Toelichting bij COM(2020)46 - Voorstel voor een UITVOERINGSBESLUIT VAN DE RAAD met een aanbeveling voor het verhelpen van de ernstige tekortkomingen die zijn geconstateerd bij de in 2017 verrichte evaluatie van de toepassing van het Schengenacquis op het gebied van het Schengeninformatiesysteem door het Verenigd KoninkrijkOntwerpuitvoeringsbesluit van de Raad met een aanbeveling voor het verhelpen van de tekortkomingen die zijn geconstateerd bij de in 2017 verrichte evaluatie van de wijze waarop het Verenigd Koninkrijk het Schengenacquis op het gebied van het Schengeninformatiesysteem toepast

Dit is een beperkte versie

U kijkt naar een beperkte versie van dit dossier in de EU Monitor.

1. ACHTERGROND VAN HET VOORSTEL

Motivering en doel van het voorstel



Op 10 februari 2015 heeft de Raad Uitvoeringsbesluit (EU) 2015/215 betreffende de inwerkingstelling van de bepalingen van het Schengenacquis inzake gegevensbescherming en de voorlopige inwerkingstelling van delen van de bepalingen van het Schengenacquis met betrekking tot het Schengeninformatiesysteem (SIS) voor het Verenigd Koninkrijk van Groot-Brittannië en Noord-Ierland 1 vastgesteld. Artikel 2, lid 3, van dat uitvoeringsbesluit bepaalt dat de Raad, na succesvolle afronding van de noodzakelijke Schengenevaluaties, de situatie moet onderzoeken met het oog op de vaststelling van een tweede uitvoeringsbesluit tot vastlegging van de datum voor de definitieve inwerkingstelling door het Verenigd Koninkrijk van de bepalingen die betrekking hebben op het SIS.

Daartoe vond van 7 tot 13 juni 2015 een eerste Schengenevaluatiebezoek aan het Verenigd Koninkrijk plaats. Naar aanleiding van dat bezoek concludeerde de evaluatiecommissie dat het Verenigd Koninkrijk het Schengenacquis met betrekking tot het SIS slechts gedeeltelijk had uitgevoerd en dat een tweede bezoek nodig was om de evaluatieprocedure af te ronden voordat het tweede uitvoeringsbesluit tot vastlegging van de datum voor de definitieve inwerkingstelling door het Verenigd Koninkrijk van de bepalingen die betrekking hebben op het SIS, kon worden vastgesteld.

Op zijn bijeenkomst van 8 en 9 oktober 2015 nam de Raad nota van de stand van zaken betreffende de vaststelling van het tweede uitvoeringsbesluit (I/A-punt 12246/15). In zijn conclusies van 4 december 2015 stemde de Raad in met de beoordeling van de evaluatiecommissie, onder meer met de noodzaak van een tweede bezoek voordat het besluit over de onverkorte toepassing van de SIS-bepalingen kon worden genomen 2 .

In zijn conclusies 3 nam de Raad er tevens nota van dat, aangezien zijn bevoegdheden om Schengenevaluaties uit te voeren, op 1 januari 2016 zou aflopen, het evaluatieproces zou moeten worden voortgezet in het kader van het nieuwe evaluatiemechanisme van Verordening (EU) nr. 1053/2013 4 van 7 oktober 2013 betreffende de instelling van een evaluatiemechanisme voor de controle van en het toezicht op de toepassing van het Schengenacquis. De Raad verzocht de Commissie derhalve om het aanbevolen tweede bezoek uit te voeren in het kader van het nieuwe Schengenevaluatiemechanisme, onder leiding van de Commissie.


Overeenkomstig Verordening (EU) nr. 1053/2013 heeft de Commissie een jaarlijks evaluatieprogramma voor 2017 vastgesteld 5 . Dit laatste bevat uitvoerige plannen voor bezoeken aan de te evalueren lidstaten en gebieden en de te bezoeken locaties, ten behoeve van de evaluatie van het Verenigd Koninkrijk.

Op basis van dit jaarlijkse programma heeft een team van deskundigen van de lidstaten en de Commissie van 5 tot 10 november 2017 een tweede evaluatiebezoek gebracht aan het Verenigd Koninkrijk om er de toepassing van het Schengeninformatiesysteem te controleren. In het evaluatieverslag 6 zijn de bevindingen en beoordelingen weergegeven, met aandacht voor de beste praktijken en tekortkomingen die bij de evaluatie aan het licht zijn gekomen.

De Groep Schengenaangelegenheden (Schengenevaluatie) heeft op haar bijeenkomst van 19 juni 2018 de belangrijkste conclusies van het evaluatiebezoek besproken. De Commissie presenteerde de voornaamste bevindingen van het verslag. Zij benadrukte dat in 2015 vastgestelde gevallen van niet-naleving niet waren verholpen. De Commissie concludeerde dat in het verslag zeer ernstige tekortkomingen zijn vastgesteld en vroeg de Raad om sturing wat betreft het gevolg dat aan dit verslag moest worden gegeven. De Groep Schengenaangelegenheden kwam op 3 september 2018 overeen de evaluatieprocedure voort te zetten.

Op basis daarvan gaf de Groep het Coreper in overweging de Raad aan te bevelen de Commissie te verzoeken een voorstel bij de Raad in te dienen ter aanneming van aanbevelingen voor corrigerende maatregelen om de zeer ernstige tekortkomingen die tijdens de evaluatie zijn vastgesteld, te verhelpen. Het verzoek aan de Commissie om een voorstel voor aanbevelingen in te dienen (11845/18), werd op de Raad Algemene Zaken van 18 september 2018 aangenomen.

Op 29 maart 2017 heeft het Verenigd Koninkrijk kennisgegeven van zijn voornemen om zich uit de Unie terug te trekken krachtens artikel 50 van het Verdrag betreffende de Europese Unie (VEU). Overeenkomstig artikel 50, lid 3, VEU zullen de Verdragen niet meer van toepassing zijn op het Verenigd Koninkrijk met ingang van de datum van inwerkingtreding van het terugtrekkingsakkoord of, bij gebreke daarvan, na verloop van twee jaar na die kennisgeving, tenzij de Europese Raad met instemming van het Verenigd Koninkrijk met eenparigheid van stemmen besluit deze termijn te verlengen. Nadat op 22 maart 2019 overeenstemming werd bereikt over een eerste verlenging, en op 11 april 2019 over een tweede verlenging, heeft de Europese Raad op 29 oktober 2019 Besluit (EU) 2019/1810 7 vastgesteld, waarin hij op verzoek van het Verenigd Koninkrijk heeft besloten de in artikel 50, lid 3, VEU bedoelde termijn te verlengen tot en met 31 januari 2020.

Overeenkomstig artikel 50 VEU heeft de Europese Unie met het Verenigd Koninkrijk onderhandeld over een akkoord over de voorwaarden voor zijn terugtrekking, waarbij rekening is gehouden met het kader van de toekomstige betrekkingen van het Verenigd Koninkrijk met de Unie (“terugtrekkingsakkoord”). Op 11 januari 2019 heeft de Raad Besluit (EU) 2019/274 betreffende de ondertekening van het terugtrekkingsakkoord vastgesteld 8 . Na verdere onderhandelingen tussen de onderhandelaars van de Unie en van het Verenigd Koninkrijk in september en oktober 2019, werd overeenstemming bereikt over een herziene tekst van het terugtrekkingsakkoord, die op 17 oktober 2019 door de Europese Raad is bekrachtigd. Op 21 oktober 2019 heeft de Raad Besluit (EU) 2019/1750 betreffende de ondertekening van het herziene terugtrekkingsakkoord vastgesteld 9 . Deel vier van het terugtrekkingsakkoord 10 voorziet in een overgangsperiode die begint op de datum van inwerkingtreding van het terugtrekkingsakkoord en loopt tot en met 31 december 2020. Tenzij anders bepaald in het terugtrekkingsakkoord, blijft het recht van de Unie tijdens de overgangsperiode van toepassing op en in het Verenigd Koninkrijk. Het doel van dit voorstel voor een uitvoeringsbesluit van de Raad met een aanbeveling is ervoor te zorgen dat het Verenigd Koninkrijk de nodige maatregelen neemt om de zeer ernstige tekortkomingen die tijdens de evaluatie zijn vastgesteld, te verhelpen. In ieder geval zal dit besluit slechts van toepassing zijn zolang het Unierecht van toepassing is op en in het Verenigd Koninkrijk.

• Samenhang met de huidige bepalingen op dit beleidsgebied

Deze aanbevelingen zijn gericht op de tenuitvoerlegging van de bestaande bepalingen op het beleidsterrein.

• Samenhang met andere beleidsgebieden van de Unie

Deze aanbevelingen kunnen in verband staan met het gegevensbeschermingsbeleid van de Unie en het beleid betreffende politiële en justitiële samenwerking.

1.

Rechtsgrondslag


, SUBSIDIARITEIT EN EVENREDIGHEID

Rechtsgrondslag



Verordening (EU) nr. 1053/2013 van de Raad van 7 oktober 2013 betreffende de instelling van een evaluatiemechanisme voor de controle van en het toezicht op de toepassing van het Schengenacquis.

• Subsidiariteit (voor niet-exclusieve bevoegdheden)

In artikel 15, lid 2, van Verordening (EU) nr. 1053/2013 van de Raad krijgt de Commissie specifiek de opdracht om de Raad een voorstel voor te leggen voor aanbevelingen voor acties om eventuele tekortkomingen die tijdens de evaluatie zijn vastgesteld, te verhelpen. Maatregelen op het niveau van de Unie zijn nodig om het wederzijds vertrouwen bij de lidstaten te vergroten en de coördinatie op EU-niveau te verbeteren, zodat alle Schengenvoorschriften door de lidstaten doeltreffend worden toegepast.

Evenredigheid



Artikel 15, lid 2, van Verordening (EU) nr. 1053/2013 van de Raad is in overeenstemming met de specifieke bevoegdheden die de Raad heeft op het gebied van de wederzijdse evaluatie van de uitvoering van het Uniebeleid in het kader van de ruimte van vrijheid, veiligheid en recht.

3. RESULTATEN VAN EX-POSTEVALUATIES, RAADPLEGINGEN VAN BELANGHEBBENDEN EN EFFECTBEOORDELINGEN

• Ex-postevaluaties/geschiktheidscontroles van bestaande wetgeving

Niet van toepassing.

Raadpleging van belanghebbenden



Volgens de procedure van artikel 14, lid 5, en artikel 21, lid 2, van Verordening (EU) nr. 1053/2013 van de Raad hebben de lidstaten in het Schengencomité op 12 april 2018 een gunstig advies uitgebracht over het evaluatieverslag.

Bijeenbrengen en benutten van deskundigheid



Niet van toepassing.

Effectbeoordeling



Niet van toepassing.

• Gezonde regelgeving en vereenvoudiging

Niet van toepassing.

• Grondrechten

Bij de evaluatie is rekening gehouden met de bescherming van de grondrechten in het kader van de toepassing van het Schengenacquis.

2.

Gevolgen voor de begroting



Niet van toepassing.

5. OVERIGE ELEMENTEN

Niet van toepassing.