Toelichting bij COM(2022)248 - Globaliseringsfonds aanvraag van Griekenland - EGF/2021/008 EL/Attica Vervaardiging van elektrische apparatuur

Dit is een beperkte versie

U kijkt naar een beperkte versie van dit dossier in de EU Monitor.

ACHTERGROND VAN HET VOORSTEL

1. De regels die van toepassing zijn op de financiële bijdragen uit het Europees Fonds voor aanpassing aan de globalisering voor ontslagen werknemers (EFG) zijn vastgesteld in Verordening (EU) 2021/691 van het Europees Parlement en de Raad van 28 april 2021 betreffende het Europees Fonds voor aanpassing aan de globalisering voor ontslagen werknemers (EFG) en tot wijziging van Verordening (EU) nr. 1309/20131 (hierna “de EFG-verordening” genoemd).

2. Op 21 december 2021 heeft Griekenland aanvraag EGF/2021/008 EL/Attica Vervaardiging van elektrische apparatuur ingediend voor een financiële bijdrage uit het EFG naar aanleiding van ontslagen in de economische sector die is ingedeeld in NACE Rev. 2-afdeling 27 (Vervaardiging van elektrische apparatuur), in de NUTS 2-regio Attica (EL30) in Griekenland.

3. Na de aanvraag te hebben beoordeeld, heeft de Commissie overeenkomstig alle toepasselijke bepalingen van de EFG-verordening geconcludeerd dat aan de voorwaarden voor het toekennen van een financiële bijdrage uit het EFG is voldaan.

1.

Samenvatting


VAN DE AANVRAAG


EFG-aanvraagEGF/2021/008 EL/Attica Vervaardiging van elektrische apparatuur
LidstaatGriekenland
Betroffen regio(’s) (NUTS2-niveau 2)Attica (EL30)
Datum van de indiening van de aanvraag21 december 2021
Datum van de bevestiging van de ontvangst van de aanvraag21 december 2021
Datum van de ontvangst van de vertaling11 februari 2022
Datum van het verzoek om aanvullende gegevens24 februari 2022
Uiterste datum voor het verstrekken van de aanvullende gegevens17 maart 2022
Uiterste datum voor de voltooiing van de beoordeling7 juni 2022
Criterium voor steunverleningArtikel 4, lid 2, punt b), van de EFG-verordening
Aantal betrokken ondernemingen6
Economische sector(en)
(NACE Rev. 2-afdeling)3
Afdeling 27 (Vervaardiging van elektrische apparatuur)
Referentieperiode (zes maanden):1 april 2021 – 1 oktober 2021
Aantal ontslagen tijdens de referentieperiode (a)206
Aantal ontslagen vóór of na de referentieperiode (b)0
Totaal aantal ontslagen (a + b)206
Totaal aantal in aanmerking komende begunstigden206
Totaal aantal beoogde begunstigden206
Begroting voor gepersonaliseerde steunmaatregelen (EUR)1 689 800
Begroting voor de implementatie van het EFG4 (EUR)70 000
Totale begroting (EUR)1 759 800
EFG-bijdrage (85 %) (EUR)1 495 830

BEOORDELING VAN DE AANVRAAG

Procedure

4. Griekenland heeft aanvraag EGF/2021/008 EL/Attica Vervaardiging van elektrische apparatuur ingediend op 21 december 2021, binnen twaalf weken na de datum waarop aan de in artikel 4 van de EFG-verordening vermelde criteria voor steunverlening was voldaan. De Commissie heeft de ontvangst van de aanvraag nog op dezelfde dag bevestigd, en heeft Griekenland op 24 februari 2022 om aanvullende gegevens verzocht. Die aanvullende gegevens werden binnen 15 werkdagen na het verzoek verstrekt. De termijn van 50 werkdagen na de ontvangst van de volledige aanvraag, binnen welke de Commissie moet beoordelen of de aanvraag voldoet aan de voorwaarden voor het verlenen van een financiële bijdrage, loopt af op 7 juni 2022.

Subsidiabiliteit van de aanvraag

Betrokken ondernemingen en begunstigden

5. De aanvraag betreft 206 ontslagen werknemers wier werkzaamheden zijn beëindigd in de economische sector die is ingedeeld in NACE Rev. 2-afdeling 27 (Vervaardiging van elektrische apparatuur). De ontslagen zijn gevallen in de NUTS 2-regio Attica (EL30). Het collectieve ontslag betreft in totaal zes bedrijven.

Ondernemingen en aantal ontslagen tijdens de referentieperiode
BSH OIKIAKES SYSKEVES ANON VIOM ETAIRIA [BSH-Pitsos]166SELLER HELLAS AVEE6
NEXANS HELLAS

2.

MONOPROSOPI AVE

6KAMPOURAKIS GEORGIOS - G.E.M.A.11
SAMMLER V.

3.

MICHALOPOULOS AEVE

7MAVILEK AVEE10
Totaal aantal ondernemingen: 6Totaal aantal ontslagen:206
Totaal aantal zelfstandigen wier werkzaamheden zijn beëindigd:0
Totaal aantal in aanmerking komende werknemers en zelfstandigen:206

Criteria voor steunverlening

6. Griekenland heeft de aanvraag ingediend in het kader van de criteria voor steunverlening van artikel 4, lid 2, punt b), van de EFG-verordening, dat bepaalt dat de beëindiging van de werkzaamheden van ten minste 200 ontslagen werknemers binnen een referentieperiode van zes maanden moet hebben plaatsgevonden in ondernemingen die actief zijn in dezelfde NACE Rev. 2-afdeling en gevestigd zijn in één of twee aan elkaar grenzende regio’s van NUTS 2-niveau in een lidstaat. Er zijn 206 werknemers ontslagen in NUTS 2-regio Attica (EL30).

7. De referentieperiode van zes maanden voor de aanvraag loopt van 1 april 2021 tot en met 1 oktober 2021.

Berekening van het aantal ontslagen en beëindigingen van werkzaamheden

4.

8. De beëindiging van de werkzaamheden van de ontslagen werknemers tijdens de referentieperiode is als volgt berekend:


5.

- 186 sinds de datum van de individuele kennisgeving door de werkgever dat de arbeidsovereenkomst of arbeidsbetrekking van de betrokken werknemer tijdelijk of definitief beëindigd wordt, en


- 20 sinds de datum van de feitelijke beëindiging of de afloop van de arbeidsovereenkomst of arbeidsbetrekking.

In aanmerking komende begunstigden

9. In totaal komen 206 werknemers in aanmerking.

Beschrijving van de gebeurtenissen die tot de ontslagen en de beëindiging van de werkzaamheden hebben geleid

10. De voornaamste gebeurtenis die tot deze ontslagen heeft geleid, is de sluiting van de productie-installatie van Pitsos5 in Attica, waarbij het merk en de verkoops- en onderhoudsafdeling in Griekenland werden behouden.

11. Een combinatie van factoren, waaronder een gebrek aan automatisering en geavanceerde productiemethoden, de hoge productiekosten van elektrische huishoudelijke apparaten en binnenlandse aanvoertekorten van elektrische componenten leidden tot een verlies aan concurrentievermogen van de fabriek van Pitsos. Om de productiekosten te verlagen en de productiefaciliteit te optimaliseren, waren aanzienlijke kapitaalinvesteringen in de fabriek nodig. Dergelijke investeringen werden echter niet ondersteund door het management van BSH-Pitsos6, en uiteindelijk werd besloten de productie te verplaatsen naar Turkije, waar de productiekosten lager zijn7.

12. Bovendien heeft een langdurige sociaal-economische crisis (2008-2016) in Griekenland een aanzienlijke impact gehad op de uitgaven van de consumenten, waardoor op zijn beurt de binnenlandse vraag naar nieuwe huishoudelijke apparaten daalde. Tussen 2008 en 2016 daalden de uitgaven voor huishoudelijke apparaten in Griekenland met 35 %, van ongeveer 824 miljoen EUR in 2008 tot ongeveer 536 miljoen EUR in 20168. De uitgaven voor huishoudelijke apparaten namen tussen 2017 en 2019 opnieuw met 9,5 % toe, maar werden opnieuw getroffen door de COVID-19-pandemie en in 2020 daalden zij met 50 % ten opzichte van 20199.

13. In september 2017 werd de stopzetting van de activiteiten van de fabriek van Pitsos aangekondigd10. Er werd echter een tijdelijke overeenkomst bereikt om de productie tot begin 2021 te verlengen om de negatieve gevolgen van de sluiting van de fabriek te verzachten. Voorzien werd dat het proces van sluiting en ontslagen van werknemers uiterlijk op 31 maart 2021 zou zijn afgerond11. De acties duurden echter langer dan gepland, waardoor de meeste ontslagen plaatsvonden tussen april en september 2021.

14. Wat de ontslagen bij de vijf andere ondernemingen12 betreft, voert Griekenland aan dat de industrie van de vervaardiging van elektrische apparatuur voor uitdagingen staat, met name de behoefte aan digitale transformatie en automatisering en de ontoereikende vaardigheden van de werknemers om zich aan te passen aan de snel veranderende digitale economie.

15. De digitale basisvaardigheden van de Griekse bevolking blijven onderontwikkeld en liggen onder het EU-gemiddelde, wat een hoog risico op technologische achterstand en digitale ongeletterdheid met zich meebrengt13. Volgens de index van de digitale economie en samenleving (DESI) 2021 van de Europese Commissie staat Griekenland op de 22e plaats van de 27 EU-lidstaten wat de integratie van digitale technologieën in bedrijfsactiviteiten betreft en beschikt slechts 23 % van de personen over meer dan elementaire digitale vaardigheden, tegenover een EU-gemiddelde van 31 %14.

Verwachte gevolgen van de ontslagen voor de plaatselijke, regionale of nationale economie en werkgelegenheid

16. Hoewel de werkloosheid in Griekenland sinds 2013 — toen ze een hoogtepunt bereikte met 27,5 %15 — geleidelijk is gedaald, bleef ze met 15,3 %16 in 2021 een van de hoogste in de EU.

17. Attica is qua bevolking de grootste regio in Griekenland, met ongeveer 3,7 miljoen inwoners, en genereert bijna de helft (47 %) van het totale nationale bbp. De regio Attica heeft ook het hoogste aantal werklozen, met 342 744 mensen in december 2021, wat neerkomt op 31 % van de geregistreerde werklozen in het land17. Het aantal geregistreerde werklozen in Attica is met 3,8 % gestegen, van 334 658 in december 201918 tot 347 427 in december 202119. Bovendien wordt bijna een kwart (24,1 %) van de bevolking van Attica met armoede en sociale uitsluiting bedreigd20. De ontslagen in de sector van de vervaardiging van elektrische apparatuur in de regio Attica zullen de werkloosheidssituatie en de toename van de armoede in de regio nog verergeren.

18. De Griekse autoriteiten voeren aan dat de ontslagen werknemers moeite zullen hebben opnieuw een baan te vinden, aangezien de meesten ervan (81 %) lager secundair onderwijs of minder hebben genoten21. De aangeboden maatregelen zullen hun kansen op het vinden van een baan op de open arbeidsmarkt vergroten of degenen die een eigen bedrijf willen starten, ondersteunen.

Toepassing van het EU-kwaliteitskader voor anticipatie op veranderingen en herstructurering

19. Griekenland heeft beschreven hoe rekening is gehouden met de aanbevelingen in het EU-kwaliteitskader voor anticipatie op veranderingen en herstructurering. De Griekse autoriteiten bevestigen dat er acties om beter te anticiperen op herstructureringsprocessen en deze efficiënt uit te voeren, zijn gevolgd en dat er maatregelen zijn genomen.

20. Na de aankondiging in september 2017 dat de productieafdeling van Pitsos zou worden gesloten22, hebben het management en de werknemersvertegenwoordigers van de onderneming uitgebreid overleg gepleegd om alle mogelijke opties te verkennen alvorens ontslagen te overwegen. Om de gevolgen van de sluiting van de fabriek te verzachten, met name voor de werknemers, werd overeengekomen de productieactiviteiten te verlengen tot en met 31 december 2020. Tegelijkertijd was de stopzetting van de activiteiten en het ontslag van personeel gepland tot en met 31 maart 202123.

21. De onderhandelende partijen zijn ook overeengekomen een vrijwillige ontslagregeling op te zetten, die een compensatiepakket, pensioenbijdragen en aanvullende financiële voordelen omvatte, zoals cadeaubonnen voor huishoudelijke apparaten van het bedrijf. Dit pakket omvatte ook een beperkt opleidingsprogramma, met adviessessies, beroepskeuzevoorlichting en hulp bij het opstellen van een curriculum vitae (cv).

Complementariteit met maatregelen die door nationale of EU-fondsen worden gefinancierd

22. Griekenland heeft bevestigd dat de hieronder beschreven maatregelen die een financiële bijdrage uit het EFG ontvangen, niet ook financiële steun van andere financiële instrumenten van de Unie zullen ontvangen.

Procedures voor overleg met de beoogde begunstigden, hun vertegenwoordigers of de sociale partners, en plaatselijke en regionale autoriteiten

23. Griekenland heeft laten weten dat het gecoördineerde pakket van gepersonaliseerde steunmaatregelen werd opgesteld in overleg met werknemersvertegenwoordigers en het Ministerie van Arbeid en Sociale Zaken. Op 24 november 2021 heeft de beheersautoriteit voor het EFG een vergadering gehouden met werknemersvertegenwoordigers en een aantal voormalige werknemers om de voorgestelde aanvraag en de inhoud van het geïntegreerde pakket maatregelen te bespreken.

Beoogde begunstigden en voorgestelde maatregelen

Beoogde begunstigden

6.

24. Naar verwachting zullen 206 ontslagen werknemers aan de maatregelen deelnemen. De uitsplitsing van de betrokken werknemers naar geslacht, leeftijdsgroep en opleidingsniveau is als volgt:


CategorieAantal beoogde begunstigden
Geslacht:Mannen:180(87,4 %)
Vrouwen:26(12,6 %)
Non-binair:0(0,0 %)
Leeftijdsgroep:Jonger dan 30 jaar:26(12,6 %)
30-54 jaar:137(66,5 %)
Ouder dan 54 jaar:43(20,9 %)
OpleidingsniveauLager middelbaar onderwijs of minder24167(81,1 %)
Hoger middelbaar25 of postsecundair26 onderwijs6(2,9 %)
Hoger onderwijs2733(16,0 %)

Voorgestelde maatregelen

25. De volgende gepersonaliseerde steunmaatregelen worden aan de ontslagen werknemers aangeboden:

- Beroepskeuzevoorlichting: deze maatregel zal aan alle deelnemers worden aangeboden. Zij bestaat uit individuele sessies en begeleiding, en omvat de volgende fasen:

1) algemene voorlichting en ontvangstbijeenkomsten: in deze fase krijgen de deelnemers advies over het ondersteuningsproces en informatie over voorgestelde acties en beschikbare opleidingen. Dit omvat ook activiteiten zoals het verzamelen van persoonlijke en professionele gegevens, het beoordelen van de beroepscompetenties van de werkzoekenden en hun behoeften aan dienstverlening;

2) ontwikkelingsproces en inventarisatie van de persoonlijke en professionele bekwaamheden: deze maatregel is bedoeld om de begunstigden te helpen bij het identificeren van hun sterke punten en zwakke punten die een belemmering kunnen vormen bij het zoeken naar werk en/of beroepskeuzes. Hierbij wordt bijzondere nadruk gelegd op de ontwikkeling van vaardigheden en informatie over de behoeften van de arbeidsmarkt;

3) ontwikkeling en opstelling van het individuele actieplan: er moet een gedetailleerd en professioneel actieplan worden opgesteld. De deelnemers die een eigen bedrijf wensen op te richten, zullen ondersteuning krijgen, met inbegrip van opleiding in ondernemerschap.

- Opleiding in digitale vaardigheden: alle deelnemers zullen een opleiding in digitale vaardigheden krijgen naargelang hun kennisniveau en hun behoeften. De opleiding zal waar mogelijk leiden tot certificering.

- Beroepsopleiding/onderwijs: deze maatregel is gericht op het aanbieden van gespecialiseerde beroepsopleiding/omscholing (bv. beroepsonderwijs en -opleiding die leiden tot certificering, vergunning om een beroep uit te oefenen, taalcursussen, professioneel rijbewijs enz.). Hieronder vallen ook hogeronderwijsprogramma’s (bv. postdoctorale programma’s) met een looptijd van minder dan twee jaar.

- Hoger onderwijs: hierbij zal de nadruk liggen op het verkrijgen van onderwijskwalificaties van instellingen voor hoger onderwijs (diploma hoger onderwijs of postdoctorale graad in een specialisatie).

- Bijdrage voor het opstarten van een bedrijf: de begunstigden die een eigen bedrijf oprichten, zullen maximaal 22 000 EUR ontvangen als bijdrage in de oprichtingskosten. Zij kunnen gedurende het hele opstartproces ook gepersonaliseerde begeleiding krijgen. De bijdrage zal in verschillende tranches worden betaald op basis van het bereiken van vooraf bepaalde objectieven. Voorwaarde voor de eerste tranche is dat de begunstigden in samenwerking met een ondernemerschapsadviseur een bedrijfsplan opstellen en dat het bedrijf bij de bevoegde autoriteit voor overheidsfinanciën is geregistreerd.

- Er zullen verdere stimulansen worden geboden:

toelage voor loopbaanbegeleiding: begunstigden die alle professionele adviessessies afronden, ontvangen een vast bedrag van 700 EUR;

toelage voor opleiding in digitale vaardigheden: deelnemers die een opleiding in digitale vaardigheden afronden, krijgen een vast bedrag van 600 EUR aangeboden;

toelage voor beroepsopleiding/-onderwijs: begunstigden die een beroepsopleidings-/onderwijsprogramma voltooien, ontvangen een toelage van 800 EUR;

toelage voor hoger onderwijs: begunstigden die een opleiding hoger onderwijs (tweejarige programma’s) voltooien, ontvangen een toelage van 800 EUR.

26. De opleiding in digitale vaardigheden vormt een horizontaal element bij de opzet van de voorgestelde acties. Het pakket zal bijdragen tot de verspreiding van de horizontale vaardigheden die vereist zijn in het digitale industriële tijdperk en in een hulpbronnenefficiënte economie, overeenkomstig artikel 7, lid 2, van de EFG-verordening.

27. De hier voorgestelde maatregelen zijn actieve arbeidsmarktmaatregelen die behoren tot de in artikel 7 van de EFG-verordening vastgestelde subsidiabele maatregelen. Deze maatregelen komen niet in de plaats van maatregelen die gericht zijn op passieve sociale bescherming.

28. Griekenland heeft de nodige informatie verstrekt over maatregelen waartoe de betrokken bedrijven krachtens de nationale wetgeving of collectieve arbeidsovereenkomsten verplicht zijn. Het heeft bevestigd dat een financiële bijdrage uit het EFG deze maatregelen niet zal vervangen.

Geraamde begroting

29. De totale kosten worden op 1 759 800 EUR geraamd, met inbegrip van uitgaven voor een bedrag van 1 689 800 EUR voor gepersonaliseerde steunmaatregelen en 70 000 EUR voor activiteiten op het vlak van voorbereiding, beheer, voorlichting en publiciteit en controle en rapportage.

30. Van het EFG wordt in totaal een financiële bijdrage van 1 495 830 EUR (85 % van de totale kosten) gevraagd.

31. De nationale voor- of medefinanciering wordt verstrekt door het overheidsinvesteringsprogramma van het Grieks Ministerie van Economie en Ontwikkeling.

MaatregelenGeraamd aantal deelnemersGeraamde kosten per deelnemer
(in EUR)28
Geraamde totale kosten
(in EUR)29
Gepersonaliseerde steunmaatregelen (maatregelen overeenkomstig artikel 7, lid 2, punt a), van de EFG-verordening)
Beroepskeuzevoorlichting
(Επαγγελματική συμβουλευτική)
2061 000206 000
Opleiding in digitale vaardigheden
(Κατάρτιση σε ψηφιακές δεξιότητες)
206700144 200
Beroepsopleiding/-onderwijs (Επαγγελματική κατάρτιση/εκπαίδευση)2013 000603 000
Hoger onderwijs
(Ανώτερη εκπαίδευση)
58 00040 000
Bijdrage voor het opstarten van een bedrijf (Συνεισφορά για σύσταση επιχείρησης)1222 000264 000
Subtotaal a):

7.

Percentage van het pakket gepersonaliseerde steunmaatregelen

1 257 200
(74,4 %)
Toelagen en premies (maatregelen overeenkomstig artikel 7, lid 2, punt b), van de EFG-verordening)
Toelage voor loopbaanbegeleiding
(Επίδομα επαγγελματικής συμβουλευτικής)
206700144 200
Toelage voor opleiding in digitale vaardigheden
(Επίδομα κατάρτισης σε ψηφιακές δεξιότητες)
206600123 600
Toelage voor beroepsopleiding/-onderwijs (Επίδομα επαγγελματικής κατάρτισης/εκπαίδευσης)201800160 800
Toelage voor hoger onderwijs
(Επίδομα ανώτερης εκπαίδευσης)
58004 000
Subtotaal b):

8.

Percentage van het pakket gepersonaliseerde steunmaatregelen:

432 600
(25,6 %)
Activiteiten overeenkomstig artikel 7, lid 5, van de EFG-verordening
1. Voorbereidende activiteiten
0
2. Beheer
45 000
3. Voorlichting en publiciteit
20 000
4. Controle en rapportage
5 000
Subtotaal c):

9.

Percentage van de totale kosten:

70 000
(3,98 %)
Totale kosten (a + b + c):1 759 800
EFG-bijdrage (85 % van de totale kosten)1 495 830

32. De kosten van de in de bovenstaande tabel opgenomen maatregelen die vallen onder artikel 7, lid 2, punt b), van de EFG-verordening, bedragen niet meer dan 35 % van de totale kosten voor het gecoördineerde pakket gepersonaliseerde steunmaatregelen. Griekenland heeft bevestigd dat deze maatregelen afhangen van de actieve deelname van de beoogde begunstigden aan opleidingsactiviteiten en activiteiten in verband met het zoeken van een baan.

33. Het heeft bevestigd dat de investeringskosten voor wie zich als zelfstandige vestigt of een eigen bedrijf opricht en voor overnames door werknemers per begunstigde niet meer dan 22 000 EUR zullen bedragen.

Periode waarbinnen de uitgaven subsidiabel zijn

34. Griekenland begint de gepersonaliseerde steunmaatregelen aan de beoogde begunstigden te verstrekken zodra de begrotingsautoriteit de beschikbaarstelling van middelen uit het EFG heeft goedgekeurd. De uitgaven voor de maatregelen komen derhalve voor een financiële bijdrage uit het EFG in aanmerking vanaf de datum waarop Griekenland de gepersonaliseerde steunmaatregelen begint te verstrekken tot 24 maanden na de datum van inwerkingtreding van het financieringsbesluit. Een uitzondering hierop zijn formele studies die langer dan twee jaar duren: deze komen in aanmerking tot de uiterste datum voor de indiening van het eindverslag.

35. Op 1 maart 2022 heeft Griekenland de eerste administratieve uitgaven gedaan met het oog op de implementatie van het EFG. De uitgaven voor de activiteiten op het vlak van voorbereiding, beheer, voorlichting en publiciteit en controle en rapportage zullen derhalve van 1 maart 2022 tot 31 maanden na de datum van inwerkingtreding van het financieringsbesluit voor een financiële bijdrage uit het EFG in aanmerking komen.

Beheers- en controlesystemen

36. De aanvraag bevat een beschrijving van het beheers- en controlesysteem, waarin de verantwoordelijkheden van de betrokken instanties zijn vastgesteld. Griekenland heeft de Commissie meegedeeld dat de financiële bijdrage als volgt zal worden beheerd en gecontroleerd:

- het Uitvoerend Directoraat van het NSRF30 van het Ministerie van Arbeid, Sociale Zekerheid en Solidariteit fungeert als beheersautoriteit,

10.

- het EDEL (Comité financiële controle) binnen het Ministerie van Financiën fungeert als auditautoriteit, en


- het departement Certificering en Verificatie van Medegefinancierde Programma’s van het Ministerie van Ontwikkeling en Investeringen fungeert als certificeringsautoriteit.

Toezeggingen door de betrokken lidstaat

11.

37. Griekenland heeft op de volgende punten de nodige garanties geboden:


- bij de toegang tot de voorgestelde maatregelen en de uitvoering ervan zullen de beginselen van gelijke behandeling en non-discriminatie worden gerespecteerd;

- er is voldaan aan de voorschriften van de nationale en EU-wetgeving inzake collectieve ontslagen;

- de ondernemingen waar de ontslagen zijn gevallen en die hun activiteiten na de ontslagen hebben voortgezet, zijn hun wettelijke verplichtingen nagekomen en hebben voor hun werknemers de nodige maatregelen getroffen;

- dubbele financiering wordt voorkomen;

- de financiële bijdrage uit het EFG zal voldoen aan de procedurele en materiële EU-regels inzake overheidssteun.

GEVOLGEN VOOR DE BEGROTING

Begrotingsvoorstel

38. Overeenkomstig artikel 8 van Verordening (EU, Euratom) 2020/2093 van de Raad van 17 december 2020 tot bepaling van het meerjarig financieel kader voor de jaren 2021-202731 mag het EFG het jaarlijks maximumbedrag van 186 miljoen EUR (prijzen van 2018) niet overschrijden.

39. Na te hebben onderzocht of de aanvraag voldoet aan de voorwaarden van artikel 13, leden 1 en 2, van de EFG-verordening, en rekening houdend met het aantal beoogde begunstigden, de voorgestelde maatregelen en de geraamde kosten, stelt de Commissie voor om uit het EFG een bedrag van 1 495 830 EUR beschikbaar te stellen – hetgeen overeenkomt met 85 % van de totale kosten van de voorgestelde maatregelen – teneinde een financiële bijdrage te leveren in het kader van de aanvraag.

40. Overeenkomstig punt 9 van het Interinstitutioneel Akkoord van 16 december 2020 tussen het Europees Parlement, de Raad van de Europese Unie en de Europese Commissie betreffende de begrotingsdiscipline, de samenwerking in begrotingszaken en een goed financieel beheer, alsmede betreffende nieuwe eigen middelen, met inbegrip van een routekaart voor de invoering van nieuwe eigen middelen32, zal het voorgestelde besluit om middelen uit het EFG beschikbaar te stellen gezamenlijk door het Europees Parlement en de Raad worden genomen.

Met dit besluit samenhangende handelingen

41. Tegelijk met dit voorstel voor een besluit om middelen uit het EFG beschikbaar te stellen, dient de Commissie bij het Europees Parlement en de Raad een voorstel in voor een overschrijving van 1 495 830 EUR naar het desbetreffende begrotingsonderdeel.

42. Tegelijk met dit voorstel voor een besluit om middelen uit het EFG beschikbaar te stellen, heeft de Commissie ook een besluit over een financiële bijdrage vastgesteld dat een financieringsbesluit is in de zin van artikel 110 van het Financieel Reglement33. Dat financieringsbesluit treedt in werking op de datum waarop het Europees Parlement en de Raad de Commissie in kennis stellen van de goedkeuring van de begrotingsoverschrijving.