Overwegingen bij COM(2014)265 - Verbod op de visserij met drijfnetten

Dit is een beperkte versie

U kijkt naar een beperkte versie van dit dossier in de EU Monitor.

 
dossier COM(2014)265 - Verbod op de visserij met drijfnetten .
document COM(2014)265 NLEN
datum 14 mei 2014
 
(1) Bij Verordening (EU) nr. 1380/2013 van het Europees Parlement en de Raad[5] is een kader vastgesteld voor de instandhouding van de biologische rijkdommen van de zee en voor het beheer van de visserij daarop.

(2) De duurzame exploitatie van de biologische rijkdommen van de zee moet worden gebaseerd op de voorzorgsbenadering, die niet enkel voortvloeit uit het voorzorgsbeginsel als vermeld in artikel 191, lid 2, eerste alinea, van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie, maar ook uit de internationale verbintenissen van de Unie in het kader van de VN-overeenkomst inzake visbestanden[6], met name artikel 6, en op de beste beschikbare wetenschappelijke gegevens.

(3) Het gemeenschappelijk visserijbeleid moet bijdragen tot de bescherming van het mariene milieu, tot het duurzame beheer van alle commercieel geëxploiteerde soorten en met name tot het bereiken, uiterlijk in 2020, van een goede milieutoestand, als vastgesteld in artikel 1, lid 1, van Richtlijn 2008/56/EG van het Europees Parlement en de Raad[7].

(4) De bezorgdheid over de milieueffecten van grote drijfnetten van meer dan 2,5 km lang, die een aanzienlijke incidentele sterfte van beschermde soorten veroorzaakten, heeft ertoe geleid dat in de resoluties van de algemene vergadering van de Verenigde Naties (AVVN) 44/225 van 22 december 1989, 45/197 van 21 december 1990 en 46/215 van 20 december 1991[8] werd aangedrongen op een moratorium voor deze soorten vistuig.

(5) Dienovereenkomstig is bij Verordening (EG) nr. 894/97 van de Raad[9] een beheerskader vastgesteld voor de instandhouding van de visbestanden aan de hand van technische maatregelen in de vorm van een algemene beperking op de individuele of gezamenlijke lengte van de drijfnetten tot maximaal 2,5 km, en een verbod op het gebruiken of het aan boord hebben van voor de vangst van bepaalde soorten bestemde drijfnetten.

(6) Bovendien verbiedt Verordening (EG) nr. 2187/2005 van de Raad[10] met ingang van 1 januari 2008 het gebruiken of het aan boord hebben van drijfnetten in de Oostzee, de Belten en de Sont.

(7) De instandhoudingsdoelstellingen met betrekking tot de incidentele sterfte van beschermde soorten, die worden nagestreefd met de bovengenoemde regels van de Unie inzake drijfnetten, zijn nog steeds geldig en moeten worden versterkt.

(8) De definitie van drijfnetten moet worden verfijnd omwille van de duidelijkheid en om ervoor te zorgen dat de lidstaten de voorschriften inzake drijfnetten op eenvormige wijze interpreteren en ten uitvoer leggen.

(9) Verder is het noodzakelijk de werkingssfeer van deze definitie uit te breiden tot alle in bepaalde visserijtakken nieuw ontwikkelde soorten drijvende visnetten die geen drijvende kieuwnetten zijn. Het is vooral belangrijk dat deze definitie ook vistuig behelst dat in tegenstelling tot drijvende kieuwnetten uit twee of meer parallel aan de hoofdlijn(en) opgehangen netwanden bestaat, maar dat wel op dezelfde wijze als drijvende kieuwnetten nabij het wateroppervlak wordt gebruikt en een vergelijkbaar effect op de rijkdommen van de zee heeft, en dus op dezelfde wijze moet worden gereglementeerd.

(10) Het huidige regelgevingskader van de Unie inzake drijfnetten vertoont zwakke punten en lacunes, in die zin dat de regels gemakkelijk te omzeilen vallen en ondoeltreffend zijn bij de aanpak van door dit vistuig veroorzaakte instandhoudingsproblemen.

(11) De visserij met drijfnetten wordt beoefend door een onbekend aantal kleinschalige polyvalente vissersvaartuigen, waarvan de meeste zonder regelmatig wetenschappelijk of controletoezicht opereren. Gezien de kleinschaligheid van deze visserijactiviteiten, die het gemakkelijk maakt om aan het toezicht te ontsnappen, hebben de inspanningen voor de controle en de handhaving van de verordening niet de nodige resultaten opgeleverd op het gebied van instandhouding van de mariene rijkdommen, in het bijzonder met betrekking tot bepaalde beschermde soorten.

(12) Er wordt nog steeds melding gemaakt van illegale drijfnetactiviteiten van vissersvaartuigen van de Unie, die met name gericht zijn op het vangen van de in bijlage VIII bij Verordening (EG) nr. 847/97 vermelde soorten, en aanleiding geven tot kritiek op de Unie wegens niet-naleving van de geldende internationale verplichtingen in dit verband.

(13) Aangezien de visserij met drijfnetten dichtbij of aan het wateroppervlak wordt beoefend, blijft de bezorgdheid bovendien groot wegens incidentele vangsten van lucht ademende dieren zoals zeezoogdieren, zeeschildpadden en zeevogels, die meestal worden ingedeeld als soorten die uit hoofde van de wetgeving van de Unie strikt moeten worden beschermd.

(14) Daarnaast is gebleken dat de in Richtlijn 92/43/EEG van de Raad (habitatrichtlijn)[11] vastgestelde monitoring- en rapportagesystemen niet doeltreffend zijn voor de identificatie en de registratie van de met visserijactiviteiten samenhangende antropogene doodsoorzaken bij strikt beschermde soorten.

(15) In het kader van de ecosysteemgerichte benadering van het visserijbeheer is het een vereiste dat de negatieve impact van visserijactiviteiten op de mariene ecosystemen tot een minimum beperkt wordt en dat ongewenste vangsten zo veel mogelijk worden vermeden en beperkt.

(16) In het licht van de hierboven vermelde redenen, met het oog op een adequate aanpak van de instandhoudingsproblemen die dit vistuig nog steeds veroorzaakt en met het oog op de effectieve en efficiënte verwezenlijking van de milieu- en handhavingsdoelstellingen is het noodzakelijk om, rekening houdend met de minimale sociaaleconomische impact, te voorzien in een volledig verbod op het aan boord nemen en het gebruiken van alle soorten drijfnetten in alle Uniewateren en door alle Unie-vaartuigen, of zij actief zijn in de wateren van de Unie of daarbuiten, alsook door niet-Unievaartuigen in de wateren van de Unie.

(17) Ter wille van de duidelijkheid van de wetgeving van de Unie is het eveneens noodzakelijk alle andere bepalingen in verband met drijfnetten te schrappen door de wijziging van Verordening (EG) nr. 850/98 van de Raad[12], Verordening (EG) nr. 812/2004, Verordening (EG) nr. 2187/2005 en Verordening (EG) nr. 1967/2006 van de Raad[13], en door de intrekking van Verordening (EG) nr. 894/97.

(18) Wellicht hebben de vaartuigen die visserijactiviteiten met kleine drijfnetten verrichten, enige tijd nodig om zich aan te passen aan de nieuwe situatie en is een periode van geleidelijke afschaffing noodzakelijk. Derhalve dient deze verordening in werking te treden op 1 januari 2015.