Toelichting bij COM(2021)227 - Globaliseringsfonds aanvraag van Finland - EGF/2020/007 FI/Finnair

Dit is een beperkte versie

U kijkt naar een beperkte versie van dit dossier in de EU Monitor.

ACHTERGROND VAN HET VOORSTEL

1. De regels die van toepassing zijn op de financiële bijdragen uit het Europees Fonds voor aanpassing aan de globalisering (EFG) zijn vastgesteld in Verordening (EU) nr. 1309/2013 van het Europees Parlement en de Raad van 17 december 2013 betreffende het Europees Fonds voor aanpassing aan de globalisering (2014‑2020) en tot intrekking van Verordening (EG) nr. 1927/2006 1 (“de EFG-verordening”) 2 .

2. Op 30 december 2020 heeft Finland aanvraag EGF/2020/007 FI/Finnair ingediend voor een financiële bijdrage uit het EFG naar aanleiding van ontslagen 3 bij Finnair Oyj en één onderaannemer 4 in Finland.

3. Na de aanvraag te hebben beoordeeld, heeft de Commissie overeenkomstig alle toepasselijke bepalingen van de EFG-verordening geconcludeerd dat aan de voorwaarden voor het toekennen van een financiële bijdrage uit het EFG is voldaan.

1.

Samenvatting


VAN DE AANVRAAG


EFG-aanvraagEGF/2020/007 FI/Finnair
LidstaatFinland
Betrokken regio(’s) (NUTS-niveau 2 5 )Helsinki-Uusimaa (FI1B)
Datum waarop de aanvraag is ingediend30 december 2020
Datum van de bevestiging van de ontvangst van de aanvraag30 december 2020
Datum van het verzoek om aanvullende gegevens13 januari 2021
Uiterste datum voor het verstrekken van de aanvullende informatie24 februari 2021
Uiterste datum voor de voltooiing van de beoordeling19 mei 2021
Criterium voor steunverleningArtikel 4, lid 1, punt a), van de EFG-verordening

Primaire onderneming
Finnair Oyj

Aantal betrokken ondernemingen
1
Economische sector(en)

(NACE Rev. 2-afdeling) 6
Afdeling 51 (luchtvervoer)

Aantal dochterondernemingen, leveranciers en downstreamproducenten1
Referentieperiode (vier maanden):25 augustus 2020 – 25 december 2020
Aantal ontslagen tijdens de referentieperiode (a)508
Aantal ontslagen vóór of na de referentieperiode (b)0
Totaal aantal ontslagen (a + b)508
Totaal aantal in aanmerking komende begunstigden508
Totaal aantal beoogde begunstigden500
Aantal beoogde NEET’s (jongeren die geen werk hebben en evenmin onderwijs of een opleiding volgen)0
Budget voor gepersonaliseerde diensten (EUR)2 730 600
Budget voor de implementatie van het EFG 7 (EUR)190 000
Totaal budget (EUR)2 920 600
EFG-bijdrage (60 %) (EUR)1 752 360

BEOORDELING VAN DE AANVRAAG

Procedure

4. Finland heeft aanvraag EGF/2020/007 FI/Finnair op 30 december 2020 ingediend, d.w.z. binnen twaalf weken na de datum waarop aan de in artikel 4 van de EFG-verordening vermelde criteria voor steunverlening was voldaan. De Commissie heeft de ontvangst van de aanvraag op dezelfde dag bevestigd en Finland op 13 januari 2021 om aanvullende informatie verzocht. De aanvullende informatie werd binnen zes weken na het verzoek verstrekt. De termijn van twaalf weken na de ontvangst van de volledige aanvraag, waarbinnen de Commissie moet beoordelen of de aanvraag voldoet aan de voorwaarden voor het verlenen van een financiële bijdrage, loopt op 19 mei 2021 af.

Subsidiabiliteit van de aanvraag

2.

Betrokken ondernemingen en begunstigden


5. De aanvraag heeft betrekking op 508 ontslagen werknemers bij Finnair Oyj en één onderaannemer. Finnair is actief in de economische sector die is ingedeeld in NACE Rev. 2-afdeling 51 (luchtvervoer). De ontslagen vielen in de regio van NUTS-niveau 2 Helsinki-Uusimaa (FI1B).

Ondernemingen en aantal ontslagen
Finnair504
Hub Logistics Finland Oy4
Totaal aantal ondernemingen: 2Totaal aantal ontslagen: 508

3.

Criteria voor steunverlening


6. Finland heeft de aanvraag ingediend op grond van de criteria voor steunverlening van artikel 4, lid 1, punt a), van de EFG-verordening, die vereisen dat binnen een referentieperiode van vier maanden ten minste 500 werknemers in een onderneming in een lidstaat gedwongen zijn ontslagen, met inbegrip van werknemers die gedwongen zijn ontslagen bij leveranciers en downstreamproducenten, en/of van zelfstandigen die hun werkzaamheden hebben beëindigd.

7. De referentieperiode van vier maanden voor de aanvraag loopt van 25 augustus 2020 tot en met 25 december 2020.

8. Tijdens de referentieperiode vielen de volgende ontslagen:

–504 werknemers zijn ontslagen bij Finnair

–4 werknemers zijn ontslagen bij de onderaannemer van Finnair

4.

Berekening van het aantal ontslagen en beëindigingen van werkzaamheden


9. De ontslagen tijdens de referentieperiode zijn als volgt berekend:

–504 ontslagen sinds de datum waarop de werkgever overeenkomstig artikel 3, lid 1, van Richtlijn 98/59/EG van de Raad 8 de bevoegde overheidsinstantie schriftelijk in kennis heeft gesteld van het voorgenomen collectief ontslag. Finland heeft vóór de datum van de voltooiing van de beoordeling door de Commissie bevestigd dat deze 504 ontslagen werkelijk hebben plaatsgevonden.

–4 ontslagen sinds de datum van de individuele kennisgeving door de werkgever dat de arbeidsovereenkomst van de betrokken werknemer tijdelijk of definitief wordt beëindigd.

5.

In aanmerking komende begunstigden


10. In totaal komen bijgevolg 508 werknemers in aanmerking.

6.

Verband tussen de ontslagen en een wereldwijde financiële en economische crisis


11. Op 11 maart 2020 heeft de Wereldgezondheidsorganisatie (WHO) COVID‑19 tot wereldwijde pandemie verklaard. Op 27 mei 2020 heeft de Europese Commissie in haar mededeling “De EU-begroting als drijvende kracht achter het herstelplan voor Europa” 9 verklaard dat de gezondheidscrisis heeft geleid tot een economische crisis. In de mededeling werd ook een herstelplan voor de economie beschreven. Het EFG als noodinstrument voor bijstand aan mensen die hun baan hebben verloren als gevolg van de wereldwijde economische crisis, vormt een onderdeel van dit plan.

12. De pandemie heeft de diepste recessie in de geschiedenis van de EU veroorzaakt. Volgens de Europese economische winterprognose 2021 van de Commissie 10 is het bbp van de EU in 2020 met 6,3 % gekrompen en zal het naar verwachting in 2021 en 2022 opnieuw met respectievelijk 3,7 % en 3,9 % stijgen.

13. De COVID‑19-pandemie heeft aanzienlijke gevolgen gehad voor de luchtvaartsector als gevolg van reisbeperkingen en een dramatische daling van het aantal passagiers. De daling van het aantal passagiers heeft de inkomsten van de luchtvaartmaatschappijen enorm doen dalen en veel luchtvaartmaatschappijen gedwongen werknemers te ontslaan of het faillissement aan te vragen. In april 2020 daalde het internationale passagiersverkeer met 98,9 % vergeleken met april 2019 en wereldwijd werd 64 % van alle vliegtuigen aan de grond gehouden, de grootste krimp in de geschiedenis van de luchtvaart 11 .

14. In juni 2020 nam het aantal passagiers ietwat toe, maar het bleef aanzienlijk onder het niveau van vóór de crisis. Het aantal betaalde passagierskilometers voor de gehele bedrijfstak daalde met 86,5 % vergeleken met juni 2019 12 .

Aantal passagiers 13

Het aantal betaalde passagierskilometers voor de gehele bedrijfstak — revenue passenger kilometres of RPK’s (in miljard per maand)

Reële aantalGecorrigeerd voor seizoensinvloeden

15. Internationaal is het aantal passagiers in 2020 met 75,6 % gedaald vergeleken met 2019. De capaciteit (gemeten in beschikbare zitplaatskilometers (available seat kilometres (ASK’s)) is met 68,1 % gedaald en de passagiersbezettingsgraad (die het percentage beschikbare zitplaatscapaciteit meet dat met passagiers gevuld is) is met 19,2 procentpunten gedaald tot 62,8 % 14 .

16. Volgens de prognose van de International Air Transport Association over het wereldwijde aantal passagiers zal het 3 tot 4 jaar duren voordat de luchtvaartsector zich op het niveau van vóór de crisis herstelt 15 .

17. Tot dusver zijn vier aanvragen voor EFG-steun voor de luchtvaartsector ingediend: drie op basis van handelsgerelateerde globalisering 16 en één op grond van de economische crisis als gevolg van de COVID-19-pandemie 17 .

7.

Factoren die de ontslagen en de beëindigingen van werkzaamheden hebben veroorzaakt


18. De factoren die tot deze ontslagen hebben geleid, zijn het gevolg van de onverwachte wereldwijde economische crisis als gevolg van de COVID‑19-pandemie.

19. Volgens Finland is Finnair hard getroffen door de gevolgen van de pandemie. Vóór de uitbraak van COVID‑19 bevond Finnair zich in een sterke financiële positie. In 2019 stegen de inkomsten van Finnair met 9,2 % tot een recordhoogte van 3 097 miljoen EUR vergeleken met 2 836 miljoen EUR in 2018. Het bedrijfsresultaat bedroeg in totaal 162,8 miljoen EUR vergeleken met 256,3 miljoen EUR in 2018: een daling van 38 % als gevolg van een stijging van de brandstofkosten, de prijs van vliegtuigmaterialen en de onderhoudskosten.

20. De afgelopen tien jaar is het aantal passagiers op de luchthaven Helsinki-Vantaa aanzienlijk gestegen. Tussen 2009 en 2019 is het aantal passagiers met 58 % gestegen van 12,6 miljoen tot 21,9 miljoen. Het merendeel van de passagiers waren passagiers op internationale vluchten: 10,2 miljoen in 2009 vergeleken met 18,9 miljoen in 2019 18 . In 2019 is het aantal door Finnair vervoerde passagiers met 10,3 % gestegen tot 14 650 400 passagiers: een nieuw jaarrecord 19 .

21. Begin 2020 nam het aantal passagiers op de luchthaven Helsinki-Vantaa nog steeds toe. In januari 2020 bedroeg het aantal passagiers met bestemming China 58 % meer dan in januari 2019. In februari 2020 daalde het aantal passagiers echter drastisch met 73 % als gevolg van de epidemie. Finnair moest alle vluchten naar het Chinese vasteland en naar andere Aziatische bestemmingen respectievelijk vanaf 6 februari 2020 en 4 maart 2020 annuleren 20 . Op 13 maart 2020 beperkte de regering van de Verenigde Staten alle niet-essentiële reizen naar de VSA, zodat Finnair ook alle vluchten naar de VSA moest annuleren 21 .

22. De beperkingen zowel in Finland als in andere landen van bestemming hebben ernstige gevolgen gehad voor de activiteiten van Finnair, en vooral voor de internationale en intercontinentale vluchten. In april 2020 is het luchtverkeer op de luchthaven Helsinki-Vantaa bijna volledig tot stilstand gekomen: het aantal passagiers bedroeg nog slechts 1 % vergeleken met april 2019 (21 000 passagiers in april 2020 tegenover 1,8 miljoen in april 2019). In het tweede kwartaal van 2020 is het aantal vluchten tussen de Aziatische en de Europese bestemmingen van Finnair met 92,1 % gedaald vergeleken met het tweede kwartaal van 2019. Het aantal passagiers is met 97,5 % gedaald van 3,9 miljoen tot 98 000 passagiers en de beschikbare zitplaatskilometers (ASK’s) zijn met 97,2 % gedaald 22 .

23. Uit het jaarverslag van Finnair voor 2020 blijkt een scherpe daling van de inkomsten met 73,2 % (van 3 097,7 miljoen EUR naar 829,2 miljoen EUR), een daling van het aantal passagiers met 76,2 % (van 14,7 miljoen naar 3,5 miljoen) en een exploitatieverlies van 464,5 miljoen EUR 23 .

24. Finnair moest de kosten terugschroeven om de crisis het hoofd te bieden en er werd op een aantal gebieden bespaard: onroerend goed, de leasing van vliegtuigen, IT (digitalisering en automatisering van de klantenprocessen), de verkoop- en distributiekosten, de administratiekosten en de beloningsstructuren. Dit leidde tot een inkrimping van het personeelsbestand met 1 000 banen 24 .

8.

Verwachte gevolgen van de ontslagen voor de plaatselijke, regionale of nationale economie en werkgelegenheid


25. De luchtvaartsector levert een aanzienlijke bijdrage aan de economie van Finland. In 2020 was de sector goed voor 42 000 banen (23 000 directe en 19 000 indirecte banen) en bedroeg het aandeel van de sector in het bbp van Finland 8,8 miljard EUR, d.w.z. 3,2 % van het totale bbp 25 . Finnair is de grootste luchtvaartmaatschappij van Finland met als thuishaven de luchthaven Helsinki-Vantaa. Eind 2019 telde Finnair 6 788 werknemers en werd gevlogen naar 132 bestemmingen 26 .

26. De ontslagen bij Finnair hebben ernstige gevolgen voor de nationale economie. De NUTS 2-regio waar de ontslagen vallen, is Helsinki-Uusimaa, waar Finnair haar thuishaven heeft. Tussen februari en april 2020 is het aantal werkloze werkzoekenden in de regio Helsinki-Uusimaa met 22,5 % gestegen van 68 016 tot 83 340. Op jaarbasis en ondanks maatregelen ter vrijwaring van de werkgelegenheid is het werkloosheidscijfer in de regio Helsinki-Uusimaa met 0,8 procentpunt gestegen: van 6,4 % in 2019 tot 7,2 % in 2020 27 .

27. In 2020 bedroeg het nationale werkloosheidscijfer 7,8 %, d.w.z. 1,1 procentpunten meer dan in 2019 28 . Het Finse Ministerie van Financiën verwacht dat het werkloosheidspercentage in 2021 zal blijven stijgen tot 8,2 % om in 2022 opnieuw te dalen tot 7,8 % 29 .

28. Door de stijgende werkloosheid als gevolg van de crisis zal het voor voormalige werknemers van Finnair moeilijk zijn om opnieuw een baan te vinden. De Finse autoriteiten voeren aan dat de ontslagen werknemers gepersonaliseerde begeleiding en ondersteuning nodig hebben bij het zoeken naar een baan, evenals op maat gesneden bij- en omscholingsmogelijkheden om hun kansen op werk te vergroten.

Beoogde begunstigden en voorgestelde maatregelen

9.

Beoogde begunstigden


29. Van de 508 in aanmerking komende personen zullen naar verwachting 500 ontslagen werknemers aan de EFG-maatregelen deelnemen. De uitsplitsing van die ontslagen werknemers naar geslacht, nationaliteit en leeftijdsgroep is als volgt:

CategorieAantal beoogde begunstigden
Geslacht:Mannen:280(56,00 %)
Vrouwen:220(44,00 %)
Nationaliteit:EU-burgers:493(98,60 %)
Niet-EU-burgers:7(1,40 %)
Leeftijdsgroep:15-24 jaar:19(3,80 %)
25-29 jaar:28(5,60 %)
30-54 jaar:312(62,40 %)
55-64 jaar:141(28,20 %)
Ouder dan 64 jaar:0(0,00 %)

10.

Subsidiabiliteit van de voorgestelde maatregelen


30. De gepersonaliseerde dienstverlening aan de ontslagen werknemers bestaat uit de volgende maatregelen:

–Coaching en andere voorbereidende maatregelen. Het gaat onder meer om 1) deskundige beoordelingen van de beroepscompetenties van de werkzoekenden en de behoeften aan dienstverlening; 2) een beoordeling van de competenties om de deelnemers in kaart te brengen op basis van hun competenties en arbeidsperspectieven; 3) opleidingen met het oog op het zoeken naar werk en informatie over de arbeidsmarkt; 4) loopbaanbegeleiding en individuele intensieve coaching om de deelnemers bij het zoeken naar werk te ondersteunen en te begeleiden.

–Arbeidsvoorzienings- en bedrijfsdiensten. Deze maatregel voorziet in beroepskeuzebegeleiding en arbeidsbemiddeling, counseling, evaluaties van de arbeidsgeschiktheid en try-outs. Er zullen ook wervings- en voorlichtingsevenementen worden georganiseerd.

–Opleiding. Er zal worden voorzien in een door de Finse overheid ontwikkeld gepersonaliseerd programma — “Further Educated with Companies (F.E.C.) 30 ” — om werkzoekenden en aanwervende bedrijven met elkaar in contact te brengen. De deelnemers krijgen ook opleidingen om beroepskwalificaties te verwerven, onder meer cursussen op het gebied van bedrijfsontwikkeling, managementopleiding, human resources, verkoop en marketing, kunstmatige intelligentie, digitale beveiliging, robotica, financieel beheer, projectbeheer, enz.

–Loonkostensubsidie. Dankzij deze maatregel kan gemakkelijker een nieuwe baan worden gevonden doordat de loonkosten voor de werkgever worden gedrukt. De loonkostensubsidie bedraagt 30 à 50 % van de loonkosten en wordt uitbetaald aan de werkgever. Het bedrag en de duur van de subsidie hangen af van de duur van de werkloosheidsperiode.

–Subsidie voor startende ondernemingen. Doel van de subsidie is individuele personen ertoe aan te zetten bedrijfsactiviteiten en werkgelegenheid te creëren. De subsidie voor startende ondernemingen wordt hoogstens 12 maanden uitbetaald en garandeert een kandidaat-ondernemer een inkomen gedurende de periode die naar schatting nodig is om een bedrijf op te starten en voltijds operationeel te maken.

–Er kunnen reis-, verblijfs- en verhuisvergoedingen worden toegekend om de betreffende kosten tijdens het zoeken naar een baan of een opleiding te dekken.

31. De bovenvermelde voorgestelde maatregelen zijn actieve arbeidsmarktmaatregelen die vallen onder de in artikel 7 van de EFG-verordening vastgestelde subsidiabele acties. Deze maatregelen komen niet in de plaats van maatregelen die gericht zijn op passieve sociale bescherming.

32. Finland heeft de nodige informatie verstrekt over acties waartoe het betrokken bedrijf krachtens de nationale wetgeving of collectieve arbeidsovereenkomsten verplicht is. Finland heeft bevestigd dat een financiële bijdrage uit het EFG deze maatregelen niet zal vervangen.

11.

Geraamd budget


33. De totale kosten worden op 2 920 600 EUR geraamd, met inbegrip van uitgaven voor een bedrag van 2 730 600 EUR voor individuele dienstverlening en van 190 000 EUR voor de activiteiten op het vlak van voorbereiding, beheer, voorlichting en publiciteit, evenals controle en rapportage.

34. Van het EFG wordt in totaal een financiële bijdrage van 1 752 360 euro (60 % van de totale kosten) gevraagd.

MaatregelenGeraamd aantal deelnemersGeraamde kosten per deelnemer
(in EUR) 31
Geraamde totale kosten

(in EUR) 32
Gepersonaliseerde dienstverlening (maatregelen overeenkomstig artikel 7, lid 1, punten a) en c), van de EFG-verordening)
Coaching en andere voorbereidende maatregelen4501 556700 000
Arbeidsvoorzienings- en bedrijfsdiensten500400200 000
Opleiding3004 3331 300 000
Subtotaal a)

Percentage van het pakket gepersonaliseerde dienstverlening
2 200 000
(80,57 %)
Toelagen en premies (maatregelen overeenkomstig artikel 7, lid 1, punt b), van de EFG-verordening)
Loonkostensubsidie606 000360 000
Reis-, verblijf- en verhuisvergoedingen252005 000
Subsidie voor startende ondernemingen208 280165 600
Subtotaal b)

Percentage van het pakket gepersonaliseerde dienstverlening:
530 600
(19,43 %)
Maatregelen overeenkomstig artikel 7, lid 4, van de EFG-verordening
1. Voorbereiding
0
2. Beheer
160 000
3. Voorlichting en publiciteit
15 000
4. Controle en rapportage
15 000
Subtotaal c):

Percentage van de totale kosten:
190 000
(6,51 %)
Totale kosten (a + b + c):2 920 600
EFG-bijdrage (60 % van de totale kosten)1 752 360

35. De kosten van de in de bovenstaande tabel opgenomen maatregelen die vallen onder artikel 7, lid 1, punt b), van de EFG-verordening, bedragen niet meer dan 35 % van de totale kosten voor het gecoördineerde pakket gepersonaliseerde diensten. Finland heeft bevestigd dat deze acties afhangen van de actieve deelname van de beoogde begunstigden aan opleidingsactiviteiten en activiteiten in verband met het zoeken van een baan.

36. Finland heeft bevestigd dat de investeringskosten voor wie zich als zelfstandige vestigt of een eigen onderneming opricht, en voor overnames door werknemers per begunstigde niet meer dan 15 000 EUR zullen bedragen.

12.

Periode waarbinnen de uitgaven subsidiabel zijn


37. Finland heeft de beoogde begunstigden met ingang van 21 oktober 2020 individuele dienstverlening verstrekt. De uitgaven voor de maatregelen zullen bijgevolg van 21 oktober 2020 tot en met 30 december 2022 voor een financiële bijdrage uit het EFG in aanmerking komen.

38. Op 21 oktober 2020 heeft Finland de eerste administratieve uitgaven gedaan met het oog op de implementatie van het EFG. De uitgaven voor de activiteiten op het vlak van voorbereiding, beheer, voorlichting, publiciteit, controle en rapportage zullen bijgevolg van 21 oktober 2020 tot en met 30 juni 2023 voor een financiële bijdrage uit het EFG in aanmerking komen.

13.

Complementariteit met maatregelen die door nationale of EU-fondsen worden gefinancierd


39. De nationale voor- of medefinanciering zal worden verstrekt door de openbare dienst voor arbeidsvoorziening van de administratieve afdeling van het Ministerie van Economische Zaken en Werkgelegenheid. Een aantal diensten zal ook worden gefinancierd uit de huishoudelijke uitgaven van de centra voor economische ontwikkeling, vervoer en het milieu (ELY-centra) en de diensten voor werkgelegenheid en economische ontwikkeling (TE-diensten).

40. Finland heeft bevestigd dat de hierboven beschreven maatregelen die een financiële bijdrage uit het EFG ontvangen, geen financiële steun van andere financiële instrumenten van de Europese Unie zullen ontvangen 33 .

14.

Procedures voor overleg met de beoogde begunstigden, hun vertegenwoordigers, de sociale partners of plaatselijke en regionale autoriteiten


41. Finland heeft laten weten dat het gecoördineerde pakket gepersonaliseerde diensten is samengesteld in overleg met een werkgroep. In het kader van de voorbereidende activiteiten werden onder meer bijeenkomsten georganiseerd met vertegenwoordigers van de centra voor economische ontwikkeling, vervoer en milieu en de TE-diensten van Uusimaa, Finnair en een aantal vakbonden (Ilmailualan Unioni (IAU), Finnairin insinöörit ja ylemmät toimihenkilöt (FINTO), Auto ja Kuljetusalan Työntekijäliitto ry (AKT) en Trade Union Pro).

Beheers- en controlesystemen

42. In de aanvraag wordt het beheers- en controlesysteem beschreven en worden de verantwoordelijkheden van de betrokken instanties nader toegelicht. Finland heeft de Commissie ervan in kennis gesteld dat de financiële bijdrage zal worden beheerd door het Ministerie van Economische Zaken en Werkgelegenheid, dat fungeert als beheers- en certificeringsautoriteit voor het EFG en als intermediaire instantie voor de verdeling van de middelen uit het EFG. De beheerstaken voor het EFG zijn toegewezen aan de afdeling Regio’s en Groei, die ook optreedt als beheersautoriteit voor het Europees Sociaal Fonds. De centra voor economische ontwikkeling, vervoer en milieu (ELY-centra) zijn belast met de uitvoering van de door het EFG gefinancierde maatregelen.

43. De eenheid Personeelszaken en Administratie fungeert als certificeringsautoriteit. De onafhankelijke eenheid Interne Audit, die ressorteert onder het Permanente Secretariaat van het Ministerie van Economische Zaken en Werkgelegenheid, is verantwoordelijk voor de audit.

Toezeggingen door de betrokken lidstaat

44. Finland heeft op de volgende punten de nodige garanties geboden:

–bij de toegang tot de voorgestelde maatregelen en de uitvoering ervan zullen de beginselen van gelijke behandeling en non-discriminatie worden gerespecteerd;

–aan de voorschriften van de nationale en EU-wetgeving inzake collectieve ontslagen is voldaan;

–Finnair heeft zijn activiteiten na de ontslagen voortgezet, is zijn wettelijke verplichtingen bij ontslagen nagekomen en heeft voor zijn werknemers dienovereenkomstig de nodige maatregelen getroffen;

–de voorgestelde maatregelen zullen geen financiële steun ontvangen uit andere fondsen of financiële instrumenten van de Unie, en dubbele financiering zal worden voorkomen;

–de voorgestelde maatregelen zullen complementair zijn met de maatregelen die door de structuurfondsen worden gefinancierd;

–de financiële bijdrage uit het EFG zal voldoen aan de procedurele en materiële EU-regels inzake overheidssteun.

GEVOLGEN VOOR DE BEGROTING

Begrotingsvoorstel

45. Overeenkomstig artikel 8, lid 1, van Verordening (EU, Euratom) 2020/2093 van de Raad van 17 december 2020 tot bepaling van het meerjarig financieel kader voor de jaren 2021‑2027 34 , mag het EFG een jaarlijks maximumbedrag van 186 miljoen EUR (in prijzen van 2018) niet overschrijden.

46. Na te hebben onderzocht of de aanvraag voldoet aan de voorwaarden van artikel 13, lid 1, van de EFG-verordening, en rekening houdend met het aantal beoogde begunstigden, de voorgestelde maatregelen en de geraamde kosten, stelt de Commissie voor om uit het EFG een bedrag van 1 752 360 EUR beschikbaar te stellen — hetgeen overeenkomt met 60 % van de totale kosten van de voorgestelde maatregelen — teneinde een financiële bijdrage te leveren in het kader van de aanvraag.

47. Overeenkomstig punt 9 van het Interinstitutioneel Akkoord van 16 december 2020 tussen het Europees Parlement, de Raad van de Europese Unie en de Europese Commissie betreffende de begrotingsdiscipline, de samenwerking in begrotingszaken en een goed financieel beheer, alsmede betreffende nieuwe eigen middelen, met inbegrip van een routekaart voor de invoering van nieuwe eigen middelen 35 , zal het voorgestelde besluit om middelen uit het EFG beschikbaar te stellen gezamenlijk door het Europees Parlement en de Raad worden genomen.

Met dit besluit samenhangende handelingen

48. Samen met dit voorstel voor een besluit om middelen uit het EFG beschikbaar te stellen, dient de Commissie bij het Europees Parlement en de Raad een voorstel in voor een overschrijving van 1 752 360 EUR naar het desbetreffende begrotingsonderdeel.

49. Wanneer de Commissie dit voorstel voor een besluit om middelen uit het EFG beschikbaar te stellen vaststelt, zal zij door middel van een uitvoeringshandeling tegelijkertijd een besluit over een financiële bijdrage vaststellen, dat in werking zal treden op de datum waarop het Europees Parlement en de Raad het voorgestelde besluit om middelen uit het EFG beschikbaar te stellen, vaststellen.