Toelichting bij JOIN(2021)2 - Hernieuwd partnerschap met het Zuidelijk Nabuurschap Een nieuwe agenda voor het Middellandse Zeegebied

Dit is een beperkte versie

U kijkt naar een beperkte versie van dit dossier in de EU Monitor.

EUROPESE COMMISSIE

Inhoudsopgave

1.

Brussel, 9.2.2021


JOIN(2021) 2 final

GEZAMENLIJKE MEDEDELING AAN HET EUROPEES PARLEMENT, DE RAAD, HET EUROPEES ECONOMISCH EN SOCIAAL COMITÉ EN HET COMITÉ VAN DE REGIO’S EMPTY

Hernieuwd partnerschap met het Zuidelijk Nabuurschap

Een nieuwe agenda voor het Middellandse Zeegebied


{SWD(2021) 23 final}


Inleiding



Vijfentwintig jaar geleden hebben de Europese Unie en de partners in het zuidelijke Middellandse Zeegebied 1 zich ertoe verbonden het Middellandse Zeegebied om te vormen tot een gebied van dialoog, uitwisseling en samenwerking, dat vrede, stabiliteit en welvaart garandeert. De 25e verjaardag van de Verklaring van Barcelona herinnert ons eraan dat een versterkt mediterraan partnerschap een strategische noodzaak blijft voor de Europese Unie, aangezien de uitdagingen waarmee de regio nog steeds wordt geconfronteerd, een gemeenschappelijk antwoord vereisen, zeker nu het tien jaar geleden is dat de Arabische Lente plaatsvond. Door in een geest van partnerschap samen te werken en onze toenemende onderlinge afhankelijkheid te erkennen, zullen we gemeenschappelijke uitdagingen omzetten in kansen, in ons wederzijds belang.

Daartoe en in het kader van het Europees nabuurschapsbeleid wordt in deze gezamenlijke mededeling een nieuwe, ambitieuze en innovatieve agenda voor het Middellandse Zeegebied voorgesteld, waarbij voor het eerst gebruik wordt gemaakt van het volledige EU-instrumentarium en de baanbrekende kansen van de dubbele groene en digitale transitie, teneinde onze samenwerking een nieuw elan te geven en het onbenutte potentieel van onze gemeenschappelijke regio aan te boren. Het vooruitzicht op herstel na de COVID-19-crisis biedt Europa en het Middellandse Zeegebied een zeldzame kans om zich te verbinden tot een gemeenschappelijke, mensgerichte agenda en de maatregelen die nodig zijn voor de uitvoering ervan.

Het zuidelijke Middellandse Zeegebied wordt geconfronteerd met sociaal-economische problemen en staat voor uitdagingen op het gebied van bestuur, klimaat, milieu en veiligheid. Deze moeilijkheden zijn vaak het gevolg van mondiale trends en vragen om een gezamenlijk optreden van de EU en de zuidelijke nabuurschapslanden. Langdurige conflicten brengen nog steeds verschrikkelijk menselijk leed teweeg, veroorzaken aanzienlijke gedwongen ontheemding, wegen zwaar op de economische en sociale vooruitzichten van hele samenlevingen, met name in landen met grote vluchtelingenpopulaties, en leiden tot een scherpere geopolitieke concurrentie en meer inmenging van buitenaf. Te veel mensen zetten hun leven op het spel bij pogingen om op irreguliere wijze de EU binnen te komen, hetgeen de aangroei van nietsontziende criminele smokkelnetwerken verder aanwakkert die de lokale gemeenschappen ondermijnen. De dreiging van terrorisme, georganiseerde misdaad en corruptie blijft de instabiliteit in de hand werken en belemmert de welvaartscreatie. De economische groei in het Zuidelijk Nabuurschap heeft geen gelijke tred gehouden met de demografische groei 2 . De regio heeft een van de laagste niveaus van regionale economische integratie ter wereld 3 . Niet-duurzaam gebruik van natuurlijke hulpbronnen en klimaatverandering brengen de toegang tot water, voedsel en energie in gevaar 4 , versnellen woestijnvorming en verlies van biodiversiteit en bedreigen levens en bestaansmiddelen. Er blijven aanzienlijke economische en genderongelijkheden bestaan en de regeringen hebben moeite om te voldoen aan de verwachtingen van de jongeren van vandaag.

De urgentie waarmee deze problemen aangepakt moeten worden, wordt nog versterkt door de COVID-19-pandemie, die de gemeenschappelijke kwetsbaarheden en onze onderlinge afhankelijkheid overduidelijk heeft aangetoond. De nieuwe agenda voor het Middellandse Zeegebied omvat nieuwe gebieden en vormen van samenwerking die tijdens de crisis zijn vastgesteld. De nieuwe agenda voor het Middellandse Zeegebied biedt kansen voor nieuwe partnerschappen op het gebied van strategische prioriteiten van de groene en digitale transitie en is gebaseerd op de overtuiging dat duurzame welvaart en veerkracht alleen kunnen worden opgebouwd in het kader van een sterk partnerschap in het Middellandse Zeegebied. Ons partnerschap zal gebaseerd zijn op gemeenschappelijke waarden en dialoog, waarbij ernaar wordt gestreefd om vooruitgang te boeken op onze gezamenlijke sociaal-economische en politieke agenda, met inbegrip van hervormingen op gebieden als bestuur en de rechtsstaat, macro-economische stabiliteit en het ondernemingsklimaat. Met de nieuwe agenda wordt gestreefd naar een groen, digitaal, veerkrachtig en rechtvaardig herstel, dat aangestuurd wordt door de Agenda 2030 voor duurzame ontwikkeling 5 , de Klimaatovereenkomst van Parijs en de Europese Green Deal 6 .

In deze mededeling wordt de doelstelling voor de komende jaren uiteengezet om eerlijkere, meer welwarende en inclusievere samenlevingen op te bouwen ten bate van de bevolking en in het bijzonder de jongeren.

Om het huidige elan te baat te nemen, worden in de gezamenlijke mededeling de volgende hoofdlijnen voor ons partnerschap voorgesteld:

-Een “economisch en investeringsplan voor de landen van het Zuidelijk Nabuurschap” zal ertoe bijdragen om het sociaal-economische herstel van het Zuidelijk Nabuurschap op de lange termijn te stimuleren, de duurzame ontwikkeling te bevorderen, de regionale structurele onevenwichtigheden aan te pakken en het economische potentieel van de regio aan te boren. Het plan omvat concrete vlaggenschipinitiatieven in prioritaire sectoren. Doel is de aantrekkelijkheid van de regio voor investeerders te vergroten. Wij zullen streven naar strategische samenwerking met internationale financiële instellingen (IFI’s), met name de Europese Investeringsbank (EIB) en de Europese Bank voor Wederopbouw en Ontwikkeling (EBWO), de Wereldbank, het Internationaal Monetair Fonds, alsmede banken uit de regio en de particuliere sector. Een hernieuwde inzet voor de uitvoering en ondersteuning van inclusieve sociaal-economische hervormingen, met name van het ondernemingsklimaat, duurzame economische groei en een op stabiliteit gericht macro-economisch beleid, geschraagd door een langetermijnstrategie, is essentieel voor het welslagen van deze initiatieven.

Het economisch en investeringsplan is een indicatief en niet-limitatief plan dat zich verder kan ontwikkelen afhankelijk van de vooruitgang die wordt geboekt op beleidsmatige en politieke kwesties en in de bilaterale betrekkingen tussen partnerlanden. Onder voorbehoud van de inwerkingtreding van de desbetreffende rechtsgrondslagen in het volgende meerjarig financieel kader en zonder vooruit te lopen op de uitkomst van het programmeringsproces stelt de Commissie voor in de periode 2021-2027 7 miljard EUR vrij te maken in het kader van het Instrument voor nabuurschapsbeleid, ontwikkeling en internationale samenwerking (NDICI) 7 . Deze steun omvat voorzieningen voor EFDO+-garanties en blending in het kader van het nabuurschapsinvesteringsplatform, waarmee particuliere en publieke investeringen tot 30 miljard EUR in het Zuidelijk Nabuurschap zouden kunnen worden aangetrokken.

-De krachten bundelen om de klimaatverandering te bestrijden, schadelijke emissies terug te dringen, hulpbronnen duurzaam te gebruiken en de groene transitie te versnellen. We moeten langetermijnscenario’s opstellen waarin fossiele brandstoffen stapsgewijs worden vervangen door nieuwe vormen van koolstofarme energie. Daartoe zal de Commissie de partnerlanden alomvattende initiatieven voorstellen ter bevordering van klimaatneutrale, koolstofarme en hernieuwbare energie, voortbouwend op essentiële onderdelen van de Europese Green Deal, zoals de waterstofstrategie 8 . Het bevorderen van investeringen in energie-efficiëntie, hernieuwbare energie en een nieuwe focus op schone waterstofproductie, onder meer door passende regelgevende en financiële stimulansen, en de regionale integratie van elektriciteitsmarkten en -netwerken zijn prioriteiten. Dit zal bijdragen tot het behoud van onze gemeenschappelijke goederen in het Middellandse Zeegebied, hetgeen in ieders belang is. Wij zullen onze partners ook helpen hun weerbaarheid tegen klimaatverandering te vergroten met een intensivering van onze adaptatiemaatregelen, met name in belangrijke kwetsbare sectoren zoals landbouw en waterbeheer.

-Een hernieuwd engagement voor de rechtsstaat, de mensenrechten en de grondrechten, gelijkheid, democratie en goed bestuur als basis voor stabiele, rechtvaardige, inclusieve en welvarende samenlevingen, met respect voor diversiteit en verdraagzaamheid. Met eerbiediging van de mensenrechten, met inbegrip van sociale en arbeidsrechten, gendergelijkheid en kinderrechten, wordt het vertrouwen van de burger opgebouwd. De menselijke en economische ontwikkeling zijn gebaat bij de rechtsstaat en sterke instellingen die rechten beschermen en ongelijkheid bestrijden, doordat zij bijdragen tot een veilig en voorspelbaar ondernemingsklimaat, directe buitenlandse investeringen helpen aantrekken, de economische veerkracht vergroten en armoede en ongelijkheid bestrijden. Met democratisch bestuur en de systemen van een responsieve staat, verantwoordingsplichtige instellingen en corruptiebestrijding wordt deze verbintenis verder gestand gedaan. De bestrijding van uitingen van onverdraagzaamheid, racisme, homofobie, antisemitisme, moslimhaat en andere vormen van vreemdelingenhaat en de bescherming van minderheden moeten in de hele regio een gedeelde prioriteit blijven. Bijzondere aandacht zal uitgaan naar de bevordering van de rol van vrouwen in de samenleving en de economie.

-Gezamenlijke aanpak van de uitdagingen van gedwongen ontheemding en irreguliere migratie en efficiënte en doeltreffende benutting van de voordelen van legale migratie, door middel van alomvattende, op maat gemaakte en wederzijds voordelige partnerschappen ter bescherming van de rechten van migranten en vluchtelingen, in overeenstemming met het nieuwe Europese migratie- en asielpact 9 . Dit is cruciaal voor zowel Europa als het zuidelijke Middellandse Zeegebied, waar migratiestromen gevolgen hebben voor zowel de gastgemeenschappen als de doorreislanden. De toegenomen kansen en banen die dankzij het economisch en investeringsplan tot stand zullen komen, met name voor vrouwen en jongeren, zullen bijdragen tot de reductie van factoren die tot irreguliere migratie leiden. Samenwerken als partners is essentieel.

-Een hernieuwde inzet voor eenheid en solidariteit tussen de EU-lidstaten, alsmede een wederzijdse en gezamenlijke inzet en gezamenlijke acties met partners in het Zuidelijk Nabuurschap, zijn een voorwaarde voor een doeltreffende uitvoering van de agenda voor het Middellandse Zeegebied. Dit geldt voor de inspanningen om conflicten op te lossen en gemeenschappelijke veiligheidsproblemen aan te pakken, alsook voor economische en sectorale samenwerking. De volledige inzet van de EU-lidstaten is van bijzonder belang. Hun diplomatieke netwerken, de reeds lang bestaande veiligheids- en ontwikkelingssamenwerking en hun vermogen om de particuliere sector te mobiliseren, zullen onontbeerlijk zijn om de ambitieuze doelstellingen van deze mededeling te verwezenlijken. Met het oog op de totstandkoming van een dergelijke eensgezinde inspanning stellen wij voor de politieke en beleidsdialoog in het Middellandse Zeegebied aanzienlijk te versterken. Inspanningen met het oog op de versterking van de regionale samenwerking, waarbij de Unie voor het Middellandse Zeegebied (UMZ) een centrale rol vervult, en de ondersteuning van subregionale en interregionale samenwerking, met name met Afrikaanse partners, zullen worden voortgezet 10 . De EU zal ook bereid zijn verdere regionale, subregionale of trilaterale samenwerking en gezamenlijke initiatieven tussen partnerlanden over de hele linie te verkennen, onder meer in het licht van de recente normalisering van de betrekkingen tussen Israël en een aantal Arabische landen.

Het hernieuwde partnerschap voor het Middellandse Zeegebied en het bijbehorende economische en investeringsplan zullen de EU en haar partners in het Zuidelijk Nabuurschap in staat stellen de vele uitdagingen waarmee onze gemeenschappelijke regio vandaag wordt geconfronteerd, aan te pakken.

In de nieuwe agenda voor het Middellandse Zeegebied wordt een reeks maatregelen voorgesteld op de volgende belangrijke beleidsterreinen:

2.

1)Menselijke ontwikkeling, goed bestuur en de rechtsstaat


3.

2)Versterking van de veerkracht, opbouw van de welvaart en aangrijpen van de kansen die de digitale transitie biedt


4.

3)Vrede en veiligheid


5.

4)Migratie en mobiliteit


6.

5)Groene transitie: klimaatbestendigheid, energie en milieu



7.

1.Menselijke ontwikkeling, goed bestuur en de rechtsstaat


Menselijke ontwikkeling

Een benadering met aandacht voor menselijke ontwikkeling is een essentieel onderdeel van onze agenda. Deze aanpak is erop gericht de levenskwaliteit van de bevolking te verbeteren en gaat verder dan de louter economische dimensie, door vrijheden en rechten van mensen te beschermen, kansen te bieden en veerkrachtige, eerlijke, inclusieve en mondige samenlevingen te bevorderen.

8.

Gezondheid


Gezondheid is de allereerste voorwaarde voor een waardig leven. De COVID-19-pandemie heeft uitdagingen voor de gezondheidsbeveiliging en de gezondheidszorgstelsels met zich meegebracht en heeft grote gevolgen gehad voor economieën en hele samenlevingen. De EU en haar partners zullen lering moeten trekken uit de COVID-19-crisis om de stelsels voor gezondheidszorg en sociale bescherming, de paraatheid en de reactiecapaciteit te versterken. De EU heeft snel en krachtig steun verleend om de onevenredige last van de crisis voor de meest kwetsbaren en de risicogroepen, waaronder jongeren en vrouwen, te verlichten en zal dit in de toekomst blijven doen 11 . Vaccins zijn een wereldwijd publiek goed en met vaccinaties kunnen we de pandemie wereldwijd een halt toeroepen. De EU zal haar steun aan de COVAX faciliteit handhaven, onder meer door het aanleggen van een humanitaire buffer van ongeveer 100 miljoen doses. In deze geest van Team Europe heeft de EU tot dusver 853 miljoen EUR vrijgemaakt ter ondersteuning van COVAX, en blijft zij zich inzetten voor COVAX als mondiaal initiatief om te zorgen voor een billijke en eerlijke toegang tot veilige en doeltreffende vaccins voor lage- en middeninkomenslanden. Voortbouwend op de ervaringen met de vaccinstrategie van de EU is de Commissie bovendien bereid een EU-mechanisme voor het delen van vaccins op te zetten. Dit zou ervoor zorgen dat toegang wordt gedeeld tot een deel van de 2,3 miljard doses die door de EU zijn aangekocht, met bijzondere aandacht voor het Zuidelijk Nabuurschap, naast de Westelijke Balkan, het Oostelijk Nabuurschap en Afrika. De vaccins kunnen in de eerste plaats worden gebruikt voor gezondheidswerkers en voor humanitaire behoeften. Deze werkzaamheden moeten worden uitgevoerd onder het motto dat verspilling uit den boze is, wat impliceert dat de ontvangende landen voldoende voorbereid moeten zijn.

9.

Weerbare jongeren


Investeren in jongeren en kinderen moet centraal staan in onze samenwerking. Participatie en betrokkenheid van jongeren en de versterking van hun positie als aanjagers van verandering zijn cruciaal voor de verwezenlijking van de prioriteiten van de Agenda 2030. Wij stellen voor (i) de integratie van jongeren in het nationale beleid te ondersteunen, (ii) onze partners te helpen hun onderwijsstelsels beter te beheren en (iii) prioriteit te geven aan het aanpakken van onderliggende oorzaken van voortijdig schoolverlaten; de redenen waarom jongeren geen onderwijs of opleiding volgen en geen werk hebben; mismatch in vaardigheden, gebrek aan kansen, jeugdwerkloosheid; en braindrain. Doeltreffende coördinatie en partnerschappen op diverse beleidsterreinen, ook met jongerenorganisaties, zijn cruciaal voor het stimuleren van hoogwaardige werkgelegenheid en onderwijs- en opleidingsmogelijkheden. We moeten samenwerken om de contacten tussen mensen te vergroten als een succesvol samenwerkingsmodel met tastbare resultaten en voordelen voor de burgers. Het zal cruciaal zijn de toegang voor onze partners van het Zuidelijk Nabuurschap tot EU-programma’s en tot relevante Europese netwerken open te stellen en te faciliteren. In dit verband zal het zuidelijke Middellandse Zeegebied een prioritaire regio blijven in het kader van het Erasmus+-programma. In de periode 2021-2027 zullen jongeren in het kader van Erasmus+ gebruik kunnen maken van nieuwe mogelijkheden voor capaciteitsopbouw op het gebied van beroepsonderwijs en -opleiding, sport en digitaal onderwijs en jeugdwerking. De EU zal ernaar streven de voordelen van Erasmus+ beter over de regio te spreiden en de benutting van het programma Creatief Europa te verhogen om de creativiteit van de jongeren in de regio optimaal te gebruiken. Kinderbeschermingsprogramma’s en psychosociale steun voor door conflicten getroffen en ontheemde kinderen moeten worden verbeterd, met bijzondere aandacht voor toegang tot onderwijs en gezondheidszorg.

10.

Goed bestuur en de rechtsstaat


Goed bestuur en de eerbiediging van de mensenrechten, de fundamentele vrijheden, de democratische instellingen en de rechtsstaat zijn fundamentele beginselen van de EU, die sinds de Verklaring van Barcelona integraal deel uitmaken van ons partnerschap, en opgenomen zijn in onze gezamenlijke verbintenissen. Voorts bevorderen goed bestuur, de rechtsstaat en de mensenrechten, met inbegrip van sociale en arbeidsrechten, sociale dialoog en gelijke toegang tot de rechter vrede, inclusieve welvaart en stabiliteit. Dit zijn de grondslagen voor waardig werk, eerlijke en inclusieve groei en het opbouwen van duurzaamheid en investeringen op de lange termijn.

In overeenstemming met het “EU-actieplan inzake mensenrechten en democratie voor 2020-2024” 12 zal de EU haar betrokkenheid bij de partners opvoeren om de eerbiediging van de mensenrechten, de rechtsstaat en de democratische waarden te bevorderen. De onafhankelijkheid en verantwoordingsplicht van de rechterlijke macht en het openbaar ministerie zijn essentieel voor de naleving van de wet door de overheidsinstellingen, de uitoefening van hun rechten door burgers en de bestrijding van schendingen van de mensenrechten, corruptie of georganiseerde misdaad. Duurzame structurele hervormingen van het civiele bestuur en de gerechtelijke instanties zullen de ongelijkheid verminderen en economische groei bevorderen. Een menselijke en gebruikersvriendelijke aanpak van de digitalisering van systemen en diensten zal de efficiëntie van de overheid vergroten en het vertrouwen in instellingen opbouwen. Democratische beginselen moeten het beheer van het internet en de werking van sociale media regelen. De EU zal met de partnerlanden blijven samenwerken om een hoog niveau van bescherming van de grondrechten inzake privacy en gegevensbescherming te waarborgen en verdere convergentie met EU- en internationale normen voor gegevensbescherming te bevorderen, waardoor commerciële uitwisselingen en samenwerking op het gebied van rechtshandhaving worden vergemakkelijkt.

De op stimulansen gebaseerde aanpak 13 die in het NDICI voor de nabuurschapsregio is vastgesteld, zal extra financiële steun bieden aan de landen die blijk geven van grote ambitie bij de uitvoering van onder meer hervormingen op het gebied van bestuur en de rechtsstaat. Het steunniveau zal worden afgestemd op de naleving door elke partner van de aangegane verbintenissen en de mate van uitvoering ervan wat betreft gedeelde waarden en vooruitgang op het gebied van hervormingen, met name op het gebied van goed bestuur en de rechtsstaat.

Om de financiële belangen van de EU te beschermen, moeten de partners van het Zuidelijk Nabuurschap ervoor zorgen dat fraude, corruptie, witwassen en verduistering van middelen worden aangepakt met doeltreffende, afschrikkende en evenredige strafrechtelijke sancties en door doeltreffende en efficiënte samenwerking met het Europees Bureau voor fraudebestrijding. De partners van het Zuidelijk Nabuurschap die partij zijn bij internationale overeenkomsten inzake wederzijdse rechtshulp, moeten het Europees Openbaar Ministerie (EOM) voor de toepassing van die overeenkomsten aanvaarden als bevoegde autoriteit van de lidstaten die deelnemen aan het EOM 14 .

De EU zal een rechtsstatelijke cultuur bevorderen door nauw samen te werken met het maatschappelijk middenveld en het bedrijfsleven. Maatschappelijke organisaties en sociale partners blijven belangrijke gesprekspartners bij het vormgeven en monitoren van de EU-samenwerking. De EU zal concrete initiatieven ter versterking van maatschappelijke organisaties en verdedigers van de mensenrechten blijven steunen. Gendergelijkheid is niet alleen een universeel erkend mensenrecht maar is ook absoluut noodzakelijk voor de totstandkoming van maatschappelijk welzijn, economische groei, welvaart, goed bestuur, vrede en veiligheid. Het is een terrein waarop wij onze inspanningen moeten opvoeren, onder meer door gendergelijkheid te integreren in alle samenwerkingsprogramma’s en nagestreefde acties, in overeenstemming met het derde genderactieplan (GAP) van de EU 15 . Wij zullen initiatieven bevorderen om de rechten van vrouwen en hun sociaal-economische, maatschappelijke en politieke participatie te beschermen.

In overeenstemming met het VN-verdrag inzake de rechten van personen met een handicap (UNCRPD) zal de EU met haar partners blijven samenwerken om ervoor te zorgen dat personen met een handicap hun rechten ten volle kunnen genieten.

Actiepunten: Bevorderen van de mensenrechten, de rechtsstaat, democratie en goed bestuur, gendergelijkheid en gelijke kansen voor iedereen en ondersteuning van het maatschappelijk middenveld

·Verder ontwikkelen van relevante wetgevende en institutionele hervormingen op het gebied van mensenrechten en goed bestuur.

·Bevorderen van moderne, efficiënte en verantwoordingsplichtige overheidsinstellingen en dito beleid, met inbegrip van verkiezingswaarneming en -bijstand, alsmede onafhankelijke rechtsstelsels die alle mensen ten goede komen, de rechten van verdachten beschermen, slachtoffers van misdrijven ondersteunen en betere detentieomstandigheden bevorderen.

·Ondersteunen van maatregelen ter bestrijding van alle vormen van discriminatie. 16

·Bevorderen van internationale sociale en arbeidsrechten en internationale arbeidsnormen zoals die door de Internationale Arbeidsorganisatie (IAO) zijn geclassificeerd.

·Ondersteunen van de economische emancipatie van vrouwen en jongeren (met inbegrip van kinderen) en hun actieve betrokkenheid bij de besluitvorming aanmoedigen.

·Bevorderen van maatregelen om geweld tegen vrouwen en meisjes uit te bannen, met inbegrip van conflictgerelateerd seksueel en gendergerelateerd geweld.

·Zorgen voor capaciteitsopbouw voor maatschappelijke organisaties, met inbegrip van steun voor de digitale en groene transitie.

·Ondersteunen van de ontwikkeling van moderne gegevensbeschermingskaders op basis van horizontale regels die worden gehandhaafd door sterke en onafhankelijke toezichthoudende autoriteiten. Bevorderen van de ratificatie en tenuitvoerlegging van de desbetreffende internationale verdragen.

11.

Actiepunten: Bevorderen van de menselijke ontwikkeling, gezondheid en samenwerking op het gebied van jongeren, onderwijs, vaardigheden en cultuur


·Ondersteunen van de paraatheid en het reactievermogen van gezondheidsstelsels op pandemieën.

·Deelname aan EU-programma’s zoals Erasmus+, Marie Skłodowska-Curie-acties in het kader van Horizon Europa, het programma Creatief Europa en aan relevante Europese netwerken.

·Samenwerken en ervaring uitwisselen bij flankerende innovatie-inspanningen en de ontwikkeling van strategieën voor slimme specialisatie ondersteunen.

·Samenwerken op het gebied van digitaal onderwijs in het kader van het actieplan voor digitaal onderwijs 2021-2027.

·Samenwerken op het gebied van platforms van kenniscentra voor beroepsopleiding, onder meer via het ETF-expertisenetwerk, om lokale “vaardighedenecosystemen” tot stand te brengen en omscholing te bevorderen.

·Samenwerken bij het anticiperen op de behoefte aan vaardigheden en bij het ontwerpen en ontwikkelen van vaardigheden en strategieën vanuit het perspectief van een leven lang leren, met steun van de Europese Stichting voor opleiding voor beroepsonderwijs en -opleiding, vaardigheden en capaciteitsontwikkeling, met inbegrip van scholing voor groene banen en een groene economie.

·Ondersteunen van geïntegreerde benaderingen en de capaciteit van de betrokken ministeries (onderwijs, werkgelegenheid, gezondheid, cultuur en sociale bescherming) met het oog op een betere toegang tot en dito kwaliteit van de dienstverlening aan jongeren en mensen zonder scholing, werk of stage (NEET’s).

·Opschalen van initiatieven die geïnspireerd zijn op de EU-jongerengarantieregeling.


12.

2.Versterking van de veerkracht, opbouw van de welvaart en aangrijpen van de kansen die de digitale transitie biedt


De COVID-19-pandemie heeft alle economieën in het Middellandse Zeegebied getroffen, de structurele economische onevenwichtigheden 17 verergerd en de noodzaak van inclusieve, veerkrachtige, duurzame en verbonden economieën benadrukt. De inspanningen moeten ervoor zorgen dat niemand uit de boot valt en moeten landen in staat stellen in te spelen op nieuwe ontwikkelingen, waaronder de dubbele groene en digitale transitie, die aanjagers van duurzame groei kunnen zijn.

13.

Veerkrachtige economieën


Het versterken van de sociaal-economische veerkracht moet een belangrijke prioriteit blijven bij de samenwerking. Dit houdt in dat we economische buffers opbouwen tegen toekomstige schokken en de betalingsbalansproblemen aanpakken, met inbegrip van een onhoudbare schulddynamiek. Macrofinanciële bijstand, gebaseerd op het vervullen van specifieke voorwaarden, en gerichte bijstand, hoofdzakelijk in de vorm van begrotingssteun 18 , voor de uitvoering van strategieën voor het beheer van de overheidsfinanciën en de mobilisering van binnenlandse inkomsten, zullen bijdragen tot de inspanningen om de begrotingsruimte 19 en de fiscale rechtvaardigheid te vergroten.

Een toenemend gebruik van de euro in de regio zou de banden met de EU versterken en de economische en financiële stabiliteit bevorderen. Het zou zorgen voor een betere onderlinge samenhang tussen de belangrijkste handels- en investeringspartners van de regio en de diversificatie in de gebruikte valutamix voor betalingen, handel en risicobeheer.

Een hernieuwde inzet om het ondernemingsklimaat 20 te verbeteren zal essentieel zijn om het vertrouwen van lokale en internationale actoren uit de particuliere sector op te bouwen, investeerders aan te trekken en het handelsverkeer te stimuleren. Rekening houdend met de dynamiek van de politieke economie van de landen moeten we overeenstemming bereiken over prioritaire gebieden waarop goed doordachte, meetbare en uitvoerbare hervormingen moeten worden doorgevoerd. Deze prioriteiten moeten worden vastgelegd in de partnerschapsprioriteiten of gelijkwaardige beleidsdocumenten. De EU zal in samenwerking met de lidstaten steun verlenen op basis van de inzet van de partners voor een coherente en doeltreffende uitvoering van economische en bestuurlijke hervormingen op deze terreinen.

Initiatieven ter bevordering van sociaal-economische duurzaamheid op lokaal niveau kunnen ook bijdragen tot de versterking van de nationale systemen. Onze versterkte beleidsdialoog 21 moet ook de verdieping van de publiek-private dialogen aanmoedigen.

14.

Duurzame economieën


Economische diversificatie is belangrijk, met name voor landen die sterk afhankelijk zijn van sectoren die gevoelig zijn voor economische schokken. De EU en haar partners zullen samenwerken om te profiteren van de groei in de groene en digitale economie, overeenkomstig de doelstellingen van de sectorale dialogen van de Unie voor het Middellandse Zeegebied (UMZ). Het potentieel van de blauwe economie 22 moet naast de sociale economie ook op coherente wijze worden geïntegreerd in de planning van economische ontwikkeling. Dankzij haar bedrijfsmodellen die mensen en de planeet centraal stellen, heeft de sociale economie het potentieel om veel maatschappelijke problemen aan te pakken en de veerkracht van onze samenleving in tijden van crisis te vergroten.

Voorts kan de nadruk op een open strategische autonomie en de herstructurering van mondiale waardeketens in de nasleep van de pandemie nieuwe kansen creëren voor de verdere integratie van industriële toeleveringsketens tussen de EU en haar zuidelijke buurlanden. De ecosysteembenadering 23 , die is ontwikkeld in de industriële strategie van de Commissie 24 , kan ook bijdragen tot diversificatie-inspanningen en de ontwikkeling van win-win-initiatieven op het gebied van marktintegratie, convergentie van de regelgeving en financiële inclusie. Industriële clusters in het Zuidelijk Nabuurschap kunnen bijdragen tot economische ontwikkeling door bedrijven aan te sluiten op mondiale en regionale waardeketens, het isolement van kmo’s af te bouwen, innovatie te bevorderen en meer handel en investeringen te genereren.

Voorts is een cruciale rol weggelegd voor de ondersteuning van de particuliere sector, en in het bijzonder het MKB 25 . De EU en haar partners moeten samenwerken bij het ondersteunen van ondernemerschap en de ecosystemen ervan, met inbegrip van sociaal en coöperatief ondernemerschap, en startende ondernemingen van de fase van het opdoen van ideeën tot het doorgroeien naar een volwassen bedrijf. Het potentieel van de diasporagemeenschappen moet actiever worden benut om competenties, knowhow en technologieën over te dragen en bij te dragen tot de totstandkoming van zakelijke banden tussen de EU en haar zuidelijke partners.

De financieringskloof voor kmo’s in de regio vormt een echte rem op hun ontwikkeling. Wat de toegang tot financiering betreft, waarbij ook vluchtelingen toegang moeten krijgen tot financiering, zijn wij voornemens samen te werken met de internationale financiële instellingen om een alomvattende aanpak te ontwikkelen voor financiële inclusie, met inbegrip van microfinanciering en financiering voor sociale ondernemingen, en voor het gebruik van nieuwe financiële instrumenten, waaronder durfkapitaal, business angels (informele durfkapitaalverstrekkers) en impactfinanciering.

Onderzoek en innovatie hebben ongeëvenaarde voordelen voor de verwezenlijking van een toekomstgerichte beleidsdoelstelling. Meer onderzoek en innovatie, met inbegrip van de associatie met het kaderprogramma Horizon Europa 26 , leiden ook tot veerkrachtigere en inclusievere groei en tot het scheppen van duurzame werkgelegenheidskansen. De succesvolle samenwerking op het gebied van de menselijke dimensie van connectiviteit, met inbegrip van innovatie en wetenschap, zal worden geïntensiveerd om een kennismaatschappij en -economie tot stand te brengen.

15.

Verbonden economieën


Het Middellandse Zeegebied beschikt over menselijk kapitaal om van de digitale transformatie te profiteren en een concurrent te worden in de mondiale digitale economie.

Om de inspanningen op het gebied van digitale transformatie te ondersteunen, stellen wij voor onze werkzaamheden te structureren rond vier pijlers: i) bestuur, beleids- en regelgevingskaders; ii) ontwikkeling van infrastructuur en ondersteuning van universele toegang tot verbeterde, betaalbare en veilige netwerken; iii) digitale geletterdheid, vaardigheden en ondernemerschap; en iv) digitale diensten. Doel is de innovatieve digitale transformatie te stimuleren door de ontwikkeling van platforms en beleidsmaatregelen aan te moedigen, waaronder e-overheid, e-gezondheid, e-handel, digitale toegang tot cultuur en cultureel erfgoed, en digitale vaardigheden in het onderwijs, en tegelijkertijd te zorgen voor een gebruikersgericht en ethisch gebruik van technologieën in overeenstemming met het Handvest van de grondrechten van de EU. We stellen ook voor betere digitale verbindingen in het Middellandse Zeegebied tot stand te brengen en bij te dragen tot economische integratie.

Handel en investeringen zijn essentieel om het potentieel van de regio te ontsluiten. Om het concurrentievermogen te vergroten, stellen wij voor voorrang te geven aan de afbouw van niet-tarifaire belemmeringen en de verlaging van de handelskosten. De nadruk moet liggen op de volledige uitvoering en naleving van bestaande multilaterale, regionale en bilaterale overeenkomsten, teneinde de handel te ondersteunen, het vertrouwen van investeerders te vergroten en te voorkomen dat protectionisme en handelsbeperkingen opnieuw de kop opsteken. Voortbouwend op het bestaande netwerk van associatieovereenkomsten en de lopende onderhandelingen over een diepe en brede vrijhandelsruimte (DCFTA) met Marokko en Tunesië stellen wij ook voor een dialoog op gang te brengen om na te gaan welke belangen de partners hebben bij de modernisering van hun handels- en investeringsbetrekkingen met de EU, op gebieden als investeringsfacilitering, duurzame ontwikkeling, diensten en, in voorkomend geval, landbouw om deze beter af te stemmen op de uitdagingen van vandaag.

Het benutten van kansen op subregionaal, regionaal en continentaal niveau kan ook bijdragen tot economische diversificatie en verdieping van de integratie. De bekrachtiging door alle landen van het zuidelijke Middellandse Zeegebied van de herziening van de pan-Euro-mediterrane conventie betreffende oorsprongsregels moet worden bevorderd. Synergieën met Afrika bezuiden de Sahara zullen actief worden onderzocht, met name in het kader van de Afrikaanse continentale vrijhandelsruimte (AfCFTA) en de totstandkoming van een eengemaakte Afrikaanse markt voor luchtvervoer (SAATM), teneinde het ontstaan van gerichte continentale waardeketens te bevorderen en duurzame investeringen te ondersteunen.

Vervoer is een belangrijk onderdeel van het beleid en de instrumenten ter ondersteuning van de ontwikkeling van het zuidelijke Middellandse Zeegebied, zoals benadrukt in de strategie voor duurzame en slimme mobiliteit 27 . We moeten de kans aangrijpen om vervoersinfrastructuur op elkaar aan te sluiten door middel van interoperabiliteit van regels en normen. Prioriteit zal worden gegeven aan de snelle ontwikkeling van het trans-Europees vervoersnetwerk en aan de doelstellingen voor de hervorming van het vervoersbeleid die gezamenlijk zijn vastgesteld in het regionaal vervoersactieplan (RTAP) en worden ondersteund door de lopende technische samenwerking. De logistiek, die zowel betrekking heeft op regionale infrastructuur als op verbanden met douanesamenwerking, zal deel uitmaken van onze initiatieven inzake hulp voor handel. Samenwerking op het gebied van ruimtevaart zal een ondersteunende rol blijven spelen, met name door gezamenlijke acties voor de invoering van gratis en open diensten van Galileo en door de uitbreiding van het Europees overlaysysteem voor geostationaire navigatie (Egnos).

16.

Inclusieve economieën


In het kader van de nieuwe agenda voor het Middellandse Zeegebied stellen wij voor samen te werken ter ondersteuning van systemen en herstelstrategieën, in overeenstemming met de doelstellingen van de sectorale dialoog over werkgelegenheid en arbeid van de Unie voor het Middellandse Zeegebied 28 , die i) gelijke kansen en resultaten bevorderen, en ii) prioriteit geven aan sociale dialoog, sociale bescherming en inclusie om sociale en territoriale ongelijkheden weg te werken.

Er kunnen enorme positieve resultaten worden geboekt door vooruitzichten te creëren voor jongeren in hun land door braindrain te voorkomen, waardige banen voor iedereen te creëren 29 en de arbeidsparticipatie van vrouwen en hun economische emancipatie te vergroten. Dit moet centraal staan in het ontwerp en de uitvoering van sociaal-economische hervormingen en investeringsinitiatieven. Bovendien moeten we ons concentreren op de impact van de informele economie 30 op het welzijn van mensen en op de overheidsfinanciën van de partners, en het vaardighedenbeleid voor iedereen ondersteunen, mede met het oog op het bevorderen van formalisering van de informele economie.

17.

Actiepunten: Steun voor inclusieve, veerkrachtige, duurzame en verbonden economieën


·Cofinancieren in het kader van het EFDO+ van duurzame investeringen waarvoor middelen uit de nationale herstelfondsen van de partnerlanden zijn vrijgemaakt.

·Ontwikkelen en ondersteunen van gezamenlijke hervormingsmatrices die gericht zijn op het investerings- en het ondernemingsklimaat.

·Initiatieven ondersteunen om partners te helpen bij het aantrekken en behouden van mogelijkheden voor diversificatie van de waardeketen in geselecteerde sectoren, in overeenstemming met de beginselen van goed bestuur.

·Partners aanmoedigen om deel te nemen aan het Addis Tax Initiative 31

·Opvoeren van de steun voor de groene, blauwe en sociale economieën door middel van innovatieve financiële instrumenten (met inbegrip van impactfinanciering) en de ontwikkeling van adequate regelgevende ecosystemen.

·De uitvoering van het kmo-beleid ondersteunen met als leidraad de beginselen van de Small Business Act en de mededeling “Een kmo-strategie voor een duurzaam en digitaal Europa” van maart 2020 32 .

·Een goed functionerende sociale dialoog op alle relevante niveaus ondersteunen.

·Technische ondersteuning bieden ter bevordering van financiële inclusie, met name op het gebied van digitale betalingen en digitale geletterdheid voor kmo’s, met name in plattelandsgebieden.

·Deelname aan het EU-kaderprogramma Horizon Europa.

·Integreren van steun voor de sociale economie in regionale en bilaterale programma’s, met inbegrip van steun voor de ontwikkeling van adequate wettelijke en beleidskaders, versterking van de institutionele capaciteit en bevordering van wederzijds leren.

·Inspanningen leveren voor de ondersteuning van de convergentie van de regelgeving op het gebied van telecommunicatie, elektronische identificatie en vertrouwensdiensten, en kaders voor de bescherming van persoonsgegevens en het vrije verkeer van niet-persoonsgebonden gegevens. Moderniseren van de handels- en investeringsbetrekkingen met partners die geïnteresseerd zijn in nauwere integratie met de EU, met name op gebieden als facilitering van investeringen, diensten, duurzame ontwikkeling en landbouw.

·Ondersteunen van de integratie van de regio in de AfCFTA om de totstandkoming van gerichte continentale waardeketens te bevorderen.

·Cofinancieren van investeringen ter verbetering van de beschikbaarheid van universele telecommunicatie-infrastructuur met een hoge bandbreedte. Ervoor zorgen dat de beginselen van de EU-toolbox inzake 5G-cyberbeveiliging 33 worden toegepast om de netwerkbeveiliging te waarborgen.

·Intensiveren van de inspanningen voor de vaststelling van de indicatieve kaarten van het toekomstige trans-Mediterrane vervoersnetwerk (TMN-T) dat de externe dimensie van het trans-Europees vervoersnetwerk (TEN-T) zal vormen, waarbij reeds prioriteit wordt gegeven aan projecten op dit netwerk, en ernaar gestreefd wordt Afrika bezuiden de Sahara, Noord-Afrika en Europa met elkaar te verbinden.

·Ondersteunen van de convergentie van de regelgeving op alle vervoersgebieden in samenhang met het regionale vervoeractieplan 2021-2027 door middel van Euromediterrane vervoersprojecten.

·De ontwikkeling van duurzaam toerisme ondersteunen.


18.

3.Vrede en veiligheid


De langdurige conflicten in het Middellandse Zeegebied vormen een belangrijke belemmering voor politieke stabiliteit en duurzame ontwikkeling. Gezamenlijke inspanningen om conflicten te voorkomen en op te lossen, samenwerking op veiligheidsgebied te bevorderen, de gevolgen van conflicten te verzachten en de onderliggende oorzaken ervan aan te pakken, zijn topprioriteiten om mensen te beschermen en hen in staat te stellen met succes aan hun toekomst te werken.

Van haar kant is de EU reeds de belangrijkste verstrekker van humanitaire en ontwikkelingshulp. De EU kan een breed scala aan instrumenten inzetten in het kader van een drievoudige koppeling tussen humanitaire en ontwikkelingshulp en vrede. De EU is ook een verstrekker van veiligheid door het uitvoeren van missies en operaties in het kader van het gemeenschappelijk veiligheids- en defensiebeleid (GVDB), bemiddeling en stabiliseringsacties, alsook beperkende maatregelen. De EU heeft geloofwaardigheid opgebouwd met een consistent standpunt over het belang van eerbiediging van het internationaal recht. Als een betrouwbare partner is de EU bij uitstek in staat om partijen bij een conflict, internationale en regionale partners en relevante belanghebbenden, zoals actoren op het gebied van humanitaire ontwikkeling en vredesopbouw, samen te brengen in een dialoog over strategische kwesties, de spanningen terug te dringen en bij te dragen tot het streven om conflicten op te lossen. Veel partners van het Zuidelijk Nabuurschap dringen aan op meer betrokkenheid van de EU en gezamenlijke inspanningen om aanhoudende conflicten op te lossen en de gevolgen ervan aan te pakken. De ervaring leert dat een dergelijke verenigende en diplomatieke rol alleen doeltreffend kan worden vervuld als de EU eensgezind is en in staat is eendrachtig op te treden en met één stem te spreken, op bilateraal en multilateraal niveau. De betrokkenheid van de EU-lidstaten, ook op het hoogste niveau, is daarom cruciaal, net zoals een versterkte en geïntensiveerde politieke dialoog in het Middellandse Zeegebied om vertrouwen op te bouwen, spanningen te verminderen en conflicten op te lossen.

Op basis hiervan moeten de EU en haar lidstaten en partners hernieuwde inspanningen leveren om tot een regeling in het vredesproces in het Midden-Oosten te komen. In dit verband zal de EU ernaar streven het recente aanknopen van diplomatieke betrekkingen tussen Israël en een aantal Arabische landen aan te moedigen en hierop voort te bouwen, teneinde de vooruitzichten te verbeteren voor zowel een via onderhandelingen op basis van de internationaal overeengekomen parameters tot stand gekomen tweestatenoplossing als regionale vrede en veiligheid. De EU, die de conferenties over Syrië heeft bijeengeroepen, en de partners van het Zuidelijk Nabuurschap moeten meer inspanningen leveren om het verwoestende tienjarige conflict in Syrië op te lossen, ter ondersteuning van de inspanningen die onder leiding van de VN worden geleverd. Zij moeten ook steun blijven verlenen aan de inspanningen die Libanon levert om zijn binnenlandse economische, sociale en politieke crisis op te lossen. De EU en haar partners moeten nauwer samenwerken bij het aanpakken van de uitdagingen op het gebied van vrede, stabiliteit en ontwikkeling in de Sahel. De EU en haar zuidelijke buurlanden moeten ook hun steun opvoeren voor de inspanningen om een oplossing te vinden voor de kwestie van de Westelijke Sahara in het kader van het door de VN geleide proces. Het vinden van een duurzame en inclusieve politieke oplossing voor de langdurige crisis in Libië is eveneens een prioriteit. De EU zal zich actief blijven inzetten in het kader van en ter ondersteuning van het door de VN geleide proces van Berlijn, onder meer op operationeel niveau via operatie IRINI en andere bijdragen. De EU zal onderzoeken of aanvullende steun voor de uitvoering van het staakt-het-vuren mogelijk is, en zal zowel het constitutionele proces, het verkiezingsproces als de stabilisatie op lange termijn van het land ondersteunen. Bij het zoeken naar oplossingen voor de crises in de regio zal de EU steun blijven verlenen aan de inspanningen van de Verenigde Naties (VN) en contacten blijven onderhouden met regionale actoren en organisaties, met name de Liga van Arabische Staten (LAS), de Afrikaanse Unie (AU) en subregionale groeperingen 34 . In het oostelijke Middellandse Zeegebied zal de EU steun verlenen aan een vreedzame dialoog op basis van het internationaal recht, onder meer via een multilaterale conferentie over kwesties waarvoor multilaterale oplossingen nodig zijn. De EU en de partners in het Zuidelijk Nabuurschap moeten zich ook constructief inzetten voor het waarborgen van de stabiliteit en veiligheid van de ruimere regio.

Het multilaterale stelsel staat voor grote uitdagingen op een moment dat voor de meeste problemen multilaterale oplossingen nodig zijn. De EU en haar partners van het Zuidelijk Nabuurschap hebben een gemeenschappelijk belang bij de ondersteuning van een gerevitaliseerd op regels gebaseerd multilateraal systeem met de VN als kern. Wij moeten samenwerken en de samenwerking versterken in multilaterale fora, met name op het gebied van vrede en veiligheid, mondiale vraagstukken en de versterking van op regels gebaseerde handel, de rechtsstaat, mensenrechten, kinderbescherming en goed bestuur, alsook met betrekking tot de VN-agenda voor vrouwen, vrede en veiligheid en de VN-agenda inzake jongeren, vrede en veiligheid.

Grote veiligheidsdreigingen zoals terrorisme, hybride dreigingen, cybercriminaliteit en georganiseerde misdaad, waaronder de handel in illegale vuurwapens, drugshandel en het witwassen van geld, zijn belangrijke uitdagingen; zij kunnen alleen via gezamenlijke inspanningen worden aangepakt.

Terrorisme en de financiering ervan, radicalisering, gewelddadig extremisme en het verschijnsel van de buitenlandse terroristische strijders komen voor aan beide zijden van de Middellandse Zee en zijn vaak met elkaar verbonden. Recente aanslagen hebben de noodzaak onderstreept om onze strategische dialogen op hoog niveau over terrorismebestrijding te verdiepen. Voortbouwend op de bestaande samenwerking, met name op het gebied van rechtshandhaving, moeten wij onze inspanningen opvoeren om radicalisering te voorkomen, met inbegrip van het verdiepen van interreligieuze en interculturele dialogen, en om capaciteit op te bouwen om gewelddadig extremisme en rekrutering voor terrorisme via internet aan te pakken, de verspreiding van terroristische online-inhoud te voorkomen en illegale handel in cultureel erfgoed te bestrijden. Internationale samenwerking blijft essentieel en de EU is bereid om haar technische bijstand te verhogen, onder meer wat betreft tekortkomingen in de strijd tegen het witwassen van geld en de financiering van terrorisme, en via haar netwerk van deskundigen in belangrijke delegaties in de regio.

Hoewel digitalisering aanzienlijke kansen biedt, opent zij ook de deur voor nieuwe bedreigingen, waaronder een grotere kwetsbaarheid van kritieke infrastructuur (bv. energie, vervoer, bankwezen en gezondheidszorg). We moeten samenwerken om cyberweerbaarheid op te bouwen, onder meer in de strijd tegen desinformatie en beïnvloeding, beste praktijken uit te wisselen, deskundigen op het gebied van cyberbeveiliging op te leiden en de mogelijkheden te onderzoeken van innovatieve instrumenten voor rechtshandhavingsdoeleinden, met volledige eerbiediging van de mensenrechten en de burgerlijke vrijheden. Wij moeten onze krachten bundelen om de samenwerking tegen cyberdreigingen te versterken en daartoe ten volle gebruik te maken van bestaande internationale kaders, zoals het Verdrag van Boedapest van de Raad van Europa.

In overeenstemming met de conclusies van de Raad van 2021 over klimaat- en energiediplomatie zal de EU meer inzetten op het verband tussen klimaatverandering en veiligheid en defensie, onder meer door meer actie te ondernemen op het gebied van klimaatadaptatie en rampenrisicovermindering, alsook door samenwerking met de VN en regionale organisaties.

Wij stellen ook voor de in de EU-strategie voor een Veiligheidsunie 35 genoemde instrumenten te versterken om de capaciteit van en de samenwerking tussen rechtshandhavingsinstanties, justitiële en civiele autoriteiten te versterken. Daarnaast moet de samenwerking op het gebied van chemische, biologische, radiologische en nucleaire (CBRN) risicobeperking, civiele bescherming en rampenrisicobeheer verder worden versterkt.

De samenwerking op het gebied van rechtshandhaving en justitiële samenwerking tussen de EU en de partnerlanden moet worden versterkt, mede met de hulp van de desbetreffende EU-agentschappen (Europol, Cepol, Frontex, het Europees Waarnemingscentrum voor drugs en drugsverslaving, Eurojust), onder meer door te onderhandelen over samenwerkingsovereenkomsten tussen de EU en de landen in het Zuidelijk Nabuurschap. Daartoe zal de EU samenwerken met de partners van het Zuidelijk Nabuurschap om ervoor te zorgen dat hun rechtshandhavings- en justitiële stelsels voldoen aan hoge normen op het gebied van gegevensbescherming en de mensenrechten eerbiedigen.

Betere justitiële samenwerking in civiele zaken is nodig om het afdwingen van contractuitvoering te verbeteren en problemen op het vlak van grensoverschrijdende ontvoeringen van kinderen, kinderbescherming en onderhoudsverplichtingen aan te pakken. De toetreding tot en de correcte uitvoering van de Haagse verdragen inzake internationaal privaatrecht 36 moeten in de regio een prioriteit zijn.

De EU stelt voor haar partnerschap inzake veiligheidsaangelegenheden met haar buurlanden verder te ontwikkelen en de operationele samenwerking, onder meer op het gebied van maritieme veiligheid en kustwachtsamenwerking, te versterken. Dergelijke partnerschappen moeten op maat gesneden zijn, beantwoorden aan de respectieve behoeften en kunnen rekenen op politieke steun op hoog niveau om concrete resultaten te garanderen. Samenwerking met regionale en internationale organisaties is ook van vitaal belang, onder meer met de NAVO in het kader van de gezamenlijke verklaringen van Warschau en Brussel 37 .

19.

Actiepunten: samenwerking op het gebied van vrede, conflictoplossing en conflictpreventie


·Opwaarderen en intensiveren van de politieke dialoog tussen de EU, haar lidstaten en haar partners van het Zuidelijk Nabuurschap en de strategische partners van de EU hierbij betrekken om de gezamenlijke inspanningen op te voeren om conflicten op te lossen en de spanningen in de regio terug te dringen, met een geïntegreerde inzet van alle instrumenten voor regionale stabiliteit en veiligheid.

·Investeren in preventie op het vlak van de strijd tegen radicalisering, conflictoplossing en stabilisatie door middel van een geïntegreerde aanpak van conflicten en crises, in alle stadia van de conflictcyclus.

·Weerbaarheid waarborgen door humanitaire, ontwikkelings-, vredes- en veiligheidsinspanningen beter met elkaar te verbinden.

·Indien wederzijds voordelig, deelname aan GVDB-missies en -operaties met inzet van instrumenten zoals deelnamekaderovereenkomsten.

·Versterken van de rol van vrouwen en jongeren bij vredesopbouw overeenkomstig het politieke engagement van de EU voor de uitvoering van de VN-agenda voor vrouwen, vrede en veiligheid op regionaal en internationaal niveau.

20.

Actiepunten: samenwerking op veiligheidsgebied


·Intensiveren van de dialogen inzake terrorismebestrijding en veiligheid, met inbegrip van samenwerking op het gebied van de bestrijding van het witwassen van geld en de financiering van terrorisme en aanmoediging van de ratificatie en uitvoering van de desbetreffende internationale verdragen.

·Versterken van de samenwerking op het gebied van terrorismebestrijding, preventie en bestrijding van radicalisering, bestrijding van georganiseerde misdaad, illegale vuurwapens en drugs.

·Snelle uitvoering van de CT Inflow, de Euromed-police, EU4 Monitoring Drugs, de Euromed-programma’s Justice en CyberSouth.

·Verder ontwikkelen van de kenniscentra voor CBRN-risicobeperking van de EU, die een belangrijke troef bleken te zijn bij de aanpak van de COVID-19-pandemie en andere maatregelen om veiligheidsdreigingen aan te pakken.

·Intensiveren van de werkzaamheden op het gebied van klimaatbestendigheid en aanpassing aan de klimaatverandering, investeren in preventieve maatregelen en versterken van de samenwerking op het gebied van civiele bescherming en rampenrisicobeheer, voortbouwend op programma’s zoals PPRD South 38 .

·Samenwerken met partnerlanden om de justitiële en politiële samenwerking met de EU te versterken, onder meer via onderhandelingen over samenwerkingsovereenkomsten met Europol en Eurojust.

·De justitiële samenwerking in civiele zaken verbeteren door de toetreding tot en de correcte uitvoering van de desbetreffende verdragen van de Haagse Conferentie voor Internationaal Privaatrecht te bevorderen.


21.

4.Migratie en mobiliteit


Migratie is een mondiaal verschijnsel en vereist een gezamenlijke respons, solidariteit en een mondiaal delen van verantwoordelijkheden. Geen enkel land kan migratie op zijn eentje effectief beheren, met inbegrip van de problemen van irreguliere migratie. Het nieuwe migratie- en asielpact van de EU beoogt een koerswijziging van onze betrekkingen met de internationale partners. Het pact focust op alomvattende, op maat gesneden, evenwichtige en wederzijds voordelige partnerschappen. Het is uiteindelijk de bedoeling dat migratie alleen plaatsvindt op een veilige en reguliere wijze, door gevaarlijke reizen te vermijden en te voorkomen dat levens verloren gaan, door de bestrijding van mensensmokkel en een versterkte samenwerking voor migratiebeheer, waarbij internationale bescherming geboden wordt aan wie dat nodig heeft. De landen moeten worden geholpen een stabiele en voorspelbare sociale en economische toekomst te bieden met reële kansen, vooral voor jongeren. De EU zal zich actief inspannen om de grondoorzaken van irreguliere migratie en gedwongen ontheemding aan te pakken, door de oplossing van conflicten en de sociaal-economische problemen aan te gaan die door COVID-19 nog zijn verergerd.

Het nieuwe migratie- en asielpact biedt een sterkere basis voor een duurzame respons op de lange termijn inzake migratie en asielbeheer.

Onze versterkte partnerschappen voor migratie omvatten alle verschillende aspecten van migratie en asiel, waarbij rekening wordt gehouden met de belangen van de EU en de partnerlanden. Tegelijkertijd zullen deze partnerschappen worden ingebed in de diverse onderdelen van onze samenwerking, op politiek, veiligheids- en economisch vlak.

Elk land kent zijn eigen specifieke situatie en heeft zijn eigen kansen. Er bestaat niet één enkele pasklare oplossing. Op maat gesneden oplossingen zijn noodzakelijk. Dit wordt weerspiegeld in de omvattende partnerschappen van de EU met elk land, overeenkomstig het nieuwe migratie- en asielpact, en dat zal ook in de toekomst het geval zijn.

De EU zal personen die in nood verkeren, blijven beschermen en de gastlanden blijven ondersteunen, het feit indachtig dat ettelijke landen uit het Middellandse Zeegebied aanzienlijke aantallen vluchtelingen en migranten huisvesten.

Irreguliere migratie zorgt voor problemen voor zowel de regio als voor de EU, onder meer ook omdat daardoor de economische machtspositie en de destabiliserende invloed van criminele netwerken verder worden vergroot. De oplossing bestaat erin migrantensmokkel gezamenlijk aan te pakken. In deze zin zullen de EU en de partnerlanden hun gemeenschappelijke inspanningen aanzienlijk opvoeren om mensensmokkel en criminele netwerken die verantwoordelijk zijn voor migrantensmokkel en mensenhandel, te bestrijden 39 . De versterking van migratie- en asielbeheer, met inbegrip van grensbeheer, is een essentieel element. De EU is tot steun bereid naar gelang van de behoeften van de partners.

Meer samenwerking inzake terugkeer, overname en duurzame re-integratie en een meer doeltreffende uitvoering van de terugkeer zijn belangrijke elementen van deze partnerschappen. Om deze partnerschappen te ondersteunen zal de EU alle/de relevante beleidsinstrumenten van de EU mobiliseren als onderdeel van een alomvattende aanpak. Gezien het belang van vrijwillige terugkeer zal de Commissie een strategie voor vrijwillige terugkeer en re-integratie aannemen en voorzien in nieuwe benaderingen voor het ontwerp, de bevordering en de uitvoering van regelingen inzake begeleide vrijwillige terugkeer en re-integratie.

De EU biedt ook vastberaden ondersteuning aan legale migratie en mobiliteit bij onze partners, overeenkomstig de bevoegdheden van de Unie en lidstaten. Herplaatsing is van belang om de meest kwetsbare vluchtelingen bescherming te bieden. Talentpartnerschappen ter bevordering van legale migratie en mobiliteit met de relevante partners van het Zuidelijk Partnerschap zullen integraal deel uitmaken van onze samenwerking, waarbij aandacht zal zijn voor het risico van braindrain.

De samenwerking op regionaal en multilateraal niveau moet verder worden bekeken, ook door driehoekssamenwerking en zuid-zuid-samenwerking, aangezien sommige mediterrane partnerlanden landen van zowel herkomst, als doorreis of bestemming zijn. Op regionaal niveau zal de samenwerking in het kader van het gezamenlijke actieplan van Valletta 40 en de processen van Khartoem 41 en Rabat 42 worden bevorderd, met inbegrip van een volledige-routeaanpak van migratie. In deze context moet de trilaterale samenwerking met de VN en met regionale actoren worden versterkt, onder meer door voort te bouwen op de succesrijke ervaringen van de trilaterale taskforce tussen AU, EU en VN in Libië.

De Commissie en de hoge vertegenwoordiger stellen voor gebruik te maken van het volledige instrumentarium waarover de EU beschikt, met inbegrip van de EU-agentschappen, het NDICI 43 en de relevante interne instrumenten om operationele en financiële steun op het gebied van migratie en mobiliteit te bieden.

22.

Actiepunten: Versterken van de samenwerking voor migratie en mobiliteit op basis van op maat gesneden, alomvattende, evenwichtige en wederzijds voordelige partnerschappen


•Steun aan de capaciteit van de partners voor effectief migratie- en asielbeheer, met inbegrip van grensbeheer, alle aspecten van de asiel- en migratiestelsels en overnamecapaciteit.

•Gerichte steun voor het creëren van sociaal-economische kansen voor migranten, gedwongen ontheemden en gastgemeenschappen, onder meer in de context van het herstel na COVID-19, met speciale aandacht voor gemarginaliseerde gebieden.

•Meer samenwerking inzake doeltreffende terugkeer en overname. Steun voor begeleide vrijwillige terugkeer en duurzame re-integratie vanuit de EU maar ook tussen individuele partnerlanden.

•Ontwikkelen van legale migratiemogelijkheden naar Europa door voortdurende inspanningen voor hervestigingen en arbeidsmobiliteitsprogramma’s, meer bepaald het spoedige opstarten van de talentpartnerschappen, met volledige eerbiediging van de bevoegdheden van de EU en de lidstaten.

•De mogelijkheden onderzoeken voor het opzetten van kaders voor driehoekssamenwerking en zuid-zuid-samenwerking en meer samenwerking met regionale en internationale actoren.


23.

5.Groene transitie: klimaatbestendigheid, energie en milieu


Het Zuidelijk Nabuurschap is een van de belangrijkste probleemgebieden inzake klimaatverandering en milieuaantasting. Tegelijk beschikt het Middellandse Zeegebied over ‘s werelds beste zonne- en wind-energiebronnen, waardoor ongekende mogelijkheden worden geboden voor samenwerking inzake schone energie, met waterstofproductie als nieuwe strategische prioriteit. De volledige uitvoering van de agenda voor duurzame ontwikkeling 2030, de Klimaatovereenkomst van Parijs en de internationaal overeengekomen biodiversiteitsdoeleinden zullen cruciaal zijn om de regio beter uit te rusten voor toekomstige systemische schokken. De Europese Green Deal biedt een unieke kans voor samenwerking aan strategische prioriteiten. Door de milieubescherming, de energiezekerheid en de klimaatbestendigheid over de hele lijn te versterken kan het risico voor mensenlevens en inkomstenbronnen worden beperkt en kunnen duurzame ontwikkeling, het creëren van banen en de transitie naar sectoren met een hoge toegevoegde waarde worden bevorderd.

24.

Groene groei en klimaatactie


De EU en haar partners zullen samenwerken om hun klimaatambitie te verhogen en hun doelstellingen op elkaar af te stemmen, door de overgang naar groene groei en de ontwikkeling of versterking van samenhangende, realiseerbare en meetbare klimaatactiemaatregelen, overeenkomstig de nationaal bepaalde bijdragen van de partners in het kader van de Klimaatovereenkomst van Parijs, de nationale adaptatieplannen en de externe dimensie van de Europese Green Deal. De nadruk zal worden gelegd op i) klimaat- en milieubeheer, en het verband daarvan met de overheidsfinanciën en initiatieven op begrotingsvlak, en het toezicht op de begrotingsdoelstellingen; ii) steun voor initiatieven voor koolstofbeprijzing; iii) bestuurlijke capaciteit en gerichte technische bijstand om de wetgeving zowel op centraal als lokaal niveau uit te voeren en te handhaven; en iv) onderwijs en voorlichting binnen de particuliere sector en de gehele bevolking als aanjagers van verandering. De diensten en gegevens van het EU-aardobservatieprogramma Copernicus ondersteunen het beleid voor groene groei en klimaatbeheer. De samenwerking kan tevens de uitvoering bevorderen van duurzame stedelijke mobiliteitsplannen in de steden van de regio door groene multimodale vervoersoplossingen te ontwikkelen. Hiervoor is een gecoördineerde en versterkte beleidsdialoog 44 met alle betrokken belanghebbenden noodzakelijk, met inbegrip van de particuliere sector en het maatschappelijk middenveld, ook op lokaal niveau. De versterking van het vermogen tot aanpassing aan de klimaatverandering en de vermindering van het risico op rampen zijn een prioriteit in de regio. De nadruk zal liggen op i) steun voor klimaatbestendigheid, ii) het klimaatbestendig maken van investeringen, iii) investeringen in preventieve maatregelen, iv) op de natuur gebaseerde oplossingen en capaciteit voor risicobeheer.

Strategische samenwerking met de internationale financiële instellingen en de particuliere sector zal steun bieden voor de ontwikkeling van een financieel systeem dat duurzame groei ondersteunt. Voorts zal de deelname worden aangemoedigd van de overheden die verantwoordelijk zijn voor de ontwikkeling van duurzaam financieel beleid in de partnerlanden, met name via internationale fora zoals het internationaal platform inzake duurzame financiering (IPSF) 45 . De EU en de andere leden van het IPSF wisselen beste praktijken uit en coördineren hun inspanningen op het gebied van ecologisch duurzame investeringen, zoals groene taxonomieën, openbaarmaking van milieu- en klimaatgerelateerde informatie, en normen en labels voor groene financiële producten, met inbegrip van groene obligaties.

25.

Energietransitie en energiezekerheid


Europa en het Middellandse Zeegebied hebben onderling afhankelijke, aanvullende en convergerende energiebelangen, gebaseerd op de prioriteiten die aan de basis liggen van een groene en billijke energietransitie en de energiezekerheid

De toekomstige samenwerking moet worden afgestemd op de verschillende capaciteiten en behoeften van de partners en specifiek gericht zijn op geselecteerde prioritaire doelstellingen: i) de grootschalige mobilisering van hernieuwbare energie en productie van schone waterstof, bijdragend tot het oogmerk om tegen 2030 ten minste 40 GW elektrolysecapaciteit in het nabuurschap van de EU te bereiken; ii) een sterkere koppeling van elektrische netwerken 46 ; iii) inspanningen en maatregelen voor energie-efficiëntie met speciale aandacht voor gebouwen en apparaten; iv) beleid om vluchtige methaanemissies bij de productie, het vervoer en het gebruik van fossiele brandstoffen aan te pakken, overeenkomstig het kader van de EU-methaanstrategie.

26.

Hulpbronnenefficiëntie, bestrijding van verontreiniging, biodiversiteit


Gezien de trend naar verstedelijking, het verlies van biodiversiteit, met inbegrip van ontbossing en bodemdegradatie, habitatverlies en -versnippering, toenemende vervuiling te land en ter zee, en de gevolgen van de klimaatverandering op de hulpmiddelen, in het bijzonder voor de toegang tot water, stellen wij voor speciale aandacht te besteden aan maatregelen om de biodiversiteit te beschermen en te herstellen, zowel op zee als op het land, van dieren en planten, alsmede aan duurzaam waterbeheer, met inbegrip van afvalwaterverwerking, het hergebruik van water en doeltreffend waterbeheer.

Het niveau van de luchtverontreiniging is een wijdverspreid probleem in de regio, vooral in de dichtbevolkte kustgebieden, met concentraties van luchtemissies van de industrie en het verkeer, en de afzetting ervan op zee. Dit heeft aanzienlijke gevolgen voor de gezondheid, het milieu en de economische activiteiten op zee, zoals visserij en toerisme.

Er zullen onder meer volgende steunmaatregelen worden genomen: bewustmakings- en onderwijsactiviteiten om ongereglementeerd storten van afval te voorkomen, de bevordering van duurzame consumptie en productie, de ontwikkeling van moderne faciliteiten voor recycling en veilige afvalverwijdering, de hervorming van de wetgevende, budgettaire en institutionele kaders om de diverse vormen van verontreiniging terug te dringen, en de planning en het beheer van duurzaam landgebruik. De EU zal blijven samenwerken met landen in de regio, in de context van het Verdrag van Barcelona, om de emissieniveaus in het bijzonder van het zeevervoer terug te dringen, teneinde de Middellandse Zee tot emissiebeheersgebied uit te roepen.

27.

Duurzame voedselsystemen


De samenwerking zal worden opgevoerd met het oog op de transitie naar duurzame voedselsystemen, met inbegrip van het duurzame beheer van landbouw, visserij en het behoud van factoren voor natuurlijke productie met het oog op meer voedselzekerheid. Dit kan het verstrekken van technische bijstand omvatten voor het opstellen van beleidsmaatregelen op het gebied van landbouw en de blauwe economie, het ondersteunen van agro-ecologische praktijken en het bevorderen van slimme landbouw en aquacultuurconcepten. De steun voor de regionale integratie van de markten in het kader van de Afrikaanse Continentale Vrijhandelszone (AfCFTA) en de Algemene Visserijcommissie voor de Middellandse Zee (GFCM) 47 wat betreft visserij en aquacultuur moet worden versterkt, met inbegrip van de ontwikkeling van voedselwaardeketens op continentaal niveau.

28.

Actiepunten: Groene transitie: klimaatbestendigheid, milieu en energie



·Gezamenlijke inspanningen om doelstellingen op elkaar af te stemmen, door over te gaan tot groene groei en de ontwikkeling of versterking van samenhangende, realiseerbare en meetbare klimaatactiemaatregelen overeenkomstig de nationaal bepaalde bijdragen en de nationale adaptatieplannen zowel op regionaal als op bilateraal niveau.

·Versterking van de strategische betrokkenheid bij de ondersteuning van de ontwikkeling van een financieel stelsel dat duurzame groei en investeringen in klimaatbestendigheid ondersteunt, door een regionaal initiatief over duurzame financiering in samenwerking met de internationale financiële instellingen.

·Versterking van de bilaterale betrokkenheid en verstrekking van gerichte steun aan grootschalige investeringen in hernieuwbare energie en schone waterstofproductie zowel voor binnenlands gebruik als voor de uitvoer. Steunverlening overeenkomstig de doelstellingen van de “van boer tot bord”-strategie 48 voor het ontwerpen, financieren en tenuitvoerleggen van duurzame voedselsystemen, van de productie tot de consumptie, met bijzondere aandacht voor voedselveiligheid, de gezondheid van planten en dieren, dierenwelzijn, en het garanderen van regionale voedselzekerheid.

·Bevordering van initiatieven inzake afvalbeheer, met inbegrip van voedselresten en zwerfvuil op zee.

·Steun voor de bescherming en het herstel van biodiversiteit, met inbegrip van het opzetten van doeltreffende en goed beheerde netwerken van beschermde kust- en mariene gebieden.

·Steun voor de inspanningen om emissies in het water en de lucht te reduceren, met name in een marien en kustmilieu.

·Bevordering van een duurzaam gebruik van natuurlijke hulpbronnen als basis voor het realiseren van de transitie naar een circulaire economie.


29.

Tenuitvoerlegging


De EU zal gebruik maken van haar volledige instrumentarium om een doeltreffende, doelmatige, spoedige en op maat gesneden uitrol van de nieuwe agenda voor het Middellandse Zeegebied te garanderen. Daarbij zal rekening worden gehouden met de verscheidenheid, de belangen en de behoeften van de regio. De beleidsdialoog met alle relevante belanghebbenden blijft de hoeksteen van de samenwerking. Er zal bijzondere aandacht worden besteed aan het lokale niveau om te garanderen dat het effect van de samenwerking op een passende wijze geografisch wordt gespreid.

Door een voortdurende en toekomstgerichte dialoog tussen de EU en haar partners wordt een voor alle partijen voordelig partnerschap en een eigen inbreng gegarandeerd, waarbij rekening wordt gehouden met de sociale dynamiek en de gevolgen van uitdagingen en hervormingen. Wij zullen streven naar op maat gesneden, geïntegreerde multisectorale samenwerking, handel en investeringspakketten en -platforms die een geloofwaardig antwoord bieden op de behoeften van de partners en de EU. Het niveau van de financiële steun van de EU zal evenredig zijn met de ambities en inzet van de partners voor gedeelde waarden, de hervormingsagenda, met inbegrip van goed bestuur en de tenuitvoerlegging ervan.

Een aanzienlijk versterkte politieke dialoog zal bijdragen tot een gedeelde verstandhouding met de partners van het Zuidelijk Nabuurschap. In dit verband stellen wij regelmatige vergaderingen voor op het niveau van de ministers van Buitenlandse Zaken, de sectorministers en hogere ambtenaren, terwijl vergaderingen tussen de staats- en regeringsleiders indien nodig kunnen worden georganiseerd. Een sterkere coördinatie zal leiden tot een beter afstemmen van de standpunten op bilateraal en multilateraal niveau.

De inspanningen met het oog op de versterking van de regionale, subregionale en interregionale samenwerking zullen worden voortgezet. De Unie voor het Middellandse Zeegebied blijft een onmisbare rol spelen. Dit geldt tevens voor de subregionale samenwerking die wordt aangepast aan de specifieke kenmerken van de diverse subregio’s van het Middellandse Zeegebied en daarbuiten. Voor een doeltreffende aanpak zal bovendien een bredere samenwerking met de buurlanden en -regio’s noodzakelijk zijn. Om die reden is de interregionale dimensie van belang. Wij moeten de samenwerking tussen Noord-Afrika en Afrika bezuiden de Sahara opvoeren, ook als driehoekssamenwerking met de EU. Er is ook behoefte aan meer samenhang tussen de activiteiten van de EU met de Noordafrikaanse partners en de rest van het Afrikaanse continent. De interregionale samenwerking met de Golfregio en de Rode-Zeeregio is evenzeer van belang. Een verhoogde samenwerking met regionale actoren en organisaties, met name de Liga van Arabische Staten, de Afrikaanse Unie en relevante subregionale groeperingen, zal essentieel zijn. Pragmatische initiatieven met variabele geometrie moeten worden onderzocht om steun te bieden aan wie bereid is verder te gaan in de samenwerking inzake gemeenschappelijke mediterrane goederen. Wij zullen onze diplomatieke inspanningen inzake klimaat- en energiekwesties zowel op bilateraal als regionaal niveau opvoeren.

Het NDICI en het EFDO+ zullen de voornaamste instrumenten zijn voor EU-samenwerking met de partnerlanden. Alle acties zullen op basis van het beginsel “eerst het beleid” worden gevoerd. De EU zal zowel gezamenlijke programmering als initiatieven in het kader van Team Europe op het terrein bevorderen, voortbouwend op de geslaagde ervaringen tijdens de mondiale respons op de COVID-19-pandemie. De EU zal haar lidstaten, de Europese ontwikkelingsagentschappen en financiële instellingen, alsook andere donoren aansporen gezamenlijk met de partnerlanden samenhangende en aanvullende benaderingen te ontwikkelen voor sectorale prioriteiten. De toekomstige Europese financiële architectuur voor ontwikkeling zal er ook toe bijdragen de inspanningen van de EU te maximaliseren.

De nieuwe agenda voor het Middellandse Zeegebied zal vorm geven aan de voorbereiding van de bilaterale politieke kaders die gezamenlijk met de partners zijn overeengekomen 49 en aan de meerjarige programmering in het kader van het NDICI voor de periode 2021-2027, voortbouwend op het overleg dat is gevoerd met de partnerlanden en andere relevante belanghebbenden. De lessen die werden getrokken uit vorige programma’s in het kader van het nabuurschapsbeleid, zullen richting geven aan de toekomstige acties. De EU-delegaties zullen dit proces praktisch in goede banen leiden.

Het Europees Fonds voor duurzame ontwikkeling+ (EFDO+) in het kader van het NDICI en de innovatieve financiële architectuur ervan zullen het aantrekken van investeringen uit de privésector mogelijk maken, in samenwerking met de Europese Investeringsbank (EIB), de Europese Bank voor Wederopbouw en Ontwikkeling (EBWO), de ontwikkelingsbanken van de lidstaten en internationale financiële instellingen.

Voorts zal verdere integratie tussen de beide kanten van de Middellandse Zee worden bereikt door de deelname van de partners aan EU-programma’s in de periode 2021-2027 verder aan te moedigen en te faciliteren.

De EU zal eveneens haar strategische communicatie versterken om meer aandacht te vestigen op de acties in het kader van de nieuwe agenda voor het Middellandse Zeegebied. De Commissie en de hoge vertegenwoordiger zullen met onze partners samenwerken om meer robuuste en faciliterende kaders tot stand te brengen voor de vrijheid van meningsuiting, en een gezond informatieklimaat te ondersteunen. Uitvoeringsmaatregelen om desinformatie en onjuiste informatie tegen te gaan zullen een belangrijk aspect van deze aanpak blijven. 50 De EU en haar partners moeten ook een passende zichtbaarheid garanderen van de politieke betrokkenheid van de EU en de samenwerkingsacties op het terrein, met inbegrip van voorlichting en publieksdiplomatie.

Ten slotte zal deze agenda voor het Middellandse Zeegebied ons beleid ten aanzien van de regio bepalen en zal de EU de vooruitgang regelmatig evalueren.


(1)

Algerije, Egypte, Israël, Jordanië, Libanon, Libië, Marokko, Palestina, Syrië en Tunesië. De benaming Palestina mag niet worden uitgelegd als een erkenning van een staat Palestina en laat de individuele standpunten van lidstaten ter zake onverlet.

(2)

Het gemiddelde bbp per hoofd van de bevolking is minder dan een achtste van dat van de EU, Statistics on European Neighbourhood Policy countries, editie 2020, Eurostat .

(3)

Met slechts 5,9 % uitvoer naar de regio is de intraregionale handel een fractie van de totale handel van de landen - https://ec.europa.eu/trade/policy/countries-and-regions/regions/euro-mediterranean-partnership/

(4)

Volgens www.medecc.org">het eerste evaluatieverslag van de deskundigen inzake klimaat- en milieuveranderingen voor het Middellandse Zeegebied warmt de regio 20 % sneller op dan de rest van de wereld.

(5)

30.

VN-resolutie 70/1 Transforming our world: the 2030 Agenda for Sustainable


Development .

(6)

“De Europese Green Deal” (COM(2019) 640 final)

(7)

Dit hangt af van de definitieve goedkeuring van de ontwerpverordening tot vaststelling van het Instrument voor nabuurschapsbeleid, ontwikkeling en internationale samenwerking.

(8)

“Een waterstofstrategie voor een klimaatneutraal Europa” (COM(2020) 301).

(9)

“Een nieuw migratie- en asielpact” COM(2020) 609 .

(10)

In de zin van de benadering van Afrika in zijn geheel en in overeenstemming met de gezamenlijke mededeling “Naar een brede strategie met Afrika” (JOIN(2020) 4) .

(11)

In de nasleep van de COVID-19-uitbraak is in het kader van de EU-begroting een steunpakket van meer dan 2,3 miljard EUR voor het Zuidelijk Nabuurschap gemobiliseerd.

(12)

‘ Het EU-actieplan inzake mensenrechten en democratie 2020-2024 ’ (JOIN (2020)5) .

(13)

NDICI-verordening (artikel 17).

(14)

De samenwerking tussen het EOM en de partners van het Zuidelijk Nabuurschap moet ook worden bevorderd door werkafspraken te maken.

(15)

“EU-Genderactieplan (GAP) III” (JOIN (2020)17).

(16)

Met inbegrip van discriminatie op grond van geslacht, ras of etnische afstamming, godsdienst of overtuiging, handicap, leeftijd of seksuele gerichtheid.

(17)

Inperkingsmaatregelen die het vervoer en de economische activiteit aan banden leggen, hadden een brede impact en hebben de ongelijkheden vergroot, met name voor jongeren en de meest kwetsbaren, met een stijging van werkloosheid en een daling van de groei, het handelsverkeer, de buitenlandse directe investeringen en geldzendingen. De kosten van de pandemie voor de overheidsfinanciën hebben de inspanningen inzake begrotingsconsolidatie ondermijnd en de socialebeschermingsstelsels onder druk gezet.

(18)

Bijna 25 % van de huidige totale EU-portefeuille begrotingssteun gaat naar het Zuidelijk Nabuurschap.

(19)

Gewoonlijk gedefinieerd als de begrotingsruimte die een regering in staat stelt middelen beschikbaar te stellen voor publieke doeleinden zonder de houdbaarheid van de begroting te ondermijnen.

(20)

Volgens het rapport van de Wereldbank Doing Business (2019) bedraagt het regionale gemiddelde in het Midden-Oosten en Noord-Afrika 58,30 op 100 (112ste op de ranglijst).

(21)

De beleidsdialoog over de hervormingen die worden ondersteund door middel van prestatiecontracten voor sectorale hervormingen zal het mogelijk maken de risico’s die inherent zijn aan de financiële steun van de EU, te beperken en te streven naar synergieën met aanvullende instrumenten zoals blending en investeringen.

(22)

Met deze inspanningen wordt de inventaris opgemaakt van de ministeriële verklaring van de Unie voor het Middellandse Zeegebied over duurzame blauwe economie (2 februari 2021) en van de werkzaamheden die zijn verricht in het kader van het EU-initiatief voor de duurzame ontwikkeling van de blauwe economie in het westelijke Middellandse Zeegebied (WestMED-initiatief) https://ufmsecretariat.org/wp-content/uploads/2021/02/Declaration-UfM-Blue-Economy-EN-1.pdf

(23)

Deze ecosystemen bestaan uit alle spelers die in een waardeketen actief zijn: van de kleinste start-ups tot de grootste bedrijven, van wetenschappers tot onderzoekers, van dienstverleners tot leveranciers.

(24)

“Een nieuwe industriestrategie voor Europa” (COM(2020) 102) .

(25)

Kmo’s in de regio dragen bij tot meer dan 2/3 van de totale formele werkgelegenheid.

(26)

Horizon Europa zal internationale samenwerking tussen onderzoekers en bedrijven in de EU en de rest van de wereld blijven ondersteunen, onder meer in het kader van wetenschapsdiplomatie.

(27)

“Strategie voor duurzame en slimme mobiliteit” (COM(2020) 789) .

(28)

Ministeriële verklaring van de ministers van Werkgelegenheid en Arbeid van de Unie voor het Middellandse Zeegebied, Cascais, april 2019.

(29)

Volgens schattingen van de IAO gingen in het tweede kwartaal van 2020 17 miljoen voltijdbanen verloren ten opzichte van het laatste kwartaal van 2019.

(30)

In IAO-aanbeveling nr. 204 betreffende de overgang van de informele naar de formele economie wordt de “informele economie” omschreven met een verwijzing naar alle economische activiteiten van werknemers en economische eenheden die - de jure of de facto - niet of onvoldoende gedekt zijn door formele regelingen.

(31)

www.addistaxinitiative.net/about">Het Addis Tax Initiative (ATI) is een partnerschap met meerdere belanghebbenden dat tot doel heeft de mobilisering van binnenlandse inkomsten (DRM) in partnerlanden te bevorderen.

(32)

“Een kmo-strategie voor een duurzaam en digitaal Europa” (COM(2020) 103) .

(33)

“Uitrol van beveiligde 5G in de EU – uitvoering van de EU-toolbox” (COM (2020) 50) . In de mededeling over de EU-toolbox inzake 5G-cyberbeveiliging verbindt de EU zich ertoe de beginselen van de toolbox toe te passen om de veilige uitrol van breedbandinfrastructuur te waarborgen, niet alleen in de EU, maar ook in alle externe projecten die EU-financiering gebruiken, onder meer via IFI’s zoals de EIB.

(34)

Hierbij kan de EU voortbouwen op het partnerschap tussen de EU en de VN op het gebied van crisisbeheersing, haar dialoog en samenwerking met de LAS, het partnerschap tussen de VN, de EU en de AU, en samenwerken overeenkomstig het memorandum van overeenstemming tussen de Afrikaanse Unie en de Europese Unie inzake vrede, veiligheid en goed bestuur.

(35)

“EU-strategie voor de veiligheidsunie” (COM(2020) 605) .

(36)

www.hcch.net/en/home/">https://www.hcch.net/en/home/

(37)

www.nato.int/cps/en/natohq/official_texts_133163">https://www.nato.int/cps/en/natohq/official_texts_133163 www.nato.int/cps/en/natohq/official_texts_156626">https://www.nato.int/cps/en/natohq/official_texts_156626

(38)

www.euneighbours.eu/fr/south/stay-informed">PPRD Sud III – “Prévention, Préparation et Réponse aux catastrophes naturelles et d’origine humaine dans les pays partenaires du Moyen-Orient et d’Afrique du Nord” (“Preventie van, paraatheid voor en reactie op natuurrampen en door de mens veroorzaakte rampen in de partnerlanden in het Midden-Oosten en Noord-Afrika”).

(39)

Op de conferentie voor de bestrijding van mensensmokkel die op 13 juli 2020 door Italië werd georganiseerd en waaraan de EU en belangrijke partners uit Afrika deelnamen, is overeengekomen de mensensmokkel gezamenlijk aan te pakken.

(40)

https://www.jvapfollowup.org/jvap/

(41)

https://www.khartoumprocess.net/

(42)

https://www.rabat-process.org/fr/

(43)

Het NDICI omvat een doelstelling van 10 % voor migratie-gerelateerde acties.

(44)

Bijvoorbeeld het regionale platform van de Unie voor het Middellandse Zeegebied dat de klimaatverandering en hernieuwbare energie als belangrijkste prioriteiten voor samenwerking in de komende jaren heeft aangemerkt.

(45)

Internationaal platform inzake duurzame financiering .

(46)

In het mediterrane masterplan van 2020 voor de koppeling van elektrische netwerken worden 15 mogelijke koppelingsprojecten aangemerkt en de kosten en baten ervan geanalyseerd.

(47)

www.fao.org/gfcm/about/en/

(48)

“Van boer tot bord”-strategie (COM(2020) 381) .

(49)

Gezamenlijke documenten, partnerschapsprioriteiten e.d. zijn documenten die gezamenlijk overeengekomen politieke en economische hervormingsagenda’s en daarmee verband houdende uitvoeringsinstrumenten vaststellen. Gezamenlijke documenten zullen ook in het kader van het meerjarig financieel kader van de EU voor de periode 2021-2027 het raamwerk blijven vormen voor de externe bijstand.

(50)

Voortbouwend op het gezamenlijk actieplan tegen desinformatie (5 december 2018), het actieplan voor de Europese democratie ( COM(2020) 790 ) en de ervaringen met de COVID-19-pandemie zullen de strategische communicatie-inspanningen van de EU gegrondvest zijn op de Europese waarden en beginselen.