Toelichting bij COM(2023)733 - Wijziging van Verordening (EU) 2018/1806 wat betreft houders van een Servisch paspoort dat is afgegeven door het Servische coördinatiedirectoraat (Koordinaciona uprava)

Dit is een beperkte versie

U kijkt naar een beperkte versie van dit dossier in de EU Monitor.

1. ACHTERGROND VAN HET VOORSTEL

Motivering en doel van het voorstel

Verordening (EG) nr. 1244/2009 van 30 november 20091 wijzigde Verordening (EG) nr. 539/2001 tot vaststelling van de lijst van derde landen waarvan de onderdanen bij overschrijding van de buitengrenzen in het bezit moeten zijn van een visum en de lijst van derde landen waarvan de onderdanen van die plicht zijn vrijgesteld2. De wijziging bestond uit de verplaatsing van de voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië (tegenwoordig Noord-Macedonië), Montenegro en Servië van bijlage I (landen waarvan de onderdanen in het bezit moeten zijn van een visum) naar bijlage II (landen waarvan de onderdanen van die visumplicht zijn vrijgesteld voor een verblijf van maximaal 90 dagen binnen een periode van 180 dagen) bij Verordening (EG) nr. 539/2001. De visumvrijstelling gold (en geldt nog steeds) alleen voor houders van een biometrisch paspoort.

Vanwege de toenmalige zorgen over het risico van irreguliere migratiestromen uit Kosovo* en het feit dat er toen geen visumliberaliseringsdialoog was met Kosovo, werd één categorie van houders van een Servisch paspoort uitgezonderd van de visumvrijstelling, namelijk houders van een paspoort dat is afgegeven door het Servische coördinatiedirectoraat te Belgrado. Dit directoraat verwerkt alle paspoortaanvragen van Kosovaarse Serviërs wonende in Kosovo en van de Kosovaars-Servische diaspora wonende buiten Kosovo.

Het Servische coördinatiedirectoraat werd opgericht tijdens de visumliberaliseringsdialoog met Servië. Het doel was om de zeven regionale politiedirectoraten te vervangen die over het Servische grondgebied verspreid lagen en die tot dan toe verantwoordelijk waren voor de afgifte van paspoorten aan Kosovaarse Serviërs. De door het Servische coördinatiedirectoraat afgegeven paspoorten zijn biometrisch en zijn sinds de oprichting van het directoraat door hun houders gebruikt als reisdocumenten om naar de EU te reizen.

In 2009 werd Kosovo opgenomen in deel 2 van bijlage I bij Verordening (EG) nr. 539/2001, wat betekent dat houders van door Kosovo afgegeven paspoorten bij overschrijding van de buitengrenzen van de lidstaten in het bezit moesten zijn van een visum. Sindsdien heeft de situatie zich verder ontwikkeld. De Commissie voert sinds 19 januari 2012 met Kosovo een dialoog over visumliberalisering. Op 14 juni 2012 overhandigde de Commissie een stappenplan aan Kosovo. Daarin werden alle wetgevende en andere maatregelen vermeld die Kosovo moest vaststellen en uitvoeren om vorderingen te maken met het oog op visumliberalisering. Deze dialoog werd met succes afgerond, en op basis daarvan heeft de Commissie op 4 mei 2016 een voorstel3 ingediend voor de verplaatsing van Kosovo naar bijlage II bij Verordening (EG) nr. 539/2001.

Dit voorstel werd uiteindelijk op 19 april 2023 goedgekeurd en aangenomen. Verordening (EU) 2023/8504 heeft Verordening (EU) 2018/18065 (die inmiddels Verordening (EG) nr. 539/2001 had vervangen) gewijzigd door Kosovo te verplaatsen van deel 2 van bijlage I naar deel 4 van bijlage II bij die verordening. Zoal het geval was voor alle eerdere succesvol afgeronde dialogen over visumliberalisering, werd besloten dat de vrijstelling van de visumplicht alleen zou gelden voor houders van een biometrisch paspoort. Verder werd besloten dat die vrijstelling pas van toepassing mocht zijn vanaf de datum waarop het bij Verordening (EU) 2018/1240 van het Europees Parlement en de Raad6 ingestelde Europees reisinformatie- en -autorisatiesysteem (Etias) operationeel wordt of vanaf 1 januari 2024, indien die datum eerder valt. Omdat Etias niet operationeel zal worden voor 1 januari 2024, zal de visumvrijstelling voor houders van een door Kosovo afgegeven paspoort vanaf 1 januari 2024 van toepassing zijn.

Na de vaststelling van Verordening (EU) 2023/850 zouden houders van een Servisch paspoort dat is afgegeven door het Servische coördinatiedirectoraat de enige burgers in de Westelijke Balkan zijn die in het bezit moeten zijn van een visum wanneer zij naar de EU reizen voor korte verblijven.

Met de inwerkingtreding van de visumvrijstelling voor houders van een door Kosovo afgegeven paspoort is de Commissie van mening dat de redenen om houders van een Servisch paspoort dat is afgegeven door het Servische coördinatiedirectoraat uit te zonderen op de visumvrijstelling niet langer bestaan en dat alle burgers van de Westelijke Balkan moeten kunnen profiteren van visumvrij reizen naar het Schengengebied. Daarom stelt de Commissie voor Verordening (EU) 2018/1806 te wijzigen om houders van een Servisch paspoort dat is afgegeven door het Servische coördinatiedirectoraat vrij te stellen van de verplichting in het bezit te zijn van een visum bij het overschrijden van de buitengrenzen van de lidstaten voor een verblijf van maximaal 90 dagen binnen een periode van 180 dagen.

Verenigbaarheid met bestaande bepalingen op het beleidsterrein

Verordening (EU) 2018/1806 bevat de lijst van derde landen waarvan de onderdanen bij overschrijding van de buitengrenzen van de lidstaten in het bezit moeten zijn van een visum alsook de lijst van derde landen waarvan de onderdanen van die plicht zijn vrijgesteld. Verordening (EU) 2018/1806 wordt toegepast door alle lidstaten, met uitzondering van Ierland. De verordening geldt ook voor IJsland, Liechtenstein, Noorwegen en Zwitserland. De verordening maakt deel uit van het gemeenschappelijk visumbeleid van de EU voor kort verblijf van in totaal ten hoogste 90 dagen binnen een gegeven periode van 180 dagen.

Sinds de start van de eerste dialogen over visumliberalisering in 2008 is er een algemene doelstelling geweest om de hele Westelijke Balkan visumvrije toegang tot het Schengengebied te bieden. De visumplicht voor Montenegro, Noord-Macedonië en Servië werd in 2009 afgeschaft, die voor Albanië en Bosnië in 2010 en die voor Kosovo in 2023. In dit verband zal, door de uitzondering op de visumvrijstelling voor houders van een Servisch paspoort dat is afgegeven door het Servische coördinatiedirectoraat af te schaffen, de hele Westelijke Balkan onder dezelfde visumregeling vallen.

Verenigbaarheid met andere beleidsterreinen van de Unie

De voorgestelde opname van houders van een Servisch paspoort dat is afgegeven door het Servische coördinatiedirectoraat in de visumvrijstelling met betrekking tot Servië is consistent met de inspanningen van de EU om de integratie van de Westelijke Balkan in de EU te versnellen.

2. RECHTSGRONDSLAG, SUBSIDIARITEIT EN EVENREDIGHEID

Rechtsgrondslag

De rechtsgrondslag voor het voorstel is artikel 77, lid 2, punt a), van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie (VWEU). De voorgestelde verordening houdt een ontwikkeling van het Schengenacquis in.

Subsidiariteit, evenredigheid en keuze van het instrument

De noodzakelijke wijziging van Verordening (EU) 2018/1806 vereist een verordening. De lidstaten kunnen de beleidsdoelstelling niet verwezenlijken door elk afzonderlijk op te treden. Er zijn geen andere (niet-wetgevende) opties beschikbaar om de beleidsdoelstelling te verwezenlijken.

3. EVALUATIE, RAADPLEGING VAN BELANGHEBBENDEN EN EFFECTBEOORDELING

Raadpleging van belanghebbenden

De huidige situatie waarbij Kosovaarse Serviërs uitgesloten zijn van een regeling voor visumvrij verkeer is besproken met Servië en Kosovo.

Effectbeoordeling

Een effectbeoordeling werd voor dit voorstel niet als noodzakelijk geacht.

Grondrechten

Dit voorstel heeft geen negatieve gevolgen voor de bescherming van de grondrechten in de Europese Unie.

4. GEVOLGEN VOOR DE BEGROTING

Dit voorstel heeft geen gevolgen voor de begroting.

5. OVERIGE ELEMENTEN

Uitvoeringsplanning en regelingen betreffende controle, evaluatie en rapportage

De gewijzigde verordening zal rechtstreeks toepasselijk zijn vanaf haar inwerkingtreding en zal onmiddellijk door de lidstaten worden uitgevoerd. Er is geen uitvoeringsplan nodig.

Artikelsgewijze toelichting

Bijlage II bij Verordening 2018/1806 wordt gewijzigd door houders van een Servisch paspoort dat is afgegeven door het Servische coördinatiedirectoraat (in het Servisch: Koordinaciona uprava) onder de verwijzing naar Servië te laten vallen.