Overwegingen bij COM(2007)480 - Selectie en machtiging van systemen die mobiele satellietdiensten (MSS) leveren

Dit is een beperkte versie

U kijkt naar een beperkte versie van dit dossier in de EU Monitor.

 
 
(1) Zoals de Raad in zijn conclusies van 3 december 2004 heeft bevestigd, is een efficiënt en coherent gebruik van het radiospectrum van essentieel belang voor de ontwikkeling van elektronische-communicatiediensten en draagt dit bij tot de stimulering van groei, concurrentievermogen en werkgelegenheid; de toegang tot het spectrum moet worden vergemakkelijkt om de efficiëntie te verbeteren en innovatie alsmede een grotere flexibiliteit voor de gebruikers en meer keuze voor de consument te bevorderen, waarbij rekening moet worden gehouden met doelstellingen van algemeen belang.

(2) Het Europees Parlement heeft in Resolutie 2006/2212 van 14 februari 2007 ("Naar een Europees radiospectrumbeleid") het belang van communicatie onderstreept voor plattelandsgebieden en minder ontwikkelde regio’s, die op doeltreffende wijze zouden kunnen worden geholpen door de verspreiding van de breedbandtechniek, mobiele communicatie bij lagere frequentie en nieuwe draadloze technologieën om tot een universele dekking van de EU van 27 lidstaten te komen met het oog op een duurzame ontwikkeling van alle gebieden[5]. Het Europees Parlement heeft tevens opgemerkt dat de regelingen van de lidstaten voor de toewijzing en benutting van spectrum sterk verschillen en dat deze verschillen ernstige belemmeringen vormen voor de verwezenlijking van een goed functionerende interne markt.

(3) De Commissie heeft in haar mededeling van 26 april 2007 over het Europese ruimtebeleid[6] tevens als doelstelling geformuleerd dat de introductie van innovatieve diensten voor satellietcommunicatie moet worden vergemakkelijkt, met name door de vraag in afgelegen en landelijke gebieden te bundelen, terwijl zij benadrukt dat er pan-Europese vergunningen voor satellietdiensten en spectrum moeten komen.

(4) Richtlijn 2002/21/EG van het Europees Parlement en de Raad van 7 maart 2002 inzake een gemeenschappelijk regelgevingskader voor elektronische-communicatienetwerken en -diensten (Kaderrichtlijn)[7] is gericht op de bevordering van een efficiënt gebruik en de waarborging van een effectief beheer van de radiofrequenties en de nummervoorraad, het opheffen van de nog resterende belemmeringen voor het leveren van de desbetreffende netwerken en diensten, de waarborging dat er geen sprake is van verschil in behandeling en de bevordering van de aanleg en ontwikkeling van trans-Europese netwerken en de interoperabiliteit van pan-Europese diensten.

(5) De introductie van nieuwe systemen die mobiele satellietdiensten (MSS) leveren zal bijdragen tot de ontwikkeling van de interne markt en de concurrentie bevorderen door de beschikbaarheid van pan-Europese diensten en eind-tot-eind connectiviteit op te voeren alsmede efficiënte investeringen te stimuleren. MSS vormen een innovatief alternatief platform voor verschillende soorten pan-Europese telecommunicatie- en omroep/multicastingdiensten, ongeacht de locatie van eindgebruikers, zoals zeer snelle toegang tot internet/intranet, mobiele multimedia en civiele bescherming en rampenbestrijding. Deze diensten zouden met name de dekking van landelijke gebieden in de Gemeenschap kunnen verbeteren, waarmee de digitale kloof in geografisch opzicht wordt overbrugd, terwijl tegelijkertijd overeenkomstig de doelstellingen van de vernieuwde Lissabon-strategie wordt bijgedragen tot het concurrentievermogen van de Europese industrie voor informatie- en communicatietechnologie.

(6) Satellietcommunicatie is van nature een grensoverschrijdende zaak en komt derhalve eerder in aanmerking voor internationale of regionale dan voor zuiver nationale regelgeving. Pan-Europese satellietdiensten zijn een belangrijk onderdeel van de interne markt en kunnen een aanzienlijke bijdrage leveren tot de verwezenlijking van de doelstellingen van de Europese Unie, zoals de uitbreiding van de geografische dekking van breedband overeenkomstig het i 2010-initiatief[8]. Nieuwe toepassingen van mobiele satellietsystemen zullen de komende jaren naar voren komen.

(7) Beschikking 2007/98/EG van de Commissie van 14 februari 2007 betreffende het geharmoniseerde gebruik van het radiospectrum in de 2 GHz-frequentieband voor de implementatie van systemen voor mobiele satellietdiensten[9] bepaalt dat de lidstaten deze frequentiebanden met ingang van 1 juli 2007 beschikbaar stellen voor systemen die in de Gemeenschap mobiele satellietdiensten leveren.

(8) Onder het technisch beheer van radiospectrum, zoals georganiseerd door Beschikking nr. 676/2002/EG van het Europees Parlement en de Raad van 7 maart 2002 inzake een regelgevingskader voor het radiospectrumbeleid in de Europese Gemeenschap (Radiospectrumbeschikking)[10] in het algemeen en Beschikking 2007/98/EG van de Commissie in het bijzonder, vallen niet de procedures voor de toewijzing van spectrum en de verlening van gebruiksrechten voor radiofrequenties.

(9) Met uitzondering van artikel 8 van Richtlijn 2002/20/EG van het Europees Parlement en de Raad van 7 maart 2002 betreffende de machtiging voor elektronische-communicatienetwerken en -diensten (Machtigingsrichtlijn)[11] worden de exploitanten van mobiele satellietdiensten uit hoofde van het bestaande EU-regelgevingskader voor elektronische communicatie op nationaal niveau geselecteerd en gemachtigd.

(10) De regelgeving van de Internationale Telecommunicatie-Unie (ITU) voorziet in procedures voor de coördinatie van satelliet-radiofrequenties als instrument om schadelijke interferentie onder controle te houden, maar strekt zich niet uit tot selectie of machtiging.

(11) Om te voorkomen dat de lidstaten beslissingen nemen die tot een versnippering van de interne markt zouden kunnen leiden en de in artikel 8 van de kaderrichtlijn genoemde doelstellingen zouden kunnen ondermijnen, moeten de selectiecriteria voor mobiele satellietsystemen worden geharmoniseerd zodat de selectieprocedure ertoe leidt dat in heel Europa hetzelfde pakket mobiele satellietdiensten beschikbaar is. Vanwege de hoge aanloopinvesteringen die voor de ontwikkeling van mobiele satellietdiensten nodig zijn en de grote technologische en financiële risico's die daarmee gepaard gaan, is een schaalvoordeel voor dergelijke systemen in de vorm van een brede pan-Europese geografische dekking nodig, zodat ze economisch levensvatbaar blijven.

(12) Bovendien is voor een succesvolle lancering van dergelijke diensten coördinatie van het regelgevend optreden van de lidstaten nodig. Verschillen in de nationale selectieprocedures zouden toch nog tot een versnippering van de interne markt kunnen leiden door uiteenlopende toepassing van de selectiecriteria, zoals de weging van de criteria, of verschillende tijdschema's voor de selectieprocedures. Dit zou leiden tot een lappendeken van geselecteerde aanvragers, hetgeen in tegenspraak is met de pan-Europese aard van deze mobiele satellietdiensten. Wanneer door verschillende lidstaten verschillende mobiele satellietexploitanten worden geselecteerd, kan dit leiden tot complexe situaties met schadelijke interferentie of kan dit zelfs betekenen dat een geselecteerde exploitant geen pan-Europese dienst kan leveren, bijvoorbeeld wanneer aan deze exploitant in verschillende lidstaten verschillende radiofrequenties worden toegewezen. Daarom moet de harmonisatie van de selectiecriteria worden aangevuld met de vaststelling van een gemeenschappelijk selectiemechanisme dat voor een gecoördineerd selectieresultaat voor alle lidstaten zorgt.

(13) Aangezien bij de machtiging van de geselecteerde mobiele satellietexploitanten voorwaarden aan deze machtigingen moeten worden verbonden en derhalve rekening moet worden gehouden met een breed scala van nationale bepalingen op het gebied van elektronische communicatie, moet de machtiging door de bevoegde nationale instanties van de lidstaten worden geregeld. Om voor een consistente aanpak van de machtiging in de verschillende lidstaten te zorgen moeten er echter op communautair niveau bepalingen worden vastgesteld voor de gesynchroniseerde toewijzing van spectrum en voor geharmoniseerde machtigingsvoorwaarden, zonder dat afbreuk wordt gedaan aan specifieke nationale voorwaarden die verenigbaar zijn met het communautaire recht.

(14) Aangezien de lancering van satellietdiensten relatief veel tijd en complexe technische ontwikkelingsfasen vereist, moeten als onderdeel van de selectieprocedure de vorderingen bij de technische en commerciële ontwikkeling van mobiele satellietsystemen worden geëvalueerd.

(15) Naar verwachting zullen er op vaste locaties complementaire grondcomponenten worden gebruikt om de beschikbaarheid van mobiele satellietdiensten te verbeteren in gebieden waar communicatie met een of meer ruimtestations niet met de vereiste kwaliteit kan worden gewaarborgd. De machtiging van dergelijke complementaire grondcomponenten zal derhalve voornamelijk afhangen van de plaatselijke omstandigheden. Ze moeten daarom met inachtneming van voorwaarden die bij het communautaire recht worden vastgesteld, op nationaal niveau worden geselecteerd en gemachtigd.

(16) Vanwege de beperkte hoeveelheid beschikbaar radiospectrum zal ook het aantal ondernemingen dat kan worden geselecteerd en gemachtigd, uiteraard beperkt zijn. Als het selectieproces echter tot de conclusie leidt dat er geen gebrek aan radiospectrum is, dient er een vereenvoudigde selectieprocedure te worden gevolgd waarbij aan de geselecteerde mobiele satellietexploitanten een aantal minimale eisen wordt gesteld als voorwaarden die aan de machtiging worden verbonden.

(17) De monitoring van het gebruik van radiospectrum door de geselecteerde en gemachtigde mobiele satellietexploitanten en eventueel vereiste dwangmaatregelen vinden weliswaar op nationaal niveau plaats, maar het moet voor de Commissie mogelijk blijven de concrete regeling voor een gecoördineerde monitoring en/of dwangprocedure vast te stellen.

(18) De voor de uitvoering van deze beschikking vereiste maatregelen worden vastgesteld overeenkomstig Besluit 1999/468/EG van de Raad van 28 juni 1999 tot vaststelling van de voorwaarden voor de uitoefening van de aan de Commissie verleende uitvoeringsbevoegdheden[12].

(19) Aangezien de doelstelling van het voorgenomen optreden, namelijk de vaststelling van een gemeenschappelijk kader voor de selectie en machtiging van exploitanten van mobiele satellietsystemen, niet voldoende door de lidstaten kan worden verwezenlijkt en derhalve vanwege de omvang en de gevolgen van het optreden beter door de Gemeenschap kan worden verwezenlijkt, kan de Gemeenschap overeenkomstig het in artikel 5 van het Verdrag neergelegde subsidiariteitsbeginsel maatregelen nemen. Overeenkomstig het in hetzelfde artikel neergelegde evenredigheidsbeginsel gaat deze beschikking niet verder dan wat nodig is om deze doelstelling te verwezenlijken.