Overwegingen bij COM(2012)696 - Standpunt van de EU betreffende wijzigingen in enkele aanhangsels bij de Overeenkomst met Zwitserland inzake de handel in landbouwproducten

Dit is een beperkte versie

U kijkt naar een beperkte versie van dit dossier in de EU Monitor.

 
 
(1) Artikel 5, lid 2, eerste alinea, van Besluit 2002/309/EG, Euratom van de Raad[1] en, wat betreft de overeenkomst inzake wetenschappelijke en technologische samenwerking, van de Commissie van 4 april 2002 betreffende de sluiting van zeven overeenkomsten met de Zwitserse Bondsstaat bepaalt dat het standpunt van de Europese Unie in het Gemengd Veterinair Comité wordt vastgesteld door de Raad, op voorstel van de Commissie.

(2) De Overeenkomst tussen de Europese Gemeenschap en de Zwitserse Bondsstaat van 21 juni 1999 inzake de handel in landbouwproducten[2] (hierna 'de landbouwovereenkomst' genoemd) is op 1 juni 2002 in werking getreden.

(3) Bij artikel 19, lid 1, van bijlage 11 bij de landbouwovereenkomst wordt een Gemengd Veterinair Comité opgericht, dat elke kwestie die betrekking heeft op genoemde bijlage en op de uitvoering daarvan onderzoekt en bovendien alle taken in verband met deze bijlage op zich neemt. Overeenkomstig lid 3 van dat artikel kan het Gemengd Veterinair Comité besluiten de aanhangsels van bijlage 11 te wijzigen, met name om deze aan te passen en bij te werken.

(4) De Europese Unie moet het standpunt vaststellen dat in het Gemengd Veterinair Comité moet worden ingenomen over de goedkeuring van de noodzakelijke wijzigingen.