Toelichting bij COM(2020)542 - Bulgarije Verslag opgesteld in overeenstemming met artikel 126, lid 3, van het Verdrag betreffende de werking van de EU

Dit is een beperkte versie

U kijkt naar een beperkte versie van dit dossier in de EU Monitor.

EUROPESE COMMISSIE

1.

Brussel, 20.5.2020


COM(2020) 542 final

VERSLAG VAN DE COMMISSIE

Bulgarije

Verslag opgesteld in overeenstemming met artikel 126, lid 3, van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie


VERSLAG VAN DE COMMISSIE

Bulgarije

Verslag opgesteld in overeenstemming met artikel 126, lid 3, van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie

Inleiding



Op 20 maart 2020 heeft de Commissie een mededeling aangenomen over de activering van de algemene ontsnappingsclausule van het stabiliteits- en groeipact. De clausule, als vervat in artikel 5, lid 1, artikel 6, lid 3, artikel 9, lid 1, en artikel 10, lid 3, van Verordening (EG) 1466/97 en artikel 3, lid 5, en artikel 5, lid 2, van Verordening (EG) 1467/97, vergemakkelijkt de coördinatie van het begrotingsbeleid in tijden van ernstige economische neergang. In haar mededeling deelde de Commissie met de Raad haar standpunt dat, gezien de verwachte ernstige economische neergang als gevolg van de COVID-19-uitbraak, de huidige omstandigheden de activering van de clausule toelaten. Op 23 maart 2020 hebben de ministers van Financiën van de lidstaten ingestemd met de beoordeling van de Commissie. De activering van de algemene ontsnappingsclausule maakt het mogelijk tijdelijk af te wijken van het aanpassingstraject naar de middellangetermijndoelstelling voor de begroting, op voorwaarde dat de houdbaarheid van de begroting op middellange termijn daardoor niet in gevaar komt. Voor het correctief deel kan de Raad, op aanbeveling van de Commissie, ook besluiten een herzien begrotingstraject vast te stellen. De algemene ontsnappingsclausule schort de procedures van het stabiliteits- en groeipact niet op. Ze stelt de lidstaten in staat om af te wijken van de begrotingsvereisten die normaal gesproken van toepassing zouden zijn, en stelt de Commissie en de Raad in staat om de nodige beleidscoördinatiemaatregelen te nemen in het kader van het pact.

Uit gegevens die de Bulgaarse autoriteiten op 31 maart 2020 hebben meegedeeld en die vervolgens door Eurostat zijn gevalideerd 1 blijkt dat het overheidsoverschot in Bulgarije in 2019 2,1% van het bbp bedroeg, de bruto overheidsschuld 20,4% van het bbp. Volgens het convergentieprogramma 2020 voorziet Bulgarije in 2020 een tekort van 3,1% van het bbp en een schuld van 28,5% van het bbp.

Het voor 2020 voorziene tekort wijst op het eerste gezicht op het bestaan van een buitensporig tekort in de zin van het stabiliteits- en groeipact.

Tegen deze achtergrond heeft de Commissie daarom dit verslag opgesteld, waarin wordt geanalyseerd of Bulgarije voldoet aan het tekortcriterium van het Verdrag. Aan het schuldcriterium kan worden geacht te zijn voldaan, aangezien de schuldquote onder de in het Verdrag vastgestelde referentiewaarde van 60% van het bbp ligt. In het verslag wordt rekening gehouden met alle relevante factoren en de nodige aandacht besteed aan de grote economische schok in verband met de COVID-19-pandemie.

Tabel 1. Overheidstekort en -schuld (% van het bbp)

20162017201820192020

COM
2021

COM
TekortcriteriumOverheidssaldo
+0.1

+1.1

+2.0

+2.1

-2.8

-1.8
SchuldcriteriumBruto-overheidsschuld
29.3

25.3

22.3

20.4

25.5

25.4

Bron: Eurostat, voorjaarsprognoses 2020 van de Commissie.

2. Tekortcriterium

Op basis van het convergentieprogramma 2020 wordt verwacht dat het Bulgaarse overheidstekort in 2020 3,1% van het bbp zal bedragen en daarmee de in het Verdrag vastgelegde referentiewaarde van 3% van het bbp zal overschrijden. Hoewel het overheidstekort boven de 3 % van het bbp ligt, zal het naar verwachting dicht bij de in het Verdrag vastgelegde referentiewaarde blijven. Op basis van de voorjaarsprognoses van de Commissie wordt verwacht dat het overheidstekort in 2020 2,8% van het bbp zal bedragen, wat iets onder de referentiewaarde van 3% van het bbp is.

De overschrijding van de in het Verdrag vastgelegde referentiewaarde in 2020 is uitzonderlijk, aangezien deze het gevolg is van een ernstige economische neergang. Rekening houdend met het effect van de COVID-19-pandemie op de Bulgaarse economie, voorspelt de Commissie in haar voorjaarsprognoses dat het reële bbp in 2020 met 7,2% zal krimpen.

De overschrijding van de in het convergentieprogramma vastgestelde referentiewaarde van het Verdrag is tijdelijk in de zin van het Verdrag en het stabiliteits- en groeipact. Volgens de voorjaarsprognoses 2020 van de Commissie zal het tekort in 2021 met name tot onder de referentiewaarde dalen.

Kortom, het voor 2020 voorziene tekort ligt boven maar dicht bij de in het Verdrag vastgelegde referentiewaarde van 3 % van het bbp. De overschrijding wordt beschouwd als uitzonderlijk en tijdelijk in de zin van het Verdrag en het stabiliteits- en groeipact. De analyse wijst er dus op dat aan het tekortcriterium zoals omschreven bij het Verdrag en Verordening (EG) nr. 1467/97 is voldaan.


2.

3. Relevante factoren


In artikel 126, lid 3, van het Verdrag is bepaald dat indien een lidstaat niet voldoet aan deze of aan een van deze criteria, de Commissie een verslag dient op te stellen. In dat verslag moet "er tevens rekening mee [worden] gehouden of het overheidstekort groter is dan de investeringsuitgaven van de overheid en worden alle andere relevante factoren in aanmerking genomen, met inbegrip van de economische en budgettaire situatie van de lidstaat op middellange termijn".

Die factoren worden nader omschreven in artikel 2, lid 3, van Verordening (EG) nr. 1467/97, dat ook bepaalt dat terdege rekening moet worden gehouden met 'alle andere factoren die naar het oordeel van de betrokken lidstaat relevant zijn om de naleving van de tekort- en schuldcriteria uitvoerig te kunnen beoordelen, welke factoren die lidstaat aan de Raad en de Commissie kenbaar heeft gemaakt'.

In de huidige situatie is een essentiële extra factor waarmee rekening moet worden gehouden met betrekking tot 2020, de economische impact van de COVID-19-pandemie, die een zeer substantiële impact heeft op de begrotingssituatie en resulteert in zeer onzekere vooruitzichten. De pandemie heeft ook geleid tot de activering van de algemene ontsnappingsclausule.


3.

3.1. De COVID-19-pandemie


De COVID-19-pandemie heeft geleid tot een grote economische schok die in de hele Europese Unie aanzienlijke negatieve gevolgen heeft. De gevolgen voor de bbp-groei zullen afhangen van de duur van de pandemie en de duur van de maatregelen die door de nationale autoriteiten en op Europees en mondiaal niveau worden genomen om de verspreiding ervan te vertragen, de productiecapaciteit te beschermen en de totale vraag te ondersteunen. De lidstaten hebben al begrotingsmaatregelen genomen – of werken daar op dit moment aan – om de capaciteit van de gezondheidszorgstelsels te versterken en steun te verlenen aan de personen en sectoren die in het bijzonder worden getroffen. Ook zijn belangrijke maatregelen ter ondersteuning van de liquiditeit en andere garanties goedgekeurd. Onder voorbehoud van meer gedetailleerde informatie moeten de bevoegde statistische autoriteiten onderzoeken of deze maatregelen al dan niet een onmiddellijke impact hebben op het overheidssaldo. Samen met de afname van de economische activiteit zullen de goedgekeurde maatregelen ertoe bijdragen dat het overheidstekort en de schuldpositie van de overheid aanzienlijk hoger uitvallen.


4.

3.2 Economische situatie op middellange termijn


Bij het begin van de COVID-19-pandemie waren de economische omstandigheden in Bulgarije gunstig. Met 3,4% was de groei van het bbp in 2019 voor het vijfde jaar op rij robuust, voornamelijk als gevolg van de groeiende consumptie van de huishoudens. De COVID-19-uitbraak heeft die positieve trend onderbroken. Verwacht wordt dat het reële bbp van Bulgarije in 2020 met 7,2% zal krimpen, grotendeels als gevolg van het negatieve effect van de maatregelen die zijn genomen om de verspreiding van de pandemie na de afkondiging van de noodtoestand op 13 maart 2020 in te dammen en de vertraging van de internationale economische activiteit in het eerste kwartaal van 2020. De particuliere consumptie zal naar verwachting met bijna 6% dalen en de investeringen zullen met 18% dalen in 2020. In datzelfde jaar zal de export met meer dan 13% dalen en zal de import naar verwachting met meer dan 12% krimpen. De verwachte scherpe daling van het bbp is een verzachtende factor bij de beoordeling of Bulgarije in 2020 aan het tekortcriterium voldoet.

In 2021 wordt een opleving van de groei verwacht. Verwacht wordt dat de particuliere consumptie de belangrijkste drijvende kracht zal zijn, aangezien de situatie op de arbeidsmarkt zal verbeteren. De groei zal naar verwachting ook profiteren van een opleving van de export. Verwacht wordt echter dat de investeringen een langzamer herstel zullen kennen, aangezien de grote onzekerheid en de nog steeds zwakke bedrijfsfinanciën de investeringsactiviteit zullen onderdrukken en vertragen. Deze macro-economische vooruitzichten worden gekenmerkt door een uitzonderlijke mate van onzekerheid, over de duur van de pandemie, over de impact ervan op de economische activiteit, de consumptiepatronen en de bedrijfsfinanciën.

5.

3.3 Budgettaire situatie op middellange termijn


Op basis van de begrotingsresultaten en de prognoses van de Commissie bedroeg het structurele overschot in 2019 1,1% van het bbp, wat meer is dan de budgettaire middellangetermijndoelstelling van een tekort van 1% van het bbp.

De Bulgaarse autoriteiten hebben voor 2020 een begroting opgesteld die vrijwel in evenwicht is. Het Parlement heeft op 6 april 2020 een herziene staatsbegroting aangenomen om te voorzien in de nieuwe economische vooruitzichten en de maatregelen ter bestrijding van de COVID-19-pandemie. De begroting voorziet in een tekort van 3% van het bbp op kasbasis, of 3,1% van het bbp in ESR-termen. Deze plannen worden gekenmerkt door een uitzonderlijke mate van onzekerheid over de duur van de pandemie en de gevolgen ervan voor de begrotingsvooruitzichten.

Het convergentieprogramma bevat informatie over substantiële nieuwe maatregelen om de pandemie in te dammen en de economie te ondersteunen en over de geschatte gevolgen van de macro-economische situatie. In het convergentieprogramma wordt het effect van deze directe steunmaatregelen op de begroting geraamd op 1,3% van het bbp in 2020. De belangrijkste nieuwe maatregelen omvatten hogere uitgaven voor medische apparatuur, extra beloningen voor veiligheids- en militair personeel, en subsidies aan bedrijven om banen te behouden en belastinguitstel. De inkomsten zullen naar schatting bijna 2,5% van het bbp lager uitvallen dan verwacht als gevolg van de recessie. Het convergentieprogramma bevat ook informatie over de staatsgarantieregeling van 0,6% van het bbp en over de herbestemming van investeringsfondsen van ongeveer 0,8% van het bbp om extra beloning voor het medisch en niet-medisch personeel, medische apparatuur en financiële steun aan kleine en middelgrote ondernemingen te financieren. Onder voorbehoud van meer gedetailleerde informatie moeten de bevoegde statistische autoriteiten onderzoeken of deze maatregelen al dan niet een onmiddellijke impact hebben op het overheidssaldo.

De begrotingsstrategie van de regering voor de middellange termijn is nog niet officieel geactualiseerd. In het convergentieprogramma wordt echter een overzicht gegeven van de begrotingsstrategie op middellange termijn, namelijk dat deze gericht zal blijven op de houdbaarheid van het begrotingskader en dat de begrotingsdoelstelling van Bulgarije voor de middellange termijn, namelijk een jaarlijks structureel tekort van 1% van het bbp, in acht zal worden genomen.

6.

3.4 Andere door de lidstaat naar voren gebrachte factoren


Op 15 mei 2020 hebben de Bulgaarse autoriteiten een brief gezonden met relevante factoren overeenkomstig artikel 2, lid 3, van Verordening (EG) nr. 1467/97. In de analyse die in de voorgaande punten is gepresenteerd, wordt reeds in grote lijnen ingegaan op de belangrijkste factoren die de autoriteiten naar voren hebben gebracht. In de brief wordt benadrukt dat Bulgarije de crisis is ingegaan met een zeer sterke begrotingspositie en dat de afwijking van de oorspronkelijke begrotingsdoelstelling volledig het gevolg is van de uitbraak van de pandemie. In de brief wordt eraan toegevoegd dat de regering met het verwachte economische herstel streeft naar implementatie van een structurele consolidatiestap van ten minste 0,5% van het bbp in 2021, en herstel van het begrotingsevenwicht tegen 2023.


7.

5. Conclusies


Volgens de plannen in het convergentieprogramma zal het nominale overheidstekort van Bulgarije in 2020 stijgen tot 3,1% van het bbp, dat is boven maar dicht bij de in het Verdrag vastgelegde referentiewaarde van 3% van het bbp. De voorziene overschrijding van de referentiewaarde wordt als uitzonderlijk en tijdelijk beschouwd. De analyse wijst erop dat aan het tekortcriterium zoals omschreven in het Verdrag en in Verordening (EG) nr. 1467/1997 is voldaan.


(1) https://ec.europa.eu/eurostat/documents/2995521/10294648/2-22042020-AP-EN.pdf/6c8f0ef4-6221-1094-fef7-a07764b0369f