Bijlagen bij COM(2006)231 - Thematische strategie voor bodembescherming [SEC(2006)620] [SEC(2006)1165]

Dit is een beperkte versie

U kijkt naar een beperkte versie van dit dossier in de EU Monitor.

bijlage bij de effectbeoordeling zijn voor een aantal specifieke scenario’s met een middelhoog tot hoog ambitieniveau de sociale, economische en milieueffecten van mogelijke maatregelen van de lidstaten geanalyseerd.

Bij de evaluatie van de mogelijke extra kosten, met name in verband met het voorgenomen scenario, dient voor ogen te worden gehouden dat de verwachte voordelen duidelijk opwegen tegen de kosten, te meer daar een groot aantal door bodemfuncties opgeleverde milieuvoordelen, met name instandhouding van biodiversiteit en voedingsstoffen- en gascycli, buiten beschouwing is gebleven.

Bovendien is de richtlijn het eerste beleidsinitiatief op EU-niveau dat gericht is op bodembescherming, en meer bepaald is toegespitst op de instandhouding van een areaal van in totaal bijna 400 miljoen hectare dat een belangrijke en in wezen niet-hernieuwbare hulpbron van de EU is.

6. VOLGENDE STAPPEN

Om ervoor te zorgen dat de hierboven geschetste beleidsvoornemens in praktijk worden gebracht, zal de Commissie:

- uitnodigingen tot het indienen van voorstellen voor onderzoeksprojecten opstellen om de beleidsvorming overeenkomstig de doelstellingen van deze strategie te ondersteunen en vanaf 2006 alle nieuw verworven kennis op het gebied van bodembiodiversiteit in de besluitvorming te verwerken,

- in 2007 de richtlijn betreffende zuiveringsslib herzien, zoals reeds aangekondigd in de thematische strategie inzake afvalpreventie en afvalrecycling[10], om ervoor te zorgen dat maximaal profijt wordt getrokken van de terugwinning van voedingsstoffen en tegelijk het lozen van gevaarlijke stoffen in de bodem verder te beperken,

- in 2007 de richtlijn inzake geïntegreerde preventie en bestrijding van verontreiniging (IPPC)[11] herzien om de bepalingen daarvan inzake bodembescherming en preventie van bodemverontreiniging aan te scherpen door met name de mogelijkheden te verkennen voor harmonisatie van de basisverplichting om verontreinigingsgevaar te voorkomen, het exploitatieterrein weer in een “bevredigende toestand” te brengen en de bodem op de locatie periodiek te controleren,

- er scherp op toezien of in de plannen voor plattelandsontwikkeling voor 2007-2013 en daarna voldoende rekening wordt gehouden met de noodzaak van bodembescherming,

- controleren in welke mate wordt bijgedragen tot bodembescherming door de minimumeisen voor goede landbouw- en milieuconditie die door de lidstaten worden vastgesteld overeenkomstig artikel 5 en bijlage IV van Verordening 1782/2003,

- in 2007, activiteiten opzetten voor het ontwikkelen van beste praktijken om de negatieve effecten van afdekking op de bodemfuncties te beperken,

- samen met de lidstaten een gemeenschappelijke uitvoeringsstrategie voor de kaderrichtlijn en de overige pijlers van de strategie opstellen, waarbij zij een open dialoog zal blijven voeren met de deskundigen die hebben deelgenomen aan de raadpleging van de belanghebbende partijen. Dit zal het mogelijk maken activiteiten op te zetten om de lidstaten te ondersteunen bij de inventarisatie en ontwikkeling van de meest kostenefficiënte maatregelen om de doelstellingen van de strategie te bereiken. Tevens zal zo beter door de lidstaten kunnen worden samengewerkt bij het ontwikkelen van vergelijkbare maatregelen voor de aanpak van bodembescherming,

- een robuuste aanpak ontwikkelen om de interactie tussen bodembescherming en klimaatverandering te benaderen vanuit het oogpunt van onderzoek, economie en plattelandsontwikkeling, zodat de desbetreffende beleidssectoren elkaar ondersteunen,

- in 2009, de mogelijkheden onderzoeken voor synergieën tussen maatregelen die gericht zijn op bescherming en duurzaam gebruik van de bodem en maatregelen die onderdeel zijn van de beheersplannen per stroomgebied op grond van de kaderrichtlijn water,

- de mogelijkheden onderzoeken voor synergieën tussen maatregelen die gericht zijn op bescherming en duurzaam gebruik van de bodem en maatregelen die gericht zijn op de bescherming van kustwateren, met inbegrip van die welke zijn opgenomen in de Thematische strategie inzake de bescherming en het behoud van het mariene milieu[12],

- zorgen voor integratie van bodembeschermingsaspecten in het productbeleid om bodemverontreiniging te voorkomen,

- ervoor zorgen dat de in het kader van deze strategie ondernomen acties en de initiatieven die worden ontplooid krachtens het VBW, het VBD, het Protocol van Kyoto en het Alpenverdrag, elkaar ondersteunen en aanvullen en onderling samenhangend zijn.

Deze strategie voorziet in de maatregelen die in dit stadium op EU-niveau noodzakelijk worden geacht. De gemaakte voortgang bij het bereiken van de doelstellingen van deze strategie zal waar passend worden beoordeeld als onderdeel van de evaluatie van het zesde MAP.

[1] Besluit nr. 1600/2002/EG van het Europees Parlement en de Raad van 22 juli 2002 tot vaststelling van het Zesde Milieuactieprogramma van de Europese Gemeenschap (PB L 242 van 10.9.2002, blz. 1).

[2] COM(2002) 179.

[3] EMA (Europees Milieuagentschap), 1995: Hoofdstuk 7 over de bodem van “Het milieu in Europa – Evaluatie van Dobris” heeft betrekking op het geografische Europa.

[4] Zie de effectbeoordeling.

[5] Zie: http://terrestrial.eionet.eu.int/CLC2000/docs/publications/corinescreen.pdf.

[6] Richtlijn 2004/35/EG (PB L 143 van 30.4.2004, blz. 56).

[7] Zie: http://ec.europa.eu/comm/environment/climat/pdf/finalreport_agricsoils.pdf.

[8] Zie de effectbeoordeling voor ondersteunende gegevens.

[9] Het aspect overstromingen is behandeld in een afzonderlijk voorstel voor een richtlijn over overstromingsbeoordeling en –beheer (COM(2006) 15).

[10] COM(2005) 666.

[11] Richtlijn 96/61/EG (PB L 257 van 10.10.1996, blz. 26).

[12] COM(2005) 504.