Toelichting bij COM(2025)337 - Uitvoering en de resultaten van het Pericles IV-programma voor de bescherming van de euro tegen valsemunterij in 2024

Dit is een beperkte versie

U kijkt naar een beperkte versie van dit dossier in de EU Monitor.

EUROPESE COMMISSIE

1.

Brussel, 27.6.2025


COM(2025) 337 final


VERSLAG VAN DE COMMISSIE

AAN HET EUROPEES PARLEMENT, DE RAAD EN DE EUROPESE CENTRALE BANK

betreffende de uitvoering en de resultaten van het Pericles IV-programma voor de bescherming van de euro tegen valsemunterij in 2024


VERSLAG VAN DE COMMISSIE

AAN HET EUROPEES PARLEMENT, DE RAAD EN DE EUROPESE CENTRALE BANK

betreffende de uitvoering en de resultaten van het Pericles IV-programma voor de bescherming van de euro tegen valsemunterij in 2024


2.

1.Algemeen


Het Pericles IV-programma is een programma voor uitwisseling, bijstand en opleiding voor de bescherming van de euro tegen valsemunterij. Het vervangt het Pericles 2020-programma (dat liep van 2013 tot en met 2020) en de Pericles-programma’s (die liepen over de periode 2002-2013). Het programma is ingesteld bij Verordening (EU) 2021/840 1 . Bij Verordening (EU) 2021/1696 van de Raad 2 werd de toepassing ervan uitgebreid tot de niet-deelnemende lidstaten. Krachtens Verordening (EU) 2021/840 loopt het programma tot en met 31 december 2027. Overeenkomstig artikel 12, lid 3, van die verordening moet de Commissie het Europees Parlement, de Raad en de Europese Centrale Bank jaarlijks informatie verstrekken over de resultaten van het programma. Dit is het jaarverslag voor 2024. Het verschaft informatie over de vastleggingen en de uitvoering van het Pericles IV-programma in 2024 en over de uitvoering in dat jaar van acties die in de voorgaande jaren zijn vastgelegd.

3.

2.Vastleggingen in het kader van het jaarlijkse werkprogramma 2024


Het jaarbudget voor de uitvoering van het Pericles IV-programma was voor 2024 vastgesteld op 884 755 EUR en werd gefinancierd uit begrotingsonderdeel 06.030100-C1 3 van de algemene begroting 2024 van de Europese Unie. In totaal werd in 2024 een bedrag van 884 755 EUR vastgelegd, wat neerkomt op 100 % van het totale budget. Het programma wordt uitgevoerd door middel van acties met medefinanciering (subsidies) van de bevoegde autoriteiten van de lidstaten en door middel van “acties van de Commissie” die rechtstreeks door de Commissie worden georganiseerd. Het totale vastgelegde bedrag omvat ook een vastlegging van 37 225 EUR om de jaarlijkse kosten te dekken van het gebruik van het eGrants-instrument, een volledig elektronisch (papierloos) beheersysteem voor subsidies 4 . Naast het operationele begrotingsonderdeel is 81 896,64 EUR beschikbaar gesteld op het begrotingsonderdeel, met inbegrip van de interne bestemmingsontvangsten (begrotingsonderdeel 06.030100-C4 van de algemene EU-begroting) 5 . Van dit bedrag is in 2024 66 456,34 EUR vastgelegd voor twee subsidies 6 .

De uitvoering van het programma getuigt van de vastberadenheid van de lidstaten en de Commissie om de euro tegen valsemunterij te beschermen. Dankzij overleg over de jaarlijkse strategie op de bijeenkomsten van de deskundigengroep eurovalsemunterij (ECEG) konden de belangrijkste dreigingen worden omschreven en behandeld en kon 100 % van het totale budget 2024 worden vastgelegd.

Het programma heeft financiering vastgelegd voor in totaal tien projecten 7 : er werden acht subsidies toegekend aan aanvragen afkomstig van bevoegde autoriteiten van de lidstaten, en er werden twee acties van de Commissie gefinancierd.

De twee acties van de Commissie werden in 2024 uitgevoerd en twee subsidies werden gedeeltelijk uitgevoerd in 2024, terwijl de resterende subsidies zullen worden uitgevoerd in 2025 en daarna.

4.

Figuur I en figuur II: Soort gefinancierde acties en aantal acties per lidstaat (acties vastgelegd in 2024; zie bijlage I)



Italië en Spanje, twee van de lidstaten die het zwaarst door eurovalsemunterij worden getroffen, ontvingen dit jaar opnieuw Pericles-subsidies. Daarnaast hebben Portugal en Kroatië in 2024 subsidies in het kader van het programma ontvangen. Al deze inspanningen versterken de bescherming van de euro, hetgeen gunstig is voor alle andere lidstaten.

De acties waarvoor in 2024 vastleggingen zijn gedaan, bestaan uit vier seminars, drie uitwisselingen van personeel, twee technische opleidingssessies en één aankoop van apparatuur.


De acties zullen zowel binnen als buiten de EU plaatsvinden, afhankelijk van specifieke behoeften. Al van bij de aanvang heeft het programma zijn regionale aanpak geconsolideerd door acties uit te voeren waarbij regio’s in de wereld betrokken zijn die van bijzonder belang zijn in de strijd tegen valsemunterij, zoals Zuidoost-Europa, China, Turkije en Zuid-Amerika.


5.

3.Uitvoering van acties in 2024


Samenvatting



Dit onderdeel analyseert de uitvoering van alle door Pericles gefinancierde acties tijdens het kalenderjaar 2024. Het omvat derhalve acties die zijn vastgelegd in het kader van de Pericles IV-begrotingen voor 2023 8 en 2024 9 (11 subsidies en 2 acties van de Commissie).


In 2024 zijn er in totaal 13 door Pericles gefinancierde acties uitgevoerd, waaronder:

·de gedeeltelijke uitvoering door Kroatië en Portugal van 2 subsidieacties die in 2024 zijn vastgelegd;

·de uitvoering door lidstaten van 9 subsidieacties die in 2023 zijn vastgelegd: deze acties werden uitgevoerd door Italië (4 acties), Spanje (4 acties) en Frankrijk (1 actie);

·de uitvoering van 3 door de Commissie aanbestede acties (vastgelegd in 2024).


De bovengenoemde acties bestaan uit 5 uitwisselingen van personeel, 4 technische opleidingssessies, 3 seminars en 1 aankoop van apparatuur. Naar schatting namen 415 deskundigen deel aan de acties 10 .


Tot slot werd in 2024 de tussentijdse evaluatie van het Pericles IV-programma verricht. In de evaluatie (die de periode 2021-2023 bestreek) werd onder meer de verwezenlijking van de doelstellingen van het programma beoordeeld aan de hand van de criteria van doeltreffendheid, doelmatigheid, relevantie, samenhang en meerwaarde van de EU.


6.

Figuur III en figuur IV: herkomst en professionele achtergrond van deelnemers (acties uitgevoerd in 2024)




Herkomst van de deelnemers

De deelnemers kwamen uit 51 landen. De meeste deelnemers van de opleiding (70 %) waren Europees: 52 % uit de lidstaten van de eurozone, 6 % uit lidstaten buiten de eurozone en 12 % uit niet-EU-landen in Europa. Van de overige deelnemers kwam 12 % uit Latijns-Amerika, 6 % uit Europese instellingen, 6 % uit Afrika en 6 % uit andere regio’s.


7.

Professionele achtergrond van de deelnemers



In 49 % van de gevallen ging het om leden van politiediensten. Die sterke vertegenwoordiging heeft te maken met het feit dat de politie zich bij de strijd tegen eurovalsemunterij in de frontlijn bevindt. Bij deze politiemensen gaat het zowel om rechercheurs als om technici. Deskundigen van de nationale centrale banken vertegenwoordigden 32 % van de deelnemers, waardoor zij de op één na grootste groep vormen. Net als in 2023 werd in 2024 bij diverse acties deelgenomen door centrale banken. Ook personeelsleden van de Europese instellingen (6 %), nationale munten (3 %), de rechterlijke macht (3 %), douane (2 %) en andere categorieën (3 %) namen deel, met een volledig scala aan professionele achtergronden. Ten slotte werd de 5e Platform 1210-bijeenkomst voor het vijfde jaar bijgewoond door vertegenwoordigers van de sector munttelmachines (3 %). Dit bevestigt opnieuw dat de particuliere sector een opvallende belanghebbende is in de strijd tegen namaak. Bijgevolg neemt de uitvoering van het programma dankzij de hoge mate van diversificatie wat professionele achtergrond betreft, de grensoverschrijdende en multidisciplinaire dimensies aan die daarvoor vereist zijn op grond van Verordening (EU) 2021/840.


8.

Hoogtepunten uit 2024



Het programma is erin geslaagd om de regionale internationale samenwerking in Zuidoost-Europa en Latijns-Amerika in 2024 voort te zetten en verder te versterken:

·in 2024 zijn verschillende Pericles-acties uitgevoerd die erop gericht zijn sterke samenwerking tussen de bevoegde nationale autoriteiten in Zuidoost-Europa aan te moedigen en te handhaven. Zo vonden personeelsuitwisselingen plaats georganiseerd door het Italiaanse Comando Carabinieri Antifalsificazione Monetaria (CCAFM), twee personeelsuitwisselingen georganiseerd door de Italiaanse Guardia di Finanza (GdF) en technische opleidingen georganiseerd door de Kroatische Nationale Bank (CNB) met deelnemers uit negen Zuidoost-Europese landen. Deze zullen in 2025 worden afgerond. Deze acties omvatten ook studiebezoeken en/of deelname van deskundigen uit Turkije, een belangrijk prioritair land, aangezien het een potentiële hotspot is voor de productie en doorvoer van valse euromunten.

·De Spaanse Brigada de Investigación del Banco de España (BIBE) organiseerde een opleiding in bestrijding van valsemunterij voor deskundigen uit Latijns-Amerika. Autoriteiten van tien landen kwamen hiervoor samen in Buenos Aires, Argentinië. In het kader van de actie werden maatregelen bevorderd om de euro te beschermen tegen valsemunterij in Latijns-Amerikaanse landen die hiervoor mogelijk gevoelig zijn. Voorts worden hiermee de banden versterkt tussen specifieke nationale centrale kantoren die recentelijk opgericht zijn in deze regio.


Kenmerkend in de uitvoering van het programma in 2024 waren ook acties waar de klemtoon lag op thematische ontwikkelingen in de strijd tegen valsemunterij:

·Tot de prioriteiten in een aantal acties behoorden de strijd tegen hoogwaardige categorieën vervalsingen, de tenuitvoerlegging van Verordening (EU) nr. 1210/2010 en de behandeling van euromunten die niet geschikt zijn voor circulatie. Acties die daarop gericht zijn, waren onder meer de opleiding in de analyse van valse munten voor technische deskundigen en de technische opleiding over beste praktijken voor de behandeling van voor circulatie ongeschikte euromunten, beide activiteiten die georganiseerd werden door de Banco de España. Op de 6e bijeenkomst van Platform 1210, die als actie van de Commissie werd georganiseerd, kwamen ook belanghebbenden samen uit de sector munttelmachines en de nationale analysecentra voor munten.

·Dat bevordering van samenwerking met autoriteiten van niet-EU-landen waar er een vermoeden of bewijs van eurovalsemunterij bestaat, prioritair is, bleek op het 3e platform EU-China voor de bescherming van munten tegen valsemunterij. Het evenement, dat als actie van de Commissie werd georganiseerd, was een vervolg op evenementen die eerder in het kader van het platform EU-China waren georganiseerd in Brussel (2017) en Peking (2019). Dankzij de bijeenkomst waren de EU en de Chinese autoriteiten in staat hun operationele en administratieve samenwerking voort te zetten, en werd ook duidelijk dat de communicatiekanalen moeten worden verbeterd en dat de uitwisseling van informatie vlotter moet verlopen. Er vonden diepgaande besprekingen plaats over wederzijdse uitdagingen op het gebied van de bestrijding van valsemunterij, zoals het probleem van bankbiljetten met gewijzigd ontwerp, veiligheidskenmerken van vervalste euro’s en uit China komende valse euromunten. Op die manier kon vooruitgang worden geboekt om de samenwerking op administratief niveau te verbeteren.


Tot slot werden in 2024 verschillende technische opleidingen georganiseerd met een meer innovatieve vormgeving. In het bijzonder organiseerde de Franse OCRFM technische en operationele opleidingen over de bescherming van de euro tegen valsemunterij (TOTP), bestaande uit een aantal simulatieworkshops waar deelnemers terechtkwamen in situaties die gemodelleerd zijn op echte onderzoeken in de strijd tegen valsemunterij. Voorts heeft de Portugese Policia Judiciaria gedeeltelijk uitvoering gegeven aan het initiatief inzake capaciteitsopbouw voor de opsporing, analyse en melding van valse eurobankbiljetten door de Kaapverdische politieautoriteiten (Counteract), bestaande uit de aankoop van uitrusting die de Kaapverdische autoriteiten nodig hebben voor opsporingen in de strijd tegen valsemunterij, en opleidingen in het gebruik daarvan.


9.

4.Monitoring van de kwantitatieve en kwalitatieve indicatoren


Op grond van artikel 12, lid 3, van Verordening (EU) 2021/840 moet in dit verslag rekening worden gehouden met de kwantitatieve en kwalitatieve indicatoren van het Pericles IV-programma. Over deze indicatoren zijn voor 2024 de volgende gegevens bekend:

1.Aantal ontdekte valse euro’s (bankbiljetten: 554 000, munten: 416 276): De doelstelling voor deze indicator is het aantal ontdekte valse euro’s (bankbiljetten en muntstukken) binnen een marge te houden van ± 5 % ten opzichte van het gemiddelde over de periode 2014-2020 (671 000/174 112). Het aantal ontdekte valse eurobankbiljetten is lager dan het streefcijfer, maar neemt geleidelijk toe. Het aantal ontdekte munten overschreed het vastgestelde streefcijfer. Er is echter slechts een indirect verband tussen het programma en deze indicatoren omdat uiteenlopende externe factoren ook een belangrijke rol spelen. Externe factoren zijn onder meer vorderingen in politieonderzoeken en de hoeveelheid geproduceerd vals geld.

2.Aantal ontmantelde illegale werkplaatsen (9): Voor het aantal ontmantelde illegale werkplaatsen geldt als doel dit aantal binnen een marge te houden van ± 10 % ten opzichte van 2019 (22). Het aantal in 2024 ontmantelde illegale werkplaatsen is lager dan de streefwaarde. Zoals toegelicht bij indicator nr. 1, is het verband tussen het programma en deze indicator alleen indirect omdat uiteenlopende externe factoren een belangrijke rol spelen.

3.Aantal uniek bevoegde autoriteiten die aanvragen voor het programma hebben ingediend (9): Met deze indicator wordt de belangstelling van de bevoegde nationale autoriteiten voor het programma gemeten. Het streefdoel is 12 voor 2024 en 24 voor 2027. Hoewel het aantal unieke aanvragers van het programma toeneemt, blijft het lager dan het streefcijfer.

4.Tevredenheidspercentage van deelnemers aan de door het programma gefinancierde acties (99,36 % in 2023): Deze indicator meet de kwaliteit van de opleidingen zoals die door deelnemers wordt ervaren. De streefwaarde is 75 %. Het percentage positieve feedback ligt aanzienlijk boven de streefwaarde.

5.Feedback van deelnemers die reeds aan eerdere Pericles-acties hebben deelgenomen, wat betreft de impact van het programma op hun activiteiten inzake bescherming van de euro tegen valsemunterij (98,78 %): Deze indicator meet de duurzaamheid van de acties van het programma. De streefwaarde is 75 %. Het percentage positieve feedback ligt aanzienlijk boven de streefwaarde.


10.

5.Conclusies en vooruitzichten


Het Pericles IV-programma blijft, net als zijn voorganger, een belangrijk en efficiënt instrument in de strijd tegen valsemunterij. Het programma ondersteunt studies, onderhoudt en ontwikkelt samenwerking en ondersteunt de uitwisseling van beste praktijken tussen alle belanghebbenden die betrokken zijn bij de bestrijding van eurovalsemunterij. Het feit dat in 2024 100 % van de totale begroting is vastgelegd, toont aan dat de lidstaten belangstelling hebben voor het programma.

De Commissie verspreidt regelmatig de resultaten van in het kader van het programma ondersteunde projecten onder de deskundigen in de deskundigengroep eurovalsemunterij (ECEG). In 2024 vonden drie ECEG-bijeenkomsten plaats. Het programma vertoont een grote samenhang en sluit goed aan bij andere relevante programma’s en acties op Unieniveau, omdat uitsluitend wordt ingezet op de bescherming van de euro door voorkoming en bestrijding van een specifieke vorm van georganiseerde misdaad, namelijk de eurovalsemunterij. Voorbeelden daarvan zijn het instrument voor technische bijstand en uitwisseling van informatie (TAIEX) van DG NEAR, dat het meest wordt gebruikt om toetredingsonderhandelingen te ondersteunen, en het Fonds voor interne veiligheid – Politie van DG HOME 11 , dat gericht is op preventie en bestrijding van misdaad in het algemeen. Nu valsemunterij een van de prioriteiten in het operationele actieplan van Empact 12 is geworden, zorgt de Commissie voor een nauwe coördinatie met de Empact-projectleiders om de twee financieringsbronnen onderling zo complementair mogelijk te maken.


Op basis van de uitkomsten van het programma tot op heden en de doorlopende analyse van opkomende dreigingen die binnen de ECEG worden besproken, zijn de volgende prioriteiten voor 2025 vastgesteld 13 :

·ondersteuning van activiteiten die inzetten op een sterkere samenwerking tussen de lidstaten die bijzonder te lijden hebben onder de productie en verspreiding van vals geld;

·stimuleren van samenwerking met autoriteiten uit niet-EU-landen waarvoor er vermoedens of bewijzen van de productie van valse euro’s bestaan;

·instandhouding van een doeltreffend kader voor de bescherming van de euro in Zuidoost-Europa;

·actuele ontwikkelingen:

odistributie van vervalsingen en hoogwaardige onderdelen op het darknet, en nepgeld voor films en “prop copy”-producten online (met inbegrip van biljetten met gewijzigd ontwerp);

osteun voor de oprichting/versterking van nationale centrale bureaus;

oeuromuntstukken: strijd tegen hoogwaardige categorieën vervalsingen, de tenuitvoerlegging van Verordening (EU) nr. 1210/2010 en de behandeling van voor circulatie ongeschikte euromunten.

(1) Verordening (EU) 2021/840 van het Europees Parlement en de Raad van 20 mei 2021 tot vaststelling van een programma inzake uitwisselingen, bijstand en opleiding voor de bescherming van de euro tegen valsemunterij voor de periode 2021-2027 (het “Pericles IV-programma”) en tot intrekking van Verordening (EU) nr. 331/2014.
(2) Verordening (EU) 2021/1696 van de Raad van 21 september 2021 waarbij de toepassing van Verordening (EU) 2021/840 van het Europees Parlement en de Raad tot vaststelling van een programma inzake uitwisselingen, bijstand en opleiding voor de bescherming van de euro tegen valsemunterij voor de periode 2021-2027 (het programma “Pericles IV”) wordt uitgebreid tot de niet-deelnemende lidstaten.
(3) Begrotingsonderdeel 06.030100-C1: bescherming van de euro tegen valsemunterij. C1: Door de begrotingsautoriteit goedgekeurde kredieten voor de lopende begroting.
(4) Het volledige bedrag voor het gebruik van het eGrants-instrument was 44 941 EUR.
(5) Begrotingsonderdeel 06.030100-C4: Bescherming van de euro tegen valsemunterij — Bestemmingsontvangsten C4: De bestemmingsontvangsten zijn afkomstig van een invorderingsopdracht (bedrag dat door een begunstigde aan de Commissie is geretourneerd ten gevolge van een niet-bestede prefinanciering) met betrekking tot artikel 21 van de financiële verordening die van toepassing is op de algemene begroting van de Unie (herschikking) ) .
(6) De resterende 15 440,30 EUR zal beschikbaar worden gesteld voor de uitvoering van Pericles in 2025 (begrotingsonderdeel IAR2/2|2025|ECFIN|E.06030100|PERICLES_21_27)
(7) Een algemeen overzicht van de in 2024 vastgelegde Pericles-acties is te vinden in bijlage I.
(8) Een algemeen overzicht van de acties waarvoor vóór 2024 middelen waren vastgelegd en die in 2024 zijn uitgevoerd, is te vinden in bijlage II.
(9) Een algemeen overzicht van de in 2024 vastgelegde Pericles-acties is te vinden in bijlage I. Opgemerkt zij dat dit hoofdstuk alleen betrekking heeft op die acties in bijlage I die in 2024 (gedeeltelijk) zijn uitgevoerd.
(10) Raming op basis van het technisch eindverslag (indien reeds ontvangen) en de door de begunstigden ingediende aanvraagformulieren
(11)

Regulation (EU) 2021/1149 Verordening (EU) 2021/1149 van het Europees Parlement en de Raad van 7 juli 2021 tot oprichting van het Fonds voor interne veiligheid (PB L 251 van 15.7.2021, blz. 94).

(12) Empact (Europees multidisciplinair platform tegen criminaliteitsdreiging) is een door de EU-lidstaten aangestuurd veiligheidsinitiatief om bedreigingen van de georganiseerde en zware internationale misdaad te identificeren, te prioriteren en aan te pakken. In 2021 is Empact een permanent instrument geworden, zoals bepaald in de conclusies van de Raad over de permanente voortzetting van de EU-beleidscyclus voor georganiseerde en zware internationale criminaliteit. Onder de lidstaten is Bulgarije de drijvende kracht achter de Empact-prioriteit die geldt voor “misdrijven op het gebied van intellectuele-eigendomsrechten, namaak van goederen en munten”.
(13)

De prioriteiten van het programma voor 2025 zijn een essentieel onderdeel van het jaarlijkse werkprogramma, dat is gehecht aan het besluit van de Commissie van 18 februari 2024 betreffende de financiering van het Pericles IV-programma en de vaststelling van het jaarlijkse werkprogramma 2025 (C(2025) 972 final).