Toelichting bij COM(2020)692 - Wijziging Verordening 428/2009 door verlening van een uniale algemene uitvoervergunning voor de uitvoer van bepaalde producten voor tweeërlei gebruik uit de Unie naar het VK

Dit is een beperkte versie

U kijkt naar een beperkte versie van dit dossier in de EU Monitor.

1. ACHTERGROND VAN HET VOORSTEL

Motivering en doel van het voorstel

Op 29 maart 2017 heeft het Verenigd Koninkrijk kennisgegeven van zijn voornemen om zich uit de Unie terug te trekken krachtens artikel 50 van het Verdrag betreffende de Europese Unie. Overeenkomstig dit artikel 50 heeft de Unie met het Verenigd Koninkrijk na onderhandelingen een akkoord gesloten over de voorwaarden voor zijn terugtrekking, waarbij rekening wordt gehouden met het kader van onze toekomstige betrekkingen (“terugtrekkingsakkoord”) 1 . Volgens de voorwaarden van het terugtrekkingsakkoord is het Verenigd Koninkrijk sinds 31 januari 2020 geen lidstaat meer van de Europese Unie en zal het primaire en secundaire recht van de Unie na het einde van een overgangsfase op 31 december 2020 niet langer van toepassing zijn op het Verenigd Koninkrijk.

Bij Verordening (EG) nr. 428/2009 van de Raad van 5 mei 2009 tot instelling van een communautaire regeling voor controle op de uitvoer, de overbrenging, de tussenhandel en de doorvoer van producten voor tweeërlei gebruik 2 (“de verordening”) is een gemeenschappelijk stelsel voor de controle op de uitvoer van producten voor tweeërlei gebruik tot stand gebracht, in lijn met de internationale verbintenissen en verplichtingen van de lidstaten en van de Europese Unie (EU). Krachtens die verordening is voor de uitvoer van producten voor tweeërlei gebruik naar derde landen een vergunning vereist. Deze vergunning kan de vorm krijgen van een individuele, een globale of een algemene vergunning.

Teneinde het concurrentievermogen van de EU te ondersteunen en een gelijk speelveld voor alle exporteurs in de Unie te creëren, en tegelijkertijd een hoog veiligheidsniveau en volledige naleving van de internationale verplichtingen te waarborgen, voorziet Verordening (EG) nr. 428/2009 van de Raad in “uniale algemene uitvoervergunningen” die onder bepaalde voorwaarden gelden voor de uitvoer van bepaalde producten voor tweeërlei gebruik naar bepaalde derde landen. Meer in het bijzonder voorziet bijlage IIa bij de verordening in een uniale algemene uitvoervergunning (“EU001”) voor bepaalde transacties die weinig risico opleveren, bijvoorbeeld uitvoer naar Australië, Canada, Japan, Nieuw-Zeeland, Noorwegen, Zwitserland (met inbegrip van Liechtenstein) en de Verenigde Staten van Amerika.

De terugtrekking van het Verenigd Koninkrijk uit de Unie heeft gevolgen voor de handel in producten voor tweeërlei gebruik tussen de EU en het Verenigd Koninkrijk: overeenkomstig Verordening (EG) nr. 428/2009 van de Raad zal voor de uitvoer van producten voor tweeërlei gebruik uit de EU naar het Verenigd Koninkrijk met ingang van 1 januari 2021 een uitvoervergunning vereist zijn die is afgegeven door de bevoegde nationale autoriteit van de lidstaat waar de exporteur gevestigd is. Dit zou voor de bevoegde autoriteiten van de lidstaten en voor de exporteurs in de EU aanzienlijke administratieve lasten met zich meebrengen, waardoor hun concurrentievermogen zou worden aangetast.

Om deze risico’s en de gevolgen van de terugtrekking van het VK voor het concurrentievermogen van de EU te beperken, is het derhalve passend het Verenigd Koninkrijk toe te voegen aan bijlage IIa bij de verordening en derhalve de uitvoer naar het VK te controleren volgens de voorwaarden van de uniale algemene uitvoervergunning EU001. Er zijn een aantal redenen waarom het Verenigd Koninkrijk zou moeten worden toegevoegd aan de lijst van landen waarvoor uitvoervergunning EU001 geldig is:

·het Verenigd Koninkrijk is partij bij relevante internationale verdragen en is aangesloten bij internationale non-proliferatieregelingen en leeft de daarmee verband houdende verplichtingen en verbintenissen ten volle na;

·het Verenigd Koninkrijk past in overeenstemming met de bepalingen en doelstellingen van die verordening evenredige en passende controles toe waarbij op doeltreffende wijze uitvoering wordt gegeven aan overwegingen omtrent het voorgenomen eindgebruik en het onttrekkingsgevaar.

De toevoeging van het Verenigd Koninkrijk aan de lijst van landen waarvoor uitvoervergunning EU001 geldig is, zal derhalve geen negatieve gevolgen hebben voor de veiligheid van de EU en de internationale veiligheid, en zal tegelijkertijd een uniforme en consistente toepassing van de controles in de hele EU en een gelijk speelveld voor de EU-exporteurs waarborgen.

Verenigbaarheid met andere beleidsterreinen van de Unie

Krachtens de EU-regeling voor controle op de uitvoer van producten voor tweeërlei gebruik baseren de nationale bevoegde autoriteiten zich voor de afgifte van uitvoervergunningen normaliter op een beoordeling per geval. Mocht voor de uitvoer naar het Verenigd Koninkrijk een specifieke vergunning worden vereist, dan zou dit waarschijnlijk aanzienlijke administratieve lasten voor exporteurs en bevoegde autoriteiten veroorzaken en een ongelijk speelveld voor exporteurs in de lidstaat dreigen te creëren, waardoor de goede werking van de interne markt en van de gemeenschappelijke handelspolitiek in het gedrang kan komen. Deze ontwrichtende gevolgen zouden kunnen worden ondervangen door het Verenigd Koninkrijk toe te voegen aan de lijst van bestemmingen die vallen onder uitvoervergunning EU001. Dit voorstel is dus in overeenstemming met de algemene aanpak inzake noodmaatregelen om een terugtrekking van het Verenigd Koninkrijk zonder akkoord op te vangen.

Omdat het Verenigd Koninkrijk een belangrijke bestemming is voor de uitvoer van producten voor tweeërlei gebruik en het land zich gebonden acht aan de desbetreffende internationale verplichtingen en verbintenissen en de volledige naleving ervan waarborgt, is de toevoeging van het Verenigd Koninkrijk aan de lijst van bestemmingen die vallen onder uitvoervergunning EU001 bovendien in overeenstemming met de doelstellingen van deze verordening inzake de internationale veiligheid en de veiligheid van de EU, en met de wijze waarop de uitvoer van producten voor tweeërlei gebruik naar andere staten (die vanuit het oogpunt van de doelstellingen van de verordening in een vergelijkbare situatie als het VK verkeren) uit hoofde van het EU-recht wordt gecontroleerd.

2. RECHTSGRONDSLAG, SUBSIDIARITEIT EN EVENREDIGHEID

Rechtsgrondslag

De rechtsgrondslag is artikel 207 van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie (VWEU).

Subsidiariteit (bij niet-exclusieve bevoegdheid)

Niet van toepassing aangezien internationale handel een exclusieve bevoegdheid van de EU is.

Evenredigheid

De voorgestelde verordening wordt beschouwd als evenredig aangezien hiermee onevenredige verstoringen van de handel en buitensporige administratieve lasten ten aanzien van de uitvoer van producten voor tweeërlei gebruik uit de EU naar het Verenigd Koninkrijk worden vermeden en tegelijkertijd de internationale veiligheid en de veiligheid van de EU worden gehandhaafd. Zij gaat niet verder dan nodig is om deze doelstelling te verwezenlijken en omvat geen ruimere wijzigingen.

Keuze van het instrument

Dit voorstel omvat een beperkte wijziging om een zeer specifieke en eenmalige situatie aan te pakken. Aangezien de lijst van derde landen die vallen onder uitvoervergunning EU001 bij de verordening is vastgesteld, en gezien het feit dat de Commissie niet bevoegd is om andere landen aan deze lijst toe te voegen, lijkt een verordening van het Europees Parlement en de Raad de enige passende vorm van rechtshandeling om deze situatie aan te pakken.

3. EVALUATIE, RAADPLEGING VAN BELANGHEBBENDEN EN EFFECTBEOORDELING

Evaluatie van bestaande wetgeving en controle van de resultaatgerichtheid ervan

Niet van toepassing wegens de uitzonderlijke en eenmalige aard van de gebeurtenis die dit voorstel nodig maakt.

Raadpleging van belanghebbenden

Door de specifieke omstandigheden waarin de terugtrekking van het Verenigd Koninkrijk uit de Unie plaatsvindt en de voortdurend evoluerende situatie waren de mogelijkheden voor een openbare raadpleging over het voorstel zeer beperkt. De uitdagingen die voortvloeien uit de terugtrekking van het Verenigd Koninkrijk uit de EU en de mogelijke oplossingen zijn echter door verschillende belanghebbenden en vertegenwoordigers van de lidstaten aan de orde gesteld.

Effectbeoordeling

In overeenstemming met de richtsnoeren voor betere regelgeving hoeft wegens de uitzonderlijke aard van de situatie geen effectbeoordeling te worden uitgevoerd. Afgezien van de voorgestelde optie zijn er geen beleidsopties die hiervan wezenlijk verschillen.

Grondrechten

Dit voorstel heeft geen gevolgen voor de toepassing of de bescherming van de grondrechten.

4. GEVOLGEN VOOR DE BEGROTING

Niet van toepassing.

5. OVERIGE ELEMENTEN

Uitvoeringsplanning en regelingen betreffende controle, evaluatie en rapportage

Niet van toepassing.