad volgens de in artikel 294 bedoelde gewone wetgevingsprocedure specifieke maatregelen vaststellen ter ondersteuning van de activiteiten die in de lidstaten worden ondernomen om de bovenvermelde doelstelling te verwezenlijken met uitsluiting van enige harmonisering van de wettelijke en bestuursrechtelijke bepalingen van de lidstaten. Deze bepaling vormt de rechtsgrondslag van de huidige EITverordening en van de SIA 20142020.

De voorgestelde versterking van de activiteiten van het EIT, onder meer op het gebied van onderwijs en de regionale dimensie, wordt door innovatie gestuurd en is erop gericht de doelstelling van artikel 173 VWEU te verwezenlijken.

Subsidiariteit en evenredigheid

Het voorstel voor een strategische innovatieagenda voor 20212027 eerbiedigt de beginselen van subsidiariteit en evenredigheid. Het gaat niet verder dan wat nodig is om de doelstellingen van de Unie te verwezenlijken en biedt — in vergelijking met nationale en regionale initiatieven en oplossingen — een duidelijke Europese meerwaarde in termen van schaalvoordelen, bereik en snelheid van investeringen in onderzoek en innovatie. Bovendien zal het optreden van de EU zich niet mengen in zuiver binnenlandse scenario’s en geen harmonisatie van de wet- en regelgeving van de lidstaten vereisen.

Het EIT ontwikkelt op unieke wijze EU-brede innovatie-ecosystemen van onderwijs, onderzoek, bedrijfsleven en andere belanghebbenden 4 . De door het EIT ondersteunde samenwerkingsactiviteiten komen de kwaliteit van de acties, de innovatie en de internationalisering van KIGpartners en organisaties ten goede en leiden tot de oprichting van grensoverschrijdende en multidisciplinaire netwerken, meer samenwerking tussen sectoren en een ruimer geografisch bereik.

Het EIT is ook het enige instrument binnen Horizon Europa met bijzondere aandacht voor onderwijs als drijvende kracht achter innovatie, groei en concurrentievermogen.

3. EVALUATIE, RAADPLEGING VAN BELANGHEBBENDEN EN EFFECTBEOORDELING

1.

Externe evaluatie


Het voorstel bouwt voort op de in 2017 uitgevoerde externe evaluatie van het EIT, waarin wordt bevestigd dat de grondgedachte achter de oprichting van het EIT geldig blijft en dat het EIT-model van een door innovatie gedreven integratie binnen de kennisdriehoek nog steeds relevant is. Het EIT-model richt zich vooral op structurele tekortkomingen van de innovatiecapaciteit in de EU (op belangrijke thematische gebieden), zoals de zwakke ondernemerscultuur, de geringe samenwerking tussen de academische wereld en het bedrijfsleven en de ontoereikende ontwikkeling van menselijk potentieel, en wil de innovatiekloof tussen de EU en haar voornaamste concurrenten helpen dichten.

2.

Openbare raadpleging


In het voorstel wordt rekening gehouden met de resultaten van de openbare raadpleging die werd uitgevoerd als onderdeel van de effectbeoordeling van de Europese Commissie ter ondersteuning van haar voorstellen voor de herziening van de verordening tot oprichting van het Europees Instituut voor innovatie en technologie (EIT) (EG nr. 294/2008) en voor een nieuwe strategische innovatieagenda van het EIT voor 20212027. Het doel van de openbare raadpleging was informatie en standpunten van een grote verscheidenheid van belanghebbenden te verzamelen over 1) de uitdagingen en kansen in de Europese ruimte van onderzoek en innovatie, 2) de beleidsdoelstellingen van het EIT en 3) de beleidsopties om de uitdagingen aan te gaan.

Effectbeoordeling



Dit voorstel wordt ondersteund door een effectbeoordeling van zowel het voorstel voor de herziening van de EITverordening als het voorstel voor een SIA van het EIT voor de periode 20212027.

De effectbeoordeling van het EIT bouwt voort op de effectbeoordeling die voor Horizon Europa is uitgevoerd. Het advies van de Raad voor regelgevingstoetsing was “positief” en beval aan om i) de standpunten van de belanghebbenden over de verschillende opties, ii) de uitvoeringsmechanismen van het nieuwe financieringsmodel, en iii) het regionale bereik verder toe te lichten.

In de effectbeoordeling worden de volgende beleidsopties onderscheiden: een basisoptie en twee verschillende opties om de in de effectbeoordeling beschreven problemen en technische moeilijkheden aan te pakken.

Basisoptie 1 houdt de voortzetting van de bestaande activiteiten van het EIT in met alleen de nodige aanpassingen om het voorstel in overeenstemming te brengen met het voorstel voor Horizon Europa. Optie 2 bouwt voort op de basisoptie. Daarnaast worden een aantal technische maatregelen genomen om de werking van het EIT te verbeteren. Verder wordt een nieuwe actie voorgesteld om het onderwijs in ondernemerschap in heel Europa te bevorderen. Optie 3 verschilt van optie 2 doordat bij deze optie wordt voorzien in de oprichting van een EIThub in elke lidstaat om het effect van de EITactiviteiten in heel Europa te vergroten.

Optie 2 werd als de voorkeursoptie aangemerkt: het beste evenwicht bij de verwezenlijking van de doelstellingen van het initiatief wordt bereikt, er wordt rekening gehouden met de beschikbare middelen en de grootste economische en maatschappelijke effecten worden gesorteerd. Optie 2 zal in de volgende programmeringsperiode ook tot aanzienlijke verbeteringen van het EIT leiden.

Grondrechten

Het voorstel van de Commissie eerbiedigt de grondrechten en neemt de beginselen van het EU-Handvest van de grondrechten in acht.

4. GEVOLGEN VOOR DE BEGROTING

De budgettaire gevolgen van het voorstel en de benodigde personele en administratieve middelen zijn gedetailleerd beschreven in het financieel memorandum.

5. OVERIGE ELEMENTEN

Uitvoeringsplanning en regelingen betreffende controle, evaluatie en rapportage

Monitoring en evaluatie zijn fundamentele instrumenten om het effect van het EIT te meten en ze zullen tijdens de volgende programmeringsperiode verder worden versterkt en voortdurend worden verbeterd. Gezien de aard van het model van de integratie binnen de kennisdriehoek zal het belangrijk zijn een monitoringkader te hanteren dat flexibiliteit op alle relevante niveaus mogelijk maakt en voor samenhang met de algemene doelstellingen van Horizon Europa en de beoogde effecten zorgt.

3.

Controle


Alle in- en outputs, resultaten en effecten die in de effectbeoordeling bij dit voorstel zijn vermeld, zullen aan de hand van indicatoren worden gemonitord. Dergelijke indicatoren bestaan al voor het merendeel van de categorieën. Wanneer er geen indicatoren bestaan, zullen nieuwe indicatoren worden ontwikkeld om het EIT in staat te stellen de verwezenlijking van zijn doelstellingen te monitoren.

Parallel aan en met volledige inachtneming van de bestaande monitoringinstrumenten zal worden gestreefd naar een nauwe afstemming van de EITregelingen inzake monitoring op die van Horizon Europa. Het EIT zal zijn monitoringinstrumenten bijvoorbeeld afstemmen op de effecttrajecten van Horizon Europa, die erop gericht zijn de behoefte aan wetenschappelijke, economische en maatschappelijke impactindicatoren grondiger aan te pakken. Het zal aan het EIT zijn om de operationele prestaties van de KIG’s regelmatig te monitoren en zijn controle- en rapportagesystemen voortdurend aan te passen. De resultaten van deze monitoring zullen worden gebruikt bij de business planning van de KIG’s, de besluitvorming van het EIT over de toewijzing van de begroting en de voorbereiding van de kaderpartnerschapsovereenkomsten met de KIG’s als begunstigden. De monitoringresultaten moeten ook continu worden gebruikt bij de beleidsvorming.

Het EIT zal de toepassing van de Innovatieradar-methode in het kader van Horizon Europa op de voet volgen en nagaan hoe de KIG’s de monitoring met behulp van de Innovatieradar kunnen aanscherpen.

4.

Evaluatie


De evaluatie van de prestaties van het EIT zal door de Commissie in overeenstemming met de vereisten van de gewijzigde EITverordening worden uitgevoerd en bij de algemene halftijdse en expostevaluatie van het Horizon Europa-programma worden gebruikt. Daarbij zal onder meer de synergie van het EIT met de andere instrumenten van het programma worden beoordeeld.

Met betrekking tot de KIG’s zal een specifiek indicatorkader worden gebruikt om de prestaties van de KIG’s tijdens de volgende programmeringsperiode te beoordelen (details zijn te vinden in het voorstel voor een nieuwe SIA). Dat kader is gebaseerd op huidige en oude indicatoren en vult hiaten en tekortkomingen in het bestaande systeem voor de meting van prestaties. Het is ook afgestemd op het indicatorkader van Horizon Europa.

Artikelsgewijze toelichting

De strategische innovatieagenda (SIA) van het EIT voor 20212027 benadrukt de bijdrage van het EIT tot de doelstellingen van Horizon Europa, het kaderprogramma van de Unie ter ondersteuning van onderzoek en innovatie in 2021-2027. In de SIA worden de belangrijkste troeven van het EIT in kaart gebracht, die als basis dienen voor de toekomstige strategie van het EIT en de benadering van de specifieke uitdagingen en problemen waarop het zich zal richten. Voorts verduidelijkt de SIA de rol van het EIT binnen het programma Horizon Europa en de complementariteit van het EIT met de verschillende onderdelen van Horizon Europa, en met name de Europese Innovatieraad.

De SIA omvat een aantal verbeteringen van het bestaande EITmodel. Gestreefd wordt naar meer overeenstemming met de Europese partnerschappen in het kader van Horizon Europa en de regels ervan, de verbetering van het huidige financieringsmodel (naar aanleiding van een aanbeveling van de Europese Rekenkamer) en de mogelijkheid voor het EIT om memoranda van samenwerking met de KIG’s te sluiten met het oog op het behoud van voormalige KIG’s als actieve leden van de EITgemeenschap na de beëindiging van hun kaderpartnerschapsovereenkomst.

De SIA bevat specifieke verduidelijkingen van in de EITverordening vastgestelde beginselen. De SIA geeft ook een overzicht van de financiële en menselijke middelen die nodig zijn voor de verwezenlijking van de doelstellingen van het EIT. Er worden duidelijke maatregelen inzake monitoring en evaluatie vastgesteld rekening houdend met het kader van Horizon Europa en de specifieke kenmerken van het EIT.

Daarnaast formuleert de SIA duidelijke doelstellingen voor een nieuwe nog op te starten steun- en coördinatieactie. Deze nieuwe actie zal steun verlenen voor de ontwikkeling van de ondernemers- en innovatiecapaciteit van Europese instellingen voor hoger onderwijs die niet bij de KIG’s betrokken zijn, om hen in staat te stellen zich beter te integreren in lokale innovatie-ecosystemen. Het EIT-label zal deel uitmaken van de sterkere nadruk van het EIT op onderwijs.

Het EIT zal sterk de nadruk leggen op transversale acties, zoals communicatie, identificatie, codificatie en verspreiding van goede praktijken, en op internationale samenwerking. Een ander belangrijk werkterrein van het EIT zal de uitbreiding en versterking van zijn regionale actieradius via de regionale innovatieregeling zijn. De regionale innovatieregeling zal met name lidstaten met geringe innovatieprestaties mogelijkheden bieden en hun toegang tot de KIG’s van het EIT verbeteren.

In de SIA wordt de culturele en creatieve sector aangewezen als prioritair gebied voor een nieuwe KIG en in 2021 zal een oproep worden gepubliceerd. Een tweede oproep voor een nieuwe KIG is in 2024 gepland, mits bijlage I wordt gewijzigd om nieuwe prioritaire gebieden toe te voegen. Als naast het budget van het EIT extra middelen beschikbaar worden, kunnen nog andere prioritaire gebieden in de SIA worden opgenomen en bijgevolg nog meer oproepen voor nieuwe KIG’s worden gepubliceerd.