Overwegingen bij COM(2020)570 - Standpunt EU in de Internationale Organisatie voor Wijnbouw en Wijnbereiding (OIV)

Dit is een beperkte versie

U kijkt naar een beperkte versie van dit dossier in de EU Monitor.

 
 
(1) De Internationale Organisatie voor Wijnbouw en Wijnbereiding (OIV) zal tijdens haar volgende algemene vergadering (op 27 november 2020) resoluties met rechtsgevolgen, als bedoeld in artikel 218, lid 9, VWEU, onderzoeken en mogelijk goedkeuren.

(2) De Unie is geen lid van de OIV. De OIV heeft de Unie op 20 oktober 2017 echter de bijzondere status verleend waarin artikel 4 van het reglement van orde van de OIV voorziet.

(3) Twintig EU-lidstaten zijn lid van de OIV. Die lidstaten hebben de mogelijkheid wijzigingen van de ontwerpresoluties van de OIV voor te stellen en hun zal tijdens de volgende algemene vergadering van de OIV op 27 november 2020 worden gevraagd enkele ontwerpresoluties van de OIV vast te stellen.

(4) Het standpunt van de Unie met betrekking tot die resoluties ten aanzien van aangelegenheden die tot haar bevoegdheid behoren, moet derhalve door de Raad worden vastgesteld en tijdens de vergaderingen van de OIV door de lidstaten die lid zijn van de OIV, worden uitgedragen, waarbij zij gezamenlijk in het belang van de Unie handelen.

(5) Krachtens Verordening (EU) nr. 1308/2013 van het Europees Parlement en de Raad 5 en Gedelegeerde Verordening (EU) 2019/934 van de Commissie 6 zullen bepaalde door de OIV vastgestelde en gepubliceerde resoluties rechtsgevolgen hebben.

(6) Artikel 80, lid 3, onder a), van Verordening (EU) nr. 1308/2013 bepaalt dat de Commissie, wanneer zij oenologische procedés toestaat, rekening moet houden met de door de OIV aanbevolen en gepubliceerde oenologische procedés en analysemethoden.

(7) Artikel 80, lid 5, van Verordening (EU) nr. 1308/2013 bepaalt dat de Commissie, wanneer zij analysemethoden voor het bepalen van de samenstelling van de wijnbouwproducten vastlegt, die methoden moet baseren op relevante methoden die zijn aanbevolen en gepubliceerd door de OIV, tenzij ze ondoeltreffend of ongeschikt zouden zijn om de door de Unie nagestreefde doelstelling te verwezenlijken.

(8) Artikel 90, lid 2, van Verordening (EU) nr. 1308/2013 bepaalt dat in de Unie ingevoerde wijnbouwproducten moeten zijn geproduceerd overeenkomstig oenologische procedés die zijn toegestaan door de Unie op grond van die verordening, of, voorafgaand aan die toestemming, moeten zijn geproduceerd overeenkomstig oenologische procedés die zijn aanbevolen en gepubliceerd door de OIV.

(9) Artikel 9, lid 1, van Gedelegeerde Verordening (EU) 2019/934 bepaalt dat de specificaties met betrekking tot de zuiverheid en de identificatie van de bij de oenologische procedés gebruikte stoffen, voor zover zij niet zijn vastgelegd door de Commissie, die moeten zijn welke worden bedoeld in deel A, tabel 2, kolom 4, van bijlage I bij die verordening en verwijzen naar het dossier van de OIV-codex.

(10) Bij ontwerpresolutie OENO-TECHNO 19-659 worden de desbetreffende oenologische procedés geactualiseerd. Bij de ontwerpresoluties OENO-TECHNO 17-614A, 17-614B en 18-634 worden nieuwe oenologische procedés vastgesteld. Overeenkomstig artikel 80, lid 3, onder a), en artikel 90, lid 2, van Verordening (EU) nr. 1308/2013 zullen deze resoluties rechtsgevolgen hebben.

(11) Bij ontwerpresolutie OENO-MICRO 16-594B wordt een nieuw oenologisch procedé vastgesteld. Overeenkomstig artikel 80, lid 3, onder a), en artikel 90, lid 2, van Verordening (EU) nr. 1308/2013 zal deze resolutie rechtsgevolgen hebben.

(12) Bij de ontwerpresoluties OENO-SPECIF 18-643, 18-644 en 18-645 worden de specificaties voor de identificatie van bepaalde bij oenologische procedés gebruikte stoffen vastgesteld. Overeenkomstig artikel 80, lid 3, onder a), en artikel 90, lid 2, van Verordening (EU) nr. 1308/2013 en artikel 9 van Gedelegeerde Verordening (EU) 2019/934 zullen deze resoluties rechtsgevolgen hebben.

(13) Bij de ontwerpresoluties OENO-SCMA 17-618 en 17-620 worden nieuwe analysemethoden vastgesteld. Overeenkomstig artikel 80, lid 3, onder a), en artikel 80, lid 5, van Verordening (EU) nr. 1308/2013 zullen deze resoluties rechtsgevolgen hebben.

(14) Wetenschappelijke en technische deskundigen uit de wijnsector hebben deze ontwerpresoluties uitvoerig besproken. Deze resoluties dragen bij aan de internationale harmonisatie van de wijnnormen en zullen een kader bieden voor eerlijke concurrentie in de handel in wijnbouwproducten. Daarom moeten zij worden gesteund.

(15) Om tijdens de onderhandelingen in de aanloop naar de bijeenkomst van de algemene vergadering van de OIV over de nodige flexibiliteit te beschikken, moeten de lidstaten die lid van de OIV zijn, worden gemachtigd om met wijzigingen in deze resoluties in te stemmen voor zover die wijzigingen die resoluties inhoudelijk niet veranderen,