Toelichting bij COM(2023)358 - Mededeling aan het EP over het Raadsstandpunt inzake een verordening tot vaststelling van een meerjarig beheersplan voor blauwvintonijn in het oostelijke deel van de Atlantische Oceaan en de Middellandse Zee

Dit is een beperkte versie

U kijkt naar een beperkte versie van dit dossier in de EU Monitor.

2019/0272 (COD)

MEDEDELING VAN DE COMMISSIE AAN HET EUROPEES PARLEMENT

overeenkomstig artikel 294, lid 6, van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie

over het

standpunt van de Raad over de vaststelling van een verordening van het Europees Parlement en de Raad tot vaststelling van een meerjarig beheersplan voor blauwvintonijn in het oostelijke deel van de Atlantische Oceaan en de Middellandse Zee, tot wijziging van Verordeningen (EG) nr. 1936/2001, (EU) 2017/2107 en (EU) 2019/833 en tot intrekking van Verordening (EU) 2016/1627

1. Achtergrond

- Indiening van het voorstel bij het Europees Parlement en de Raad (document COM(2019) 619 final – 2019/0272 (COD)): 28 november 2019

- Standpunt van het Europees Parlement in eerste lezing: 28 april 2021

- Indiening gewijzigd voorstel: n.v.t.

- Politiek akkoord en vaststelling van het standpunt van de Raad in eerste lezing: 26 juni 2023

- Advies van het Europees Economisch en Sociaal Comité: 7 mei 2020

- Advies van het Comité van de Regio’s: n.v.t.

2. Doel van het voorstel van de Commissie

Met het voorstel van de Commissie wordt de omzetting in EU-recht beoogd van Aanbeveling 18-02 tot vaststelling van een meerjarig beheersplan voor blauwvintonijn in het oostelijke deel van de Atlantische Oceaan en de Middellandse Zee, die in 2018 door de Internationale Commissie voor de instandhouding van Atlantische tonijnen (Iccat) is aangenomen. Het doel is de Unie in staat te stellen haar internationale verplichtingen na te komen en marktdeelnemers rechtszekerheid te bieden met betrekking tot regels en verplichtingen.

3. Opmerkingen bij het standpunt van de Raad

Het standpunt van de Raad in eerste lezing weerspiegelt het politieke akkoord dat op 24 april 2023 tussen het Europees Parlement en de Raad is bereikt.

De Commissie is van mening dat het standpunt van de Raad de doeltreffende uitvoering van Iccat-aanbeveling 18-02 waarborgt. In het standpunt van de Raad in eerste lezing zijn ook twee bepalingen met betrekking tot blauwvintonijn opgenomen die zijn overgenomen uit het voorstel van de Commissie voor een verordening tot vaststelling van in het verdragsgebied van de Internationale Commissie voor de instandhouding van Atlantische tonijnen (Iccat) geldende beheers-, instandhoudings- en controlemaatregelen1. De Commissie kan die opname steunen.

De Commissie steunt het standpunt van de Raad omdat het in overeenstemming is met de doelstellingen van het Commissievoorstel en met de basisbeginselen van duurzame visserij in het kader van het gemeenschappelijk visserijbeleid. Voorts is de Commissie ingenomen met het standpunt van de Raad over de volgende twee concrete elementen:

Toewijzing van quota voor kleinschalige vaartuigen

Deze quotatoewijzingen hebben betrekking op de verplichting voor de lidstaten om bij de interne toewijzing van quota voor blauwvintonijn rekening te houden met kleinschalige vaartuigen.

Het standpunt van de Raad is grotendeels gebaseerd op artikel 17 van de verordening inzake het gemeenschappelijk visserijbeleid2 en het voorstel van de Commissie.

Verplichting om een onderzoek in te stellen

Het standpunt van de Raad behoudt in de artikelen 50 en 51 een verplichting voor de vlaggenlidstaten om een onderzoek in te stellen indien de hoeveelheid gekooide blauwvintonijn afwijkt van de gevangen hoeveelheden die zijn gerapporteerd door de kapitein van het ringzegenvaartuig of de tonnara die de vis heeft gevangen. Bovendien zijn de verschillende verantwoordelijkheden van de vlaggenlidstaat en die van de lidstaat van de kwekerij, alsook de verplichting tot onderlinge samenwerking wanneer een onderzoek wordt ingesteld, in overeenstemming met de meest recente Iccat-aanbeveling inzake blauwvintonijn (Iccat-aanbeveling 22-08).

4. Conclusie

De Commissie staat achter de resultaten van de interinstitutionele onderhandelingen en kan bijgevolg het standpunt van de Raad in eerste lezing aanvaarden.

5. Verklaringen van de Commissie

n.v.t.


1COM(2022) 171.

2Verordening (EU) nr. 1380/2013 van het Europees Parlement en de Raad van 11 december 2013 inzake het gemeenschappelijk visserijbeleid, tot wijziging van Verordeningen (EG) nr. 1954/2003 en (EG) nr. 1224/2009 van de Raad en tot intrekking van Verordeningen (EG) nr. 2371/2002 en (EG) nr. 639/2004 van de Raad en Besluit 2004/585/EG van de Raad.

NL NL