Toelichting bij COM(2021)212 - Globaliseringsfonds aanvraag van België - EGF/2020/005 BE/Swissport

Dit is een beperkte versie

U kijkt naar een beperkte versie van dit dossier in de EU Monitor.

ACHTERGROND VAN HET VOORSTEL

1. De regels die van toepassing zijn op de financiële bijdragen uit het Europees Fonds voor aanpassing aan de globalisering (EFG) zijn vastgesteld in Verordening (EU) nr. 1309/2013 van het Europees Parlement en de Raad van 17 december 2013 betreffende het Europees Fonds voor aanpassing aan de globalisering (2014‑2020) en tot intrekking van Verordening (EG) nr. 1927/2006 1 (“de EFG-verordening”) 2 .

2. Op 22 december 2020 heeft België aanvraag EGF/2020/005 BE/Swissport ingediend voor een financiële bijdrage uit het EFG naar aanleiding van ontslagen 3 bij Swissport Belgium 4 in België.

3. Na de aanvraag te hebben beoordeeld, heeft de Commissie overeenkomstig alle toepasselijke bepalingen van de EFG-verordening geconcludeerd dat aan de voorwaarden voor het toekennen van een financiële bijdrage uit het EFG is voldaan.

1.

Samenvatting


VAN DE AANVRAAG


EFG-aanvraagEGF/2020/005 BE/Swissport
LidstaatBelgië
Datum van de indiening van de aanvraag22 december 2020
Datum van de bevestiging van de ontvangst van de aanvraag22 december 2020
Datum van het verzoek om aanvullende gegevens5 januari 2021
Uiterste datum voor het verstrekken van de aanvullende gegevens16 februari 2021
Uiterste datum voor de voltooiing van de beoordeling11 mei 2021
Criterium voor steunverleningArtikel 4, lid 1, punt a), van de EFG-verordening

Primaire onderneming
Swissport Belgium

Aantal betrokken ondernemingen
1
Economische sector(en)

(NACE Rev. 2-afdeling) 5
Afdeling 52 (Opslag en vervoerondersteunende activiteiten)

Afdeling 81 (Diensten in verband met gebouwen; landschapsverzorging) 6
Referentieperiode (vier maanden):9 juni 2020 – 9 oktober 2020
Aantal ontslagen tijdens de referentieperiode (a)1 468
Aantal ontslagen voor of na de referentieperiode (b)0
Totaal aantal ontslagen (a + b)1 468
Totaal aantal in aanmerking komende begunstigden1 468
Totaal aantal beoogde begunstigden1 468
Begroting voor individuele dienstverlening (EUR)5 977 108
Begroting voor de uitvoering van het EFG 7 (EUR)221 600
Totale begroting (EUR)6 198 708
EFG-bijdrage (60 %) (EUR)3 719 224

BEOORDELING VAN DE AANVRAAG

Procedure

4. België heeft aanvraag EGF/2020/005 BE/Swissport ingediend op 22 december 2020, binnen twaalf weken na de datum waarop aan de in artikel 4 van de EFG-verordening vermelde criteria voor steunverlening was voldaan. De Commissie heeft de ontvangst van de aanvraag nog op dezelfde dag bevestigd, en heeft België op 5 januari 2021 om aanvullende gegevens verzocht. Die aanvullende gegevens werden verstrekt binnen zes weken na dit verzoek. De termijn van twaalf weken na de ontvangst van de volledige aanvraag binnen welke de Commissie moet beoordelen of de aanvraag voldoet aan de voorwaarden voor het verlenen van een financiële bijdrage, loopt af op 11 mei 2021.

Subsidiabiliteit van de aanvraag

2.

Betrokken ondernemingen en begunstigden


5. De aanvraag betreft 1 468 werknemers die bij Swissport Belgium werden ontslagen. De ontslagen hebben repercussies in geheel België.

6. België heeft de aanvraag ingediend op grond van de criteria voor steunverlening van artikel 4, lid 1, punt a), van de EFG-verordening, die vereisen dat binnen een referentieperiode van vier maanden in een onderneming in een lidstaat ten minste 500 werknemers gedwongen zijn ontslagen, met inbegrip van werknemers die gedwongen zijn ontslagen bij leveranciers en downstreamproducenten, en/of van zelfstandigen die hun werkzaamheden hebben beëindigd.

7. De referentieperiode van vier maanden loopt van 9 juni 2020 tot en met 9 oktober 2020.

8. Tijdens de referentieperiode werden 1 468 werknemers gedwongen ontslagen bij Swissport Belgium.

3.

Berekening van het aantal ontslagen en beëindigingen van de werkzaamheden


9. Alle ontslagen tijdens de referentieperiode werden berekend vanaf de datum van de individuele kennisgeving door de werkgever dat de arbeidsovereenkomst van de betrokken werknemer tijdelijk of definitief wordt beëindigd.

4.

In aanmerking komende begunstigden


10. In totaal komen 1 468 werknemers in aanmerking.

5.

Verband tussen de ontslagen en een wereldwijde financiële en economische crisis


11. Op 11 maart 2020 heeft de Wereldgezondheidsorganisatie de COVID‑19-uitbraak als pandemie aangemerkt. Op 27 mei 2020 heeft de Commissie in haar mededeling “De EU-begroting als drijvende kracht achter het herstelplan voor Europa” 8 verklaard dat de pandemie heeft geleid tot een economische crisis, en een herstelplan voor de economie uiteengezet. Hierdoor kan het EFG als reactief noodinstrument bijstand verlenen aan mensen die als gevolg van een wereldwijde financiële en economische crisis hun baan hebben verloren.

12. De pandemie heeft in de eerste helft van 2020 de diepste recessie in de geschiedenis van de EU veroorzaakt. Volgens de Europese (tussentijdse) economische winterprognose 2021 9 van de Commissie zou het bbp van de EU krimpen met ongeveer 6,3 % in 2020 en weer stijgen met 3,7 % in 2021 en met 3,9 % in 2022.

13. Om de COVID‑19-pandemie in te dammen, is België op 18 maart 2020 in lockdown gegaan. De luchtvaartmaatschappijen en ondernemingen die actief zijn op Brussels Airport ondervonden onmiddellijke gevolgen hiervan. In de eerste week van de lockdown (16‑22 maart) daalde het aantal vluchten op deze luchthaven tot slechts 578, een daling met 58 % ten opzichte van januari 2020. In de loop van de daaropvolgende weken zijn de bewegingen van passagiersvliegtuigen op de luchthaven bijna volledig stopgezet, met uitzondering van een beperkt aantal repatriërings-, medische nood- of diplomatieke vluchten.

14. In totaal daalde in 2020 het internationale passagiersverkeer met 60 % ten opzichte van 2019 (van 4,5 miljard tot 1,8 miljard passagiers) en werd wereldwijd 50 % van de vliegtuigen aan de grond gehouden 10 .

15. In haar verslag aan het Europees Parlement en de Raad over gemeenschappelijke regels voor de exploitatie van luchtdiensten in het licht van de COVID‑19-pandemie 11 erkende de Commissie dat de grondafhandelingsdiensten zwaar waren getroffen en dat er een reëel risico bestond dat in de loop van 2021 nog meer faillissementen bij verleners van grondafhandelingsdiensten zouden plaatsvinden.

16. Swissport Belgium, een van de twee grondafhandelaars van de luchthaven, was verantwoordelijk voor 60 % van de afhandelings- en schoonmaakdiensten op de luchthaven. Toen de pandemie toesloeg was Swissport België succesvol een herstelplan aan het uitvoeren: in het vierde kwartaal van 2019 steeg de totale omzet met 5,8 % ten opzichte van het vierde kwartaal van 2018. Op zijn vergadering van de raad van bestuur van 20 februari 2020 presenteerde Swissport een voorzien omzetverlies van 4,5 miljoen EUR voor 2020, wat neerkomt op een vermindering van de verliezen met 37 % ten opzichte van 2019.

17. In mei 2020 was het echter duidelijk dat het lang zou duren voordat het luchtvervoer en de luchthavenactiviteiten weer normaal zouden worden. Swissport Belgium schatte volgens de eigen prognoses van zijn klanten met betrekking tot de heropstart dat zijn activiteitenniveau eind 2020 ongeveer 40 % van dat van vóór de pandemie zou bedragen en in 2021 waarschijnlijk niet meer dan 70‑80 % 12 . Na drie maanden inactiviteit kende Swissport een tekort aan liquiditeit en heeft het het faillissement aangevraagd. De ondernemingsrechtbank van Brussel heeft op 9 juni 2020 het faillissement uitgesproken van het bedrijf, een week voor de geplande herstart van Europese vluchten op Brussels Airport, met 60 bestemmingen die door 20 luchtvaartmaatschappijen werden bediend 13 .

18. Aviapartner Belgium, de andere grondafhandelaar van de luchthaven, verkeerde ook in grote moeilijkheden en kende een gebrek aan liquiditeit als gevolg van de inactiviteit door de pandemie, met een daling van zijn inkomsten met 95 % ten opzichte van die van vóór de pandemie. Om te voorkomen dat Aviapartner failliet zou gaan en de luchthaven over geen enkele grondafhandelaar meer zou beschikken, heeft de Belgische ministerraad hieraan, acht dagen nadat Swissport Belgium failliet was gegaan, via de Federale Participatie- en Investeringsmaatschappij (SFPI‑FPIM) 14 een convertibele lening van maximaal 25 miljoen EUR toegekend. Zonder grondafhandelaars zouden geen passagiers- en vrachtvluchten kunnen opstijgen of landen op de luchthaven. Dankzij de lening kon Aviapartner overeind blijven, zodat de activiteiten op de luchthaven na de lockdown konden worden hervat.

19. Tot op heden is voor opslag- en vervoerondersteunende activiteiten voor de vervoersector, samen met andere sectoren, één multisectoriële EFG-aanvraag 15 ingediend op grond van de economische crisis als gevolg van de COVID‑19-pandemie.

6.

Gebeurtenissen die hebben geleid tot de ontslagen en de beëindigingen van werkzaamheden


20. Na weken waarin bijna geen gronddiensten waren verstrekt op de luchthaven, werd Swissport Belgium op 9 juni 2020 failliet verklaard. Bovendien had vanwege de grote onzekerheid over een herstel op korte termijn van het luchtvervoer van passagiers geen enkele onderneming belangstelling getoond voor de overname van de afhandelingsactiviteiten van Swissport Belgium 16 . Deze twee gerelateerde gebeurtenissen hebben geleid tot de ontslagen waarvoor deze aanvraag wordt ingediend.

7.

Verwachte gevolgen van de ontslagen voor de plaatselijke, regionale of nationale economie en werkgelegenheid


21. Volgens de Brusselse Kamer van Koophandel en de Vlaamse werkgeversorganisatie Voka 17 is Brussels Airport goed voor 24 000 directe en 40 000 indirecte banen.

22. De ontslagen bij Swissport Belgium hebben gevolgen voor werknemers die in het hele land wonen: Brussel (29 %), Vlaanderen (52 %) en Wallonië (19 %).

23. In oktober 2020 was de nationale werkloosheid, ondanks de regelingen voor werktijdverkorting, met 1,3 procentpunten gestegen tot 6,4 % ten opzichte van oktober 2019 18 . In Vlaanderen, waar Brussels Airport is gevestigd, was de werkloosheid in oktober 2020 met 1 procentpunt gestegen tot 4,4 % in vergelijking met oktober 2019. In Wallonië bedroeg de werkloosheid onder mannen 8,3 % in het derde kwartaal van 2020, bijna 2 procentpunten meer dan het nationale gemiddelde voor deze groep. De plotselinge stillegging van bepaalde sleutelsectoren (catering, toerisme, cultuur enz.) heeft met name de Brusselse arbeidsmarkt zwaar getroffen, waardoor de werkloosheid in het derde kwartaal van 2020 is gestegen tot 15 % (+ 2 procentpunt op jaarbasis) 19 .

24. Door de stijgende werkloosheid vrezen de Belgische autoriteiten dat nieuwe werkgelegenheid verschaffen aan werknemers uit kansarme groepen nog moeilijker zal zijn. Een groot deel van de voormalige werknemers van Swissport behoort tot deze categorie, aangezien zij meestal laaggeschoolde en kortgeschoolde werknemers zijn en ongeveer een derde (32,5 %) van hen ouder is dan 50 jaar. Deze groep werknemers heeft behoefte aan aanvullende begeleiding en ondersteuning bij het zoeken naar een baan, naast bij- en omscholing die is toegesneden op hun behoeften, om hun kansen op een baan te vergroten.

Beoogde begunstigden en voorgestelde acties

8.

Beoogde begunstigden


25. Naar verwachting zullen alle ontslagen werknemers aan de maatregelen deelnemen. Uitsplitsing van de werknemers naar geslacht, nationaliteit en leeftijdsgroep:

CategorieAantal beoogde begunstigden
Geslacht:Mannen:1 086(73,98 %)
Vrouwen:382(26,02 %)
Nationaliteit:EU-burgers:1 400(95,37 %)
Niet-EU-burgers:68(4,63 %)
Leeftijdsgroep:15-24 jaar:83(5,65 %)
25-29 jaar:184(12,53 %)
30-54 jaar:1 001(68,19 %)
55-64 jaar:199(13,56 %)
Ouder dan 64 jaar:1(0,07 %)

9.

Subsidiabiliteit van de voorgestelde acties


26. De individuele dienstverlening die aan de ontslagen werknemers zal worden verstrekt, bestaat uit de volgende acties:

–Informatie, hulp bij het zoeken naar een baan en beroepskeuzebegeleiding. Naast algemene en individuele informatie over maatregelen omvat dit ook profilering van werknemers, ontslagbegeleiding, actieve werkgerichte begeleiding en arbeidsbemiddeling. Er zullen ook banenbeurzen worden georganiseerd.

–Opleiding. Er zal specifieke opleiding worden aangeboden om tegemoet te komen aan de behoeften van de werknemers. Dit omvat horizontale opleidingen zoals vreemde talen en ICT en beroepsopleiding in de vaardigheden die zijn vereist voor luchthavendiensten of sectoren met een tekort aan vaardigheden.

–Opleiding op de werkplek. Dit zal worden aangeboden voor vacatures waarvoor geen geschikte kandidaten beschikbaar zijn. Na de succesvolle voltooiing van de opleiding wordt de betrokken werknemer een contract aangeboden.

–Steun bij het oprichten van een bedrijf. Met het oog op de ontwikkeling van levensvatbare bedrijfsprojecten of projecten voor zelfstandigen zullen werknemers die zich als zelfstandige willen vestigen de steun krijgen van gewestelijke organisaties. Deze steun kan betrekking hebben op planning, het uitvoeren van haalbaarheidsstudies, het opstellen van bedrijfsplannen, hulp bij het identificeren van financieringsmogelijkheden enz.

–Bijdrage voor het opstarten van een bedrijf. Werknemers die een bedrijf opstarten of een activiteit als zelfstandige beginnen, ontvangen een bijdrage van maximaal 15 000 EUR.

–Stimulansen en toelagen.

1) Toelagen voor het zoeken naar werk en opleidingen. De werknemers zullen 1 EUR per uur ontvangen voor daadwerkelijke deelname aan een opleiding of activiteiten in verband met het zoeken naar een baan.

2) Bijdrage in de reiskosten. Om regionale en interregionale mobiliteit te bevorderen, zullen werknemers die op meer dan 60 km van hun woonplaats of op een afstand van meer dan vier uur terugreis een baan nemen, een vast bedrag van 500 EUR ontvangen als zij met privé-vervoer reizen of 750 EUR als zij met het openbaar vervoer reizen.

3) Bonus voor het uitbannen van genderstereotypen. Werknemers van het minder vertegenwoordigde geslacht die opteren voor een beroepsopleiding voor banen met een belangrijk onevenwicht tussen mannen en vrouwen 20 zullen een bonus van 700 EUR krijgen, die in twee tranches wordt betaald, de ene aan het begin en de andere aan het einde van de opleiding.

4) Vergoeding voor het oprichten van een bedrijf. Werknemers zullen gedurende maximaal 12 maanden een maandelijkse bijdrage van 350 EUR ontvangen terwijl zij zich voorbereiden op de opstart van hun eigen bedrijf. Om de nieuwe zelfstandige in de eerste maanden van zijn werkzaamheden te ondersteunen, zal ook gedurende maximaal vijf maanden een bijdrage van 200 EUR beschikbaar worden gesteld.

5) Toelage om opnieuw onderwijs te volgen. Een maandelijkse toelage van 350 EUR per maand zal worden toegekend aan werknemers die gedurende ten minste één jaar voltijds een tertiaire studie aanvatten of een beroepsopleiding van ten minste drie maanden volgen om de vaardigheden te verwerven die nodig zijn voor banen waarnaar vraag is en waarvoor moeilijk mensen kunnen worden gevonden, banen die verband houden met kritieke functies 21 enz.

27. De COVID‑19-pandemie heeft geleid tot de ontwikkeling van een sanitair protocol om de uitvoering van de maatregelen te waarborgen.

28. De hier voorgestelde acties zijn actieve arbeidsmarktmaatregelen die vallen onder de in artikel 7 van de EFG-verordening vastgestelde subsidiabele acties. Deze acties komen niet in de plaats van maatregelen die gericht zijn op passieve sociale bescherming.

29. België heeft de nodige informatie verstrekt over acties waartoe het betrokken bedrijf krachtens de nationale wetgeving of collectieve arbeidsovereenkomsten verplicht is. Het heeft bevestigd dat een financiële bijdrage uit het EFG niet in de plaats zal komen van deze acties.

10.

Geraamd budget


30. De totale kosten worden op 6 198 708 EUR geraamd, met inbegrip van uitgaven ten belope van 5 977 108 EUR voor individuele dienstverlening en van 221 600 EUR voor activiteiten op het vlak van voorbereiding, beheer, voorlichting en publiciteit, controle en rapportage.

31. Van het EFG wordt in totaal een financiële bijdrage van 3 719 224 EUR (60 % van de totale kosten) gevraagd.

ActiesGeraamd aantal deelnemersGeraamde kosten per deelnemer
(EUR) 22
Geraamde totale kosten

(EUR) 23
Individuele dienstverlening (acties overeenkomstig artikel 7, lid 1, punten a) en c), van de EFG-verordening)
Informatie, hulp bij het zoeken naar een baan en beroepskeuzebegeleiding1 4682 2303 273 787
Opleiding, omscholing en beroepsopleiding6103 5342 155 437
Opleiding op de werkplek101 44014 396
Steun bij het oprichten van een bedrijf702 000139 988
Bijdrage voor het opstarten van een bedrijf1210 000120 000
Subtotaal (a)

Percentage van het pakket individuele dienstverlening
5 703 608
(95,42 %)
Toelagen en premies (acties overeenkomstig artikel 7, lid 1, punt b), van de EFG-verordening)
Stimulansen en toelagen367745273 500
Subtotaal (b)

Percentage van het pakket individuele dienstverlening
273 500
(4,58 %)
Acties overeenkomstig artikel 7, lid 4, van de EFG-verordening
1. Voorbereidende activiteiten
6 000
2. Beheer
52 420
3. Informatie en publiciteit
55 000
4. Controle en rapportage
108 180
Subtotaal (c)

Percentage van de totale kosten
221 600
(3,57 %)
Totale kosten (a + b + c)6 198 708
EFG-bijdrage (60 % van de totale kosten)3 719 224

32. De kosten van de in de bovenstaande tabel opgenomen acties die vallen onder artikel 7, lid 1, punt b), van de EFG-verordening bedragen niet meer dan 35 % van de totale kosten voor het gecoördineerde pakket individuele dienstverlening. België heeft bevestigd dat deze acties afhangen van de actieve deelname van de beoogde begunstigden aan activiteiten in verband met het zoeken van een baan en opleidingsactiviteiten.

33. België heeft bevestigd dat de investeringskosten voor wie zich als zelfstandige vestigt of een eigen bedrijf opricht, en voor overnames door werknemers niet meer dan 15 000 EUR per begunstigde zullen bedragen.

11.

Periode waarbinnen de uitgaven subsidiabel zijn


34. België heeft de beoogde begunstigden met ingang van 9 juni 2020 individuele dienstverlening verstrekt. De uitgaven voor de acties zullen bijgevolg van 9 juni 2020 tot en met 22 december 2022 voor een financiële bijdrage uit het EFG in aanmerking komen.

35. Op 10 juni 2020 heeft België de eerste administratieve uitgaven gedaan met het oog op de uitvoering van het EFG. De uitgaven voor activiteiten op het vlak van voorbereiding, beheer, voorlichting, publiciteit, controle en rapportage zullen bijgevolg van 10 juni 2020 tot en met 22 juni 2023 voor een financiële bijdrage uit het EFG in aanmerking komen.

12.

Complementariteit met acties die door nationale of EU-fondsen worden gefinancierd


36. De bronnen van de nationale voorfinanciering of medefinanciering zijn middelen van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest, het Vlaams Gewest en het Waals Gewest.

37. België heeft bevestigd dat de hierboven beschreven maatregelen die een financiële bijdrage uit het EFG ontvangen, niet ook financiële steun van andere financiële instrumenten van de Unie zullen ontvangen.

13.

Procedures voor het overleg met de beoogde begunstigden, hun vertegenwoordigers of de sociale partners, alsook plaatselijke en regionale autoriteiten


38. België heeft aangegeven dat het gecoördineerde pakket individuele dienstverlening in overleg met de vertegenwoordigers van de werknemers en de sociale partners tijdens vergaderingen van 3 en 19 november 2020 is samengesteld. De Belgische autoriteiten hebben ook een ontmoeting gehad met Aviato vzw, een arbeidsbureau op Brussels Airport voor werkzoekenden en werkgevers. Aviato is als specialist in de luchtvaartsector geraadpleegd over de meest geschikte aan de ontslagen werknemers aan te bieden bij- en omscholingscursussen.

39. De gewestelijke autoriteiten van Vlaanderen, Wallonië en Brussel zijn de initiatiefnemers van deze aanvraag. Synerjob, de intergewestelijke samenwerkingsstructuur voor de drie Belgische diensten voor arbeidsvoorziening 24 , zorgt voor meer samenhang in de voorgestelde acties.

Beheers- en controlesystemen

40. De aanvraag bevat een beschrijving van de beheers- en controlesystemen, waarin de verantwoordelijkheden van de betrokken instanties zijn vastgesteld. België heeft de Commissie ervan in kennis gesteld dat de financiële bijdrage door dezelfde instanties wordt beheerd en gecontroleerd die ook het Europees Sociaal Fonds beheren en controleren in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest, het Vlaams Gewest en het Waals Gewest.

Toezeggingen door de betrokken lidstaat

41. België heeft op de volgende punten de nodige garanties geboden:

–de beginselen van gelijke behandeling en non-discriminatie zullen worden gerespecteerd wat de toegang tot de voorgestelde acties en de uitvoering ervan betreft;

–er is voldaan aan de voorschriften van de nationale en EU‑wetgeving betreffende collectieve ontslagen;

–de voorgestelde acties zullen geen financiële steun ontvangen van andere fondsen of financiële instrumenten van de Unie, en dubbele financiering zal worden voorkomen;

–de voorgestelde acties zullen complementair zijn met acties die door de structuurfondsen worden gefinancierd;

–de financiële bijdrage uit het EFG zal voldoen aan de procedurele en materiële EU‑regels inzake overheidssteun.

GEVOLGEN VOOR DE BEGROTING

Begrotingsvoorstel

42. Krachtens artikel 8, lid 1, van Verordening (EU, Euratom) 2020/2093 van de Raad van 17 december 2020 tot bepaling van het meerjarig financieel kader voor de jaren 2021‑2027 25 mag het EFG het jaarlijks maximumbedrag van 186 miljoen EUR (prijzen van 2018) niet overschrijden.

43. Na de aanvraag te hebben onderzocht op de voorwaarden van artikel 13, lid 1, van de EFG-verordening, en rekening houdend met het aantal beoogde begunstigden, de voorgestelde acties en de geraamde kosten, stelt de Commissie voor om uit het EFG een bedrag van 3 719 224 EUR beschikbaar te stellen, hetgeen overeenstemt met 60 % van de totale kosten van de voorgestelde acties, teneinde een financiële bijdrage te leveren aan de aanvraag.

44. Overeenkomstig punt 9 van het Interinstitutioneel Akkoord van 16 december 2020 tussen het Europees Parlement, de Raad van de Europese Unie en de Europese Commissie betreffende de begrotingsdiscipline, de samenwerking in begrotingszaken en een goed financieel beheer, alsmede betreffende nieuwe eigen middelen, met inbegrip van een routekaart voor de invoering van nieuwe eigen middelen 26 , zal het voorgestelde besluit om middelen uit het EFG beschikbaar te stellen gezamenlijk door het Europees Parlement en de Raad worden genomen.

Met dit besluit samenhangende handelingen

45. Samen met dit voorstel voor een besluit om middelen uit het EFG beschikbaar te stellen, dient de Commissie bij het Europees Parlement en de Raad een voorstel in voor een overschrijving van 3 719 224 EUR naar het desbetreffende begrotingsonderdeel.

46. Wanneer de Commissie dit voorstel voor een besluit om middelen uit het EFG beschikbaar te stellen goedkeurt, zal zij aan de hand van een uitvoeringshandeling tegelijkertijd een besluit over een financiële bijdrage vaststellen dat in werking zal treden op de datum waarop het Europees Parlement en de Raad het voorgestelde besluit om middelen uit het EFG beschikbaar te stellen, vaststellen.