Toelichting bij COM(2020)72 - Stand van de voorbereidingen voor de volledige tenuitvoerlegging van de nieuwe rechtsgrondslagen voor het Schengeninformatiesysteem (SIS)

Dit is een beperkte versie

U kijkt naar een beperkte versie van dit dossier in de EU Monitor.

EUROPESE COMMISSIE

1.

Brussel, 28.2.2020


COM(2020) 72 final

VERSLAG VAN DE COMMISSIE AAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD

over de stand van de voorbereidingen voor de volledige tenuitvoerlegging van de nieuwe rechtsgrondslagen voor het Schengeninformatiesysteem (SIS) overeenkomstig artikel 66, lid 4, van Verordening (EU) 2018/1861 en artikel 79, lid 4, van Verordening (EU) 2018/1862


1.INLEIDING

Op 28 november 2018 hebben het Europees Parlement en de Raad drie nieuwe verordeningen betreffende de instelling, de werking en het gebruik van het Schengeninformatiesysteem (SIS) 1 vastgesteld. De nieuwe SIS-verordeningen verruimen het toepassingsgebied en de functies van het SIS via:

·uitbreiding van het aantal signaleringscategorieën en van het aantal mogelijkheden binnen bestaande signaleringscategorieën;

·uitbreiding van gegevenscategorieën in SIS-signaleringen;

·invoering van nieuwe technische mogelijkheden;

·invoering van nieuwe biometrische capaciteiten;

·uitbreiding van de toegang tot SIS-signaleringen op nationaal en Europees niveau.


De nieuwe bepalingen moeten in verschillende fasen worden uitgevoerd. In de verordeningen zijn drie mijlpalen voor de uitvoering vastgelegd:

1)uitvoeringsfase I (klaar voor inbedrijfstelling tegen eind 2019): Europol en de leden van de teams die door het Europees Grens- en kustwachtagentschap 2 worden ingezet, krijgen toegang tot alle signaleringscategorieën in het SIS;

2)uitvoeringsfase II (klaar voor inbedrijfstelling tegen eind 2020): alle lidstaten kunnen gebruikmaken van het geautomatiseerde vingerafdrukidentificatiesysteem (AFIS) voor zoekopdrachten op basis van vingerafdrukken in het SIS;

3)uitvoeringsfase III (klaar voor inbedrijfstelling tegen eind 2021): volledige uitvoering van alle bepalingen van de nieuwe SIS-verordeningen.

In dit verband is in de nieuwe verordeningen bepaald dat de Commissie uiterlijk op 28 december 2021 een besluit moet nemen tot vaststelling van de datum waarop de SIS-werkzaamheden ingevolge deze verordeningen aanvangen. Om dat doel te halen, moet tegen die tijd aan de volgende voorwaarden zijn voldaan:

·de nodige uitvoeringshandelingen zijn vastgesteld;

·de lidstaten hebben aan de Commissie meegedeeld dat zij de nodige technische en juridische maatregelen hebben genomen, en

·eu-LISA heeft aan de Commissie meegedeeld dat alle tests succesvol zijn afgerond.

Krachtens artikel 66, lid 4, van Verordening (EU) 2018/1861 en artikel 79, lid 4, van Verordening (EU) 2018/1862 moet de Commissie jaarlijks een verslag bij het Europees Parlement en de Raad indienen over de stand van de voorbereidingen voor de volledige tenuitvoerlegging van de nieuwe SIS-verordeningen.

Dit eerste voortgangsverslag geeft een overzicht van het voorbereidende werk dat de Commissie, de agentschappen en de lidstaten in de periode van 1 januari 2019 tot en met 30 september 2019 hebben verricht. Het verslag is gebaseerd op informatie die de lidstaten en de agentschappen aan de hand van vragenlijsten hebben verstrekt, en op resultaten die tijdens vergaderingen en workshops zijn bereikt.

2.STAND VAN DE VOORBEREIDINGEN VOOR DE TENUITVOERLEGGING VAN DE NIEUWE SIS-VERORDENINGEN

2.1.Belanghebbenden

Voor een volledige tenuitvoerlegging van de SIS-verordeningen tegen eind 2021 is nauwe samenwerking tussen de verschillende belanghebbenden vereist.

De Commissie heeft als taak toezicht op het uitvoeringsproces te houden, de correcte en geharmoniseerde uitvoering van de wettelijke bepalingen te waarborgen en de nodige uitvoerings- en gedelegeerde handelingen vast te stellen.

eu-LISA is verantwoordelijk voor de ontwikkeling van het centrale SIS en de communicatie-infrastructuur en, in het kader daarvan, voor het opstellen van technische specificaties, het testen en het inbedrijfstellen van het nieuwe SIS binnen de vastgestelde termijnen.

De lidstaten moeten erop toezien dat hun nationale systemen overeenkomstig de ontwikkelingen binnen het centrale SIS worden ontwikkeld, dat alle juridische en procedurele voorbereidingen worden getroffen die nodig zijn voor de verwerking van SIS-gegevens en aanvullende informatie, en dat daarbij de nieuwe SIS-verordeningen in acht worden genomen.

De opdracht van het Europees Grens- en kustwachtagentschap, Europol en Eurojust bestaat erin alle voorbereidingen te treffen om hun bevoegde gebruikers overeenkomstig de nieuwe SIS-verordeningen toegang te verlenen tot SIS-gegevens.

2.2.Commissie

2.

2.2.1.Coördinatie van de werkzaamheden en overleg met de belanghebbenden


De Commissie heeft in januari 2019 een netwerk van deskundigen van de bevoegde autoriteiten van de lidstaten en de EU-agentschappen opgericht om het werk te coördineren en haar bij te staan bij verschillende taken:

·in het kader van de deskundigengroep inzake informatiesystemen voor grenzen en veiligheid 3 zijn een subgroep SIS en een subgroep Sirene 4 opgericht; de subgroep SIS is belast met de taak de Commissie te voorzien van deskundig advies over technische opties voor de correcte implementatie van de nieuwe bepalingen en functies van het SIS, en gedelegeerde handelingen voor te bereiden; de subgroep Sirene heeft als opdracht deskundig advies aan de Commissie te verstrekken over de vereiste wijzigingen in de Sirene-procedures;

·er is een comité 5 opgericht (SIS-Sirene-politie en SIS-Sirene-grenzen) om de Commissie te helpen bij de voorbereiding van de nodige uitvoeringshandelingen; het comité is het belangrijkste besluitvormingsorgaan voor de bekrachtiging van de aanbevelingen die door de deskundigen worden gedaan in de subgroep SIS en de subgroep Sirene of in de door eu-LISA geleide technische vergaderingen.

De Commissie neemt actief deel aan de door eu-LISA geleide werkzaamheden en technische vergaderingen en zorgt voor de coördinatie van de werkzaamheden van de verschillende belanghebbenden door regelmatig vergaderingen van het SIS-Sirene-comité te beleggen.

3.

2.2.2.Vaststelling van vereisten voor technische ontwikkelingen


De deskundigen van de Commissie en de lidstaten hebben zich in eerste instantie geconcentreerd op het formuleren van de vereisten voor technische ontwikkelingen in het centrale SIS overeenkomstig de nieuwe verordeningen.

Wat het vaststellen van de vereisten inzake het niet-biometrische deel van het SIS betreft, zijn de voornaamste werkzaamheden in april 2019 afgerond. Na bekrachtiging door het SIS-Sirene-comité zijn de punten waarover overeenstemming bestond, hetzij voorgelegd aan eu-LISA om verder op technisch niveau met de lidstaten te worden besproken en in technische specificaties te worden geïntegreerd, hetzij opgenomen in de ontwerpversie van nieuwe uitvoeringshandelingen.

Als gevolg van de nieuwe SIS-verordeningen moeten de biometrische capaciteiten van het SIS fors worden ontwikkeld. Het Gemeenschappelijk Centrum voor onderzoek van de Commissie heeft drie studies over de implementatie van de nieuwe biometrische capaciteiten in het SIS uitgevoerd: over identificatie aan de hand van vinger- en palmsporen, gezichtsidentificatie en DNA-profielen 6 . In de studies, die in juni 2019 werden afgerond, werd geconcludeerd dat het mogelijk is deze technologieën in het SIS te gebruiken, en worden enkele aanbevelingen gedaan. Het Gemeenschappelijk Centrum voor onderzoek staat ook steeds ter beschikking van de Commissie en eu-LISA voor ondersteuning bij de technische besprekingen met de lidstaten.

4.

2.2.3.Voorbereiding van technische uitvoeringsmaatregelen


De Commissie is begonnen met het opstellen van uitvoeringsmaatregelen, waarbij de nadruk vooral ligt op technische voorschriften voor het invoeren en verwerken van alfanumerieke gegevens in het SIS. Aan het einde van de verslagperiode hebben de lidstaten en de Commissie brede overeenstemming bereikt over de inhoud van deze uitvoeringsmaatregelen. Het is de intentie van de Commissie de vaststellingsprocedure in 2020 in te leiden. De Commissie is van plan de bestaande uitvoeringshandeling inzake de kwaliteit van biometrische gegevens 7 in 2020 te actualiseren op basis van de aanbevelingen van het Gemeenschappelijk Centrum voor onderzoek en de resultaten van de technische besprekingen onder leiding van eu-LISA.

5.

2.2.4.Voorbereiding van de actualisering van het Sirene-handboek


Het Sirene-handboek 8 is een uitvoeringshandeling waarin de procedures voor de uitwisseling van aanvullende informatie in verband met SIS-signaleringen zijn vastgelegd. Omdat in de nieuwe verordeningen verschillende mijlpalen voor de uitvoering zijn vastgesteld, moet het Sirene-handboek in twee fasen worden bijgewerkt:

·fase I: updates die nodig zijn voor de uitwisseling van aanvullende informatie tussen de lidstaten en Europol; deze aanpassingen moeten worden doorgevoerd vóór de technische aansluiting van Europol op het Sirene-netwerk (gepland voor 2020);

·fase II: volledige actualisering van het Sirene-handboek, met inbegrip van alle nieuwe procedures die nodig zijn in het licht van de nieuwe verordeningen.

Met betrekking tot fase I heeft de Commissie een voorstel tot herziening van het huidige Sirene-handboek opgesteld en op 12 september 2019 ter bespreking aan het comité voorgelegd. De Commissie hoopt de herziening in 2020 af te ronden vóór de technische aansluiting van Europol op het Sirene-netwerk.

Wat de in het kader van fase II vereiste wijzigingen betreft, heeft de Commissie samen met de subgroep Sirene een analyse verricht van de vereisten voor nieuwe Sirene-procedures en voor updates van bestaande procedures op verschillende gebieden. Om uiterlijk begin 2020 tot een gezamenlijk akkoord over de inhoud van de belangrijkste bepalingen te komen, zijn er verschillende vergaderingen gepland die buiten het bestek van de verslagperiode vallen. Zodra overeenstemming over de inhoud is bereikt, moeten de volgende stappen worden genomen:

·opname van nieuwe of herziene procedures in het herziene Sirene-handboek en bespreking en goedkeuring in het comité (onder leiding van de Commissie);

·actualisering van de technische specificaties voor de gegevensuitwisseling tussen de Sirene-bureaus (onder leiding van eu-LISA);

·actualisering van de nationale werkprocessystemen van Sirene overeenkomstig de technische specificaties voor gegevensuitwisseling (onder leiding van de lidstaten en Europol).

2.3.eu-LISA

6.

2.3.1.Planning en begroting


eu-LISA is van plan de werkzaamheden in twee fasen op te starten:

·fase I: in december 2019 zal de eerste officiële versie gebruiksklaar zijn; met deze versie krijgt Europol volledige toegang tot het SIS en kan het Europees Grens- en kustwachtagentschap een technische verbinding met het SIS tot stand brengen;

·fase II: in december 2021 zal de tweede officiële versie worden geleverd en in bedrijf worden gesteld; hierin zijn alle wijzigingen verwerkt die verband houden met de nieuwe verordeningen; eu-LISA is van plan om vooraf vier reeksen tests uit te voeren.

Bij artikel 5, lid 3, van Verordening (EU) 2018/1861 is aan eu-LISA een bedrag van 31 098 000 EUR toegewezen voor de verwezenlijking van de technische ontwikkelingen die krachtens deze verordening vereist zijn met betrekking tot het centrale SIS en de communicatie-infrastructuur, evenals daarmee verband houdende opleidingsactiviteiten. Omdat de eerste verslagperiode erg kort is, is in dit voortgangsverslag nog geen gedetailleerd overzicht van de gemaakte kosten opgenomen.

7.

2.3.2.Coördinatie van de werkzaamheden


eu-LISA heeft besloten de technische besprekingen over de implementatie van nieuwe biometrische capaciteiten in het SIS los te koppelen van de besprekingen over de ontwikkelingen in het niet-biometrische deel van het SIS. De werkzaamheden die eu-LISA en de contractanten in verband met de technische ontwikkelingen op deze twee gebieden verrichten, worden gecoördineerd via een tweeledige PMF-structuur (Program Management Forum): “PMF AFIS” voor het biometrische deel en “PMF herschikking SIS” voor het niet-biometrische deel. De PMF-structuur bestaat uit de Commissie, projectmanagers van alle lidstaten en agentschappen en het projectteam van eu-LISA.

8.

2.3.3.Opstelling van technische specificaties voor het niet-biometrische deel van het centrale SIS


In mei 2019 is eu-LISA begonnen met de belangrijkste werkzaamheden voor het niet-biometrische deel van het SIS, nadat de subgroep SIS de laatste hand had gelegd aan de lijst van vereisten en het SIS-Sirene-comité flink was opgeschoten met de technische uitvoeringsmaatregelen. Op 2 september 2019 is aan alle belanghebbenden een eerste ontwerp van het document met de gebruikersvereisten bezorgd. In oktober 2019 zal eu-LISA een eerste versie van het Interface Control Document/Detailed Technical Specification (ICD/DTS) voorleggen. Het is de bedoeling de werkzaamheden inzake deze specificaties begin 2020 af te ronden.

eu-LISA heeft specifieke contracten voor de ontwikkeling van het centrale SIS ondertekend binnen het MWO-raamcontract voor het SIS (Maintenance in Working Order).

9.

2.3.4.Opstelling van technische specificaties voor het biometrische deel van het centrale SIS


De biometrische component van het centrale SIS (“SIS-AFIS”) is in maart 2018 in bedrijf gesteld. Als gevolg van de nieuwe SIS-verordeningen moet het bestaande AFIS ingrijpend worden aangepast. Met name zullen de biometrische zoekopdrachten worden uitgebreid met nieuwe categorieën dactyloscopische gegevens (handpalmafdrukken en latente afdrukken). Bovendien moeten de lidstaten op grond van de nieuwe SIS-verordeningen in alle operationele omstandigheden gebruik kunnen maken van de zoekfunctie voor vingerafdrukken.

eu-LISA heeft het “AFIS Phase 2-project” opgezet om het SIS-AFIS verder te ontwikkelen overeenkomstig die vereisten. In eerste instantie richt het project zich op de aspecten “analyse en ontwerp”. Hieronder vallen de voorbereidende werkzaamheden voor de initiatie van het project, de vereisten, de specificatie en het voorontwerp voor fase 2 van het SIS-AFIS. Het document met de gebruikersvereisten en het ICD/de DTS zullen eind 2019 klaar zijn. De tweede fase (implementatie) gaat begin 2020 van start.

2.4.Lidstaten

10.

2.4.1.Toepassingsgebied


Dit verslag heeft betrekking op 30 landen 9 : de EU-lidstaten die momenteel verbonden zijn met het SIS (alle behalve Ierland en Cyprus) en de vier geassocieerde Schengenlanden. Het betreft ook het Verenigd Koninkrijk op grond van de bepalingen van het terugtrekkingsakkoord.

11.

2.4.2.Begroting


Bij artikel 5, lid 4, van Verordening (EU) 2018/1861 is aan de lidstaten een aanvullend algemeen bedrag van 36 810 000 EUR toewezen voor de snelle en doeltreffende opwaardering van de betrokken nationale systemen. In 2019 is een eerste bedrag van 18 405 000 EUR vastgelegd.

12.

2.4.3.Stand van zaken met betrekking tot de uitrol van het SIS-AFIS (termijn: eind 2020)


De Commissie heeft de lidstaten gevraagd om tijdens de comitévergadering van 13 juni verslag uit te brengen over de stand van hun voorbereidingen voor de uitrol van het SIS-AFIS. Alle lidstaten hebben geantwoord. Aan het einde van de verslagperiode (30 september 2019) zag de situatie er als volgt uit:

·19 lidstaten hebben de AFIS-zoekfunctie uitgerold;

·drie lidstaten zijn van plan de AFIS-zoekfunctie nog in 2019 uit te rollen;

·twee lidstaten zijn van plan de AFIS-zoekfunctie in 2020 uit te rollen;

·zes lidstaten hebben in hun antwoord op de vragenlijst geen gedetailleerd tijdschema voor de uitrol opgegeven; de Commissie zal de vorderingen die deze lidstaten tijdens de volgende verslagperiode (1 oktober 2019–30 september 2020) bij de uitvoering maken, van nabij volgen.

13.

2.4.4.Voorbereidingen voor de volledige tenuitvoerlegging van de nieuwe rechtsgrondslag (termijn: 2021)


De voorbereidingen van de lidstaten zijn van cruciaal belang omdat de Commissie de datum waarop het nieuwe SIS operationeel wordt, pas kan bepalen nadat de lidstaten haar hebben gemeld dat zij de nodige technische en juridische regelingen hebben getroffen.

De activiteiten van de lidstaten bevinden zich nog steeds in een voorbereidende fase, aangezien zij pas met de volledige ontwikkeling van hun nationale systemen kunnen beginnen wanneer de specificaties voor de ontwikkelingen in het centrale SIS zijn vastgesteld en de technische documentatie klaar is (begin 2020).

De Commissie heeft de lidstaten verzocht om via een op 11 juli 2019 verspreide vragenlijst verslag uit te brengen over de voorbereidingen op nationaal niveau. Alle betrokken lidstaten hebben hierop gereageerd. De lidstaten werd verzocht informatie te verstrekken over de volgende punten:

·planning en beheer van projecten;

·interne coördinatie;

·beoordeling van de effecten op het gebied van begroting, personele middelen, organisatie en nationale wetgeving.

Wat de projectplanning betreft, heeft bijna de helft van de lidstaten (14 respondenten) al een projectplan en daarmee samenhangende mijlpalen gedefinieerd of daarmee een begin gemaakt; de andere helft (16 respondenten) is van plan dit tegen eind 2019 of begin 2020 te doen. Bovendien hebben de meeste lidstaten (24 respondenten) een specifiek projectteam opgericht en een projectmanager aangesteld of zijn ze van plan dit in de nabije toekomst te doen; vijf lidstaten zullen de implementatie van het SIS via bestaande diensten of teams beheren en één lidstaat heeft nog niet verduidelijkt hoe de implementatie intern zal worden beheerd. Een grote meerderheid van de respondenten (26) is van plan samenwerking op nationaal niveau tussen de bevoegde autoriteiten tot stand te brengen.

Wat de effectbeoordeling betreft, staan niet alle lidstaten even ver met de voorbereidingen 10 :

beoordeling van het effect op de begroting:

·18 lidstaten hebben de beoordeling afgerond in 2019;

·acht lidstaten zullen de beoordeling afronden in 2020;

·twee lidstaten zullen in 2020 beginnen met de beoordeling;

beoordeling van het effect op de personele middelen:

·negen lidstaten hebben de beoordeling afgerond in 2019;

·negen lidstaten zullen de beoordeling afronden in 2020;

·vijf lidstaten zullen eind 2019 of begin 2020 beginnen met de beoordeling;

beoordeling van de organisatorische behoeften:

·zeven lidstaten hebben de beoordeling afgerond in 2019;

·negen lidstaten zullen de beoordeling afronden tegen 2020;

·tien lidstaten hebben meegedeeld dat zij eind 2019 of begin 2020 zullen beginnen met de beoordeling;

beoordeling van het effect op de nationale wetgeving:

·negen lidstaten hebben de beoordeling afgerond in 2019;

·twaalf lidstaten zullen de beoordeling afronden in 2020;

·één lidstaat zal de beoordeling begin 2021 afronden.

De Commissie zal de voorbereidende werkzaamheden van de lidstaten nauwlettend blijven volgen tijdens de periodieke vergaderingen van het SIS-Sirene-comité.

2.5.Agentschappen

Dit deel van het verslag betreft de voorbereidingen van Europol en het Europees Grens- en kustwachtagentschap. De bepalingen die van invloed zijn op die agentschappen, zijn immers al uiterlijk eind 2019 van toepassing geworden (in het kader van de eerste uitvoeringsfase).

De wijzigingen met gevolgen voor Eurojust zijn minimaal en zijn pas vanaf eind 2021 van toepassing. Daarom wordt in dit voortgangsverslag niet ingegaan op de voorbereidingen van Eurojust.

14.

2.5.1.Europol


Europol maakt al gebruik van het SIS in het kader van de huidige SIS-verordeningen. Wat Europol betreft, bevatten de nieuwe verordeningen wijzigingen op de volgende twee gebieden:

·toegang tot alle categorieën signaleringen in het SIS, en

·aansluiting op het Sirene-netwerk.

De nieuwe bepalingen zijn van toepassing vanaf eind 2019.

Tijdens de eerste verslagperiode heeft Europol zijn bestaande interface voor toegang tot SIS-signaleringen geüpgraded via een centrale zoekmachine, die vanaf december 2019 wordt ingezet. De implementatie is afgerond en voor het vierde kwartaal van 2019 zijn integratietests met eu-LISA gepland.

Europol wil eind 2020 klaar zijn voor de aansluiting op het Sirene-netwerk. Volgens de planning wordt de Sirene-functie geïnstalleerd binnen het frontoffice/operationeel centrum bij Europol, dat beschikt over capaciteiten voor een 24/7-dekking. Europol is van plan de Sirene-mailrelay in zijn eigen systeem voor de uitwisseling van berichten (Siena – Secure Information Exchange Network Application) te integreren om de integriteit van de gegevens en een efficiënt werkproces te waarborgen.

Daarnaast heeft Europol de volgende voorbereidende activiteiten verricht:

·in 2019 zijn de interne procedures van Europol aangepast om daarin de nieuwe capaciteiten op te nemen die verband houden met de volledige toegang tot het SIS; in 2020 zullen verdere updates worden uitgevoerd in verband met de integratie van de Sirene-mailrelay en de uitwisseling van aanvullende informatie;

·tijdens studiebezoeken aan Sirenebureaus zijn beste praktijken verzameld; en

·de voorafgaande raadpleging van de Europese Toezichthouder voor gegevensbescherming is van start gegaan.

De begroting van Europol voor de uitbreiding van de toegang tot alle categorieën SIS-signaleringen bedraagt 70 596 EUR.

15.

2.5.2.Europees Grens- en kustwachtagentschap


In het kader van de nieuwe SIS-verordeningen hebben de leden van de door het Europees Grens- en kustwachtagentschap ingezette teams vanaf eind 2019 recht op toegang tot alle categorieën signaleringen in het SIS. De toegang van de leden van die teams tot het SIS verloopt via een technische interface, die door het Europees Grens- en kustwachtagentschap wordt opgezet en onderhouden.

Met het oog daarop heeft het Europees Grens- en kustwachtagentschap in 2019 een project opgesteld en goedgekeurd dat bestaat uit de volgende onderdelen:

·ontwikkeling van een systeem, bestaande uit een technische interface in het hoofdkwartier van het Europees Grens- en kustwachtagentschap, een webapplicatie en een mobiele applicatie voor de aansluiting op de databank;

·levering van apparatuur;

·ontwikkeling van procedures en voorschriften voor het gebruik van het systeem, met inbegrip van communicatiekanalen, regels en samenwerking met de autoriteiten van de gastlidstaten; en

·opleiding van de eindgebruikers.

De totale duur van het project wordt geraamd op 25 maanden, maar het SIS zal al na 19 maanden kunnen worden doorzocht (tegen medio 2021). De laatste zes maanden zal uitsluitend worden gewerkt aan de ontwikkeling van een mobiele applicatie.

Daarnaast heeft het Europees Grens- en kustwachtagentschap tijdens de verslagperiode de volgende activiteiten ondernomen:

·de projectmanagers en de leden van het stuurcomité zijn aangesteld en de businesscase is voorbereid en op 18 september 2019 door het stuurcomité goedgekeurd;

·er zijn op operationeel niveau contacten gelegd met eu-LISA; en

·het overleg met de functionaris voor gegevensbescherming is van start gegaan.

Voor het volledige project gaat het Europees Grens- en kustwachtagentschap in zijn raming uit van een begroting van 3 489 200 EUR en 212 000 EUR aan jaarlijkse vaste kosten.

3.CONCLUSIES

Tijdens de eerste verslagperiode (1 januari–30 september 2019) hebben de verschillende belanghebbenden grote vooruitgang geboekt bij de uitvoering van de nieuwe SIS-verordeningen overeenkomstig de vastgestelde mijlpalen:

1)uitvoeringsfase I (eind 2019): eu-LISA heeft de nodige voorbereidingen getroffen om de volledige toegang tot het SIS uit te breiden tot Europol en om de aansluiting van het Europees Grens- en kustwachtagentschap op het SIS mogelijk te maken; Europol zal vanaf eind 2019 toegang hebben tot alle signaleringscategorieën in het SIS; het Europees Grens- en kustwachtagentschap heeft voorzien in financiering en heeft een project opgestart om ervoor te zorgen dat de leden van zijn teams in 2021 toegang krijgen tot het SIS;

2)uitvoeringsfase II (eind 2020): aan het einde van de verslagperiode hadden 19 lidstaten de zoekfunctie voor vingerafdrukken uitgerold; de elf overige lidstaten moeten dit voor eind 2020 alsnog doen;

3)uitvoeringsfase III (eind 2021): tijdens de verslagperiode hebben de Commissie en eu-LISA de werkzaamheden gecoördineerd ter voorbereiding van de uitvoeringsmaatregelen en technische specificaties die nodig zijn voor de volledige tenuitvoerlegging van de nieuwe SIS-verordeningen; de voornaamste voorbereidende werkzaamheden zullen naar verwachting begin 2020 worden afgerond, zodat de lidstaten voldoende tijd hebben om hun nationale uitvoeringsprojecten op te starten; de lidstaten zijn begonnen met de voorbereidingen op nationaal niveau om uiterlijk eind 2021 operationeel te zijn.

De tenuitvoerlegging van de nieuwe SIS-verordeningen hangt nauw samen met de invoering van interoperabiliteit van de informatiesystemen voor grenzen en veiligheid. De Commissie heeft samen met de raad van bestuur van eu-LISA en het Europees Grens- en kustwachtagentschap een mechanisme opgezet om de voortgang van alle met elkaar verband houdende projecten te monitoren en eventuele problemen in een vroeg stadium op te sporen.

Het volgende voortgangsverslag, dat op 28 december 2020 moet worden ingediend, zal een volledig jaar bestrijken en zal een beschrijving geven van de werkzaamheden van de belanghebbenden tijdens de volgende verslagperiode, die loopt van 1 oktober 2019 tot en met 30 september 2020.

(1) Verordening (EU) 2018/1860 van het Europees Parlement en de Raad van 28 november 2018 betreffende het gebruik van het Schengeninformatiesysteem voor de terugkeer van illegaal verblijvende onderdanen van derde landen (PB L 312 van 7.12.2018, blz. 1); Verordening (EU) 2018/1861 van het Europees Parlement en de Raad van 28 november 2018 betreffende de instelling, de werking en het gebruik van het Schengeninformatiesysteem (SIS) op het gebied van grenscontroles, tot wijziging van de Overeenkomst ter uitvoering van het Akkoord van Schengen en tot wijziging en intrekking van Verordening (EG) nr. 1987/2006 (PB L 312 van 7.12.2018, blz. 14); Verordening (EU) 2018/1862 van het Europees Parlement en de Raad van 28 november 2018 betreffende de instelling, de werking en het gebruik van het Schengeninformatiesysteem (SIS) op het gebied van politiële en justitiële samenwerking in strafzaken, tot wijziging en intrekking van Besluit 2007/533/JBZ van de Raad en tot intrekking van Verordening (EG) nr. 1986/2006 van het Europees Parlement en de Raad en Besluit 2010/261/EU van de Commissie (PB L 312 van 7.12.2018, blz. 56).
(2) Overeenkomstig de nieuwe SIS-verordeningen zullen de leden van de teams als bedoeld in artikel 2, punten 8 en 9, van Verordening (EU) 2016/1624 van het Europees Parlement en de Raad van 14 september 2016 betreffende de Europese grens- en kustwacht en tot wijziging van Verordening (EU) 2016/399 van het Europees Parlement en de Raad, recht hebben op toegang tot gegevens in het SIS en op doorzoeking van die gegevens voor zover dat noodzakelijk is voor de uitvoering van hun taak en voor zover vereist door het operationele plan voor een specifieke operatie. Overeenkomstig Verordening (EU) 2019/1896 van het Europees Parlement en de Raad van 13 november 2019 betreffende de Europese grens- en kustwacht en tot intrekking van Verordening (EU) nr. 1052/2013 en Verordening (EU) 2016/1624 verleent het Europees Grens- en kustwachtagentschap via de inzet van het permanente korps van de Europese grens- en kustwacht operationele steun voor de vorming van grensbeheerteams, ondersteuningsteams voor migratiebeheer en terugkeerteams.
(3) https://ec.europa.eu/transparency/regexpert/index.cfm?do=groupDetail.groupDetail&groupID=3643
(4) Supplementary Information Request at the National Entries (verzoek om aanvullende informatie bij het nationale deel).
(5) https://ec.europa.eu/transparency/regcomitology/index.cfm?do=List.list&CLX=nl
(6) R. Haraksim, J. Galbally, L. Beslay, Study on Fingermark and Palmmark Identification Technologies for their Implementation in the Schengen Information System, EUR 29755 EN, Publicatiebureau van de Europese Unie, Luxemburg, 2019; J. Galbally, P. Ferrara, R. Haraksim, A. Psyllos, L. Beslay, Study on Face Identification Technology for its Implementation in the Schengen Information System, EUR 29808 EN, Publicatiebureau van de Europese Unie, Luxemburg, 2019; Angers A., Kagkli D.M., Oliva L., Petrillo M., Raffael B., Study on DNA Profiling Technology for its Implementation in the Central Schengen Information System, EUR 29766 EN, Publicatiebureau van de Europese Unie, Luxemburg, 2019.
(7) Uitvoeringsbesluit (EU) 2016/1345 van de Commissie van 4 augustus 2016 betreffende minimumnormen voor de gegevenskwaliteit van vingerafdrukrecords in het Schengeninformatiesysteem van de tweede generatie (SIS II) (Kennisgeving geschied onder nummer C(2016) 4988) (PB L 213 van 6.8.2016, blz. 15).
(8) Uitvoeringsbesluit (EU) 2017/1528 van de Commissie van 31 augustus 2017 tot vervanging van de bijlage bij Uitvoeringsbesluit 2013/115/EU tot vaststelling van het Sirene-handboek en andere uitvoeringsmaatregelen voor het Schengeninformatiesysteem van de tweede generatie (SIS II) (PB L 231 van 7.9.2017, blz.

6).
(9) EU-lidstaten en Schengen-lidstaten die de vragenlijsten hebben beantwoord: België, Bulgarije, Denemarken, Duitsland, Estland, Finland, Frankrijk, Griekenland, Hongarije, IJsland, Italië, Kroatië, Letland, Liechtenstein, Litouwen, Luxemburg, Malta, Nederland, Noorwegen, Oostenrijk, Polen, Portugal, Roemenië, Slovenië, Slowakije, Spanje, Tsjechië, Zweden en Zwitserland.
(10) Niet alle lidstaten hebben voor elke in de vragenlijst in aanmerking genomen categorie een specifieke beoordeling kunnen geven.