Toelichting bij COM(2019)576 - Machtiging van de Europese Commissie voor onderhandelingen met Belarus over een overeenkomst betreffende douanesamenwerking en wederzijdse administratieve bijstand (CCMAA)

Dit is een beperkte versie

U kijkt naar een beperkte versie van dit dossier in de EU Monitor.

1. ACHTERGROND VAN HET VOORSTEL

Motivering en doel van het voorstel

De afgelopen jaren zijn de betrekkingen tussen de EU en Belarus verbeterd en is de bilaterale handel in goederen tussen de EU en Belarus gestaag toegenomen. De Europese Unie is de op een na belangrijkste handelspartner van Belarus met een aandeel van bijna een derde in de totale handel van het land. Tegelijkertijd is een aanzienlijk aandeel (naar schatting meer dan 15%) van de illegale tabaksproducten die door de douaneautoriteiten in de EU-lidstaten in beslag zijn genomen afkomstig uit Belarussische fabrieken. Illegale tabakshandel kost de begrotingen van de lidstaten en de EU www.dw.com/en">naar schatting 10 miljard euro per jaar aan inkomsten. De illegale tabakshandel ondermijnt ook het volksgezondheidsbeleid van de EU en de lidstaten en draagt zo bij aan de vele sterfgevallen als gevolg van roken ieder jaar. In 2013 heeft de EU een integrale strategie 1 ter bestrijding van de illegale tabakshandel aangenomen die ook vandaag nog relevant is 2 . Een belangrijk element in deze strategie is het verbeteren van de samenwerking met de belangrijkste bron- doorvoerlanden. Daarom beantwoordt het voorstel aan de behoefte van de EU-lidstaten en hun bedrijven om een wettelijk kader voor douanesamenwerking en wederzijdse administratieve bijstand met Belarus tot stand te brengen.

Vanwege de specifieke historische context is Belarus het enige land in het oostelijk nabuurschap van de EU en het enige land van de Euraziatische Economische Unie zonder formele rechtsgrondslag voor douanesamenwerking en wederzijdse administratieve bijstand met de EU. Een internationale overeenkomst moet daarom een rechtsgrondslag creëren voor douanesamenwerking, met name om de veiligheid van de toeleveringsketen te garanderen en de handel te faciliteren, en voor wederzijdse administratieve bijstand om inbreuken op de douanewetgeving te voorkomen, te onderzoeken en te bestrijden. De overeenkomst met Belarus zal een geschikt instrument zijn bij de bestrijding van douanefraude.

Aangezien de algemene betrekkingen van de EU met Belarus zich ontwikkelen, is het nu het juiste moment om deze kloof in de externe betrekkingen van de EU op het gebied van douanezaken met haar buurlanden te dichten. Dit initiatief is in overeenstemming met de conclusies van de Raad van februari 2016 over Belarus, waarin staat dat de EU blijft openstaan voor de verdere ontwikkeling van de betrekkingen tussen de EU en Belarus, en voor het nemen van verdere maatregelen ter versterking van de politieke betrekkingen en van de sectorale samenwerking in de juiste context Het sluit ook aan op de recentere politieke contacten in het kader van de vergadering van de coördinatiegroep EU-Belarus op 25 april 2019 en het bezoek van commissaris Oettinger aan Minsk in februari 2019. De versterking van onze betrokkenheid met Belarus is ook een belangrijk onderdeel van het actieplan ter bestrijding van de illegale tabakshandel 2018-2022 3 dat de Commissie in december 2018 heeft aangenomen.

Dit initiatief valt niet onder het programma voor gezonde regelgeving (Refit).

Verenigbaarheid met bestaande bepalingen op het beleidsterrein

De Commissie heeft overeenkomsten gesloten, met daarin onder meer bepalingen inzake douanesamenwerking en wederzijdse administratieve bijstand, met alle oostelijke buurlanden en alle andere lidstaten van de Euraziatische Economische Unie: Rusland 4 , Armenië 5 , Kazachstan 6 en Kirgizië 7 .

Verenigbaarheid met andere beleidsterreinen van de Unie

De aanbeveling is verenigbaar met andere beleidsterreinen van de Unie.

2. RECHTSGRONDSLAG, SUBSIDIARITEIT EN EVENREDIGHEID

Rechtsgrondslag

De procedurele rechtsgrondslag wordt gevormd door artikel 218, leden 3 en 4, van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie (VWEU).

Aangezien het voorwerp van de overeenkomst deel zou uitmaken van het gemeenschappelijk handelsbeleid van de Unie, vormt artikel 207 VWEU de materiële rechtsgrondslag voor de besluiten over de ondertekening en sluiting van de overeenkomst.

Subsidiariteit (bij niet-exclusieve bevoegdheid)

Het initiatief valt onder de exclusieve bevoegdheid van de EU (gemeenschappelijk handelsbeleid) overeenkomstig artikel 207 van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie (VWEU). Het subsidiariteitsbeginsel is derhalve niet van toepassing.

Evenredigheid

De aanbeveling van de Commissie is in overeenstemming met het evenredigheidsbeginsel.

Een internationale overeenkomst is het juiste en noodzakelijke instrument om een rechtsgrondslag te creëren voor douanesamenwerking en wederzijdse administratieve bijstand met een derde land. Ook strookt dit met onze doelstelling om betrekkingen met Belarus aan te gaan op het gebied van douanesamenwerking, aangezien dit het enige land is aan de oostelijke grens van de EU waarmee nog geen douanegerelateerde overeenkomst is gesloten.

Keuze van het instrument

Besluit van de Raad van de Europese Unie.

3. EVALUATIE, RAADPLEGING VAN BELANGHEBBENDEN EN EFFECTBEOORDELING

Evaluatie van bestaande wetgeving en controle van de resultaatgerichtheid ervan

1.

Niet van toepassing


Raadpleging van belanghebbenden

2.

Niet van toepassing


Bijeenbrengen en gebruik van expertise

3.

Niet van toepassing


Effectbeoordeling

Het doel van de overeenkomst is om de toepassing van douanewetgeving te verbeteren door middel van samenwerking en wederzijdse administratieve bijstand tussen de douaneautoriteiten van de EU en van Belarus.

Het afstemmen van de regels en het aanhalen van de contacten met de Republiek Belarus zullen een positief effect hebben.

De correctere toepassing van de douanewetgeving dankzij wederzijdse administratieve bijstand en douanesamenwerking zal naar verwachting een indirect positief effect hebben, onder meer door het terugdringen van douanefraude, met name de smokkel van tabaksproducten, wat zal leiden tot hogere douane- en belastinginkomsten in de EU.

De tekst van de mogelijke overeenkomst zou, afhankelijk van onderhandelingen, vergelijkbaar zijn met overeenkomsten die zijn gesloten met de buurlanden van Belarus en met andere landen van de Euraziatische Economische Unie, waarvan Belarus lid is en die hetzelfde regionale douanewetboek delen.

Wat de wederzijdse administratieve bijstand betreft, is de ontwerptekst grotendeels formeel en procedureel, waardoor deze tijdens de onderhandelingen niet substantieel dient te worden gewijzigd.

Resultaatgerichtheid en vereenvoudiging

Dit initiatief valt niet onder het programma voor gezonde regelgeving (Refit).

Grondrechten

De aanbeveling is in overeenstemming met de EU-Verdragen en het Handvest van de grondrechten van de Europese Unie.

4. GEVOLGEN VOOR DE BEGROTING

De overeenkomst inzake douanesamenwerking en wederzijdse administratieve bijstand zal geen rechtstreekse gevolgen hebben voor de begroting van de EU.

De overeenkomst vereist financiële en administratieve middelen voor het opzetten en beheren van een gemengd comité en van eventuele missies en besprekingen om de overeenkomst uit te voeren.

4.

Aanbeveling voor een


BESLUIT VAN DE RAAD

tot machtiging van de Europese Commissie om de onderhandelingen met de Republiek Belarus te openen aangaande een overeenkomst betreffende douanesamenwerking en wederzijdse administratieve bijstand (CCMAA).

DE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE,

Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie, en met name artikel 218, leden 3 en 4,

Gezien de aanbeveling van de Europese Commissie,

HEEFT HET VOLGENDE BESLUIT VASTGESTELD:

5.

Artikel 1


De Commissie wordt hierbij gemachtigd om namens de Europese Unie onderhandelingen te openen met de Republiek Belarus over een overeenkomst betreffende douanesamenwerking en wederzijdse administratieve bijstand.

6.

Artikel 2


De onderhandelingen worden gevoerd op basis van de onderhandelingsrichtsnoeren van de Raad in de bijlage.

7.

Artikel 3


De Commissie voert de onderhandelingen in overleg met [door de Raad in te voegen naam van het speciale comité].

8.

Artikel 4


Dit besluit is gericht tot de Commissie.


Gedaan te Brussel,

9.

Voor de Raad


De voorzitter

(1) COM(2013) 324
(2) COM (2017) 235, deel E.
(3) COM(2018) 846, punt A.2.7.
(4) PB L 327 van 28.11.1997, blz. 1.
(5) PB L 239 van 9.9.1999, blz. 1.
(6) PB L 29 van 4.2.2016, blz. 1.
(7) PB L 196 van 28.7.1999, blz. 46.