Overwegingen bij COM(2021)177 - Machtiging tot het openen van onderhandelingen over een samenwerkingsovereenkomst met de Internationale Criminele Politieorganisatie (ICPO-Interpol)

Dit is een beperkte versie

U kijkt naar een beperkte versie van dit dossier in de EU Monitor.

 
 
(1) Er moeten onderhandelingen worden geopend met het oog op de sluiting van een samenwerkingsovereenkomst (hierna “de overeenkomst” genoemd) tussen de Unie en Interpol. De overeenkomst heeft tot doel een regeling te treffen voor de samenwerking tussen de Unie en Interpol op het gebied van rechtshandhaving overeenkomstig de artikelen 87 en 88 VWEU, op het gebied van justitiële samenwerking in strafzaken overeenkomstig de artikelen 82, 85 en 86 VWEU, en op het gebied van grensbeveiliging (als onderdeel van grensbeheer) overeenkomstig artikel 77 VWEU.

(2) De overeenkomst dient de samenwerking tussen het Agentschap van de Europese Unie voor samenwerking op het gebied van rechtshandhaving (Europol) en Interpol te regelen, rekening houdend met de jongste ontwikkelingen op het gebied van de bestrijding van terrorisme, grensoverschrijdende en transnationale zware en georganiseerde criminaliteit, met de huidige operationele behoeften en met het mandaat van Europol.

(3) De overeenkomst moet de nodige waarborgen en garanties bieden om de lidstaten van de Unie en de agentschappen van de Unie via het Europees zoekportaal (ESP) gecontroleerde toegang te verlenen tot de Interpol-databanken van gestolen en verloren reisdocumenten (“SLTD”) en reisdocumenten die verband houden met kennisgevingen (“TDAWN”), voor zover die toegang noodzakelijk is voor de uitvoering van hun taken, zulks in overeenstemming met hun toegangsrechten en met het Unierecht of het nationale recht betreffende die toegang.

(4) De overeenkomst moet de nodige waarborgen en garanties bieden om de lidstaten van de Unie en de centrale eenheid voor het Europees reisinformatie- en -autorisatiesysteem (Etias) van het Europees Grens- en kustwachtagentschap (Frontex) via het Europees zoekportaal toegang te verlenen tot de Interpol-databanken van gestolen en verloren reisdocumenten en van reisdocumenten die verband houden met kennisgevingen.

(5) De overeenkomst moet de nodige waarborgen en garanties bieden voor de uitvoering van een herziene verordening betreffende het Visuminformatiesysteem die de lidstaten van de Unie ten behoeve van de behandeling van aanvragen van visa of verblijfsvergunningen via het Europees zoekportaal toegang verleent tot de Interpol-databanken.

(6) De overeenkomst moet de totstandbrenging en regeling van de samenwerking tussen het Europees Openbaar Ministerie (“EOM”) en Interpol vergemakkelijken.

(7) De overeenkomst moet voorzien in de rechtsgrondslag die nodig is om Europol, de statutaire personeelsleden van Frontex die deel uitmaken van het permanente korps (personeelsleden van categorie 1) en het Europees Openbaar Ministerie toegang te verlenen tot relevante Interpol-databanken voor de uitvoering van hun taken.

(8) De overeenkomst moet voorzien in de rechtsgrondslag die nodig is om het Agentschap van de Europese Unie voor justitiële samenwerking in strafzaken (“Eurojust”) en het Europees Openbaar Ministerie te machtigen om operationele informatie uit te wisselen met Interpol.

(9) In artikel 23, leden 1, 2 en 5, van Verordening (EU) 2016/794 van het Europees Parlement en de Raad 46 is voorzien in de uitwisseling van persoonsgegevens tussen Europol en internationale organisaties, voor zover dat nodig is voor de uitvoering van de taken van Europol als omschreven in artikel 4 van Verordening (EU) 2016/794.

(10) Overeenkomstig artikel 9, lid 5, van Verordening (EU) 2019/817 van het Europees Parlementen de Raad 47 , artikel 9, lid 5, van Verordening (EU) 2019/818 van het Europees Parlement en de Raad 48 en artikel 12 van Verordening (EU) 2018/1240 van het Europees Parlement en de Raad 49 moeten zoekopdrachten in de Interpol-databanken zodanig worden uitgevoerd dat aan de eigenaar van de Interpol-signalering geen informatie wordt onthuld. Overeenkomstig artikel 65 van Verordening (EU) 2018/1240 mogen persoonsgegevens niet worden doorgegeven aan of ter beschikking gesteld van derde landen, internationale organisaties of particuliere partijen, met uitzondering van de doorgifte aan Interpol met het oog op geautomatiseerde controle aan de hand van de Interpol-databanken van gestolen en verloren reisdocumenten en reisdocumenten die verband houden met kennisgevingen, en wordt bepaald dat deze doorgifte is onderworpen aan Verordening (EU) 2018/1725 50 .

(11) In de artikelen 80, 99 en 104 van Verordening (EU) 2017/1939 van de Raad 51 worden met name de betrekkingen tussen het Europees Openbaar Ministerie en internationale organisaties geregeld en wordt voorzien in de uitwisseling van informatie tussen het EOM en die organisaties.

(12) Gezien overweging 33 van Verordening (EU) 2016/794 en overweging 46 van Verordening (EU) 2018/1727 van het Europees Parlement ende Raad 52 is het passend de samenwerking tussen Europol en Interpol, respectievelijk tussen Eurojust en Interpol, te versterken door de efficiënte uitwisseling van persoonsgegevens te bevorderen.

(13) In artikel 68, lid 1, van Verordening (EU) 2019/1896 van het Europees Parlement en de Raad 53 wordt voorzien in de mogelijkheid dat Frontex samenwerkt met internationale organisaties, waaronder met name Interpol. Overeenkomstig artikel 82, lid 1, van Verordening (EU) 2019/1896 moeten de teamleden van het permanente korps van Frontex in staat zijn taken te verrichten en bevoegdheden uit te oefenen op het gebied van grenstoezicht overeenkomstig Verordening (EU) 2016/399 van het Europees Parlement en de Raad 54 (Schengengrenscode). Overeenkomstig artikel 8, lid 3, punt a), i) 55 , artikel 8, lid 3, punt a), ii) 56 , en artikel 6, lid 1, punt e) 57 , van Verordening (EU) nr. 2016/399 omvat dit de controle van onderdanen van derde landen aan de hand van de Interpol-databanken (met name de Interpol-databank van gestolen en verloren reisdocumenten) aan de buitengrenzen van de lidstaten en van derde landen die betrokken zijn bij de uitvoering, de toepassing en de ontwikkeling van het Schengenacquis met betrekking tot de controle van personen aan de buitengrenzen.

(14) In artikel 47, lid 1, artikel 47, leden 5 en 6, artikel 52 en artikel 56 van Verordening (EU) 2018/1727 worden de betrekkingen tussen Eurojust en internationale organisaties geregeld en wordt voorzien in de uitwisseling van persoonsgegevens tussen Eurojust en die organisaties.

(15) Gezien overweging 96 van Verordening (EU) 2017/1939 van de Raad is het passend de samenwerking tussen de Unie en Interpol te versterken door een efficiënte uitwisseling van persoonsgegevens te bevorderen.

(16) In artikel 94 van Verordening (EU) 2018/1725 van het Europees Parlement en de Raad 58 worden de voorwaarden vastgesteld voor de doorgifte van operationele persoonsgegevens aan internationale organisaties.

(17) De overeenkomst moet volledig in overeenstemming zijn met de bepalingen van de Europese Unie inzake gegevensbescherming die zijn opgenomen in Verordening (EU) 2016/679 59 , Verordening (EU) 2018/1725 en Richtlijn 2016/680 60 van het Europees Parlement en de Raad.

(18) De overeenkomst moet volledig de grondrechten eerbiedigen en de beginselen in acht nemen die in het Handvest van de grondrechten van de Europese Unie (“het Handvest”) zijn neergelegd, inzonderheid het recht op eerbiediging van het privéleven en van het familie- en gezinsleven, conform artikel 7 van het Handvest, het recht op de bescherming van persoonsgegevens, conform artikel 8 van het Handvest, en het recht op een doeltreffende voorziening in rechte en op een onpartijdig gerecht, conform artikel 47 van het Handvest. De overeenkomst moet worden toegepast in overeenstemming met alle rechten en beginselen die in het Handvest zijn vastgelegd.

(19) Tijdens de onderhandelingen over de overeenkomst of in ieder geval voordat de overeenkomst wordt gesloten, dient de Commissie de Europese Toezichthouder voor gegevensbescherming te raadplegen.

(20) De Commissie dient te worden aangewezen als onderhandelaar van de Unie.