Toelichting bij COM(2021)154 - Ondertekening van de Euro-mediterrane luchtvaartovereenkomst met Tunesië

Dit is een beperkte versie

U kijkt naar een beperkte versie van dit dossier in de EU Monitor.

1. ACHTERGROND VAN HET VOORSTEL

Motivering en doel van het voorstel

De Euro-mediterrane luchtvaartovereenkomst tussen de Europese Unie en haar lidstaten en de Republiek Tunesië is tot stand gekomen na onderhandelingen die door de Commissie zijn gevoerd op basis van het op 9 december 2008 door de Raad verleende mandaat.

De luchtdiensten tussen de EU en Tunesië worden momenteel geëxploiteerd op basis van bilaterale overeenkomsten tussen afzonderlijke lidstaten en Tunesië.

In het kader van het externe luchtvaartbeleid van de EU wordt met buurlanden onderhandeld over uitgebreide overeenkomsten voor luchtdiensten, voor zover is aangetoond dat dergelijke overeenkomsten een toegevoegde waarde hebben en economische voordelen opleveren. De overeenkomst heeft met name tot doel:

- de markten geleidelijk en wederzijds open te stellen, voor wat de toegang tot routes en capaciteit betreft;

- te zorgen voor convergentie en effectieve naleving van de luchtvaartgerelateerde EU-regelgeving door Tunesië; en

- non-discriminatie en een gelijk speelveld voor ondernemingen tot stand te brengen.

Algemene context

Het algemene doel van de onderhandelingsrichtsnoeren was te onderhandelen over een uitgebreide luchtvervoersovereenkomst, teneinde de toegang tot elkaars markten geleidelijk en wederzijds te liberaliseren en te zorgen voor overeenstemming van de regelgeving en effectieve toepassing van de EU-voorschriften en -normen.

Op 11 december 2017 hebben beide partijen een ontwerpovereenkomst met Tunesië geparafeerd, overeenkomstig de onderhandelingsrichtsnoeren.


Samenhang met de huidige bepalingen op dit beleidsgebied

De sluiting van een Euro-mediterrane luchtvaartovereenkomst met Tunesië is een belangrijke stap in de ontwikkeling van het externe luchtvaartbeleid van de EU en een cruciaal onderdeel van het nabuurschapsbeleid van de EU en de totstandbrenging van een grotere Europese gemeenschappelijke luchtvaartruimte, zoals omschreven in Mededeling COM(2005) 79 van de Commissie 'Ontwikkeling van de agenda voor het externe luchtvaartbeleid van de Gemeenschap' en Mededeling COM(2012) 556 final van de Commissie "Het externe luchtvaartbeleid van de EU — De aanpak van toekomstige uitdagingen".

Samenhang met bestaande bepalingen op het door het voorstel bestreken gebied

De bepalingen van de overeenkomst hebben voorrang op de relevante bepalingen van de bestaande bilaterale overeenkomsten voor luchtdiensten tussen lidstaten en de Republiek Tunesië. Het is echter toegestaan bestaande verkeersrechten die voortvloeien uit deze bilaterale overeenkomsten en die niet onder de onderhavige overeenkomst vallen, verder te blijven uitoefenen voor zover dit geen aanleiding geeft tot discriminatie tussen de lidstaten en hun onderdanen.


2. RECHTSGRONDSLAG, SUBSIDIARITEIT EN EVENREDIGHEID

Rechtsgrondslag

Artikel 100, lid 2, en artikel 218, lid 5, van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie.

Subsidiariteit (bij niet-exclusieve bevoegdheid)

De bepalingen van de overeenkomst hebben voorrang op de relevante bepalingen van de bestaande regelingen van individuele lidstaten. De overeenkomst creëert gelijke en uniforme voorwaarden voor markttoegang voor alle EU-luchtvaartmaatschappijen tegelijk en voert nieuwe regelingen in voor regelgevende samenwerking en convergentie tussen de Europese Unie en Tunesië op gebieden die van essentieel belang zijn voor de veilige, beveiligde en efficiënte exploitatie van luchtdiensten. Deze regelingen zijn alleen mogelijk op EU-niveau, omdat het hier gaat om een aantal gebieden waarvoor uitsluitend de Unie bevoegd is.

De doelstellingen van het voorstel kunnen om de volgende redenen beter door een optreden van de Unie worden verwezenlijkt.

De overeenkomst voorziet in de gelijktijdige uitbreiding van haar bepalingen tot de 27 lidstaten, waarbij dezelfde regels zonder onderscheid van toepassing zijn op en ten goede komen aan alle EU-luchtvaartmaatschappijen, ongeacht hun land van herkomst. De luchtvaartmaatschappijen zullen vrij vluchten kunnen uitvoeren van ieder punt in de Europese Unie naar ieder punt in Tunesië, hetgeen nu niet het geval is.

Door de geleidelijke opheffing van markttoegangsbeperkingen tussen de EU en Tunesië zullen niet alleen nieuwe spelers op de markt komen en kansen ontstaan om naar onvoldoende bediende luchthavens te vliegen, maar zal ook de consolidatie tussen EU-luchtvaartmaatschappijen worden bevorderd.

De overeenkomst zorgt ervoor dat alle EU-luchtvaartmaatschappijen toegang hebben tot commerciële opportuniteiten, bijvoorbeeld op het gebied van grondafhandeling, codesharing en intermodaliteit, en de mogelijkheid hebben om vrij prijzen vast te stellen.

Evenredigheid

Er wordt een gemengd comité opgericht voor het bespreken van kwesties met betrekking tot de tenuitvoerlegging van de overeenkomst. Dat comité zal overleg over nieuwe initiatieven of ontwikkelingen op het gebied van wet- en regelgeving aanmoedigen en mogelijke gebieden voor verdere uitbreiding van de overeenkomst bekijken. Het gemengd comité wordt samengesteld uit vertegenwoordigers van de Commissie en de lidstaten.

De lidstaten blijven hun traditionele administratieve taken met betrekking tot internationaal luchtvervoer uitvoeren, maar in het kader van gemeenschappelijke regels die uniform worden toegepast.

Keuze van het instrument

Externe luchtvaartbetrekkingen kunnen alleen kracht worden bijgezet door internationale overeenkomsten.

3. RESULTATEN VAN EX-POSTEVALUATIES, RAADPLEGING VAN BELANGHEBBENDEN EN EFFECTBEOORDELING

Ex-postevaluaties/geschiktheidscontroles van bestaande wetgeving

Niet van toepassing.

Raadpleging van belanghebbenden

De Commissie heeft de onderhandelingen gevoerd in overleg met een bijzonder comité, overeenkomstig artikel 218, lid 4, VWEU (Overlegforum). Ook de sector is tijdens de onderhandelingen geraadpleegd.

Er is rekening gehouden met de opmerkingen die tijdens deze procedure zijn gemaakt. De betrokken lidstaten hebben de juistheid van de vermelde bilaterale overeenkomsten voor luchtdiensten geverifieerd. De sector heeft het belang van een solide rechtsgrondslag voor zijn commerciële activiteiten beklemtoond.

Bijeenbrengen en gebruik van expertise

Niet van toepassing.

Effectbeoordeling

Niet van toepassing.

Resultaatgerichtheid en vereenvoudiging

Niet van toepassing.

Grondrechten

Niet van toepassing.

4. GEVOLGEN VOOR DE BEGROTING

Het voorstel heeft geen gevolgen voor de begroting van de Unie.

5. OVERIGE ELEMENTEN

Samenvatting van de voorgestelde overeenkomst

De overeenkomst bestaat uit de hoofdtekst, waarin de kernbeginselen zijn uiteengezet, en drie bijlagen: bijlage I inzake overgangsbepalingen, bijlage I bis inzake overgangsbepalingen met betrekking tot de internationale luchthaven Tunis Carthage, en bijlage II inzake de EU-regels die van toepassing zijn op de burgerluchtvaart.

Sinds 1 januari 2021 is de Uniewetgeving niet langer van toepassing op het Verenigd Koninkrijk. Daarom zijn, in overleg met Tunesië, alle verwijzingen naar het Verenigd Koninkrijk uit de geparafeerde tekst geschrapt en is een territoriale standaardbepaling in die tekst opgenomen.