Toelichting bij COM(2020)751 - Update verscherpt toezicht - Griekenland, November 2020

Dit is een beperkte versie

U kijkt naar een beperkte versie van dit dossier in de EU Monitor.

EUROPESE COMMISSIE

2.

Brussel, 18.11.2020


COM(2020) 751 final

MEDEDELING VAN DE COMMISSIE

Update verscherpt toezicht – Griekenland, November 2020

{SWD(2020) 751 final}


1.

Achtergrond



De economische ontwikkelingen en het beleid in Griekenland worden gemonitord in het kader van zowel het Europees Semester voor de coördinatie van het economisch beleid als het raamwerk voor verscherpt toezicht overeenkomstig Verordening (EU) nr. 472/2013 ( 1 ). Met het verscherpt toezicht voor Griekenland ( 2 ) wordt erkend dat Griekenland maatregelen moet blijven doorvoeren om de (potentiële) oorzaken van economische en financiële moeilijkheden aan te pakken, en tegelijkertijd structurele hervormingen moet doorvoeren om een robuuste en duurzame economische groei te ondersteunen.

Verscherpt toezicht biedt een omvattend raamwerk om de economische ontwikkelingen te monitoren en het beleid te voeren dat nodig is om voor een duurzaam economisch herstel te zorgen. Zo kunnen recente economische en financiële ontwikkelingen in Griekenland op regelmatige basis worden beoordeeld, kunnen de financieringsvoorwaarden voor overheidsschuld worden gemonitord en kan de schuldhoudbaarheidsanalyse worden geactualiseerd. Verscherpt toezicht biedt tevens een raamwerk voor de evaluatie van de algemene toezegging die Griekenland op 22 juni 2018 aan de Eurogroep heeft gedaan om de hervormingen die in het kader van het programma van het Europees Stabiliteitsmechanisme zijn goedgekeurd, voort te zetten en te voltooien en om ervoor te zorgen dat de doelstellingen van de belangrijke hervormingen die in het kader van de programma’s voor financiële bijstand zijn goedgekeurd, worden veiliggesteld. In dat verband wordt met het verscherpt toezicht de uitvoering gemonitord van specifieke toezeggingen om in de periode tot medio 2022 de in het kader van het programma ingezette essentiële structurele hervormingen op zes sleutelgebieden binnen de overeengekomen termijnen te voltooien: i) budgettair en budgettair-structureel beleid; ii) sociale zekerheid; iii) financiële stabiliteit; iv) arbeidsmarkten en productmarkten; v) de Hellenic Corporation of Assets and Participations (HCAP) en privatisering, en vi) de modernisering van de overheidsdiensten ( 3 ).

Dit is het achtste verscherpt-toezichtverslag voor Griekenland. Dit verslag is gebaseerd op de bevindingen van een missie op afstand op 19 en 20 oktober 2020 en op regelmatig overleg met de autoriteiten. Deze missie is door de Europese Commissie in samenwerking met de Europese Centrale Bank uitgevoerd ( 4 ). Het Internationaal Monetair Fonds heeft deelgenomen in het kader van zijn raamwerk voor post-programmamonitoring, terwijl het Europees Stabiliteitsmechanisme heeft deelgenomen in het kader van zijn systeem voor vroegtijdige waarschuwing en in overeenstemming met het memorandum van overeenstemming van 27 april 2018 over de taakverdeling tussen de Europese Commissie en het Europees Stabiliteitsmechanisme. In dit verslag wordt een beoordeling gemaakt van de stand van uitvoering van de toezeggingen die Griekenland aan de Eurogroep heeft gedaan ten aanzien van de voltooiing van hervormingen tegen medio 2020.

Dit verslag kan voor de Eurogroep als basis dienen wanneer deze moet beslissen over de vrijgave van de volgende reeks beleidsafhankelijke schuldmaatregelen ter waarde van 767 miljoen EUR. Deze maatregelen zijn op 22 juni 2018 met de Eurogroep overeengekomen en omvatten de overdracht van bedragen die gelijk zijn aan de opbrengsten (income equivalent amounts) van de Griekse overheidsobligaties die in het kader van het Securities Markets Programme (SMP) en de Agreement on Net Financial Assets (ANFA) door centrale banken worden aangehouden, en het afschaffen van de renteopslag voor bepaalde leningen die door de Europese Faciliteit voor financiële stabiliteit zijn verstrekt. De derde tranche beleidsafhankelijke schuldmaatregelen is vrijgegeven na de bijeenkomst van de Eurogroep van 11 juli 2020, onder meer op basis van de beoordeling van de uitvoering van de Griekse toezeggingen voor eind 2019 die waren opgenomen in het verscherpt-toezichtverslag dat de Commissie op 20 mei 2020 heeft vastgesteld ( 5 ), en rekening houdende met de buitengewone omstandigheden als gevolg van de uitbraak van het coronavirus.

3.

ALGEHELE BEOORDELING


Dit verslag is opgesteld in een periode waarin de meeste lidstaten te maken krijgen met een nieuwe opstoot van de pandemie. Ondanks de recente toename van het aantal besmettingen, is Griekenland er tot dusver verhoudingsgewijs goed in geslaagd om de verspreiding van het coronavirus in te dammen, mede dankzij een snelle reactie in regio’s die het aantal nieuwe gevallen zagen toenemen. De autoriteiten versterken de paraatheid van de zorg en breiden de testcapaciteit uit, terwijl zij terzelfder tijd de reeks begrotings- en liquiditeitsmaatregelen om mensen en bedrijven te helpen die door de pandemie worden getroffen, uitbreiden en aanpassen. Deze maatregelen helpen de sociaaleconomische kostprijs van de pandemie te dempen, maar volgens de najaarsprognoses 2020 van de Commissie zou de Griekse economie nog steeds een van de economieën in de EU zijn waar de economische bedrijvigheid het sterkste terugloopt. Dit komt door de sterke afhankelijkheid van het toerisme en het grote aantal kleine bedrijven, die een beperkt aanpassingsvermogen hebben. De landelijke lockdown voor drie weken die op 5 november is aangekondigd, en de mogelijke verlenging ervan afhankelijk van de evolutie van de pandemie, kunnen de verwachtingen op kortere termijn sterker aantasten dan thans wordt aangenomen.

Ondanks de zeer moeilijke omstandigheden, waardoor de aandacht naar de meer directe prioriteiten moest gaan, heeft Griekenland de voorbije maanden opvallende vaart gemaakt met de uitvoering van zijn hervormingen. Het belangrijkste punt daarbij is dat het insolventiewetboek in het Parlement is aangenomen. Dit is een majeure hervorming van het insolventieraamwerk, die zou moeten helpen om tot een oplossing te komen voor cruciale uitdagingen in de financiële sector. Momenteel bereiden de autoriteiten afgeleide wetgeving voor, waarin belangrijke aspecten van het nieuwe raamwerk zullen worden uitgewerkt, terwijl zij parallel daarmee de nodige infrastructuur ontwikkelen. Beide elementen zijn noodzakelijk om de wetgeving ook daadwerkelijk vanaf 1 januari 2021 te kunnen gaan toepassen. Voor de hervorming van het personeelsbeleid is de Belastingdienst sinds lang een flessenhals. Hiervoor wordt momenteel aan een oplossing gewerkt door het akkoord om aanvullende salariswetgeving in te voeren, die de dienst meer mogelijkheden moet geven om personeelsleden met een sterk profiel aan te trekken en in dienst te houden. De autoriteiten maken ook progressie bij een aantal in het oog springende privatiseringstransacties, ook al hebben andere transacties dan weer vertraging opgelopen door de pandemie.

Voorts is ook goede progressie gemaakt op de volgende domeinen:

·Budgettair-structurele hervormingen, met de voltooiing van de gemeenschappelijke liquiditeitenrekening, met een majeure hervorming van de overheidsopdrachten die tegen het jaareinde moet zijn goedgekeurd, progressie bij hervormingen die de uitvoering van publieke investeringen moet versnellen, en positieve ontwikkelingen bij het wegwerken van betalingsachterstanden, die wel zullen moeten worden volgehouden.

·Overheidsdiensten, met gestage voortgang bij de modernisering van het personeelsbeleid en het van kracht worden van een eenvormige selectieprocedure voor hoge managers bij overheidsinstanties. De autoriteiten hebben ook voortgang geboekt bij de uitvoering van hun ambitieuze digitale agenda.

·Energie, waar de lancering van het Target Model voor de stroommarkt op 1 november 2020 plaatsvond en zo een sinds lang uitstaande toezegging werd uitgevoerd.

De autoriteiten hebben ook duidelijkheid verschaft over de vraag hoe het verder gaat in sectoren waar de volledige uitvoering van bestaande toezeggingen niet haalbaar was door eerder opgelopen vertragingen of door de impact van de pandemie. De autoriteiten zijn opnieuw begonnen met de inning van terug te vorderen uitgaven in de zorg en gingen ermee akkoord om de wetgeving over de eerstelijnszorg tegen het tiende verscherpt-toezichtverslag af te ronden, terwijl toch voldoende resultaten worden geboekt wat betreft de beginselen van de hervorming van 2017, die nog niet volledig is uitgevoerd. Duidelijke tijdschema’s zijn ook vastgesteld voor de hervorming van het stelsel van de investeringsvergunningen die in het kader van het verscherpt toezicht wordt gemonitord, terwijl gestaag voortgang is geboekt bij de uitvoering van het stappenplan voor het kadasterproject. Ook gingen de autoriteiten ermee akkoord om twee specifieke hervormingen die door de uitbraak van het coronavirus zwaar werden getroffen, opnieuw op te starten: het opnieuw bepalen van de woz-waarden in het hele land en de voltooiing van het activeringselement in de regeling voor een gegarandeerd minimuminkomen. Een definitief voorstel voor de antitrust remedy voor de bruinkoolgestookte stroomproductie van het staatsenergiebedrijf is bij de Commissie ingediend. Hiervan zou nu een markttest moeten komen zodra de autoriteiten hun definitieve toestemming hebben gegeven. Het streefdoel inzake personeelsbezetting bij de Belastingdienst wordt niet gehaald, maar de autoriteiten hebben bevestigd dat de lopende wervings- en selectieprocedures bij het ministerie van Financiën niet ongunstig zullen uitwerken op de capaciteit van de Belastingdienst.

Wanneer de middelen die in het kader van de faciliteit voor herstel en veerkracht (RFF) beschikbaar komen, doelmatig en goed worden gebruikt, kan dit de Griekse economie helpen om zich te herstellen van de huidige crisis en helpen de uitdagingen aan te gaan waar zij, ondanks de geboekte voortgang, nog steeds voor staat. Volgehouden hervormingsinspanningen die de resterende kwetsbare punten moeten aanpakken, zijn van cruciaal belang. De aanzienlijke middelen die Griekenland via de faciliteit voor herstel en veerkracht (RFF) zal krijgen, kunnen, als deze doelmatig en goed worden gebruikt, de komende jaren groei, banencreatie en de dubbele transitie ondersteunen. Hervormingen en investeringen, als onderdeel van het plan voor herstel en veerkracht, moeten voortbouwen op en een aanvulling zijn van vroegere en nog lopende hervormingen in het kader van het verscherpt toezicht.

De conclusie van dit verslag is dat Griekenland, ondanks de ongunstige omstandigheden van de uitbraak van de pandemie, de nodige maatregelen heeft getroffen om de van het land verwachte specifieke hervormingstoezeggingen te verwezenlijken. De gebeurtenissen zonder voorgaande hebben geleid tot een scherpe economische neergang en het stilvallen — in de eerste jaarhelft — van een aantal hervormingen, omdat dringendere prioriteiten alle aandacht opeisten. Niettemin zijn de autoriteiten erin geslaagd om de voorbije maanden de werkzaamheden rond de toezeggingen te hervatten en hebben zij een aantal fundamentele hervormingen uitgevoerd. De Europese instituties verwelkomen de hechte en constructieve samenwerking op alle gebieden en moedigen de autoriteiten aan om de ontstane dynamiek vast te houden en, zo nodig, de inspanningen op te voeren om snel de uitvoering van recentelijk aangenomen primaire wetgeving te voltooien. Dit geldt met name voor de hervormingen in de financiële sector, waar een groot pakket aan afgeleide wetgeving binnenkort zal worden afgerond en goedgekeurd.

4.

MACRO-ECONOMISCHE ONTWIKKELINGEN


De coronapandemie eist een zware tol van de Griekse economie. De economie is in het tweede kwartaal van 2020 met 14,2 % gekrompen doordat de economische bedrijvigheid werd beperkt om de verspreiding van de pandemie in te dammen. De dienstensector werd ook tijdens het zomerseizoen bijzonder hard getroffen als gevolg van het belang van het internationale toerisme. De stijging van het werkloosheidspercentage mag dan tot dusver, mede dankzij de beschermingsregelingen die de autoriteiten snel hebben opgezet, vrij beperkt zijn, toch heeft de werkgelegenheid veel sterker geleden, gelet op de geringere vraag naar seizoenswerkers. De verwachting is dat de economische malaise en de dalende energieprijzen in 2020 tot een tijdelijke daling van de consumptieprijzen zouden leiden.

Nu het aantal nieuwe coronagevallen blijft stijgen, zal het herstel wellicht iets trager verlopen dan eerst was gedacht. Volgens de najaarsprognoses 2020 van de Commissie zal het reële bbp naar verwachting met 9 % afnemen in 2020 en met 5 % groeien in 2021. In de prognoses is rekening gehouden met slechts een geleidelijke toename van de vraag naar toeristische diensten, meer terughoudendheid bij bestedingen van consumenten en aanhoudende onzekerheid en lagere winsten in de sector ondernemingen. De autoriteiten hebben niet alleen een groot aantal maatregelen genomen dat de economische impact van de restrictieve maatregelen in 2020 moet dempen, maar ook maatregelen om de totale vraag in 2021 te stimuleren. Deze prognoses werden afgesloten voordat op 5 november 2020 een lockdown voor drie weken werd aangekondigd en vóór de steunmaatregelen in dat verband ( 6 ).

De vooruitzichten zijn omgeven door zeer grote onzekerheid en risico’s, omdat het verdere verloop van deze mondiale gezondheidscrisis onzeker is. De toenemende gestrengheid van de restricties die al in Griekenland en in andere Europese landen zijn opgelegd, zouden negatief kunnen uitwerken voor de vooruitzichten voor de korte termijn. Verdere restricties van het verkeer van personen en goederen de komende maanden in Griekenland — maar ook in het buitenland — blijven, gezien het belang van het internationale toerisme, een grote bron van onzekerheid. Andere neerwaartse risico’s zijn de toegenomen geopolitieke spanningen in de regio en de aanhoudende migratiedruk. Een positief punt is dan weer dat de steunmaatregelen op EU-niveau, waaronder NextGenerationEU, de vraag in 2021 aanzienlijk kunnen ondersteunen en de fundamentele economische parameters en de veerkracht op termijn kunnen versterken. Meer bepaald is in de prognose geen rekening gehouden met het effect van het herstel- en afwikkelingsplan, omdat de concrete uitwerking daarvan nog in een pril stadium verkeert. Zodra dit plan volledig is ingevuld, goedgekeurd en ten uitvoer gelegd, zouden de hervormingen en investeringen die in het kader van dat plan plaatsvinden, een positief effect op de groeivooruitzichten moeten hebben.

5.

BEGROTINGSBELEID EN -VOORUITZICHTEN


Het begrotingseffect van de economische neergang en de kostprijs van noodmaatregelen in reactie op de uitbraak van het coronavirus zullen dit jaar naar verwachting tot een groot begrotingstekort leiden. Het primaire saldo dat in het in kader van het verscherpte toezicht wordt gemonitord, zou in 2020 uitkomen op –4,4 % van het bbp. Afgezien van de tegenvallende ontvangsten als gevolg van de neergang, houden de prognoses rekening met de verlenging van maatregelen die de autoriteiten de afgelopen maanden al hebben genomen om de neergang te dempen. Daarbij gaat het ook om een verhoging van het totale budget van de “terugbetaalbare voorschotten” aan ondernemingen en de verlenging van bestaande steunmaatregelen voor zowel werklozen als mensen in loondienst bij bedrijven die door de pandemie zijn getroffen. De prognoses houden ook rekening met een retroactieve betaling aan gepensioneerden als gevolg van het arrest van de Raad van State van juli 2020; het betreft hier een korte periode vóór de inwerkingtreding van de pensioenhervorming van 2016.

Het Griekse begrotingsbeleid zou het herstel in de loop van 2021 moeten blijven stutten. Hoewel de meeste maatregelen die in 2020 werden genomen, zijn toegespitst op de directe impact van de pandemie (uitgaven in de zorg, steun tijdens de lockdown, belastinguitstel enz.), hebben de autoriteiten ook tijdelijke maatregelen aangekondigd die meer algemeen de vraag en de werkgelegenheid in 2021 stimuleren. Zo gaat het om een korting van drie procentpunten op de sociale premies en een opschorting van de sociale solidariteitsheffing voor de particuliere sector, en een nieuwe tijdelijke subsidie om mensen in dienst te nemen. Die maatregelen gaan in de goede richting waar het erom gaat de hoge belastingwig op arbeid te verminderen. Het tijdelijke karakter ervan is consistent met de doelstelling om de houdbaarheid van de overheidsfinanciën op middellange termijn te garanderen. Bij het uitzetten van het begrotingsbeleid dat voor 2021 gepland staat, wordt ermee rekening gehouden dat ook in 2021 de algemene ontsnappingsclausule zal worden toegepast.

Het ontwerpbegrotingsplan 2021 rekent ermee dat het primaire tekort dat in het kader van het verscherpte toezicht wordt gemonitord, in 2021 op 1,1 % van het bbp zal uitkomen. De prognoses van de autoriteiten houden rekening met de nieuwe maatregelen, een bijzondere reserve (waarmee directe behoeften zouden worden gefinancierd die zich kunnen voordoen als gevolg van de evolutie van de pandemie) en een ambitieus zevenjaarsprogramma voor defensie-uitgaven. De prognoses van de autoriteiten zijn optimistischer dan die in de najaarsprognoses 2020 van de Commissie, die voor 2021 rekenen met een primair tekort van 3,4 % van het bbp. Een groot deel van het verschil berust echter op methodologische aannames over a) de reeds genoemde verwerking van bepaalde van de noodmaatregelen, waarbij de regels pas na de indiening van het ontwerpbegrotingsplan werden verduidelijkt, en b) de opname van de faciliteit voor herstel en veerkracht (RFF) in het macro-economische scenario van de autoriteiten ( 7 ). Afgezien daarvan zijn de prognoses van de Commissie voorzichtiger wat betreft het dichten van het tekort van het bijzonder fonds voor hernieuwbare energiebronnen (ELAPE) waarvan in het ontwerpbegrotingsplan wordt uitgegaan. De beleidsmaatregel om deze verbetering waar te maken, moet nog nader worden ingevuld. Ook rekenen de prognoses met een meer geleidelijke uitvoering van de tenuitvoerlegging van het nieuwe defensieprogramma.

Progressie in de richting van de voltooiing van de operatie om landelijk woz-waarden opnieuw te bepalen, liep vertraging op. Dit was een specifieke toezegging voor medio 2020, waarvan de voltooiing nu voor medio 2021 gepland staat. Eerder dit jaar zijn door de lockdown tijdens de coronacrisis onvermijdelijke vertragingen ontstaan en verdere vertragingen kwamen er doordat een kwalitatieve beoordeling moest worden gemaakt nadat in zaken succesvol beroep was ingesteld bij de Raad van State. Het opnieuw bepalen van de woz-waarden en de uitbreiding van het bestaande systeem met waardezones zou volgens de planning tegen maart 2021 moeten zijn voltooid, op tijd voor de aanslag voor de onroerendzaakbelasting van augustus 2021.

De inherente onzekerheid in de huidige beoordeling en prognoses is substantieel: een verdere verslechtering van de gezondheidscrisis kan nieuwe begrotingsmaatregelen vergen, die zowel doelgericht als tijdelijk moeten zijn, om de schade te beperken en het herstel in 2021 te schragen. Verdere risico’s houden verband met het inroepen van staatsgaranties die recentelijk zijn afgegeven en die deel uitmaken van de reeks noodmaatregelen. Andere risico’s houden verband met de kosten van lopende rechtszaken en resterende openbaredienstverplichtingen die, wanneer het daarover tot een akkoord komt, het saldo kunnen doen verslechteren. Onzekerheid blijft bestaan over de volledige omvang van de retroactieve vergoeding van kortingen van aanvullende pensioenen en bijzondere uitkeringen die met vorige pensioenhervormingen zijn ingevoerd, omdat het arrest van de Raad van State van 2020 nog niet is bekendgemaakt. Ten slotte vloeit een ander risico voort uit de mogelijke extra kosten voor de dekking van mensen zonder zorgverzekering. Positieve punten zijn dan weer dat Griekenland sterk zou kunnen profiteren van de faciliteit voor herstel en veerkracht (RFF), die inzet op het ondersteunen van een duurzaam economisch herstel door middel van grootschalige financiële steun ten behoeve van groeibevorderende hervormingen en investeringen.

6.

Overheidsfinanciering en schuldhoudbaarheidsanalyse


Het rendement op Grieks overheidspapier blijft laag en de kasbuffer van het kabinet ligt dicht bij het niveau van vóór de schuldencrisis. De autoriteiten hebben recentelijk de uitgifte van een obligatie op 15 jaar met succes afgerond. De spreads op langlopend Grieks overheidspapier blijven historisch laag. De kasreserves van de overheid belopen thans 34,5 miljard EUR (per ultimo september), waarbij het saldo op de kasbufferrekening ongewijzigd op 15,7 miljard EUR blijft. De kasreserves van de overheid zouden moeten volstaan om, zelfs zonder nieuwe obligatie-uitgiften, twee jaar financieringsbehoeften te dekken.

De Europese instituties hebben, zoals in het vijfde verscherpt-toezichtverslag was aangekondigd, een omvattende evaluatie gemaakt van het raamwerk voor de houdbaarheid van de schuld. Het geëvalueerde raamwerk omvat een basisscenario, dat aansluit bij het raamwerk dat de Commissie hanteert om voor alle lidstaten de houdbaarheid van de schuld te beoordelen, en een landspecifieke scenarioanalyse. Deze evaluatie maakt gebruik van marktindicatoren die eenvoudig beschikbaar en goed te begrijpen zijn, en maakt de aannames consistenter met marktverwachtingen voor de korte en middellange termijn. Ook houdt deze evaluatie rekening met de groei op lange termijn en de renteaannames in het Vergrijzingsverslag 2021. De scenarioanalyse brengt de risico’s in beeld die bijzonder relevant zijn voor landen met hoge schulden zoals Griekenland.


Ondanks de verslechterde vooruitzichten op korte termijn, geeft het basisscenario een terugkeer naar een dalende schuldquote te zien. Op korte termijn zou de overheidsschuld toenemen van 180,5 % van het bbp in 2019 naar meer dan 207 % van het bbp in 2020. Aangezien de budgettaire noodmaatregelen die tijdens de pandemie zijn genomen, tijdelijk zouden moeten zijn en de economie in 2021 zou beginnen te herstellen, is de verwachting dat de schuldquote vanaf 2021 een dalende trend te zien zal geven. De brutofinancieringsbehoeften van de overheid zullen de komende 20 jaar rond 15 % van het bbp blijven schommelen, waarna zij tegen 2060 zullen dalen tot zo’n 13 %. De uitkomsten van deze simulatie volgens het basisscenario worden in hoofdzaak ondersteund door de aangenomen gunstige financieringsvoorwaarden, het grote aandeel van de schuld dat tegen lage rente wordt gefinancierd door publieke kredietverleners, en de gemiddelde lange looptijd van de uitstaande schuld.

De twee alternatieve scenario’s suggereren dat hogere herfinancieringstarieven de vooruitzichten zouden doen verslechteren, zeker in combinatie met geringe groei. Dit onderstreept hoe belangrijk het is vaart te maken met een ambitieuze groeiagenda. De aannames in het basisscenario zijn onderhevig aan onzekerheid, die toeneemt in de loop van de prognoseperiode. Financieringsvoorwaarden zouden minder gunstig kunnen uitvallen dan is aangenomen, met name op middellange termijn. In het scenario met een hogere risicopremie, dat risicopremies koppelt aan het schuldniveau op middellange en lange termijn, blijft de schuldquote weliswaar op een dalend traject, maar wel nog steeds veel hoger dan in de aannames in het basisscenario. Ook de brutofinancieringsbehoeften liggen hoger en blijven net iets onder 20 % van het bbp op lange termijn. In het scenario waarin de bbp-groei lager uitvalt dan in het basisscenario, blijft het schuldniveau, in combinatie met een hogere risicopremie, hoog op lange termijn en zouden de brutofinancieringsbehoeften vanaf medio de jaren 2030 meer dan 20 % van het bbp gaan bedragen, hetgeen wijst op resterende houdbaarheidsrisico’s. In dat scenario zou de groei lager blijven dan die van de eurozone op lange termijn, hetgeen wijst op het belang van het uitvoeren van de groeiagenda waarvan een concept is uitgewerkt door de commissie-Pissarides en die in augustus 2020 door de autoriteiten is bekendgemaakt. De faciliteit voor herstel en veerkracht (RFF) biedt een kans om de potentiële groei te verhogen door middel van investeringen en hervormingen.

7.

BELASTINGDIENST


De aanvullende wetgeving over de salarisschaal bij de Belastingdienst, een cruciale stap in de richting van de hervorming van het personeelsbeleid bij die dienst, is voor publieke consultatie bekendgemaakt en zou tegen eind november 2020 worden aangenomen. De hervorming zou de Belastingdienst meer mogelijkheden moeten geven om medewerkers met een sterk profiel aan te trekken en in dienst te houden. De personeelsbezetting bleef aan het einde van het derde kwartaal ver achter bij het streefdoel voor personeelsbezetting dat voor eind 2019 was bepaald (11 497 tegenover 12 500). De autoriteiten hebben bevestigd dat lopende wervings- en selectieprocedures bij het ministerie van Financiën geen negatief effect zullen hebben op de totale capaciteit van de Belastingdienst. De verwachting is dat de volledige hervorming van het personeelsbeleid tegen 1 januari 2021 operationeel zal worden.

Verdere progressie is gemaakt met het versterken van het raamwerk tegen smokkelen. De ontwerpwet is voor publieke consultatie bekendgemaakt en zou tegen november 2020 moeten zijn aangenomen. Deze ontwerpwet omvat bepalingen om de capaciteit te versterken van het operationele coördinatiecentrum, dat belast is met de coördinatie van de bestrijding van smokkel en onderdeel is van de Belastingdienst. De aanneming van deze bepalingen zou moeten helpen bij de verdere werving en selectie van medewerkers.

Al met al valt er goede voortgang waar te nemen wat betreft het behalen van de doelstellingen voor de kritieke prestatie-indicatoren (KPI’s), zoals de invordering van schulden, terwijl verder wordt gewerkt aan het versterken van de invorderings- en auditcapaciteit van de Belastingdienst. Een aantal indicatoren leverde betere resultaten op dan in de huidige omstandigheden mocht worden verwacht, deels omdat na de uitbraak van de pandemie kortingen werden gegeven voor tijdige betaling van belastingschulden.

De autoriteiten hebben een aantal bijzondere regelingen opgezet waarmee fiscale verplichtingen kunnen worden voldaan die tijdens de pandemie zijn ontstaan. Het gaat hierbij om nieuwe regelingen voor belastinguitstel die bij het begin van de pandemie zijn opgezet, en waarmee opnieuw kon worden ingestapt in aflossingsplannen voor betalingen die tijdens de pandemie waren opgeschort. Dit moest voorkomen dat anders de strenge sancties uit het in 2019 overeengekomen raamwerk zouden moeten worden opgelegd. Daarnaast kwam er een “tweede kans” voor aflossingsplannen die waren overeengekomen vóór de inwerkingtreding van het betreffende raamwerk van 2019. Deze regeling is nog niet operationeel gemaakt. Verwacht wordt dat voor debiteuren grondig zal worden gekeken naar de redenen voor de stopzetting en hoe zij in het verleden hun verplichtingen zijn nagekomen. Wat betreft de staatsgaranties waarop banken een beroep hebben gedaan en die momenteel worden verwerkt en door de Staat namens de oorspronkelijke debiteuren worden betaald (zie verder het deel “Ontwikkelingen in de financiële sector”), hebben de autoriteiten ook een aflossingsregeling uitgewerkt waarmee de debiteuren hun schulden in maximaal 120 tranches zouden kunnen aflossen. Om de betalingsdiscipline in stand te houden, hebben de autoriteiten duidelijk gemaakt dat wie uit deze uitzonderingsregeling zou stappen, niet in aanmerking zou komen voor andere aflossingsregelingen en dat bij hen dus de bedragen zouden worden geïnd. Deze inspanningen op het gebied van handhaving zullen nauw worden gemonitord.

8.

Beheer van de overheidsfinanciën en publieke investeringen


Het volume achterstallige betalingen is afgenomen sinds het vorige verslag, maar volgehouden inspanningen zijn nodig om het ambitieuze streefdoel voor het jaareinde te halen. Het volume achterstallige betalingen ligt nog steeds boven de niveaus die in het actieplan van oktober 2019 werden beoogd, maar de vertragingen die begin 2020 mede door de pandemie waren ontstaan, zijn goedgemaakt. Een uitzondering is de achterstand bij de nog niet behandelde pensioenaanvragen, waar de automatische verwerking en de toekenning van pensioenen pas volgend jaar volledig zou zijn gerealiseerd. De doelstelling om de achterstand tegen het einde van 2020 volledig weg te werken in alle sectoren behalve die van de pensioenaanvragen is door de autoriteiten bevestigd, maar blijft gevoelig voor risico’s, onder meer in verband met een nieuwe opstoot van de pandemie. Gezien de onverwachte stijging van pensioenaanvragen, die aan juridische en technische factoren valt toe te schrijven, zou de achterstand bij de pensioenaanvragen tegen december 2021 volledig moeten zijn wegwerkt.

Hoewel het volume achterstallige betalingen afneemt, ontstaan ook nog steeds nieuwe achterstallige betalingen, hetgeen het belang onderstreept van de uitvoering van de aanbevelingen van de Algemene Rekenkamer (een specifieke toezegging voor medio 2021), waarbij met name de versterking van het interne controlesysteem van cruciaal belang is. De versterking van het interne controlesysteem zou ook van cruciaal belang zijn voor het deugdelijke beheer van de projecten die via de faciliteit voor herstel en veerkracht (RFF) worden gefinancierd. Een wet waarin het conceptuele raamwerk voor interne controle wordt uitgetekend, zou tegen het jaareinde moeten zijn aangenomen. De uitdaging is nu om daarvan de component “beheer van de overheidsfinanciën” volledig uit te rollen bij alle overheidsdiensten en om doeltreffend toezicht hierop door het ministerie van Financiën te garanderen. Deze hervorming zal ook baat vinden bij recente stappen die de Algemene Rekenkamer heeft gezet en — op middellange termijn — bij de vereenvoudiging van het raamwerk voor begrotingsuitvoering en de betalingsprocedure, waarmee recentelijk een aanvang is gemaakt.

De specifieke toezegging voor medio 2020 om een gemeenschappelijke liquiditeitenrekening op te zetten, is met succes afgerond. De gemeenschappelijke liquiditeitenrekening is nu operationeel en biedt een overzicht van de kaspositie van de Staat en is tegelijk een doeltreffend monitoringinstrument van de liquiditeitspositie. Het ministerie van Financiën heeft een speciaal instrument uitgewerkt om de ramingen van het kassaldo van entiteiten te monitoren. Dit zal stapsgewijs worden uitgerold.

De hervorming van het gemeenschappelijke rekeningstelsel (met inbegrip van toezeggingen voor medio 2021 en medio 2022) ligt grotendeels op koers en de toepassing daarvan bij het budget voor publieke investeringen begint aan vaart te winnen. Na de toepassing van de administratieve indeling in de gewone begroting in 2019 wordt momenteel gewerkt aan het opzetten van een functionele indeling van rekeningen, samen met een raamwerk voor resultaatgericht begroten (PBB). Deze ambitieuze hervormingen vallen toe te juichen. De volledige toepassing van het gemeenschappelijke rekeningstelsel in het budget voor publieke investeringen begint aan vaart te winnen. De maatregelen die dit stelsel interoperabel moeten maken met het centrale IT-systeem (dat tegen maart 2021 zou moeten zijn voltooid), zouden de betalingsprocedures aanzienlijk moeten versnellen. Hierdoor zullen ook beduidend minder betalingsachterstanden ontstaan. De tenuitvoerlegging van andere maatregelen, zoals de toepassing van elektronische facturatie bij overheidsopdrachten en de modernisering van het centrale betalingssysteem voor de gewone begroting, liggen grotendeels op koers.

De autoriteiten willen tegen het jaareinde een majeure hervorming van het stelsel voor overheidsopdrachten goedkeuren. Deze hervorming bouwt voort op de ervaring die is opgedaan met de uitvoering van de regels die in 2016 zijn ingevoerd, en wil onder meer iets doen aan het hoge aantal procedures waarin er slechts één offerte bleek te zijn of aan opdrachten die uitsluitend op basis van de laagste voorgestelde prijs worden toegewezen. Ook zorgt zij voor een verdere stroomlijning van de nog steeds lang aanslepende gunningsprocedures. Deze hervorming is van cruciaal belang om een snelle absorptie van de beschikbare financiële middelen te garanderen en om het herstel te schragen. Parallel hiermee werken de autoriteiten verder aan de digitalisering van de procedure en bereiden zij een nieuwe strategie inzake overheidsopdrachten voor 2021–2025 voor, die moet bijdragen aan de groene transitie en die de strijd tegen corruptie moet versterken.

In afwachting van de grote bedragen die Griekenland naar verwachting in het kader van het volgende meerjarig financieel kader (MFF) zal ontvangen, zetten de autoriteiten een strategische pijpleiding van projecten op voor de selectie van grote infrastructuurprojecten en boeken zij voortgang bij het opzetten van een Project Preparation Facility (PPF). De strategische pijpleiding van projecten zal helpen om projecten van nationaal belang te selecteren en zal worden gecoördineerd op het niveau van het ministerie van Algemene Zaken, buiten de kernstructuur van de vakministeries om. De Project Preparation Facility moet de voorbereiding van projecten uit de strategische projectpijpleiding versnellen, zodat deze soepel van ontwerpfase naar uitvoeringsfase kunnen schakelen. De faciliteit zal worden opgericht binnen het Hellenic Republic Asset Development Fund (TAIPED), waarbij de nodige garanties zullen worden ingebouwd om ervoor te zorgen dat het fonds zijn bestaande kerntaak onafhankelijk kan blijven uitvoeren. De faciliteit zal ondersteund worden door een internationale financiële instelling als strategische partner. De uitvoering van het actieplan om de monitoring en prognoses van het budget voor publieke investeringen te versterken, ligt grotendeels op koers.

9.

SOCIALE VOORZIENINGEN


De autoriteiten maken progressie bij het voltooien van het organisatorische en institutionele raamwerk voor het eengemaakte socialezekerheidsfonds (e-EFKA) (een specifieke toezegging voor eind 2020). De taken voor wettelijke en die voor aanvullende pensioenen zijn al samengevoegd, met ook de fysieke verhuizing van kantoren. Nu moeten alleen nog de werknemers van het vroegere fonds voor de agrarische sector (OGA) verhuizen. Deze operatie zou tegen het jaareinde moeten zijn voltooid. Ook de digitale verwerking van pensioenaanvragen verliep conform de streefdoelen. De verwerking zou nu tot maart 2021 vertragen als gevolg van problemen met de beschikbaarheid van gegevens, maar zou daarna weer aan snelheid moeten winnen.

Griekenland versterkt de paraatheid van de zorg in de huidige gezondheidscrisis. Daarbij speelt de uitrol van een volwaardige en doeltreffende eerstelijnszorg (een specifieke toezegging) een cruciale rol. Meer dan 160 zorgcentra kunnen patiënten met coronasymptomen opvangen en in de regio Athene zijn extra poliklinieken opgezet. De autoriteiten versterken ook de testcapaciteit en zorgen voor de nodige nieuwe aanwervingen. Wat betreft de uitrol van de hervorming van de eerstelijnszorg die in 2018 van start is gegaan, zijn de autoriteiten voornemens om op korte termijn de patiëntenregistratie uit te breiden via de zorgcentra, maar patiënten wel meer keuzevrijheid te geven wat betreft zorgaanbieders. Het elektronisch patiëntendossier (dat momenteel nog niet volledig operationeel is) optimaal benutten, zou van cruciaal belang zijn om het risico tegen te gaan op dubbele visites en patiënten die binnen dit kader de “krenten uit de pap halen”. De regierol van de huisarts zal waarschijnlijk kunnen worden geïmplementeerd via incentives, hetgeen een zachter instrument is dan wat er in de wetgeving over de hervorming van 2017 stond. Een en ander zou wel zorgvuldig moeten worden vormgegeven. De autoriteiten hebben toegezegd om het nieuwe juridische kader klaar te hebben tegen de publicatie van het tiende verscherpt-toezichtverslag dat voor medio 2021 wordt verwacht. Het valt toe te juichen dat de autoriteiten de terugkeer hebben bevroren naar het systeem van vóór de hervorming waarbij eerstelijnszorg verliep via zelfstandig gevestigde artsen (dat was gebaseerd op een systeem van vergoeding per prestatie, gekoppeld aan een maximum van 200 visites). Dit systeem bleek voor kwetsbare patiënten de toegang tot de zorg te beperken.

Er moet nog veel worden teruggevorderd, maar er worden stappen gezet om de inning van die bedragen te verbeteren en om te voorkomen dat er nieuwe bedragen moeten worden teruggevorderd. De autoriteiten hebben wetgeving aangenomen die de inning van de terugvordering voor farmaceutische producten voor 2019 moet mogelijk maken, en om de inning van bij zorgaanbieders terug te vorderen bedragen over de jaren 2018 en 2019 van start te laten gaan. De autoriteiten zetten verdere stappen om de aanbodgestuurde overconsumptie van zorgdiensten tegen te gaan, die het zorgstelsel onder druk zet en de financiële lasten voor patiënten doet toenemen. Dit gebeurt onder meer door het invoeren van nieuwe behandelprotocollen en door nog meer de nadruk te leggen op onderhandelingen over prijzen en tarieven. Diepgaandere herzieningen lijken echter noodzakelijk om de aanbodgestuurde vraag daadwerkelijk tegen te gaan. Momenteel overwegen de autoriteiten niet om een element van risicodeling in te voeren in de definitie van de terugvordering, hetgeen nochtans de prikkels zou versterken om structurele maatregelen te nemen.

Voor gecentraliseerde aanbestedingen voor zorguitgaven (een specifieke toezegging voor medio 2022) wordt, ondanks de huidige situatie, progressie gemaakt. De autoriteiten maken progressie bij de uitvoering van deze doelstelling, met als tussentijds streefdoel 30 % gecentraliseerde aanbestedingen tegen het eerste kwartaal van 2021. Ook hebben de autoriteiten ermee ingestemd om het prijzenobservatorium vanaf januari 2021 opnieuw te activeren en om tegen eind 2020 de nieuwe rechtspositie van de nationale gezondheidsautoriteit aanbestedingen in de zorg (EKAPI) vast te leggen.

De uitvoering van specifieke toezeggingen wat betreft de hervorming van vervoerssubsidies en van arbeidsongeschiktheidsuitkeringen loopt al bij al volgens het overeengekomen tijdschema, terwijl de voltooiing van de activeringscomponent van de regeling voor een sociaal solidariteitsinkomen (KEA) een nieuwe start moet krijgen. Een specifieke toezegging voor medio 2020 betreft vervoersubsidies. In oktober 2020 is de afgeleide wetgeving aangenomen die een regelmatige en op objectieve gegevens gebaseerde terugbetaling van gesubsidieerde openbaarvervoersbewijzen voor kwetsbare groepen (zoals mensen met een handicap en leden van grote gezinnen) mogelijk moet maken. De afgeleide wetgeving voor het bepalen van de hoogte van de compensaties voor de belangrijkste vervoersbedrijven is in voorbereiding. Aan een beleidsstuk voor de herziening van arbeidsongeschiktheidsuitkeringen (een specifieke toezegging voor 2021) wordt de laatste hand gelegd en in maart 2021 zou een pilot van start moeten gaan. Wat betreft echter het aanbieden van diensten om mensen die in het kader van de regeling voor een gegarandeerd minimuminkomen een uitkering ontvangen, te helpen bij de herintrede op de arbeidsmarkt, zijn de plannen om de bevindingen te evalueren van de pilot die in 2019 in een aantal gemeenten liep en als leidraad moest dienen voor de landelijke uitrol, stilgevallen als gevolg van de uitbraak van het coronavirus. De autoriteiten plannen de landelijke uitrol voor april 2021.

10.

ONTWIKKELINGEN IN DE FINANCIËLE SECTOR


Hoewel Griekse banken dankzij de accommoderende monetaire beleidsomstandigheden van gunstige liquiditeitsvoorwaarden kunnen profiteren, zullen de economische gevolgen van de pandemie naar verwachting de nu al geringe winstgevendheid van banken verder onder druk zetten. Dankzij de tijdelijke versoepeling van beleenbaarheidscriteria van het Eurosysteem voor krediettransacties en van de voorwaarden voor langerlopende herfinancieringstransacties (TLTRO’s) hebben banken hun kasbuffers verder kunnen opbouwen. Een en ander werd nog ondersteund door een toename van deposito’s sinds maart, vooral doordat ondernemingen tijdens de pandemie liquiditeit probeerden op te bouwen en geschraagd door een minder uitgesproken, maar wel gestaag stijgende trend van deposito’s van huishoudens. In temen van winst behoorde het rendement op eigen vermogen van banken in de eerste helft van 2020 nog steeds tot het laagste in de eurozone en de verwachting is dat het verder onder druk zal komen te staan door hoge voorzieningen voor kredietverliezen, de onzekerheid over de nieuwe ondernemingskredieten volgend jaar en het wisselende effect van lopende securitisaties van niet-renderende leningen, die — afgezien van het positieve effect op de risicokosten van banken — op hun netto rente-inkomsten zullen wegen. Geringe winstgevendheid in combinatie met de kosten van op stapel staande securitisaties en de geleidelijke uitfasering van prudentiële overgangsregelingen kunnen uitdagingen vormen voor de kapitaalpositie van banken, terwijl hun afhankelijkheid van overheidsactiva waarschijnlijk nog zal toenemen. De gemiddelde tier 1-kernkapitaalratio (CET1) van banken bedroeg eind juni 2020 op geconsolideerde basis 14,7 % van de risicogewogen activa, hetgeen in lijn ligt met de minimumkapitaalvereisten.

De afbouw van niet-renderende leningen ging ook in de eerste helft van 2020 door, zij het in een trager tempo dan voorheen, en werd ondersteund door aflospauzes, die aan het eind van het jaar zullen aflopen. Het aandeel niet-renderende leningen bleef op een geleidelijk neerwaarts traject en kwam in juni 2020 uit op 36,7 %, al blijft dit een van de hoogste percentages in de eurozone. Aflospauzes, in combinatie met de tijdelijke flexibiliteit vanuit het toezicht, hebben de balansen van banken tot dusver kunnen beschermen tegen de impact van de pandemie op het kredietrisico van hun kredietportefeuille. Het grote aandeel uitstaande renderende leningen van banken waarvoor een aflospauze geldt, wijst op een aanzienlijk risico dat na afloop van die aflospauzes meer voorzieningen zullen moeten worden gevormd en op een verslechtering van de overeenkomstige ratio’s van activakwaliteit, terwijl de interne mogelijkheden van banken om leningen duurzaam te herstructureren, een uitdaging blijft. Banken zijn begonnen hun strategieën voor de afbouw van hun niet-renderende leningen aan te passen, maar de tot dusver geboekte voorzieningen voor kredietverliezen dekken wellicht maar een deel van het uiteindelijke effect van de pandemie op de activakwaliteit van banken. Cruciaal in de strategie van banken voor de aanpak van niet-renderende leningen blijft dat werk moet worden gemaakt van de securitisaties in het kader van de Hercules-regeling voor de structurering van activa. Deze zouden in de eerste helft van 2021 moeten zijn afgerond.

De autoriteiten hebben met succes steunmaatregelen uitgerold of verlengd om toegang tot financiering gaande te houden voor bedrijven die door de coronacrisis worden getroffen. De Griekse ontwikkelingsbank (ΕΑΤ) rolt een borgstellingsregeling en een regeling voor rentesubsidie voor nieuwe bedrijfskredieten uit. Hiermee blijkt het te lukken om bancair krediet te ondersteunen voor grote ondernemingen en, recentelijk, ook voor het midden- en kleinbedrijf. Als gevolg daarvan kwam het jaarpercentage van de groei in bancair krediet aan niet-financiële vennootschappen in september 2020 uit op 8,3 %, het hoogste percentage sinds medio 2009. Daarentegen is de kredietverlening aan huishoudens verder blijven krimpen, zij het in een trager tempo dan in de jongste kwartalen. Nominale rentetarieven voor kredieten zijn verder blijven dalen en hebben zich voor niet-financiële vennootschappen rond historisch lage niveaus gestabiliseerd.

De hierna genoemde initiatieven worden gemonitord en geëvalueerd in het kader van de doorlopende toezegging op het gebied van het financiële beleid:

·Nu het nieuwe insolventiewetboek is goedgekeurd, werken de autoriteiten aan de afgeleide wetgeving en de nodige infrastructuur. Volgens het wetboek moet zo’n 53 bestuurlijke besluiten worden goedgekeurd, hetgeen een uitdaging is. Omdat het wetboek in januari 2021 van kracht zou worden, proberen de autoriteiten het proces stapsgewijs — parallel met de ontwikkeling van het onderliggende elektronische platform — af te ronden tegen eind december 2020. Prioriteit zal gaan naar de cruciale ministeriële besluiten betreffende de leningsubsidie, het sale-and-leaseback-mechanisme en het algoritme dat de herstructureringsvoorstellen moet doorrekenen. De autoriteiten hebben toegezegd om tegen medio november conceptversies met de Europese instituties te delen. Het nieuwe insolventieraamwerk is een belangrijke stap voorwaarts en de slagkracht ervan zal afhangen van de kwaliteit van de uitvoering ervan. Nauwgezette monitoring zal met name nodig zijn voor de impact van het nieuwe mechanisme voor buitengerechtelijke saneringen, alsmede voor de budgettaire en financiële effecten van de nieuwe sale-and-lease-backregeling en de periode van één jaar vóór de kwijtschelding van schulden die in bepaalde gevallen van toepassing is. Het is van cruciaal belang dat het volledige juridische raamwerk, met inbegrip van de afgeleide wetgeving, maar ook de noodzakelijke infrastructuur voorhanden zijn wanneer het nieuwe insolventiewetboek in werking treedt. Zo is de succesvolle operationalisering van het nieuwe raamwerk verzekerd en worden eventuele onbedoelde negatieve effecten voor de financiële sector en de betaalcultuur meer algemeen afgewend.

·De autoriteiten hebben een reeks nieuwe bepalingen aangenomen waarmee de sinds lang bestaande achterstand in insolventiezaken van huishoudens kan worden verwerkt. De wet bepaalt een vast tijdschema om zittingsdata naar voren te halen. De autoriteiten hopen dat dit nieuwe tijdschema en de indiening van alle betrokken documenten tegen het derde kwartaal van 2021 zullen hebben plaatsgevonden. Hierdoor zouden rechtbanken alle zaken tegen april 2022 kunnen behandelen. Aangezien de tenuitvoerlegging zal afhangen van de capaciteit van individuele rechtbanken om zaken af te handelen, is nauwgezette monitoring wenselijk. Het succes van deze bepalingen zal afhangen van de vraag of de autoriteiten erin slagen personeelstekorten weg te werken en uitdagingen op het gebied van infrastructuur te overwinnen.

·De autoriteiten hebben ook de eerste reeks maatregelen genomen die de functionaliteit en gebruiksvriendelijkheid van het platform voor elektronische veilingen moeten verbeteren. Met de maatregelen kunnen de nodige documenten gemakkelijk elektronisch worden gedeeld via het platform voor elektronische veilingen. Wat betreft verdere problemen die zijn geconstateerd, vooral met betrekking tot het mechanisme voor het aanpassen van de minimumprijs (limiet) en de interoperabiliteit van het platform voor elektronische veilingen met andere overheidsdatabases, hebben de autoriteiten bevestigd dat deze aan bod zouden komen in het kader van de herziening van het wetboek van burgerlijke rechtsvordering. Het ontwerp van herzien wetboek zal begin 2021 klaar zijn, iets later dan aanvankelijk gepland, maar vóór september 2021, wanneer het in werking moet treden. De autoriteiten hebben toegezegd in november 2020 een voortgangsverslag in te dienen.

·De uitvoering van het overeengekomen plan voor het wegwerken van de ingeroepen overheidsgaranties ligt op koers, terwijl het achterstallige volume ingeroepen garanties aanzienlijk blijft. Het onderzoek en de betaling van claims voor het derde kwartaal van 2020 is versneld, na de terugval die tijdens de lockdown viel te constateren. Na de aanpassing van het betrokken rechtskader begin juni, is het repository voor digitale dossiers operationeel, terwijl de interoperabiliteit met lokale belastingkantoren in de testfase zit. De autoriteiten zijn ook bezig met de werving en selectie van 30 medewerkers, die in november operationeel moeten worden. Deze belangrijke stappen zouden voor de verhoopte aanzienlijke versnelling moeten zorgen bij het wegwerken van ingeroepen garanties tijdens de laatste maanden van 2020.

·Een beperkte wijziging van de primaire wetgeving inzake latente belastingvorderingen is in september goedgekeurd. Deze moet de verliesabsorptiecapaciteit van het kapitaal van banken in alle gevallen veilig stellen, ook bij afwikkeling. Werkzaamheden over verdere technische aspecten in de vorm van afgeleide wetgeving lopen nog; deze moeten alle aspecten van het raamwerk operationaliseren, ook in het kader van afwikkelings- en surséanceprocedures.

Het Hellenic Financial Stability Fund zet zijn inspanningen voort om de systeembanken te steunen, gelet op de uitdagingen waarvoor de pandemie heeft gezorgd. Het Fonds ondersteunde de systeembanken bij het uitwerken van hun geactualiseerde plannen voor de afbouw van niet-renderende leningen en bij hun bedrijfsherstructurering (“hive-downs”). Ook houdt het Fonds zijn verwachtingen als aandeelhouder opnieuw tegen het licht, door rekening te houden met de diverse effecten van de pandemie.

11.

ARBEIDSMARKT


De Griekse arbeidsmarkt bleek bijzonder veerkrachtig in de nasleep van de uitbraak van het coronavirus, maar de langer aanhoudende pandemie houdt ernstige risico’s in voor de werkgelegenheid. Een en ander vergt een verdere versterking van programma’s voor een actief arbeidsmarktbeleid. De snelle goedkeuring van noodmaatregelen om bedrijven te stutten en banen te beschermen, heeft bijgedragen aan de veerkracht van de arbeidsmarkt die viel te constateren. Nu de pandemie echter aanhoudt, vallen herstructureringen in de sterkst getroffen bedrijfstakken misschien niet te vermijden. Een goed functionerende dienst voor arbeidsbemiddeling en een doeltreffend stelsel van actief arbeidsmarktbeleid zijn nodig om die herstructureringsprocessen te ondersteunen en een stijging van de werkloosheid tegen te gaan. Hoewel bepaalde programma’s voor een actief arbeidsmarktbeleid worden versterkt, blijft het systeem als geheel kampen met capaciteitsbeperkingen die, in combinatie met de door de pandemie veroorzaakte disruptie, hebben geleid tot vertragingen bij de lopende uitvoering van hervormingen. Meer bepaald viel er beperkte voortgang waar te nemen wat betreft de goedkeuring van een nieuw model om beleid uit te voeren en het stelselmatig aanbieden van diensten om mensen die in het kader van de regeling voor een gegarandeerd minimuminkomen een uitkering ontvangen, te helpen bij het herintreden op de arbeidsmarkt.

Het kabinet is met voorstellen gekomen om diverse aspecten van het arbeidsrecht te moderniseren. De wetgeving, waarover momenteel overleg met de sociale partners loopt, bevat ingrijpende wijzigingen, met een modernisering van onder meer de regels inzake arbeidstijden en jaarlijkse vakantie, wetgeving inzake arbeidsbescherming, ontslagrecht en vakbondsrechten. Voorts voorzien zij in een uitbreiding van het geboorteverlof voor partners en ouderschapsverlof en de institutionalisering van telewerk, waardoor nationale arbeidswetgeving meer aansluiting vindt bij goede praktijken in de EU. De codificering van de arbeidswetgeving (een specifieke toezegging voor eind 2020) heeft door de pandemie vertraging opgelopen, maar zou nog steeds tegen eind 2020 kunnen worden goedgekeurd.

12.

PRODUCTMARKTEN EN CONCURRENTIEVERMOGEN


De autoriteiten maken progressie voor de meeste van de specifieke toezeggingen voor medio 2020 wat betreft investeringsvergunningen. Ook blijven zij zich inspannen voor de uitvoering van een verruimde hervormingsagenda. De autoriteiten zouden tegen eind november een wetsvoorstel voor publieke consultatie moeten indienen dat de vergunningprocedures in de meeste sectoren die nog niet waren hervormd, moet vereenvoudigen. Zij hebben ook een tijdschema uitgewerkt om de vereenvoudiging van procedures voor investeringsvergunningen voor alle resterende activiteiten tegen juni 2021 volledig af te ronden. Parallel hiermee werken zij voort aan de vereenvoudiging en verfijning van aspecten met betrekking tot bedrijfstakken die al zijn hervormd. Wat inspecties betreft, zouden alle startinstrumenten in de drie overeengekomen prioritaire sectoren snel moeten worden geactiveerd, parallel met de volledige uitrol van opleiding. Voor de resterende elementen die voor een doeltreffende handhaving en naleving in deze sectoren moeten zorgen, zou er tegen april 2021 een volledige oplossing moeten zijn, parallel met de uitrol van het inspectieraamwerk voor de vier resterende sectoren, die naar verwachting tegen eind 2021 zou zijn afgerond. Of de resterende werkzaamheden met succes zullen worden afgerond, hangt in eerste instantie af van de tijdige input van alle betrokken ministeries en de inzet van alle stakeholders. De volledige uitrol van het betrokken IT-systeem, dat van cruciaal belang is om het nieuwe raamwerk voor investeringsvergunningen te ondersteunen, blijft als gevolg van juridische betwistingen vertraging oplopen.

De autoriteiten maken progressie bij de uitvoering van cruciale hervormingen van het ondernemingsklimaat die in het kader van de programma’s zijn ingezet. Progressie werd gemaakt bij de certificatie van externe milieuanalisten en -inspecteurs en bij het rechtskader voor het toerisme, om dit af te stemmen op de beginselen van de hervorming van het stelsel van de investeringsvergunningen. Ook lopen de werkzaamheden door om ondernemen eenvoudiger te maken. Naast de aanzienlijke verbeteringen in de raamwerken voor insolventie en geschillenbeslechting, en een op stapel staande hervorming van het stelsel van overheidsopdrachten (zie hoger), hebben de autoriteiten de procedure voor de teruggaaf van btw verbeterd en versneld. Belangrijke initiatieven die voor maart 2021 gepland staan, moeten de administratieve procedures stroomlijnen en versnellen, onder meer die voor bouwvergunningen, voor het opstarten van een bedrijf, voor elektriciteitsaansluitingen en voor eigendomsregistratie. Bovendien werken de autoriteiten, met technische steun van de Commissie via de Wereldbank, aan verdere maatregelen in cruciale sectoren. Het kabinet heeft ook verdere stappen gezet om productmarkten te hervormen en het markttoezicht te verbeteren. Begin november is bij het Parlement een wetsvoorstel ingediend dat onder meer moet zorgen voor eerlijkheid en transparantie voor zakelijke gebruikers in de sector van de e-commerce, maar tegelijk ruimte biedt voor doeltreffendere mechanismen voor markttoezicht en controle op illegale handel. Ook wordt met dit voorstel, op bepaalde voorwaarden, de zondagsopening in de detailhandel uitgebreid naar winkels en openluchtmarkten.

Ondanks de progressie bij het opzetten van een nieuwe strategie om handel en buitenlandse directe investeringen te bevorderen, zijn de institutionele regelingen daarvoor nog niet klaar. Dit is een domper voor inspanningen om Griekenland meer op het buitenland te richten en om het potentieel in cruciale sectoren en exportmarkten impulsen te geven. De nieuwe strategie van het ministerie van Buitenlandse Zaken die het uitvoerpotentieel van het land moet versterken en inkomende buitenlandse investeringen moet bevorderen, is nog niet gepubliceerd. Om het stappenplan snel te kunnen aanpassen aan nieuwe prioriteiten is het van essentieel belang om de nodige governancestructuren op te zetten en om verdere inspanningen te leveren op het gebied van vereenvoudiging, ook op het niveau van voorafaangiften bij de douane. Inmiddels maken de autoriteiten progressie met digitale initiatieven die e-commerce en de aanbesteding van projecten voor uitvoerbevordering ondersteunen, met name het geïntegreerde één-loket-systeem dat in- en uitvoerprocedures zal automatiseren en dat in oktober van start ging.

De autoriteiten hebben progressie gemaakt op het gebied van boskaarten en kadastrale metingen. Van de boskaarten was 80 % van de nog resterende kaarten klaar tegen oktober 2020 en deze zullen nu stapsgewijs worden opgeladen zodat zij publiek te consulteren zijn. De autoriteiten hebben toegezegd dat alle resterende kaarten tegen december 2020 zullen zijn opgeladen en dat alle boskaarten tegen juli 2021 zullen zijn bekrachtigd. Hoewel het oorspronkelijke streefdoel van een dekking van 45 % van de kadastrale metingen door de pandemie en andere technische problemen naar december 2021 is verschoven, zullen de autoriteiten bij het Parlement een wetsvoorstel indienen dat het bijeenbrengen van de resterende rechten moet versnellen. Dit voorstel zou tegen november 2020 worden aangenomen. Tegen oktober 2020 was 35 % van de kadasterkaarten voltooid. De aanbesteding voor de digitalisering van hypotheekakten kan van start gaan zodra financiering beschikbaar komt.

Het kadaster zou tegen eind 2021 volledig operationeel moeten zijn, conform het stappenplan voor het kadasterproject. Dit is later dan volgens de oorspronkelijke toezegging voor medio 2020 de bedoeling was en is het gevolg van vertragingen die zijn ontstaan als gevolg van de pandemie, maar ook voordien. De aanstelling van het managementteam is afgerond en de werving en selectie van het migratieteam (een team dat de transitie van de hypotheekkantoren naar de kadasterkantoren moet uitvoeren) verloopt vlot.

Een belangrijke hervorming van de energiemarkt is verwezenlijkt met de “go-live” van het Target Model (een specifieke toezegging voor medio 2020) op 1 november. Dit is voor Griekenland een belangrijke stap voorwaarts bij het vervullen van zijn verplichtingen uit hoofde van het EU-acquis inzake energie. De nieuwe vormgeving van de markt, met afzonderlijke day-ahead-, intraday- en balanceringsonderdelen, moet een betere prijsvorming, ruimere participatie en markttoegang tot de verschillende diensten mogelijk maken. Deze nieuwe vormgeving van de markt is compatibel met andere EU-markten, waardoor het op termijn mogelijk wordt om de Griekse markt te koppelen met die van buurlanden Italië en Bulgarije. Daarbij wordt het belangrijk om ervoor te zorgen dat verstoringen op de groothandelsmarkt volledig uit de weg worden geruimd, dat er gelet op de markmacht van de gevestigde exploitant doeltreffend markttoezicht is en dat de markt volledig in overeenstemming wordt gebracht met het EU-acquis inzake energie.

Op 23 oktober hebben de autoriteiten een definitief voorstel voor een antitrust remedy ingediend voor de bruinkoolgestookte productie van het staatsenergiebedrijf. Dit is een cruciale stap bij het vervullen van deze specifieke toezegging. De Commissie wacht echter nog steeds op de definitieve toestemming van de autoriteiten om met een markttest voor de voorgestelde remedy van start te kunnen gaan, zodat de maatregelen begin 2021 op de markt kunnen worden uitgevoerd. Met de implementatie van deze remedy zou de specifieke toezegging vervuld zijn en zou een al sinds lang gewezen arrest van de EU-rechter worden nagekomen. Gezien de krappe termijn voor de uitvoering van de remedy moedigen de Europese instituties de Griekse autoriteiten aan om op dit punt actiever mee te werken tijdens de volgende verslagperiode.

In andere onderdelen van het energiebeleid is voortgang geboekt, maar er moet een houdbare aanpak komen om het structurele tekort van het bijzonder fonds voor hernieuwbare energiebronnen (ELAPE) weg te werken. De zorgen over het saldo van dit bijzondere fonds nemen toe en, gezien de Griekse ambities om hernieuwbare energie meer ingang te laten vinden, is het van belang om met een voorspelbare en robuuste aanpak te komen, die niet afhankelijk is van ad-hocmaatregelen en die volledig met EU-wetgeving spoort. Dit betekent ook het ambitieniveau en de voorwaarden veilig stellen van projecten met hernieuwbare energie die steun hebben gekregen. Griekenland zet de sluiting van bruinkoolcentrales voort en dit jaar zullen diverse centrales worden afgeschakeld. De autoriteiten hebben een publieke consultatie georganiseerd over het masterplan voor de transitie, dat de basis vormt voor territoriale strategieën en toekomstige hervormingen die gebieden moeten helpen die worden getroffen door de sluiting van de bruinkoolgestookte productie tegen eind 2023.

Als een eerste stap in de richting van de reorganisatie van de openbare spoorbedrijven, werken de autoriteiten aan het verbeteren van de governance van de stuurgroep die belast is met de rationalisering van de uitvoering van spoorprojecten. De stuurgroep is belast met strategisch toezicht en sturing en coördineert de uitwerking van het actieplan voor spoorwegen. Een eerste versie van het stappenplan voor de stapsgewijze transformatie van de beide maatschappijen zal tegen eind december gereed komen.

13.

HELLENIC CORPORATION OF ASSETS AND PARTICIPATIONS (HCAP) EN PRIVATISERINGEN


Eind september 2020 heeft HCAP haar jaarverslag 2019 en financiële resultaten bekendgemaakt. Die gaven een opvallende verbetering te zien van de financiële cijfers bij de meeste van de dochterondernemingen van HCAP, maar ook van de financiële resultaten van HCAP zelf voor 2019. Hoewel de verwachting is dat de resultaten over 2020 van de pandemie te lijden zullen hebben, blijken dankzij de governance en operationele verbeteringen de ondernemingen in de HCAP-portefeuille nu sterker te staan om de impact van de pandemie het hoofd te bieden.

De werkzaamheden met betrekking tot specifieke toezeggingen bleven doorlopen. Wat betreft de uitvoering van het strategische plan van HCAP, is de situatie als volgt: i) de autoriteiten werken momenteel aan de actualisering van de ministeriële richtsnoeren, die de algemene visie en verwachtingen van het kabinet ten aanzien van HCAP schetsen. Deze zouden tegen eind 2020 moeten klaar zijn. Het strategisch plan zal worden geactualiseerd zodra de ministeriële richtsnoeren zijn bekendgemaakt, en ii) HCAP en de staatsbedrijven voeren de volgende fase van de uitvoering van het coördinatiemechanisme uit: de verklaring met de toezeggingen die financiële, operationele en andere doelstellingen van de staatsbedrijven zullen formuleren. Deze zouden tegen december 2020 moeten klaar zijn. Daarnaast hebben de autoriteiten, in het kader van het coördinatiemechanisme, hun voornemen kenbaar gemaakt om prestatiecontracten op te stellen waarin de openbaredienstverplichtingen voor een beperkt aantal staatsbedrijven worden vastgelegd. De evaluatie van het management van de staatsbedrijven nadert haar voltooiing. Alleen voor één van de dertien staatsbedrijven is die evaluatie nog niet rond: Hellenic Exhibition Organisation (HELEXPO). Daar wordt de evaluatie verwacht tegen december 2020. Bij de overdracht van Hellenic Exhibition Organisation (HELEXPO), die bijzonder complex blijkt, valt, ondanks vertragingen, voortgang te merken. De termijn voor het voorwerk voor de tender is verder verlengd en zou nu moeten voltooid zijn tegen november 2020, terwijl de onderhoudswerkzaamheden doorlopen.

Om de Project Preparation Facility zodanig op te zetten dat deze de absorptie van EU-middelen in Griekenland maximaal kan helpen te versnellen, hebben de autoriteiten voorgesteld dat het Hellenic Republic Asset Development Fund (TAIPED) deze taak op zich zou nemen. Met deze nieuwe opdracht zou het Fonds zowel zijn personeelsbestand als zijn taken zien toenemen. Het zal zaak zijn ervoor te waken dat door deze nieuwe opdracht voor het Fonds niet ten koste gaat van de mogelijkheden van HCAP om zijn kerntaak uit te voeren, of van de onafhankelijkheid van HCAP.

Enige goede voortgang is gemaakt bij een aantal transacties uit het Asset Development Plan, terwijl andere transacties vertraging hebben opgelopen, deels als gevolg van de pandemie.

·Twee transacties naderen de voltooiing. De autoriteiten blijven sterk betrokken en leveren de nodige inspanningen om de randvoorwaarden te creëren voor de financiële closing van de Hellenikon-transactie (voormalige internationale luchthaven van Athene). Na de beschikking van de Raad van State van 18 september waarmee het verzoek tot nietigverklaring van de lopende biedprocedure voor de toekenning van de casinovergunning werd verworpen, ligt de weg nu open voor de financiële closing van deze transactie. Toch moet er over een aantal aanhangige rechtszaken in november 2020 nog overleg komen. Ondanks een aantal technische kwesties wordt de financiële closing van de concessie voor de jachthaven van Alimos verwacht vóór het jaareinde.

·Hoewel de voortgang rond uitstaande maatregelen die nodig zijn voor de concessie voor de autosnelweg Egnatia Odos de afgelopen maanden trager dan verwacht verliep, hebben de autoriteiten recentelijk belangrijke stappen gezet in de richting van het afsluiten van deze transactie. Met name is een aanzienlijk aantal tolpoortjes afgebouwd en sinds begin november in bedrijf, terwijl er nog meer zouden moeten gereed komen en in bedrijf komen vóór de datum van de indiening van bindende biedingen die voor 11 december gepland staat. Het ministerie van Infrastructuur heeft toegezegd dat alle tolpoortjes in bedrijf zullen zijn voordat de concessieovereenkomst ingaat. Een en ander moet inkomstenstromen voor het project veilig stellen en aantonen dat de autoriteiten vastbesloten zijn om met de uitvoering van dit project door te gaan. Daarnaast is de voorbije twee maanden enige voortgang geboekt bij de werkzaamheden die nodig zijn om vergunningen af te geven voor 14 resterende tunnels. Nauwgezette monitoring blijft doorgaan.

·Voortgang is geboekt bij een aantal andere lopende transacties. Daarbij gaat het onder meer om de transactie van het staatsgasbedrijf — DEPA Infrastructure. Hier heeft de energietoezichthouder (REA) duidelijkheid verschaft over het tariefkader voor distributiesysteembeheerders en over de vraag welke activa nodig zijn om ervoor te zorgen dat dit bedrijfsonderdeel coherent en aantrekkelijk blijft. In oktober is de fase van de uitnodiging tot het indienen van blijken van belangstelling afgesloten voor drie regionale havens en voor de ondergrondse aardgasopslag Zuid-Kavala, die op grote belangstelling van beleggers kon rekenen.

·Sommige transacties moesten worden uitgesteld doordat de kapitalisatiewaarde van de activa fors was gedaald als gevolg van de pandemie. Dit geldt met name voor Hellenic Petroleum. Deze transactie had al aanzienlijke vertragingen opgelopen nadat de eerste biedprocedure medio 2019 was mislukt. Het Fonds achtte het nu beter om de transactie op een later tijdstip van start te laten gaan. Ook de verkoop van 30 % van Athens International Airport (AIA) is uitgesteld en het Fonds zal de volgende stappen bepalen zodra de situatie verbetert, waarschijnlijk naar het einde van 2021.

Naast het Asset Development Plan dat het Fonds heeft lopen, werken de autoriteiten ook aan oplossingen voor hardnekkige zwakke punten van bepaalde staatsbedrijven. Hier gaat het om het verhelpen van de structurele problemen bij Hellenic Aerospace Industry (HAI) en de verkoop van de activa van Hellenic Vehicle Industry (ELVO), een onderneming in surséance. De autoriteiten zetten ook de nodige stappen om problemen op te lossen die ontstonden naar aanleiding van de terugvordering van onverenigbare staatssteun op grond van beschikkingen van de Commissie uit het verleden (de verkoop van de activa van ferronikkelproducent Larco en de steun voor het overheidsvastgoedbedrijf (ETAD) in verband met vroegere activa van Hellenic Shipyards (ΕΝΑΕ)).

14.

OVERHEIDSDIENSTEN EN E-GOVERNMENT


De autoriteiten hebben verdere progressie gemaakt bij hervormingen van de overheidsdiensten. De modernisering van het personeelsbeleid schiet goed op, aangezien het overgrote deel van de overheidsinstanties nu hun digitale organisatieschema’s klaar hebben (een specifieke toezegging voor eind 2020). Per ultimo oktober had meer dan 80 % van de overheidsinstanties hun digitale organisatieschema’s afgewerkt en de autoriteiten verwachten dat bijna alle entiteiten deze taak tegen eind 2020 zullen hebben afgerond. Ook de uitwerking van functiebeschrijvingen en de koppeling tussen een functiebeschrijving en een functionaris maakt goede voortgang. Hiermee zal tegen het einde van dit jaar ook een koppeling met de centrale betalingsinstantie tot stand kunnen worden gebracht. De depolitisering en professionalisering van de overheidsdiensten gaat door, nu een eenvormige selectieprocedure van kracht is geworden voor hoge managers bij overheidsinstanties. Deze is nu van toepassing bij een groot deel van alle overheidsinstanties. De aanstelling van alle secretarissen-generaal is nu voltooid. De autoriteiten hebben ook een aantal andere maatregelen die eerst vóór het jaareinde gepland stonden, naar voren gehaald: zo is onder meer de laatste hand gelegd aan een wet voor de verdere versterking van de Hoge Raad voor werving en selectie van overheidspersoneel (ASEP) (die in november voor publieke consultatie zou worden bekendgemaakt) en de afronding van de exercitie van de prestatie-evaluaties voor 2019.

De autoriteiten zetten ook stappen om de omvang van het ambtelijke apparaat onder controle te brengen. De evolutie van het personeelsbestand in 2020 (zowel personeel met een vaste aanstelling als personeel met een tijdelijke aanstelling) blijft in lijn met de wervings- en selectieplannen. Wel verloopt de verwachte daling van het aantal tijdelijke aanstellingen na de omzetting daarvan in vaste aanstellingen traag en moeten er meer inspanningen worden geleverd wil deze daling ook tot uiting komen in het personeelsbestand per ultimo 2020. De autoriteiten werken aan de vaststelling van een jaarlijks plafond voor tijdelijke aanstellingen tegen eind 2020. In een poging om te leren van het verleden, documenteren de autoriteiten nu afwijkingen van de wervings- en selectieprocedures en van de eengemaakte salarisschaal. De nadruk ligt in een eerste fase op de periode vanaf juli 2019, terwijl de jaren voordien in een tweede fase aan bod zouden komen.

Om de rechtszekerheid en toegang tot het recht te verbeteren, bereiden de autoriteiten de codificatie van de arbeidsmarktwetgeving voor (een specifieke toezegging voor eind 2020) en hebben zij een lijst gemaakt van andere domeinen waarvoor er codificatie moet komen. Dit proces moet worden onderscheiden van de eerder genoemde modernisering van bepaalde aspecten van het arbeidsrecht. Door de pandemie is hier vertraging ontstaan. Het nieuwe wetboek voor arbeidsrecht zou tegen eind 2020 moeten zijn aangenomen. Het codificatieplan voor het jaar 2021, dat door het kabinet is goedgekeurd, omvat een ambitieus programma, met domeinen als ruimtelijke ordening en stedenbouw, handel in goederen en diensten, belastinginning en partijfinanciering.

De autoriteiten zetten verdere stappen bij cruciale hervormingen om de digitale prestaties van Griekenland te verbeteren, geflankeerd door een brede digitale strategie die in voorbereiding is, en een nieuw goedgekeurd eengemaakt juridisch kader voor e-governance. De nieuwe nationale digitale strategie (“digitale bijbel”), die binnenkort voor publieke consultatie zal worden bekendgemaakt, schetst een ambitieuze agenda voor de digitale transformatie van Griekenland en geeft de hervormingsprioriteiten voor de komende vier jaar. Het wetboek e-government is op 22 september 2020 goedgekeurd en is een belangrijke mijlpaal voor Griekenland bij de omzetting van de EU-richtlijn tot vaststelling van het Europees wetboek voor elektronische communicatie. De autoriteiten willen op korte termijn met een actieplan komen voor de stappen die nodig zijn om het nieuwe wetboek volledig operationeel te maken.

Tastbare voortgang wordt geboekt bij de vereenvoudiging en digitalisering van procedures en data bij de overheid, de interoperabiliteit van overheidssystemen en -registers, de versterking van digitale vaardigheden en connectiviteitsvraagstukken. De werkzaamheden rond vereenvoudiging en digitalisering van procedures gaan door in het kader van de uitvoering van het nationale programma voor de vereenvoudiging van procedures, met name op het gebied van vervoer en justitie. De autoriteiten liggen op koers wat betreft de uitvoering van het stappenplan voor de ontwikkeling van het geïntegreerde portal voor contacten met de overheid (gov.gr.). Ook wordt voortgewerkt aan het bevorderen van de interoperabiliteit van overheidssystemen en -registers en is de aanbesteding uitgeschreven voor de digitalisering van geospatiale gegevens voor de ontwikkeling van één digitale kaart en het register van overheidsinfrastructuur. Het verbeteren van digitale vaardigheden en connectiviteit en de verspreiding van nieuwe technologieën bij bedrijven blijven centrale prioriteiten voor Griekenland, nu de autoriteiten hun strategie voor de verbetering van digitale vaardigheden verder uitrollen, onder meer via de Nationale Digitale Academie en de Nationale Coalitie voor digitale vaardigheden en banen. Connectiviteitsproblemen worden aangepakt via de veiling van de 5G-pionierbanden, die voor eind 2020 gepland staat, en de autoriteiten verwachten voor 5G-dekking uiteindelijk uit te komen op 96 %, hetgeen grote investeringen in netwerken met zeer hoge capaciteit zal vergen. De innovatieve regeling voor een Nationaal Fonds voor 5G in Griekenland dat is opgezet via het recentelijk aangenomen wetboek voor e-governance, zal een centrale rol spelen bij de uitbouw van het 5G-ecosysteem.

15.

JUSTITIE EN CORRUPTIEBESTRIJDING


Gestaag wordt voortgang geboekt bij de overschakeling naar verplichte elektronische indiening en verwerking van documenten bij alle rechterlijke instanties. Ook wordt gewerkt aan de toekenning van elektronische handtekeningen aan rechters en juridische beroepsbeoefenaren. De autoriteiten hebben toegezegd om op korte termijn met een actieplan te komen voor e-filing-initiatieven, met een bestandsopname van de huidige situatie en de uitwerking van geplande initiatieven, met ook een tijdschema voor uitvoering. De volgende stappen zijn de goedkeuring van wetgeving tegen eind december 2020. Wat betreft de elektronische afgifte van rechterlijke uitspraken zijn de autoriteiten voornemens om tegen eind januari 2021 alle rechtbanken uit te rusten met software die hiervoor is ontwikkeld door de rechtbank Piraeus. Meer voortgang is ook geboekt bij de elektronische afgifte van rechterlijke verklaringen. Nu de zorgen over de bescherming van persoonsgegevens zijn weggenomen, willen de autoriteiten alle rechters en griffiepersoneel tegen november 2020 elektronische handtekeningen toekennen. De autoriteiten hebben bevestigd dat het ministerie van Justitie klaar staat om de nodige wetgevende initiatieven te nemen voor de toekenning van elektronische handtekeningen aan juridische beroepsbeoefenaren, zodat verplichte e‑filing in januari 2021 in werking kan treden voor bestuursrechtspraak.

De evaluatie van offertes in het kader van de aanbesteding voor de tweede fase van het geïntegreerd systeem voor de behandeling van civiele zaken en strafzaken (een specifieke toezegging voor eind 2020) loopt nog. De autoriteiten hebben bevestigd voornemens te zijn de opdracht in december 2020 aan de geselecteerde inschrijver te gunnen. Nu een evaluatie van het technische deel van de offertes ter goedkeuring bij het ministerie van Justitie is ingediend, denken de autoriteiten dat de evaluatie van het financiële deel van de offertes tegen eind november 2020 zal zijn afgerond, op tijd om, volgens planning, de opdracht in december 2020 te gunnen.

Voor andere hervormingen in de rechtspraak is gestaag voortgang geboekt, en wel als volgt:

·De autoriteiten hebben een aantal initiatieven genomen om de mediationfunctie te ondersteunen. De centrale mediationcommissie heeft een helpdesk opgezet voor juridische beroepsbeoefenaren en burgers, die stakeholders juridisch advies en ondersteuning biedt. De autoriteiten monitoren het gebruik dat van mediation wordt gemaakt.

·Een voortgangsverslag met daarin de volgende stappen voor de uitvoering van de wetgeving betreffende gespecialiseerde kamers bij civiele en bestuurlijke rechtbanken komt er tegen december 2020. Op 1 oktober 2010 heeft het gerechtshof Athene in plenaire zetting unaniem besloten om twee gespecialiseerde kamers op te richten die zaken op het gebied van mededinging, elektronische transacties, energie en de bescherming van persoonsgegevens zullen gaan behandelen. De verwachting is dat andere rechterlijke instanties dit besluit zullen volgen, na de aanstelling van de nieuw verkozen rechtbankbesturen.

·De werkzaamheden om de organisatie van het werk bij rechterlijke instanties te verbeteren (een belangrijk onderdeel van de lopende hervorming van justitie) verloopt zoals gepland. De wet betreffende griffiepersoneel zou in december 2020 worden goedgekeurd. De autoriteiten willen hoge prestatienormen voor griffiepersoneel actualiseren en in stand houden door vooral een versterkt plichtsbesef te stimuleren. De herziening van bepaalde onderdelen van de ontwerpwet betreffende de positie van rechters en de rechterlijke organisatie, die voor verbeteringen moet zorgen van de methodiek voor de evaluatie en loopbaanontwikkeling van rechters en van de behandeling van tuchtzaken, zal in januari 2021 worden toevertrouwd aan een wetgevingscommissie. Zo kunnen deze tijdig worden goedgekeurd vóór het begin van het volgende gerechtelijk jaar in september 2021. Deze commissie zal bij haar werkzaamheden technische ondersteuning krijgen via de Europese Commissie.

·De aanbesteding voor het ‘JustStat’-project voor de oprichting van de eenheid gerechtelijke statistiek zou naar verwachting tegen eind december 2020 van start gaan. Tegelijk hebben de autoriteiten bevestigd dat, in samenwerking met het Griekse bureau voor de statistiek (ELSTAT), afgeleide wetgeving in voorbereiding is wat betreft de aanlevering van technische knowhow.

De nationale transparantieautoriteit (EAD) is nu volledig operationeel, hetgeen zou moeten zorgen voor een betere coördinatie. Ook is een aantal belangrijke stappen gezet in de strijd tegen corruptie in de politiek. De nationale transparantieautoriteit ziet toe op de uitvoering van het nationale plan corruptiebestrijding, dat bemoedigende resultaten te zien geeft. Zij heeft onder meer bijgedragen aan de uitwerking van een specifieke corruptiebestrijdingsstrategie van het ministerie van Gezondheid. In de strijd tegen corruptie in de politiek is voortgang geboekt, met de opstart van een codificatieproject voor de wetgeving inzake de financiering van politieke partijen in 2021 en de goedkeuring van de wet op lobbyingactiviteiten die vanaf medio 2021 in werking treedt. De autoriteiten moeten wel nog bepaalde databases beter toegankelijk maken voor de instanties die belast zijn met de controle van de vermogensaangiften. Ook moet de lijst van politiek prominente personen die een vermogensaangifte moeten indienen, worden aangepast aan de bijgewerkte definitie van “politiek prominent persoon”. Ten slotte ziet de Autoriteit ook toe op een belangrijke hervorming, die bij alle overheidsdiensten gedegen interne controlesystemen moet uitrollen. Dit zou een sterk effect moeten hebben op de strijd tegen corruptie bij overheidsdiensten en in de sector van het beheer van de overheidsdiensten.

De aanbevelingen van de Groep van Staten tegen Corruptie (GRECO) wat betreft de versoepeling van sancties voor omkoping van ambtenaren worden omgezet. Om een antwoord te bieden op deze aanbevelingen, moet er eerst een ingrijpende herziening van het rechtskader voor de bestrijding van corruptie van ambtenaren komen voordat de betrokken wetgeving kan worden gewijzigd (dit zou tegen medio 2021 moeten zijn gebeurd). De GRECO heeft de autoriteiten uitgenodigd om tegen eind oktober 2021 een verslag in te dienen over de maatregelen die zijn genomen om hun aanbevelingen ten uitvoer te leggen. Met een snelle goedkeuring van de bepalingen die een antwoord moeten bieden op de aanbevelingen van de GRECO, zou Griekenland de strijd tegen corruptie van ambtenaren daadkrachtiger kunnen voeren en zou het land ook het Verdrag inzake de strafrechtelijke bestrijding van corruptie en het Aanvullend Protocol daarbij kunnen naleven.

(1) () Verordening (EU) nr. 472/2013 van het Europees Parlement en van de Raad van 21 mei 2013 betreffende de versterking van het economische en budgettaire toezicht op lidstaten in de eurozone die ernstige moeilijkheden ondervinden of dreigen te ondervinden ten aanzien van hun financiële stabiliteit (PB L 140 van 27.5.2013, blz.

1).
(2) () Uitvoeringsbesluit (EU) 2020/1142 van de Commissie van 29 juli 2020 betreffende de verlenging van verscherpt toezicht voor Griekenland (PB L 248 van 31.7.2020, blz. 20).
(3) () www.consilium.europa.eu/media/35749">https://www.consilium.europa.eu/media/35749
(4) () Medewerkers van de Europese Centrale Bank hebben, in overeenstemming met de bevoegdheden van de Europese Centrale Bank, aan de evaluatiemissie deelgenomen en leverden zo deskundigheid aan over beleidsmaatregelen voor de financiële sector en macro-kritische kwesties, zoals nominale begrotingsdoelstellingen en behoeften op het gebied van houdbaarheid en financiering. Voorafgaand aan de evaluatiemissie was er een technische missie — eveneens op afstand — van 30 september tot en met 8 oktober 2020.
(5) () https://ec.europa.eu/info/publications/enhanced-surveillance-report-greece-may2020_en
(6) () Deze prognoses zijn opgesteld op basis van informatie die beschikbaar was op de afsluitdatum van 22 oktober 2020. Meer details over de najaarsprognoses 2020 van de Commissie is te vinden onder: https://ec.europa.eu/info/business-economy-euro/economic-performance-and-forecasts/economic-forecasts/autumn-2020-economic-forecast_en
(7) () In de prognoses van de Commissie is het effect van de plannen voor herstel en veerkracht niet meegenomen, omdat de volledige tenuitvoerlegging ervan afhankelijk is van de positieve beoordeling ervan door de Commissie en de bekrachtiging met een uitvoeringsbesluit van de Raad, alsmede van het behalen van mijlpalen en doelstellingen. Voorts houden de prognoses van de Commissie evenmin rekening met uitgaven in het kader van de faciliteit voor herstel en veerkracht (RFF), omdat dit soort projecten onvoldoende gedetailleerd wordt gepresenteerd in het ontwerpbegrotingsplan.