Overwegingen bij COM(2017)656 - Machtiging om onderhandelingen te openen tot wijziging van de Internationale Suikerovereenkomst 1992

Dit is een beperkte versie

U kijkt naar een beperkte versie van dit dossier in de EU Monitor.

 
 
(1)De Unie is partij bij de Internationale Suikerovereenkomst 1992 3 (hierna 'de Internationale Suikerovereenkomst' genoemd) en lid van de Internationale Suikerorganisatie (hierna 'ISO' genoemd).

(2)De Unie heeft sinds 1995 de verlenging van de Internationale Suikerovereenkomst voor perioden van telkens twee jaar goedgekeurd. De Commissie heeft de Raad voorgesteld de Commissie te machtigen om zich uit te spreken voor de verlenging van de Internationale Suikerovereenkomst met een nieuwe periode van maximaal twee jaar, die afloopt op 31 december 2019.

(3)Overeenkomstig artikel 8 van de Internationale Suikerovereenkomst is de Internationale Suikerraad de instantie die belast is met het vervullen van alle functies die nodig zijn voor de uitvoering van de overeenkomst. In artikel 13 van de Internationale Suikerovereenkomst is bepaald dat alle besluiten van de Internationale Suikerraad in beginsel bij consensus worden genomen, tenzij in de Internationale Suikerovereenkomst anders is bepaald. En dat, als er geen consensus is, de besluiten bij gewone meerderheid van stemmen worden genomen, tenzij de Internationale Suikerovereenkomst in een bijzondere meerderheid van stemmen voorziet.

(4)Overeenkomstig artikel 25 van de Internationale Suikerovereenkomst hebben de leden van de ISO in totaal tweeduizend stemmen. Elk lid van de ISO heeft een bepaald aantal stemmen dat jaarlijks wordt aangepast volgens criteria die vooraf zijn vastgesteld in de overeenkomst.

(5)Het is in het belang van de Unie om deel te nemen aan een internationale overeenkomst inzake suiker, gezien het belang van die sector voor een aantal lidstaten en voor de economie van de Europese suikersector.

(6)Het institutionele kader van de Internationale Suikerovereenkomst, en met name de verdeling van de stemmen tussen de leden, die ook de financiële bijdrage van een lid aan de ISO bepaalt, weerspiegelt echter de toestand van de mondiale suikermarkt niet meer.

(7)Volgens de in de Internationale Suikerovereenkomst vervatte regels inzake financiële bijdragen aan de ISO is het deel van de Unie sinds 1992 hetzelfde gebleven hoewel de wereldsuikermarkt, en met name de relatieve positie van de EU daarin, sindsdien aanzienlijk is veranderd. Als gevolg daarvan heeft de Unie in de ISO de voorbije jaren een onevenredig groot deel van de begrotingskosten en de met de kosten gepaard gaande verantwoordelijkheid op zich genomen.

(8)De in de Internationale Suikerovereenkomst vervatte regels inzake financiële bijdragen kunnen worden gewijzigd overeenkomstig de procedure van artikel 44 van die overeenkomst. Op grond van dat artikel kan de Internationale Suikerraad, met een bijzondere meerderheid van stemmen, de leden van de ISO een wijziging van de Internationale Suikerovereenkomst aanbevelen. Aangezien de Unie overeenkomstig artikel 7 van de Internationale Suikerovereenkomst lid van de Internationale Suikerraad is, moet zij onderhandelingen tot wijziging van het institutionele kader van de Internationale Suikerovereenkomst kunnen openen en aan die onderhandelingen kunnen deelnemen.

(9)Het is derhalve passend dat de Commissie wordt gemachtigd om binnen de Internationale Suikerraad onderhandelingen tot wijziging van de Internationale Suikerovereenkomst te openen, dat er onderhandelingsrichtsnoeren worden vastgesteld en dat er een speciaal comité wordt aangewezen dat door de Commissie bij het voeren van de onderhandelingen wordt geraadpleegd.