Toelichting bij COM(2024)35 - Globaliseringsfonds aanvraag van Denemarken - EGF/2023/004 DK Danish Crown

Dit is een beperkte versie

U kijkt naar een beperkte versie van dit dossier in de EU Monitor.

ACHTERGROND VAN HET VOORSTEL

1. De regels die van toepassing zijn op de financiële bijdragen uit het Europees Fonds voor aanpassing aan de globalisering voor ontslagen werknemers (EFG) zijn vastgesteld in Verordening (EU) 2021/691 van het Europees Parlement en de Raad van 28 april 2021 betreffende het Europees Fonds voor aanpassing aan de globalisering voor ontslagen werknemers (EFG) en tot wijziging van Verordening (EU) nr. 1309/20131.

2. Op 6 december 2023 heeft Denemarken aanvraag EGF/2023/004 DK/Danish Crown ingediend voor een financiële bijdrage uit het EFG naar aanleiding van ontslagen bij Danish Crown2 en twee leveranciers en downstreamproducenten in Denemarken.

3. Na de aanvraag te hebben beoordeeld, heeft de Commissie overeenkomstig alle toepasselijke bepalingen van Verordening (EU) 2021/691 geconcludeerd dat aan de voorwaarden voor het toekennen van een financiële bijdrage uit het EFG is voldaan.

1.

Samenvatting


VAN DE AANVRAAG


EFG-aanvraagEGF/2023/004 DK/Danish Crown
LidstaatDenemarken
Betroffen regio(’s) (NUTS-niveau3 2)Noord-Jutland (DK05)
Datum van de indiening van de aanvraag6 december 2023
Datum van de bevestiging van de ontvangst van de aanvraag20 december 2023
Datum van het verzoek om aanvullende gegevens20 december 2023
Uiterste datum voor het verstrekken van de aanvullende gegevens15 januari 2024
Uiterste termijn voor de voltooiing van de beoordeling25 maart 2024
Criterium voor steunverleningArtikel 4, lid 2, punt a), van Verordening (EU) 2021/691
Primaire ondernemingDanish Crown
Economische sector(en)
(NACE Rev. 2-afdeling)4
Afdeling 10 (Vervaardiging van voedingsmiddelen)
Aantal dochterondernemingen, leveranciers en downstreamproducenten2
Referentieperiode (vier maanden):19 mei 2023 – 19 september 2023
Aantal ontslagen tijdens de referentieperiode (a)692
Aantal ontslagen vóór of na de referentieperiode (b)59
Totaal aantal ontslagen (a + b)751
Totaal aantal in aanmerking komende begunstigden751
Totaal aantal beoogde begunstigden390
Begroting voor gepersonaliseerde steunmaatregelen (EUR)2 878 001
Begroting voor de uitvoering van het EFG5 (EUR)259 020
Totale begroting (EUR)3 137 021
EFG-bijdrage (60 %) (EUR)1 882 212

BEOORDELING VAN DE AANVRAAG

Procedure

4. Denemarken heeft aanvraag EGF/2023/004 DK/Danish Crown ingediend op 6 december 2023, binnen twaalf weken na de datum waarop aan de in artikel 4, lid 2, punt a), van Verordening (EU) 2021/691 vermelde criteria voor steunverlening was voldaan. De Commissie heeft op 20 december 2023 de ontvangst van de aanvraag bevestigd en Denemarken om aanvullende gegevens verzocht. Die aanvullende gegevens werden binnen 15 werkdagen verstrekt. De termijn van 50 werkdagen na de ontvangst van de volledige aanvraag, binnen welke de Commissie moet beoordelen of de aanvraag voldoet aan de voorwaarden voor het verlenen van een financiële bijdrage, loopt op 25 maart 2024 af.

Subsidiabiliteit van de aanvraag

Betrokken ondernemingen en begunstigden

5. De aanvraag heeft betrekking op 692 ontslagen werknemers wier werkzaamheden bij Danish Crown (Danish Crown A/S) en twee leveranciers en downstreamproducenten zijn beëindigd. De primaire onderneming is actief in de economische sector die is ingedeeld in NACE Rev. 2-afdeling 10 (Vervaardiging van voedingsmiddelen). De gedwongen ontslagen door de primaire onderneming vonden plaats in de NUTS 2-regio Noord-Jutland (DK05).

Ondernemingen en aantal ontslagen tijdens de referentieperiode
Danish Crown (Danish Crown A/S en DAT-Schaub A/S)651
TekniClean A/S37
Deense Dienst voor Veterinaire Zaken en Levensmiddelen4
Totaal aantal ondernemingen: 3Totaal aantal ontslagen:692

Criteria voor steunverlening

6. Denemarken heeft de aanvraag ingediend op grond van de criteria voor steunverlening van artikel 4, lid 2, punt a), van Verordening (EU) 2021/691, die vereisen dat binnen een referentieperiode van vier maanden in een onderneming in een lidstaat de werkzaamheden van ten minste 200 ontslagen werknemers zijn beëindigd, met inbegrip van werknemers die zijn ontslagen bij leveranciers en downstreamproducenten, en/of van zelfstandigen die hun werkzaamheden hebben beëindigd.

7. De referentieperiode van vier maanden voor de aanvraag loopt van 19 mei 2023 tot en met 19 september 2023.

2.

8. De volgende beëindigingen van werkzaamheden vonden tijdens de referentieperiode plaats:


3.

- 651 ontslagen werknemers bij Danish Crown, en


- 41 ontslagen werknemers bij twee leveranciers en downstreamproducenten van Danish Crown.

Berekening van het aantal ontslagen en beëindigingen van werkzaamheden

9. Overeenkomstig artikel 6, eerste alinea, punt a), gelezen in samenhang met artikel 5, eerste alinea, punt c), van Verordening (EU) 2021/691 is het aantal beëindigingen van de werkzaamheden van de ontslagen werknemers tijdens de referentieperiode als volgt berekend:

- 651 sinds de datum waarop de arbeidsovereenkomst de facto werd beëindigd of afliep.

- 41 sinds de datum van de beëindiging van de terbeschikkingstelling aan de inlenende onderneming.

In aanmerking komende begunstigden

10. Naast de werknemers die reeds werden vermeld, komen nog 59 ontslagen werknemers in aanmerking wier werkzaamheden vóór of na de referentieperiode van vier maanden zijn beëindigd. De werkzaamheden van deze werknemers zijn beëindigd binnen zes maanden voor het begin van de referentieperiode op 19 mei 2023 en/of tussen het einde van de referentieperiode en de dag vóór de vaststelling van dit voorstel, overeenkomstig artikel 6, eerste alinea, punt b), van Verordening (EU) 2021/691, zoals vereist op grond van artikel 6, tweede alinea, van Verordening (EU) 2021/691. Er kan een duidelijk oorzakelijk verband worden gelegd met de gebeurtenis die in de referentieperiode tot de beëindiging van de werkzaamheden van de ontslagen werknemers heeft geleid, zoals voorgeschreven in artikel 6, tweede alinea, van Verordening (EU) 2021/691.

11. In totaal komen 751 werknemers in aanmerking.

Beschrijving van de gebeurtenissen die tot de ontslagen en de beëindiging van de werkzaamheden hebben geleid

12. Danish Crown is een groep Deense levensmiddelenbedrijven die zich bezighoudt met de slacht, verwerking en verkoop van voornamelijk varkens- en rundvlees. De oorzaak van deze ontslagen is de sluiting van het slachthuis van Danish Crown in Sæby in de gemeente Frederikshavn na een daling van het aantal voor slacht beschikbare varkens.

13. De Deense slachthuissector bevindt zich in een structurele crisis. Sinds 2005 is het aantal in Denemarken geslachte varkens met 4,4 miljoen (20 %) gedaald. De daling is grotendeels toe te schrijven aan een verschuiving van het fokken van slachtvarkens naar het fokken van biggen voor uitvoer. Het uitvoeren van biggen is voor Deense landbouwers rendabeler dan het vetmesten van slachtvarkens vanwege de lage prijzen van varkensvlees.

14. Terwijl het aantal geslachte varkens daalde, nam het aantal uitgevoerde biggen toe. Denemarken voerde in 2022 13,8 miljoen biggen uit, 380 % meer dan in 2005 (3,65 miljoen biggen). De meeste uitvoer ging naar Duitsland (41,3 %) en Polen (45 %). Duitsland en Polen worden sinds een paar jaar getroffen door de Afrikaanse varkenspest en kunnen daardoor niet genoeg varkens fokken om aan de binnenlandse vraag te voldoen.

15. De Deense productie van varkensvlees wordt slechts in beperkte mate aangedreven door de lokale vraag. Danish Crown exporteert 90 % van zijn productie naar de Europese, Chinese en Amerikaanse markt.

Verwachte gevolgen van de ontslagen voor de plaatselijke, regionale of nationale economie en werkgelegenheid

16. De economische kracht van Noord-Jutland, die gebaseerd was op de be- en verwerkende industrie, ontwikkelt zich vandaag rond slimme ICT en digitalisering, energie en de groene transitie, de maritieme economie en visserij, en het toerisme. In Noord-Jutland is 67 % van de banen in de particuliere sector en 33 % in de publieke sector, wat overeenkomt met het landelijk gemiddelde6.

17. Sinds de financiële crisis van 2008 is het aantal banen in de industrie en de productiesector in de gemeente Frederikshavn met 2 026 eenheden (36 %) gedaald. Hoewel deze daling deel uitmaakt van een trend in Denemarken, waar in de periode 2008‑2023 35 388 banen (11 %) in de industrie en de productiesector verloren gingen, was de daling in de gemeente Frederikshavn driemaal zo hoog. Netto daalde het aantal beschikbare banen in de regio in de periode 2011‑2021 met 664 (2 ‰). Het banenverlies als gevolg van de sluiting van het slachthuis van Danish Crown is dan ook reden voor grote bezorgdheid.

18. De arbeidsparticipatie in Noord-Jutland (76,5 %) ligt 1,1 procentpunt lager dan het nationale gemiddelde. De werkloosheid in Noord-Jutland is weliswaar laag (3,1 % in augustus 2023), maar ligt iets boven het nationale gemiddelde (2,8 %). Bovendien is het aantal werklozen in de regio in 2023 met 10 % gestegen ten opzichte van 20227. Geen enkele gemeente werd gespaard. De stijgende werkloosheid treft met name mannen: terwijl de werkloosheid onder mannen met 20 % is toegenomen, is die onder vrouwen gelijk gebleven.

19. Een gebrek aan evenwicht tussen mannen en vrouwen op de regionale arbeidsmarkt zorgt voor extra problemen bij het aanwerven van personeel. Mannen werken voornamelijk in de particuliere sector en zijn oververtegenwoordigd in de landbouw, de industrie en ambachten, terwijl vrouwen oververtegenwoordigd zijn in het openbaar bestuur, het onderwijs, de gezondheidszorg en de culturele en vrijetijdssector8. De uitsplitsing naar geslacht van de door Danish Crown ontslagen werknemers illustreert deze onevenwichtige verhouding (86 % mannen en 14 % vrouwen).

20. Volgens een analyse van FremKom49 heeft Noord-Jutland een tekort aan gekwalificeerde arbeidskrachten, zowel op technisch gebied (de groene transitie) als in de zorg, de gezondheidssector en de pedagogie (maatschappelijk welzijn). Het tekort zal tegen 2026 naar schatting stijgen tot 1 906 gekwalificeerde werknemers op technisch gebied en 946 gekwalificeerde werknemers op het gebied van de zorg, de gezondheidssector en de pedagogie. De analyse van FremKom410 is gebruikt om het maatregelenpakket op te stellen dat aan voormalige Deense werknemers van de Kroon zal worden aangeboden.

Toepassing van het EU-kwaliteitskader voor anticipatie op veranderingen en herstructurering

21. Denemarken heeft beschreven hoe rekening is gehouden met de aanbevelingen in het EU-kwaliteitskader voor anticipatie op veranderingen en herstructurering. Danish Crown heeft zich gehouden aan de Deense wetgeving inzake collectief ontslag, die voorziet in een verplichte procedure voor het informeren van en overleggen met de werknemersvertegenwoordigers. Die procedure biedt de mogelijkheid na te gaan of het aantal ontslagen kan worden vermeden of verminderd. Direct na het besluit om de locatie Sæby te sluiten startten het management van de onderneming en de werknemersvertegenwoordigers onderhandelingen over een sociaal plan, dat onder meer voorziet in aanbiedingen voor outplacement op andere locaties van Danish Crown, individuele begeleiding, sollicitatie- en opleidingsgesprekken en verhuisvergoedingen voor werknemers die naar een ander slachthuis van Danish Crown zijn overgeplaatst. In mei 2023 vond een interne carrièrebeurs plaats met ongeveer 400 interne vacatures bij Danish Crown, gevolgd door een busreis langs andere slachthuizen van Danish Crown in Denemarken.

22. Danish Crown draagt ook één miljoen Deense kroon (ongeveer 134 050 EUR) aan nationale medefinanciering bij in de kosten van de maatregelen.

23. Wat betreft de activiteiten die zijn ondernomen om de ontslagen werknemers bij te staan, heeft Denemarken gemeld dat de steun aan de werknemers kort na de ontslagen, in oktober 2023, van start is gegaan. Er werden banen- en onderwijsbeurzen georganiseerd. De ontslagen werknemers kregen ook competentiebeoordelingen (realkompetencevurdering – RKV) en opleidingen over het zoeken naar een baan aangeboden.

Complementariteit met acties die door nationale of EU-fondsen worden gefinancierd

24. Denemarken heeft bevestigd dat de hieronder beschreven maatregelen die een financiële bijdrage uit het EFG ontvangen, niet ook financiële steun van andere financiële instrumenten van de Unie zullen ontvangen.

25. Het gecoördineerde pakket aan individuele dienstverlening vormt een aanvulling op de standaardsteun van de openbare arbeidsbureaus die uit andere nationale of EU-fondsen wordt gefinancierd.

Procedures voor overleg met de beoogde begunstigden, hun vertegenwoordigers, de sociale partners of plaatselijke en regionale autoriteiten

26. Denemarken heeft laten weten dat het gecoördineerde pakket van gepersonaliseerde steunmaatregelen werd opgesteld in overleg met de vakbond NNF overeenkomstig artikel 7, lid 4, van Verordening (EU) 2021/691. Over de reeks maatregelen is tijdens de vergadering van 23 oktober 2023 overeenstemming bereikt.

27. De aanvraag werd opgesteld in nauwe samenwerking met de gemeente Frederikshavn, het Deense agentschap voor de arbeidsmarkt en aanwerving, en de arbeidsmarktraad van Noord-Denemarken. De gemeente Frederikshavn hield een bijeenkomst met relevante onderwijsinstellingen die betrokken zouden kunnen worden bij de bij- en omscholing, om het aanbod af te stemmen op de behoeften en verwachtingen.

Beoogde begunstigden en voorgestelde maatregelen

Beoogde begunstigden

28. Naar verwachting zullen 390 ontslagen werknemers aan de maatregelen deelnemen. Overeenkomstig artikel 8, lid 7, punt f), van Verordening (EU) 2021/691 is de uitsplitsing van deze werknemers naar geslacht, leeftijdscategorie en onderwijsniveau als volgt:

CategorieAantal

4.

beoogde begunstigden

Geslacht:Mannen:335(85,90 %)
Vrouwen:55(14,10 %)
Non-binair0(0,0 %)
Leeftijdscategorie:Jonger dan 30 jaar:39(10,00 %)
30-54 jaar:275(70,51 %)
Ouder dan 54 jaar:76(19,49 %)
OnderwijsniveauLager middelbaar onderwijs of minder11156(40,00 %)
Hoger middelbaar12 of postsecundair onderwijs13214(54,87 %)
Tertiair onderwijs1420(5,13 %)

Voorgestelde maatregelen

29. Overeenkomstig artikel 8, lid 7, punt h), van Verordening (EU) 2021/691 bestaat het gepersonaliseerde gecoördineerde pakket dat aan ontslagen werknemers moet worden verstrekt uit de volgende maatregelen:

- Motivering: Deze eerste maatregel is een combinatie van informatie, motivering en advisering, naast profilering van werknemers. Het belangrijkste doel van het motiveringsproces is het vertrouwen van de deelnemers in hun eigen capaciteiten te vergroten, hen ervan bewust te maken dat verbetering van hun vaardigheden hen zal helpen een nieuwe baan te vinden, mogelijke belemmeringen te bespreken die de verbetering van hun vaardigheden in de weg kunnen staan en samen oplossingen te vinden om deze belemmeringen weg te nemen.

- Behoud: Het doel van deze maatregel is de motivatie om deel te nemen aan onderwijs- en bijscholingstrajecten te behouden door ontslagen werknemers te ondersteunen met individuele begeleiding en advies, hen te helpen problemen op te lossen en belemmeringen tot een minimum te beperken.

- Opleiding over algemene competenties: In de Deense wet inzake actieve werkgelegenheidsmaatregelen is bepaald dat aan ontslagen werknemers, indien nodig, opleidingen op het gebied van lees-, schrijf- en rekenvaardigheid en dyslexie moeten worden aangeboden. Daarom versterkt het opleidingsaanbod van het EFG-pakket de basisopleiding waarin de wet voorziet en is het gericht op algemeen volwassenenonderwijs waarmee een of meer vakken op basisschoolniveau alsmede de taalvaardigheid in het Deens kunnen worden verbeterd. Cursussen Deens zijn met name relevant omdat 41 % van de ontslagen werknemers een migratieachtergrond heeft15 en niet vloeiend is in het Deens. Er is ook voorzien in opleidingen op het gebied van digitale vaardigheden en ad-hocopleidingen die zijn toegesneden op voormalige werknemers van Danish Crown. De aangepaste opleidingen zijn een combinatie van taalopleidingen en werkgelegenheidsgerichte ondersteuning (waaronder bij het zoeken naar werk) om deelnemers te helpen aan de vereisten van het arbeidsrecht te voldoen en weer in contact te komen met de arbeidsmarkt.

- Bij- en omscholing. De profielen van de ontslagen werknemers stemmen niet overeen met de vaardigheden die op de arbeidsmarkt worden gevraagd. De meeste werknemers hebben een laag niveau aan formele kwalificaties (46 %) of verouderde kwalificaties en vaardigheden (40 %). De meeste werknemers met alleen basisonderwijs behoren tot de leeftijdsgroep van 30‑39 jaar, terwijl de meeste werknemers met beroepsonderwijs of ‑opleiding als hoogste onderwijsniveau zich in de leeftijdsgroep van 50‑59 jaar bevinden. Het opleidingsaanbod omvat kortere trajecten voor de verbetering van vaardigheden (AMU-opleidingen) en beroepsopleidingen gebaseerd op competentiebeoordelingen (RKV), waarbij een certificaat wordt afgegeven van de vaardigheden die zijn verworven in het formele onderwijs, op het werk of in een voortgezette opleiding. De AMU-opleidingen richten zich op laaggeschoolde volwassenen en bestrijken de meeste beroepen, industrieën en diensten. Het AMU- aanbod varieert van basiscursussen tot zeer gespecialiseerde cursussen. De opleidingen worden gegeven in de vorm van workshops die lijken op de werkomgeving van een onderneming.

- Toelage voor opleiding/baan. Werknemers ontvangen een toelage wanneer zij een opleiding volgen of een baan zoeken.

30. Het opleidingsaanbod werd opgesteld op basis van verschillende studies, zoals de Jobbarometer 2023 (een analyse van de lokale arbeidsbehoeften in Frederikshavn, Hjørring, Jammerbugt en de gemeente Brønderslev), een tweemaal per jaar gepubliceerd arbeidsmarktverslag met een vacatureoverzicht, en de FremKom4-analyse over vaardigheden. Het heeft tot doel de algemene competenties (waaronder taal- en rekenvaardigheid), digitale competenties en de vaardigheden waaraan een tekort bestaat in bepaalde beroepen, te verbeteren. De inhoud van het opleidingsaanbod is dus gericht op de verspreiding van de vaardigheden die vereist zijn in het digitale industriële tijdperk en in een hulpbronnenefficiënte economie, zoals vereist op grond van artikel 7, lid 2, van Verordening (EU) 2021/691.

31. De hier voorgestelde maatregelen zijn actieve arbeidsmarktbeleidsmaatregelen die behoren tot de in artikel 7 van Verordening (EU) 2021/691 vastgestelde voor een financiële bijdrage in aanmerking komende maatregelen. Deze maatregelen komen niet in de plaats van maatregelen die gericht zijn op passieve sociale bescherming.

32. Denemarken heeft de nodige informatie verstrekt over maatregelen waartoe het betrokken bedrijf krachtens de nationale wetgeving of collectieve arbeidsovereenkomsten verplicht is. Overeenkomstig artikel 9, lid 1, van Verordening (EU) 2021/691 heeft Denemarken bevestigd dat een financiële bijdrage uit het EFG niet in de plaats komt van dergelijke maatregelen.

Geraamde begroting

33. De totale kosten worden op 3 137 021 EUR geraamd en omvatten de kosten voor individuele dienstverlening (2 878 001 EUR) en voor de activiteiten op het vlak van voorbereiding, beheer, voorlichting, publiciteit, controle en rapportage (259 020 EUR).

34. Van het EFG wordt in totaal een financiële bijdrage van 1 882 212 EUR (60 % van de totale kosten) gevraagd.

35. Overeenkomstig artikel 8, lid 7, punt m), van Verordening (EU) 2021/691 heeft Denemarken gespecificeerd dat de nationale voorfinanciering en medefinanciering worden verstrekt door de Deense autoriteit voor het bedrijfsleven, samen met de gemeenten Frederikshavn, Aalborg, Hjørring en Brønderslev en Danish Crown.

MaatregelenGeraamd aantal deelnemersGeraamde kosten per deelnemer
(in EUR)16
Geraamde totale kosten
(in EUR)17
Gepersonaliseerde steunmaatregelen (maatregelen uit hoofde van artikel 7, lid 2, tweede alinea, punt a), van Verordening (EU) 2021/691)
Motivering753 200240 000
Behoud751 20090 000
Opleiding over algemene competenties8510 667906 667
Bij- en omscholing1703 733634 667
Subtotaal a):

5.

Percentage van het pakket van gepersonaliseerde steunmaatregelen

1 871 334
(65,02 %)
Toelagen en stimulansen (maatregelen uit hoofde van artikel 7, lid 2, tweede alinea, punt b), van Verordening (EU) 2021/691)
Toelage voor het volgen van een opleiding/het zoeken naar een baan3902 5811 006 667
Subtotaal b):

6.

Percentage van het pakket van gepersonaliseerde steunmaatregelen:

1 006 667
(34,98 %)
Activiteiten overeenkomstig artikel 7, lid 5, van Verordening (EU) 2021/691
1. Voorbereiding
38 853
2. Beheer
129 510
3. Voorlichting en publiciteit
51 804
4. Controle en rapportage
38 853
Subtotaal c):

7.

Percentage van de totale kosten:

259 020
(8,26 %)
Totale kosten (a + b + c):3 137 021
EFG-bijdrage (60 % van de totale kosten)1 882 212

36. De kosten van de in de bovenstaande tabel opgenomen maatregelen die vallen onder artikel 7, lid 2, tweede alinea, punt b), van Verordening (EU) 2021/691, bedragen niet meer dan 35 % van de totale kosten voor het gecoördineerde pakket gepersonaliseerde steunmaatregelen. Denemarken heeft bevestigd dat deze maatregelen afhangen van de actieve deelname van de beoogde begunstigden aan opleidingsactiviteiten en activiteiten in verband met het zoeken van een baan.

Periode waarbinnen de uitgaven voor financiering in aanmerking komen

37. Denemarken heeft de beoogde begunstigden met ingang van 16 oktober 2023 individuele dienstverlening verstrekt. De uitgaven voor de maatregelen komen derhalve vanaf 16 oktober 2023 tot 24 maanden na de datum van inwerkingtreding van het financieringsbesluit voor een financiële bijdrage uit het EFG in aanmerking.

38. Op 1 juni 2023 heeft Denemarken de eerste administratieve uitgaven gedaan met het oog op de uitvoering van het EFG. De uitgaven voor activiteiten op het vlak van voorbereiding, beheer, voorlichting en publiciteit en controle en rapportage zullen derhalve van 1 juni 2023 tot 31 maanden na de datum van inwerkingtreding van het financieringsbesluit voor een financiële bijdrage uit het EFG in aanmerking komen.

Beheers- en controlesystemen

39. De aanvraag bevat een beschrijving van het beheers- en controlesysteem zoals voorgeschreven in artikel 23 van Verordening (EU) 2021/691, waarin de verantwoordelijkheden van de betrokken instanties zijn vastgesteld. Denemarken heeft de Commissie ervan in kennis gesteld dat de financiële bijdrage uit het EFG wordt beheerd en gecontroleerd door dezelfde instanties als die voor het Europees Sociaal Fonds, waarvoor de Deense autoriteit voor het bedrijfsleven ook de beheersautoriteit is. De auditautoriteit is die van de Deense autoriteit voor het bedrijfsleven voor het Europees Regionaal Fonds en het Europees Sociaal Fonds Plus. De gemeente Frederikshavn is verantwoordelijk voor de uitvoering van de maatregelen. De Deense autoriteiten zullen hiertoe een partnerschapsovereenkomst met de gemeente Frederikshavn sluiten.

Toezeggingen door de betrokken lidstaat

8.

40. Denemarken heeft op de volgende punten de nodige garanties geboden:


- bij de toegang tot de voorgestelde maatregelen en de uitvoering ervan zullen de beginselen van gelijke behandeling en non-discriminatie worden gerespecteerd;

- er is voldaan aan de voorschriften van de nationale en EU-wetgeving inzake collectieve ontslagen;

- Danish Crown heeft zijn activiteiten na de ontslagen voortgezet, is zijn wettelijke verplichtingen nagekomen en heeft dienovereenkomstig de nodige maatregelen voor zijn werknemers getroffen;

- dubbele financiering wordt voorkomen;

- de financiële bijdrage uit het EFG zal voldoen aan de procedurele en materiële EU-regels inzake overheidssteun.

GEVOLGEN VOOR DE BEGROTING

Begrotingsvoorstel

41. Overeenkomstig artikel 8 van Verordening (EU, Euratom) 2020/2093 van de Raad van 17 december 2020 tot bepaling van het meerjarig financieel kader voor de jaren 2021‑2027 mag het EFG het jaarlijks maximumbedrag van 186 miljoen EUR (prijzen van 2018) niet overschrijden18.

42. Na te hebben onderzocht of de aanvraag voldoet aan de voorwaarden van artikel 13, leden 1 en 2, van Verordening (EU) 2021/691, en rekening houdend met het aantal beoogde begunstigden, de voorgestelde maatregelen en de geraamde kosten, stelt de Commissie voor om uit het EFG een bedrag van 1 882 212 EUR beschikbaar te stellen — hetgeen overeenkomt met 60 % van de totale kosten van de voorgestelde maatregelen — teneinde een financiële bijdrage toe te kennen in het kader van de aanvraag.

43. Overeenkomstig artikel 15, lid 1, eerste alinea, tweede zin, van Verordening (EU) 2021/691 en zoals voorgeschreven in punt 9 van het Interinstitutioneel Akkoord van 16 december 2020 tussen het Europees Parlement, de Raad van de Europese Unie en de Europese Commissie betreffende de begrotingsdiscipline, de samenwerking in begrotingszaken en een goed financieel beheer, alsmede betreffende nieuwe eigen middelen, met inbegrip van een routekaart voor de invoering van nieuwe eigen middelen, zal het voorgestelde besluit om middelen uit het EFG beschikbaar te stellen gezamenlijk door het Europees Parlement en de Raad worden genomen19.

Met dit besluit samenhangende handelingen

44. Tegelijk met dit voorstel voor een besluit om middelen uit het EFG beschikbaar te stellen, dient de Commissie bij het Europees Parlement en de Raad een voorstel in om 1 882 212 EUR naar het desbetreffende begrotingsonderdeel over te schrijven.

45. Tegelijk met dit voorstel voor een besluit om middelen uit het EFG beschikbaar te stellen, heeft de Commissie ook een besluit over een financiële bijdrage vastgesteld dat een financieringsbesluit is in de zin van artikel 110 van Verordening (EU, Euratom) 2018/104620. Dat financieringsbesluit treedt overeenkomstig artikel 15, lid 2, eerste alinea, van Verordening (EU) 2021/691 in werking op de datum waarop het Europees Parlement en de Raad de Commissie in kennis stellen van de goedkeuring van de begrotingsoverschrijving.