Overwegingen bij COM(2001)753 - Meldingsformaliteiten voor schepen die aankomen in en/of vertrekken uit havens van de lidstaten van in de EG

Dit is een beperkte versie

U kijkt naar een beperkte versie van dit dossier in de EU Monitor.

 
 
(1) De bevordering van duurzaam vervoer, zoals scheepvaart, en met name de bevordering van de korte vaart, is gevestigd beleid van de Gemeenschap.

(2) Vergemakkelijking van het zeevervoer is een belangrijke doelstelling voor de Gemeenschap, waarmee verdere versterking van de positie van de scheepvaart binnen het vervoer wordt beoogd, als alternatief voor en aanvulling op andere vervoerswijzen in een vervoerketen van deur tot deur.

(3) De bij zeevervoer verlangde administratieve procedures geven aanleiding tot bezorgdheid en worden als een belemmering voor een volledige ontplooiing van deze tak van vervoer beschouwd.

(4) Het Verdrag van de Internationale Maritieme Organisatie inzake het vergemakkelijken van het verkeer ter zee, zoals gewijzigd, hierna 'het IMO FAL-Verdrag' genoemd, aangenomen door de Internationale Conferentie van 9 april 1965 inzake vergemakkelijking van reizen en vervoer over zee, geeft een aantal modellen voor gestandaardiseerde faciliteringsformulieren ter vervulling van bepaalde meldingsformaliteiten bij aankomst in en/of vertrek uit een haven.

(5) Weliswaar gebruiken de meeste lidstaten deze formulieren, maar zij passen de in het kader van de IMO opgestelde modellen niet op uniforme wijze toe.

(6) Uniformering van de formulieren die bij aankomst in en/of vertrek uit een haven voor een schip worden verlangd, moet de administratieve procedures bij het aandoen van een haven vergemakkelijken en de ontwikkeling van de communautaire scheepvaart ten goede komen.

(7) Derhalve is het gewenst dat de IMO-faciliteringsformulieren, hierna 'IMO FAL-formulieren' genoemd, door de Gemeenschap worden erkend. De lidstaten moeten deze IMO FAL-formulieren erkennen en de daarop vermelde categorieën gegevens als voldoende bewijs beschouwen dat een schip heeft voldaan aan de meldingsformaliteiten waarvoor deze formulieren zijn bedoeld.

(8) Bij bepaalde IMO FAL-formulieren, met name de verklaring inzake de lading, en - voor passagiersschepen - de passagierslijst, zou erkenning de meldingsformaliteiten enkel ingewikkelder maken, omdat in die formulieren niet alle nodige gegevens kunnen worden verstrekt of omdat er reeds een vaste afhandelingspraktijk bestaat. Derhalve dient erkenning van deze formulieren niet verplicht te worden voorgeschreven.

(9) Zeevervoer is een wereldomvattende activiteit en invoering van de IMO FAL-formulieren in de Gemeenschap kan de weg vrijmaken voor intensiever gebruik daarvan in de hele wereld.

(10) Overeenkomstig het subsidiariteitsbeginsel en het evenredigheidsbeginsel, zoals neergelegd in artikel 5 van het Verdrag, kunnen de doelstellingen van het overwogen optreden, het vergemakkelijken van het vervoer ter zee, niet voldoende door de lidstaten worden verwezenlijkt en derhalve kunnen zij wegens de omvang van het optreden beter door de Gemeenschap worden verwezenlijkt. Deze richtlijn beperkt zich tot het vereiste minimum om deze doelstellingen te verwezenlijken en gaat niet verder dan hiertoe nodig is.

(11) Daar de nodige maatregelen ter uitvoering van deze richtlijn maatregelen van algemene strekking zijn in de zin van artikel 2 van Besluit 1999/468/EG van 28 juni 1999 tot vaststelling van de voorwaarden voor de uitoefening van de aan de Commissie verleende uitvoeringsbevoegdheden  i, dienen deze maatregelen volgens de regelgevingsprocedure van artikel 5 van genoemd besluit te worden vastgesteld.