Overwegingen bij COM(2021)587 - Ondertekening en voorlopige toepassing van de partnerschapsovereenkomst inzake duurzame visserij met Mauritanië en van het bijbehorende uitvoeringsprotocol

Dit is een beperkte versie

U kijkt naar een beperkte versie van dit dossier in de EU Monitor.

 
 
(1) De Partnerschapsovereenkomst inzake visserij tussen de Europese Gemeenschap en de Islamitische Republiek Mauritanië (hierna “Mauritanië), die bij Verordening (EG) nr. 1801/2006 van de Raad 4 is goedgekeurd, is op 8 augustus 2008 voorlopig van toepassing geworden. Het bijbehorende protocol tot vaststelling van de vangstmogelijkheden en de financiële tegenprestatie waarin is voorzien bij de overeenkomst, is op diezelfde dag van toepassing geworden en is meermaals vervangen.

(2) Het meest recente protocol bij de overeenkomst loopt af op 15 november 2021.

(3) Op 8 juli 2019 heeft de Raad een besluit 5 aangenomen waarbij de Commissie werd gemachtigd om onderhandelingen met Mauritanië te openen over een nieuwe partnerschapsovereenkomst inzake duurzame visserij en een nieuw protocol tot uitvoering van die overeenkomst.

(4) Tussen september 2019 en juli 2021 vonden er acht onderhandelingsronden met Mauritanië plaats over de vernieuwing van de partnerschapsovereenkomst inzake duurzame visserij en een bijbehorend uitvoeringsprotocol. Die onderhandelingen zijn afgerond en de partnerschapsovereenkomst en het bijbehorende uitvoeringsprotocol zijn op 28 juli 2021 geparafeerd.

(5) De partnerschapsovereenkomst en het bijbehorende uitvoeringsprotocol moeten ervoor zorgen dat de vaartuigen van de Unie in de Mauritaanse wateren kunnen vissen en dat de Unie en de Islamitische Republiek Mauritanië nauw gaan samenwerken aan de verdere bevordering van een duurzaam visserijbeleid en een verantwoorde exploitatie van de visbestanden in de visserijzone van Mauritanië en de Atlantische Oceaan. Die samenwerking draagt ook bij tot de invoering van fatsoenlijke arbeidsvoorwaarden in de visserijsector.

(6) De ondertekening van de partnerschapsovereenkomst inzake duurzame visserij en van het bijbehorende uitvoeringsprotocol moet derhalve namens de Europese Unie worden goedgekeurd, onder voorbehoud van de sluiting ervan op een latere datum.

(7) Deze handelingen dienen zo spoedig mogelijk in werking te treden wegens het economische belang van de visserijactiviteiten van de Unie in de Mauritaanse visserijzone en om eventuele onderbrekingen van die activiteiten te voorkomen of zo kort mogelijk te houden.

(8) De partnerschapsovereenkomst en het bijbehorende uitvoeringsprotocol dienen derhalve voorlopig van toepassing te zijn met ingang van de datum van ondertekening ervan.

(9) De Europese Toezichthouder voor gegevensbescherming is overeenkomstig artikel 42 van Verordening (EU) 2018/1725 van het Europees Parlement en de Raad 6 geraadpleegd en heeft op [datum invoegen] advies uitgebracht,