Toelichting bij COM(2019)363 - Garantiefonds en het beheer ervan in 2018

Dit is een beperkte versie

U kijkt naar een beperkte versie van dit dossier in de EU Monitor.

dossier COM(2019)363 - Garantiefonds en het beheer ervan in 2018.
bron COM(2019)363 NLEN
datum 05-08-2019
EUROPESE COMMISSIE

1.

Brussel, 5.8.2019


COM(2019) 363 final

VERSLAG VAN DE COMMISSIE AAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD

BETREFFENDE HET GARANTIEFONDS EN HET BEHEER ERVAN IN 2018

{SWD(2019) 314 final}


Inhoudsopgave


Inleiding



2.

2. Financiële positie en significante transacties van het Garantiefonds


3.

2.1.Financiële positie van het Garantiefonds op 31 december 2018


4.

2.2.Significante transacties van het Fonds in 2018


5.

2.2.1.Beroep op het Garantiefonds 2018


6.

2.2.2.Voorziening van het Garantiefonds 2018


2.3.Significante verrichtingen na de verslagdatum (per eind maart 2019).

7.

3. Enkelvoudige jaarrekening van het Fonds


8.

3.1.Enkelvoudige financiële positie op 31 december 2018


9.

3.2.Enkelvoudig overzicht van de financiële prestaties


10.

4. Treasurybeheer van het Garantiefonds


11.

4.1.Beleggingsbeleid


12.

4.2. Prestaties en marktontwikkelingen in 2018


13.

5. Beroep op het Garantiefonds


14.

6. Vergoeding van de EIB



1. Inleiding

Bij Verordening (EG, Euratom) nr. 480/2009 van de Raad van 25 mei 2009 1 (gecodificeerde versie) (hierna “de verordening” genoemd) is een Garantiefonds (hierna “het Fonds” genoemd) ingesteld voor de terugbetaling van crediteuren van de Unie ingeval begunstigden van door de Europese Unie toegekende of gegarandeerde leningen in gebreke blijven. Overeenkomstig artikel 7 van de verordening heeft de Commissie het financiële beheer van het Fonds toevertrouwd aan de Europese Investeringsbank (EIB) in het kader van een overeenkomst tussen de Europese Unie en de EIB die van 25 november 1994 dateert en vervolgens op 23 september 1996, 8 mei 2002, 25 februari 2008, 9 november 2010 en 28 september 2018 2 is gewijzigd (hierna “de overeenkomst” genoemd).

In artikel 8 van de verordening is bepaald dat de Commissie uiterlijk op 31 mei van elk jaar een jaarverslag over de stand en het beheer van het Fonds aan het einde het voorgaande kalenderjaar aan het Europees Parlement, de Raad en de Rekenkamer moet toezenden.

Deze informatie wordt verstrekt in voorliggend verslag samen met het werkdocument van de diensten van de Commissie (SWD). Het is, in lijn met de overeenkomst, gebaseerd op van de EIB ontvangen gegevens.

2. Financiële positie en significante transacties van het Garantiefonds

2.1.Financiële positie van het Garantiefonds op 31 december 2018

Het Garantiefonds bedroeg 2 609 881 747,51 EUR per 31 december 2018 (2 560 761 844,63 EUR per 31 december 2017) (zie de bijlage bij het SWD: Jaarrekening van het Garantiefonds, zoals verstrekt door de EIB).

De totale balanswaarde van het Fonds is in 2018 met ongeveer 49,1 miljoen EUR gestegen. Dit is vooral te verklaren door:

Stijgingen:

·De bijdrage uit de EU-begroting (voorzieningsbedrag) van 103,2 miljoen EUR om het Fonds met het streefbedrag van 9 % van de totale uitstaande verplichtingen in overeenstemming te brengen.

·Het economisch resultaat met betrekking tot financiële operaties ter grootte van 12,0 miljoen EUR.

Dalingen:

·Interventies van het Fonds ter dekking van wanbetalingen voor in totaal 55,7 miljoen EUR.

·De daling van de waardering van de portefeuille met 10,5 miljoen EUR wegens de aanpassing van de waarde ervan voor de waardering tegen marktwaarde.

2.2.Significante transacties van het Fonds in 2018

2.2.1.Beroep op het Garantiefonds 2018

15.

Syrië


In 2018 werd de EIB nog steeds geconfronteerd met betalingsachterstanden op Syrische overheidsleningen. Als gevolg daarvan en in overeenstemming met de garantieovereenkomst tussen de EU en de EIB heeft de EIB tot 31 december 2018 nog 9 keer een beroep gedaan op het EU-Garantiefonds voor een totaalbedrag van 55,73 miljoen EUR (zie punt 5).

16.

Enfidha Airport (Tunesië)


In 2018 heeft de EIB 136 092,88 EUR ingevorderd van de lening aan Enfidha Airport (Tunesië). Dit bedrag is op de bankrekening van het Garantiefonds gecrediteerd met valutadatum 15 januari 2018 (zie punt 5).

2.2.2.Voorziening van het Garantiefonds 2018

In februari 2018 is een met het voorzieningsbedrag voor 2018 overeenstemmend bedrag van 137,8 miljoen EUR uit de begroting in het Fonds gestort.

Ook de berekening van de bijdrage uit de EU-begroting aan het Fonds voor 2019 heeft in februari 2018 plaatsgevonden en heeft ertoe geleid dat in februari 2019 103,2 miljoen EUR moest worden overgemaakt. De bijdrage is berekend overeenkomstig de artikelen 3 en 5 van de verordening.

In artikel 3 van de verordening is bepaald dat de middelen van het Fonds een streefbedrag moeten bereiken dat is vastgesteld op 9 % van het uitstaande bedrag in hoofdsom van het totaal van de verplichtingen die voortvloeien uit elke operatie, vermeerderd met de verschuldigde en niet-betaalde interesten.

Krachtens artikel 5 van de verordening is het uit de begroting aan het Fonds over te maken bedrag in het jaar n + 1 gelijk aan het aan het begin van het jaar n berekende verschil tussen het streefbedrag en de waarde van de netto-activa van het Fonds aan het einde van het jaar n - 1.

Om het Fonds met het percentage van 9 % van het uitstaande bedrag in hoofdsom in overeenstemming te brengen, is in de begroting voor 2019 een bedrag van 103,22 miljoen EUR, berekend op basis van de op 31 december 2017 uitstaande gegarandeerde operaties, opgenomen om in het Fonds te storten. Het bedrag is goedgekeurd door de Raad en het Europees Parlement en opgenomen als een actief (vordering) van het Fonds in de balans van 31 december 2018.

2.3.Significante verrichtingen na de verslagdatum (per eind maart 2019).

In februari 2019 is het bovengenoemde voorzieningsbedrag van 103,2 miljoen EUR uit de EU-begroting naar het Fonds overgeboekt.

In januari en maart 2019 werd een totaalbedrag van 10,6 miljoen EUR uitbetaald in het kader van twee gehonoreerde garanties voor wanbetalingen van Syrië (3,2 miljoen EUR en 7,4 miljoen EUR, met inbegrip van door de EIB opgelegde boetes).

3. Enkelvoudige jaarrekening van het Fonds

De enkelvoudige jaarrekening van het Fonds wordt opgesteld om boekhoudoperaties op te nemen die niet in de door de EIB opgestelde jaarrekening van het Fonds zijn vervat (zie SWD). Zij maakt deel uit van de geconsolideerde jaarrekening van de EU.

3.1.Enkelvoudige financiële positie op 31 december 2018

Balans – Activa

31 december 201831 december 2017
VASTE ACTIVA2 275 342 6642 077 970 486
Financiële activa2 275 342 6642 077 970 486
VLOTTENDE ACTIVA231 316 149344 990 638
Financiële activa189 758 096120 771 792
Vorderingen-136 093
Geldmiddelen en kasequivalenten41 558 053224 082 753
TOTAAL ACTIVA2 506 658 8132 422 961 124


Balans – Passiva

31 december 201831 december 2017
MIDDELEN VAN DE CONTRIBUANT2 295 687 1442 160 971 521
Bijdrage van de Europese Commissie1 846 972 3621 709 171 640
Reëlewaardereserve12 227 19222 700 055
Ingehouden winst436 487 590429 099 826
LANGLOPENDE VERPLICHTINGEN159 153 609208 033 976
Financiële voorzieningen159 153 609208 033 976
KORTLOPENDE VERPLICHTINGEN51 818 06053 955 627
Financiële voorzieningen50 777 87150 408 230
Schulden1 040 1893 547 397
TOTAAL MIDDELEN + VERPLICHTINGEN VAN DE CONTRIBUANT2 506 658 8132 422 961 124


Het verschil van 103,2 miljoen EUR tussen de totale enkelvoudige balanswaarde van het Fonds (2 506 658 813 EUR) en de waarde van het Fonds in de door de EIB opgestelde jaarrekening (2 609 881 748 EUR) kan voornamelijk worden verklaard door de volgende elementen:

·De enkelvoudige jaarrekening omvat alle bedragen waarvoor subrogatie door de EU heeft plaatsgevonden als gevolg van ten behoeve van de EIB gehonoreerde garanties met betrekking tot noodlijdende leningen (betalingsachterstanden vermeerderd met de voor te late betalingen opgelopen rente). Gezien de politieke situatie in Syrië en op basis van een beslissing van de rekenplichtige van de Europese Commissie is in de jaarrekening voor 2018 voor deze bedragen een volledige bijzondere waardevermindering opgenomen.

·De enkelvoudige jaarrekening omvat de bijdrage van 103,2 miljoen EUR uit de EU-begroting aan het Fonds van 2019 niet, aangezien deze vordering wordt gecompenseerd door de corresponderende schuld in de geconsolideerde rekeningen van de EU.

·In 2018 zijn in de enkelvoudige balans financiële voorzieningen van 209,9 miljoen EUR met betrekking tot toekomstige termijnen van de resterende uitstaande Syrische leningen opgenomen.

·De betalingen van gehonoreerde garanties uit het Garantiefonds aan de EIB (en eventueel opeenvolgende invorderingen van de gehonoreerde garanties en achterstandsrente) worden opgenomen als verlagingen (verhogingen) van de netto-activa (EU-bijdrage) in de door de EIB opgestelde jaarrekening. In de enkelvoudige jaarrekening worden de voor ten behoeve van de EIB gehonoreerde garanties betaalde bedragen niet ten laste van de netto-activa gebracht omdat het gesubrogeerde bedragen worden. Gerelateerde bedragen worden administratief verwerkt als opbrengsten (lopende achterstandsrente en boetes, winsten op vreemde valuta) of als lasten (lopende aan de EIB te betalen invorderingsvergoedingen, bijzondere waardeverminderingen, verliezen op vreemde valuta). Dit leidt tot een blijvend verschil tussen de netto-activaposten (EU-bijdrage en ingehouden winst) opgenomen in de door de EIB opgestelde jaarrekening en de door de Europese Commissie opgestelde enkelvoudige jaarrekening.

3.2.Enkelvoudig overzicht van de financiële prestaties

Net als voor de balans het geval is, wordt het enkelvoudig overzicht van de financiële prestaties opgesteld met het oog op de opname ervan in de geconsolideerde jaarrekening van de EU.

20182017
Opbrengsten uit hoofde van operationele activiteiten2 928 446939 062
Lasten uit hoofde van operationele activiteiten(4 876 241)(3 834 219)
RESULTAAT UIT HOOFDE VAN OPERATIONELE ACTIVITEITEN(1 947 795)(2 895 157)
Financiële opbrengsten30 241 83429 913 694
Financiële kosten(20 906 275)(51 793 999)
FINANCIEEL RESULTAAT9 335 559(21 880 305)
ECONOMISCH RESULTAAT VAN HET JAAR7 387 764(24 775 462)


·De opbrengsten uit hoofde van operationele activiteiten omvatten winsten op vreemde valuta en het herziene saldo voor 2017 van opgelopen aan de EIB te betalen invorderingsvergoedingen, voortvloeiend uit de bepalingen van de nieuwe invorderingsovereenkomst die in 2018 is ondertekend. Krachtens de nieuwe overeenkomst worden geen vergoedingen meer betaald ter dekking van de door de EIB gemaakte kosten voor interne invorderingen.

·De lasten uit hoofde van operationele activiteiten omvatten voornamelijk aan de EIB betaalde vergoedingen voor activabeheer (0,9 miljoen EUR), aan de EIB betaalde vergoedingen voor externe invorderingen (1,9 miljoen EUR) en een toevoeging aan de financiële voorzieningen met betrekking tot uitstaande toekomstige Syrische termijnen (1,9 miljoen EUR).

·De financiële baten omvatten voornamelijk de rentebaten uit hoofde van de beleggingsportefeuille (6,3 miljoen EUR), gerealiseerde winsten op de verkoop van financiële activa (10,0 miljoen EUR) en opgelopen rente voor te late betalingen met betrekking tot gesubrogeerde bedragen (13,9 miljoen EUR).

·De financiële kosten omvatten voornamelijk bijzondere waardeverminderingsverliezen (19,6 miljoen EUR) op bedragen waarvoor in 2018 subrogatie door de EU heeft plaatsgevonden (zie punt 5), rentelasten op geldmiddelen en kasequivalenten (0,9 miljoen EUR) en gerealiseerde verliezen op de verkoop van financiële activa (0,5 miljoen EUR).

4. Treasurybeheer van het Garantiefonds

4.1.Beleggingsbeleid

De liquide middelen van het Fonds worden uitgezet volgens de beheersbeginselen vastgesteld in de bijlage bij de beheerovereenkomst, als gewijzigd 3 . Dienovereenkomstig worden voldoende activa in monetaire activa belegd ter dekking van uitstromen op korte termijn (minder dan een jaar). Het desbetreffende percentage dient te worden vastgesteld in de jaarlijkse beleggingsstrategie. De resterende activa mogen worden belegd in instrumenten op middellange en lange termijn met een maximale looptijd van 10 jaar en 6 maanden, te rekenen vanaf de betalingsdatum (portefeuille op middellange en lange termijn).

4.2.Prestaties en marktontwikkelingen in 2018

Het jaar werd gekenmerkt door een volatiele ontwikkeling van de rendementen op Europese vastrentende markten, met percentages die in het eerste kwartaal een stijging lieten zien als gevolg van verwachtingen ten aanzien van het einde van het door de ECB gevoerde beleid van kwantitatieve verruiming. Vervolgens bereikten de rendementen aan het einde van het jaar hun laagste jaarniveau omdat de economische groei vertraagde. De credit spreads namen in de loop van het jaar toe en de beweging versnelde in december bij dalende aandelenmarkten en een verwachte verkrapping van het monetaire beleid.

De financiële markten werden het hele jaar door negatief beïnvloed door de hierna beschreven risicofactoren. De door president Trump opgelegde handelstarieven resulteerden in een vertraging van de economische groei, terwijl de inflatie onder de doelstellingen van de centrale banken bleef als gevolg van lage grondstoffenprijzen en met de mondialisering samenhangende factoren. De onzekere vooruitzichten van de Brexit-onderhandelingen wogen op de financiële sector en het bedrijfsleven in het Verenigd Koninkrijk. De gevolgen van de in maart gehouden Italiaanse verkiezingen werden voelbaar in mei, toen de Italiaanse spreads ten opzichte van Duitsland opliepen tot ruim 250 basispunten.

In 2018 hebben ‘s werelds belangrijkste centrale banken de monetaire teugels aangehaald. De Amerikaanse Federal Reserve heeft haar driemaandelijkse cyclus van renteverhogingen met 25 basispunten voortgezet, waardoor aan het einde van het jaar voor de federal funds rate een doeltarief van 2,50-2,75 % gold. De ECB heeft de maandelijkse netto-aankopen van activa in het kader van haar beleid van kwantitatieve verruiming teruggeschroefd van 30 miljard EUR tot 15 miljard EUR in september en eind 2018 heeft zij de netto-aankopen volledig stopgezet. De herbeleggingen van vervallende obligaties op de ECB-balans zullen de markten blijven ondersteunen. Sinds kort is het monetaire beleid aan weerszijden van de Atlantische Oceaan echter soepeler geworden onder invloed van toenemende onzekerheden. De markt verwacht geen verdere renteverhogingen door de Federal Reserve meer en de eerste renteverhoging door de ECB is uitgesteld tot 2020. Aangenomen wordt dat de economische groei zal vertragen van 2,9 % in 2018 tot 2,5 % in 2019 in de Verenigde Staten en van 1,9 % tot 1,4 % in de eurozone.

Vooruitblikkend wordt verwacht dat de marktvolatiliteit in 2019 zal aanhouden naarmate de rond de Brexit heersende onzekerheid en de groeivertraging een verder neerwaarts effect sorteren op de marktkoersen, die thans al bijna een historisch dieptepunt hebben bereikt. Tegelijkertijd vertonen de credit spreads een toenemende tendens omdat de conjunctuur in de Verenigde Staten vertraagt en de activa-aankopen door centrale banken in de EU zijn stopgezet.

De prestaties van de portefeuille van het Fonds werden gemonitord tegen marktprijzen (reële waarde). In 2018 heeft de portefeuille tegen marktprijzen een jaarrendement van 0,1005 % opgeleverd, wat neerkomt op +13,5 basispunten ten opzichte van de benchmark.

5. Beroep op het Garantiefonds

17.

Syrië


Sinds november 2011 wordt de EIB geconfronteerd met betalingsachterstanden op Syrische overheidsleningen. Als gevolg daarvan en in overeenstemming met de garantieovereenkomst tussen de EU en de EIB heeft de EIB tot 31 december 2018 63 keer een beroep gedaan op het EU-Garantiefonds voor een totaalbedrag van 421,05 miljoen EUR (inclusief door de EIB opgelegde boetes en ingevorderde bedragen).

18.

Enfidha Airport (Tunesië)


In januari 2018 heeft de EIB 136 092,88 EUR ingevorderd van de lening aan Enfidha Airport (Tunesië). Dit bedrag is op de bankrekening van het Garantiefonds gecrediteerd.

6. Vergoeding van de EIB

De EIB-vergoeding bestaat uit de beheersvergoedingen en de invorderingsvergoedingen. De beheersvergoedingen dekken het activabeheer van het Fonds. De invorderingsvergoedingen dekken de uitgaven in verband met externe invorderingen van de EIB betreffende vorderingen na wanbetalingen die onder de EU-garantie voor EIB-financieringsoperaties buiten de Unie vallen.

In het van 8 mei 2002 daterende tweede aanhangsel van de overeenkomst is bepaald dat de beheersvergoedingen van de EIB worden vastgesteld door op elke tranche van de activa van het Fonds degressieve jaarlijkse provisiepercentages toe te passen. De berekening van deze vergoeding geschiedt op basis van de jaarlijkse gemiddelde activa van het Fonds.

Voor 2018 werden de beheersvergoedingen van de EIB vastgesteld op 894 626 EUR en werden zij in het overzicht van de financiële prestaties als last en op de balans als overlopende post (verplichtingen) opgenomen.

De in december 2018 tussen de Commissie en de Bank ondertekende invorderingsovereenkomst voorziet enkel in de dekking van de uitgaven in verband met externe invorderingen (en niet langer van de uitgaven in verband met interne invorderingen).

(1) PB L 145 van 10.6.2009, blz. 10; bij de verordening is Verordening (EG, Euratom) nr. 2728/94 van de Raad van 31 oktober 1994 tot instelling van een Garantiefonds gecodificeerd en ingetrokken. Zij werd gewijzigd op 14 maart 2018 door Verordening (EU) 2018/409 van het Europees Parlement en de Raad.
(2) Supplementary Agreement no 5 to the Agreement relating to the Management of the Guarantee Fund between the European Union and the European Investment Fund - Ref. Ares(2018)5207374 - 10/10/2018.
(3) Gewijzigd bij aanhangsel 1 van 23 september 1996, aanhangsel 2 van 8 mei 2002, aanhangsel 3 van 25 februari 2008, aanhangsel 4 van 9 november 2010 en aanhangsel 5 van september 2018.