Bijlagen bij COM(2013)342 - Verstrekking en kwaliteit van statistieken voor de procedure voor macro-economische onevenwichtigheden - Hoofdinhoud
Dit is een beperkte versie
U kijkt naar een beperkte versie van dit dossier in de EU Monitor.
| dossier | COM(2013)342 - Verstrekking en kwaliteit van statistieken voor de procedure voor macro-economische onevenwichtigheden. |
|---|---|
| document | COM(2013)342   |
| datum | 7 juni 2013 |
FINANCIEEL MEMORANDUM
1. KADER VAN HET VOORSTEL/INITIATIEF
1.1. Benaming van het voorstel/initiatief
Voorstel voor een verordening van het Europees Parlement en de Raad betreffende de verstrekking en kwaliteit van statistieken voor de procedure voor macro-economische onevenwichtigheden
1.2. Betrokken beleidsterrein(en) in de ABM/ABB-structuur[8]
Statistiek (3403 - Productie van statistische informatie, 3480 — Administratieve ondersteuning voor Eurostat, 3481 - Beleidsstrategie en -coördinatie voor Eurostat)
1.3. Aard van het voorstel/initiatief
þ Het voorstel/initiatief betreft een nieuwe actie
1.4. Doelstellingen
1.4.1. Met het voorstel/initiatief beoogde strategische meerjarendoelstelling(en) van de Commissie
Versterkte en geïntegreerde economische governance in de EU op basis van het economische-governancepakket voor 2011 ("six pack")
1.4.2. Specifieke doelstelling(en) en betrokken ABM/ABB-activiteiten
Specifieke doelstelling nr. 1: Verstrekken van statistische informatie voor het ondersteunen van de ontwikkeling, monitoring en evaluatie van EU-beleid en in het bijzonder voor de procedure voor macro-economische onevenwichtigheden (PMO) en het bijbehorende scorebord van indicatoren die zijn vastgesteld op grond van Verordening (EU) nr. 1176/2011, waarin nadere voorschriften zijn neergelegd voor de vroegtijdige detectie, preventie en correctie van macro-economische onevenwichtigheden die in het eurogebied en de EU ontstaan of voortduren.
Betrokken ABM/ABB-activiteit(en)
3403 - Productie van statistische informatie
1.4.3. Verwacht(e) resulta(a)t(en) en gevolg(en)
Vermeld de gevolgen die het voorstel/initiatief zou moeten hebben voor de begunstigden/doelgroepen
De PMO en de bijbehorende scorebordstatistieken zijn gebaseerd op Verordening (EU) nr. 1176/2011, waarin nadere voorschriften zijn neergelegd voor de vroegtijdige detectie, preventie en correctie van macro-economische onevenwichtigheden die in het eurogebied en de EU ontstaan of voortduren.
Voorwaarde voor een effectieve PMO is een efficiënt statistisch toezicht op de voor de PMO relevante gegevens. De Raad heeft benadrukt dat het voor de geloofwaardigheid van de PMO van belang is dat voor het scorebord tijdig statistieken van de hoogste kwaliteit beschikbaar zijn en heeft de Commissie (Eurostat) verzocht om alle noodzakelijke stappen te zetten om te waarborgen dat die statistieken volgens een betrouwbare procedure worden samengesteld en de onderliggende statistische informatie voortdurend wordt verbeterd.
Eurostat zal derhalve voor de PMO een krachtig stelsel van statistisch toezicht ontwikkelen dat is gebaseerd op een verordening. De resultaten zullen de PMO-gerelateerde besluiten een stevige statistische basis verschaffen, in de vorm van indicatoren van hoge kwaliteit die voldoen aan de door de Commissie gestelde kwaliteitsnormen.
1.4.4. Resultaat- en effectindicatoren
Vermeld de indicatoren aan de hand waarvan kan worden nagegaan in hoeverre het voorstel/initiatief is uitgevoerd.
Eurostat zal samen met een groep van vooraanstaande nationale deskundigen in macro-economische statistiek de gegevens van de lidstaten beoordelen, zodat voor elke lidstaat de geconstateerde zwakke punten naar behoren worden aangepakt en de vastgestelde verbeteracties worden uitgevoerd. De resultaten van dit werk worden jaarlijks besproken in het Comité voor de economische politiek en in het kader van het Europese semester gepresenteerd in het waarschuwingsmechanismeverslag. Ook zal jaarlijks verslag worden gedaan aan het Europees Parlement en de Raad.
1.5. Motivering van het voorstel/initiatief
1.5.1. Eisen waaraan op korte of lange termijn moet worden voldaan
De Raad heeft er met nadruk op gewezen dat de Commissie voor het PMO-scorebord de beschikking moet hebben over statistieken van de hoogste kwaliteit en dat met het oog hierop een betrouwbare kwaliteitsbewakingsprocedure moet worden ontwikkeld
In het Comité voor de economische politiek is met de lidstaten uitvoerig gesproken over kwesties in verband met de kwaliteit en vergelijkbaarheid van de voor de PMO relevante gegevens. In het EPC-verslag van 2012 over de eisen waaraan structurele statistieken moeten voldoen (Report on requirements for structural statistics) worden enkele terreinen voor verbetering genoemd. Om de kwaliteit van de gegevens te kunnen waarborgen, moet een stevig kwaliteitskader worden opgezet.
1.5.2. Toegevoegde waarde van de betrokkenheid van de EU
De betrokkenheid van de EU is nodig om op Europees niveau een geharmoniseerde procedure voor kwaliteitsbewaking van voor de PMO relevante gegevens te kunnen ontwikkelen en toepassen. Dankzij die betrokkenheid kan worden voortgebouwd op ervaringen en 'best practices' van alle lidstaten en kunnen die ervaringen en 'best practices' gemakkelijker worden uitgewisseld.
1.5.3. Nuttige ervaringen die bij soortgelijke activiteiten in het verleden zijn opgedaan
Het kader voor kwaliteitsbewaking waarin dit voorstel voorziet, bouwt in belangrijke mate voort op soortgelijke procedures die door Eurostat zijn ontwikkeld en door het agentschap al jarenlang worden toegepast met betrekking tot statistieken voor respectievelijk de eigen middelen van de EU en de buitensporigtekortprocedure. In dit opzicht zijn op deze twee terreinen zeer significante verbeteringen geboekt.
1.5.4. Samenhang en eventuele synergie met andere relevante instrumenten
Het specifieke kader voor kwaliteitsbewaking waarin dit voorstel voorziet, wordt ingevoerd op relevante gebieden waarin een dergelijke procedure nog niet bestaat. Voor de invoering en het onderhoud van dit verbeterde systeem van kwaliteitsbewaking zijn extra middelen nodig. Zonder die extra middelen kan het vereiste kwaliteitsniveau niet worden gehaald. Natuurlijk is bij het bepalen van de noodzakelijke extra middelen de grootste zorg besteed aan het voorkomen van dubbel werk. Ook zal stelselmatig worden gezocht naar alle mogelijke synergieën met vergelijkbare bestaande kwaliteitskaders, bijvoorbeeld op het gebied van statistieken van het bruto nationaal inkomen en van statistieken voor de buitensporigtekortprocedure.
1.6. Duur en financiële gevolgen
þ Voorstel/initiatief met onbeperkte geldigheidsduur
1.7. Beheersvorm(en)[9]
þ Direct gecentraliseerd beheer door de Commissie
2. BEHEERSMAATREGELEN
2.1. Regels inzake het toezicht en de verslagen
Vermeld frequentie en voorwaarden.
De resultaten van dit werk worden jaarlijks besproken in het Comité voor de economische politiek en in het kader van het Europese semester gepresenteerd in het waarschuwingsmechanismeverslag. Ook dient de Commissie uiterlijk op 14 december 2014, en vervolgens om de vijf jaar, bij het Europees Parlement en de Raad een verslag over de toepassing van deze verordening in.
2.2. Beheers- en controlesysteem
2.2.1. Mogelijke risico's
2.2.2. Controlemiddel(en)
2.3. Maatregelen ter voorkoming van fraude en onregelmatigheden
Vermeld de bestaande en geplande preventie- en beschermingsmaatregelen.
3. GERAAMDE FINANCIËLE GEVOLGEN VAN HET VOORSTEL/INITIATIEF
3.1. Rubriek(en) van het meerjarige financiële kader en betrokken begrotingsonderde(e)l(en) voor uitgaven
· Bestaande begrotingsonderdelen voor uitgaven
In volgorde van de rubrieken van het meerjarige financiële kader en de begrotingsonderdelen
Rubriek van het meerjarige financiële kader || Begrotingsonderdeel || Soort uitgave || Bijdrage
Nummer [Omschrijving…...…] || GK./NGK[10] || van EVA-landen[11] || van kandidaat-lidstaten[12] || van derde landen || in de zin van artikel 18, lid 1, onder a bis), van het Financieel Reglement
1 || 29.010405 (Europees statistisch programma 2008 - 2012 - Uitgaven voor administratief beheer) || GK || JA || NEE || NEE || JA/NEE
1 || 29.010401 (Uitgaven ter ondersteuning van het Europees statistisch programma) || GK || JA || NEE || NEE || JA/NEE
· Te creëren nieuwe begrotingsonderdelen
In volgorde van de rubrieken van het meerjarige financiële kader en de begrotingsonderdelen
Rubriek van het meerjarige financiële kader || Begrotingsonderdeel || Soort uitgave || Bijdrage
Nummer [Omschrijving…...…] || GK/ NGK || van EVA-landen || van kandidaat-lidstaten || van derde landen || in de zin van artikel 18, lid 1, onder a bis), van het Financieel Reglement
|| [XX.YY.YY.YY] || GK || JA || NEE || NEE || JA/NEE
3.2. Geraamde gevolgen voor de uitgaven
3.2.1. Samenvatting van de geraamde gevolgen voor de uitgaven
In miljoenen euro's (tot op 3 decimalen)
Rubriek van het meerjarige financiële kader || Nummer || Inclusief 2013: Rubriek 1A - Concurrentievermogen ter bevordering van groei en werkgelegenheid Vanaf 2014: Rubriek 1 – Slimme en inclusieve groei (overige...)
DG: ESTAT || || || 2013 || 2014 || 2015 || 2016 e.v. || invullen: zoveel jaren als nodig om de duur van de gevolgen weer te geven (zie punt 1.6) || TOTAAL
Ÿ Beleidskredieten || || || || || || || ||
Nummer begrotingsonderdeel || Vastleggingen || (1) || || || || || || || ||
Betalingen || (2) || || || || || || || ||
Nummer begrotingsonderdeel || Vastleggingen || (1a) || || || || || || || ||
Betalingen || (2a) || || || || || || || ||
Uit het budget van specifieke programma's gefinancierde administratieve kredieten[13] || || || || || || || ||
Nummer begrotingsonderdeel || 29.010405 || (3) || 0,210 || || || || || || || 0,840
29.010401 || || 0,210 || 0,210 || 0,210 || || ||
TOTAAL kredieten voor DG ESTAT || Vastleggingen || =1+1a +3 || 0,210 || 0,210 || 0,210 || 0,210 || || || || 0,840
Betalingen || =2+2a +3 || 0,210 || 0,210 || 0,210 || 0,210 || || || || 0,840
Ÿ TOTAAL beleidskredieten || Vastleggingen || (4) || 0 || 0 || 0 || 0 || || || || 0
Betalingen || (5) || 0 || 0 || 0 || 0 || || || || 0
Ÿ TOTAAL uit het budget van specifieke programma's gefinancierde administratieve kredieten || (6) || 0,210 || 0,210 || 0,210 || 0,210 || || || || 0,840
TOTAAL kredieten onder RUBRIEK 1A en 1 van het meerjarige financiële kader || Vastleggingen || =4+ 6 || 0,210 || 0,210 || 0,210 || 0,210 || || || || 0,840
Betalingen || =5+ 6 || 0,210 || 0,210 || 0,210 || 0,210 || || || || 0,840
Als het voorstel/initiatief gevolgen heeft voor meerdere rubrieken
Ÿ TOTAAL beleidskredieten || Vastleggingen || (4) || || || || || || || ||
Betalingen || (5) || || || || || || || ||
Ÿ TOTAAL uit het budget van specifieke programma's gefinancierde administratieve kredieten || (6) || || || || || || || ||
TOTAAL kredieten onder de RUBRIEKEN 1 tot en met 4 van het meerjarige financiële kader (referentiebedrag) || Vastleggingen || =4+ 6 || || || || || || || ||
Betalingen || =5+ 6 || || || || || || || ||
Rubriek van het meerjarige financiële kader || 5 || “Administratieve uitgaven”
In miljoenen euro's (tot op 3 decimalen)
|| || || 2013 || 2014 || 2015 || 2016 e.v. || invullen: zoveel jaren als nodig om de duur van de gevolgen weer te geven (zie punt 1.6) || TOTAAL
DG: ESTAT ||
Ÿ Personele middelen || 2,016 || 2,016 || 2,016 || 2,016 || || || || 8,064
Ÿ Overige administratieve uitgaven || 0,221 || 0,221 || 0,221 || 0,221 || || || || 0,884
TOTAAL DG ESTAT || Kredieten || 2,237 || 2,237 || 2,237 || 2,237 || || || || 8,948
TOTAAL kredieten onder RUBRIEK 5 van het meerjarige financiële kader || (Totaal vastleggingen = totaal betalingen) || 2,237 || 2,237 || 2,237 || 2,237 || || || || 8,948
In miljoenen euro's (tot op 3 decimalen)
|| || || 2013 || 2014 || 2015 || 2016 e.v. || invullen: zoveel jaren als nodig om de duur van de gevolgen weer te geven (zie punt 1.6) || TOTAAL
TOTAAL kredieten onder de RUBRIEKEN 1 tot en met 5 van het meerjarige financiële kader || Vastleggingen || 2,447 || 2,447 || 2,447 || 2,447 || || || || 9,788
Betalingen || 2,447 || 2,447 || 2,447 || 2,447 || || || || 9,788
3.2.2. Geraamde gevolgen voor de beleidskredieten
– þ Voor het voorstel/initiatief zijn geen beleidskredieten nodig
– ¨ Voor het voorstel/initiatief zijn beleidskredieten nodig, zoals hieronder nader wordt beschreven:
Vastleggingskredieten, in miljoenen euro's (tot op 3 decimalen)
Vermeld doelstellingen en output ò || || || Jaar N || Jaar N+1 || Jaar N+2 || Jaar N+3 || invullen: zoveel jaren als nodig om de duur van de gevolgen weer te geven (zie punt 1.6) || TOTAAL
OUTPUT
Soort output[14] || Gem. kosten van de output || Aantal outputs || Kosten || Aantal outputs || Kosten || Aantal outputs || Kosten || Aantal outputs || Kosten || Aantal outputs || Kosten || Aantal outputs || Kosten || Aantal outputs || Kosten || Totaal aantal outputs || Totale kosten
SPECIFIEKE DOELSTELLING NR. 1[15] || || || || || || || || || || || || || || || ||
Output || || || || || || || || || || || || || || || || || ||
Output || || || || || || || || || || || || || || || || || ||
Output || || || || || || || || || || || || || || || || || ||
Subtotaal voor specifieke doelstelling nr. 1 || || || || || || || || || || || || || || || ||
SPECIFIEKE DOELSTELLING NR. 2 || || || || || || || || || || || || || || || ||
Output || || || || || || || || || || || || || || || || || ||
Subtotaal voor specifieke doelstelling nr. 2 || || || || || || || || || || || || || || || ||
TOTALE KOSTEN || || || || || || || || || || || || || || || ||
3.2.3. Geraamde gevolgen voor de administratieve kredieten
3.2.3.1. Samenvatting
– ¨ Voor het voorstel/initiatief zijn geen administratieve kredieten nodig
– þ Voor het voorstel/initiatief zijn administratieve kredieten nodig, zoals hieronder nader wordt beschreven:
In miljoenen euro's (tot op 3 decimalen)
|| 2013 || 2014 || 2015 || 2016 e.v. || invullen: zoveel jaren als nodig om de duur van de gevolgen weer te geven (zie punt 1.6) || TOTAAL
RUBRIEK 5 van het meerjarige financiële kader || || || || || || || ||
Personele middelen || 2,016 || 2,016 || 2,016 || 2,016 || || || || 8,064
Overige administratieve uitgaven – Missies (29 01 02 11 01) || 0,081 || 0,081 || 0,081 || 0,081 || || || || 0,324
Overige administratieve uitgaven – Vergaderingen en conferenties (29 01 02 11 01) || 0,140 || 0,140 || 0,140 || 0,140 || || || || 0,560
Overige administratieve uitgaven - Totaal || 0,221 || 0,221 || 0,221 || 0,221 || || || || 0,884
RUBRIEK 5 van het meerjarige financiële kader || 2,237 || 2,237 || 2,237 || 2,237 || || || || 8,948
Buiten RUBRIEK 5[16] van het meerjarig financieel kader || || || || || || || ||
Personele middelen || 0,210 || 0,210 || 0,210 || 0,210 || || || || 0,840
Overige administratieve uitgaven || || || || || || || ||
Subtotaal buiten RUBRIEK 5 van het meerjarige financiële kader || 0,210 || 0,210 || 0,210 || 0,210 || || || || 0,840
TOTAAL || 2,447 || 2,447 || 2,447 || 2,447 || || || || 9,788
3.2.3.2. Geraamde personeelsbehoeften
– ¨ Voor het voorstel/initiatief zijn geen personele middelen nodig
– þ Voor het voorstel/initiatief zijn personele middelen nodig, zoals hieronder nader wordt beschreven:
– Raming in voltijdequivalenten
|| 2013 || 2014 || 2015 || 2016 e.v.
Ÿ Posten opgenomen in de lijst van het aantal ambten (ambtenaren en tijdelijke functionarissen)
29 01 01 01 (zetel en vertegenwoordigingen van de Commissie) || 12 || 12 || 12 || 12
XX 01 01 02 (delegaties) || || || ||
XX 01 05 01 (onderzoek door derden) || || || ||
10 01 05 01 (eigen onderzoek) || || || ||
Ÿ Extern personeel (in voltijdequivalenten)[17]
29 01 02 01 (CA, INT, SNE uit de “totale financiële middelen”) || 6 || 6 || 6 || 6
XX 01 02 02 (CA, INT, JED, LA en SNE in de delegaties) || || || ||
29 01 04 05 [18] || op het hoofdkwartier [19] || 3 || || ||
in de delegaties || || || ||
29 01 04 01 [20] || op het hoofdkwartier [21] || || 3 || 3 || 3
in de delegaties || || || ||
XX 01 05 02 (CA, INT, SNE - onderzoek door derden) || || || ||
10 01 05 02 (CA, INT, SNE - eigen onderzoek) || || || ||
Andere begrotingsonderdelen (te vermelden) || || || ||
TOTAAL || 21 || 21 || 21 || 21
XX is het beleidsterrein of de begrotingstitel
De benodigde personele middelen worden gefinancierd uit de middelen die reeds voor het beheer van deze actie zijn toegewezen en/of binnen het DG zijn herverdeeld, eventueel aangevuld met middelen die in het kader van de jaarlijkse toewijzingsprocedure met inachtneming van de budgettaire beperkingen aan het beherende DG kunnen worden toegewezen.
Beschrijving van de uit te voeren taken
Ambtenaren en tijdelijke functionarissen || De PMO en het bijbehorende scorebord van indicatoren zijn gebaseerd op Verordening (EU) nr. 1176/2011, waarin nadere voorschriften zijn neergelegd voor de vroegtijdige detectie, preventie en correctie van macro-economische onevenwichtigheden die in het eurogebied en de EU ontstaan of voortduren. Voorwaarde voor een effectieve PMO is een efficiënt statistisch toezicht op de voor de PMO relevante gegevens. De Raden van 8 november 2011 en 13 november 2012 benadrukten dat het voor de geloofwaardigheid van de PMO van belang is dat voor het scorebord tijdig statistieken van de hoogste kwaliteit beschikbaar zijn en verzochten de Commissie (Eurostat) om alle noodzakelijke stappen te zetten om te waarborgen dat die statistieken volgens een betrouwbare procedure worden samengesteld en de onderliggende statistische informatie voortdurend wordt verbeterd. Eurostat zal derhalve voor de PMO een krachtig stelsel van statistisch toezicht ontwikkelen dat is gebaseerd op een verordening. Deze verordening regelt met name de verzameling en verstrekking van gegevens en metagegevens, de bewaking van de kwaliteit van gegevens door Eurostat en de verslaglegging over/bekendmaking van gegevens aan de verschillende belanghebbenden en het Europees Parlement en de Raad. Bij deze verordening krijgt de Commissie nieuwe taken op de volgende hoofdonderdelen: valideren van de kwaliteit van de voor de PMO relevante gegevens aan de hand van criteria die deels reeds bestaan en deels, op bepaalde terreinen, nog moeten worden vastgesteld/omschreven (bijv. gegevens van betalingsbalansstatistieken en gegevens over de netto internationale investeringspositie, de nominale loonkosten per eenheid product, de gedefleerde huizenprijzen, de particuliere kredietstroom en particuliere schulden, werkloosheidscijfers en de totale verplichtingen van de financiële sector), onder meer door diepgaandere controlebezoeken; structureren, verzamelen en analyseren van gegevensbronnen en methoden van gegevensverzameling van de lidstaten; ontwikkelen en uitvoeren van een actieplan voor verbetering; en regelmatig aan het Comité voor de economische politiek verslag uitbrengen over de resultaten hiervan.
Extern personeel || Ondersteuning van de ambtenaren en tijdelijke functionarissen bij het uitvoeren van de hierboven genoemde taken.
3.2.4. Verenigbaarheid met het huidige meerjarige financiële kader
– þ Het voorstel/initiatief is verenigbaar met het huidige meerjarige financiële kader
– ¨ Het voorstel/initiatief vergt herprogrammering van de betrokken rubriek van het meerjarige financiële kader
Zet uiteen welke herprogrammering nodig is, onder vermelding van de betrokken begrotingsonderdelen en de desbetreffende bedragen.
– ¨ Het voorstel/initiatief vergt toepassing van het flexibiliteitsinstrument of herziening van het meerjarige financiële kader[22]
Zet uiteen wat nodig is, onder vermelding van de betrokken rubrieken en begrotingsonderdelen en de desbetreffende bedragen.
3.2.5. Bijdrage van derden aan de financiering
– þ Het voorstel/initiatief voorziet niet in medefinanciering door derden
– Het voorstel/initiatief voorziet in medefinanciering, zoals hieronder wordt geraamd:
Kredieten in miljoenen euro's (tot op 3 decimalen)
|| Jaar N || Jaar N+1 || Jaar N+2 || Jaar N+3 || invullen: zoveel jaren als nodig om de duur van de gevolgen weer te geven (zie punt 1.6) || Totaal
Medefinancieringsbron || || || || || || || ||
TOTAAL medegefinancierde kredieten || || || || || || || ||
3.3. Geraamde gevolgen voor de ontvangsten
– þ Het voorstel/initiatief heeft geen financiële gevolgen voor de ontvangsten
– ¨ Het voorstel/initiatief heeft de hieronder beschreven financiële gevolgen:
¨ voor de eigen middelen
¨ voor de diverse ontvangsten
In miljoenen euro's (tot op 3 decimalen)
Begrotingsonderdeel voor ontvangsten: || Voor het lopende begrotingsjaar beschikbare kredieten || Gevolgen van het voorstel/initiatief[23]
Jaar N || Jaar N+1 || Jaar N+2 || Jaar N+3 || invullen: zoveel kolommen als nodig om de duur van de gevolgen weer te geven (zie punt 1.6)
Artikel ….. || || || || || || || ||
Voor de diverse ontvangsten die worden "toegewezen", vermeld het (de) betrokken begrotingsonderde(e)l(en) voor uitgaven.
Vermeld de wijze van berekening van de gevolgen voor de ontvangsten.
[1] PB L 306 van 23.11.2011, blz. 25.
[2] PB L 306 van 23.11.2011, blz. 8.
[3] PB L 87 van 31.3.2009, blz. 164.
[4] COM(2005) 217 definitief en COM(2011) 211 definitief.
[5] PB L 55 van 28.2.2011, blz. 13.
[6] PB L 251 van 18.9.2012, blz. 49-52.
[7] PB L 63 van 5.3.1974, blz. 21.
[8] ABM: Activity Based Management (activiteitsgestuurd management); ABB: Activity Based Budgeting (activiteitsgestuurde begroting).
[9] Nadere gegevens over de beheersvormen en verwijzingen naar het Financieel Reglement zijn beschikbaar op de website BudgWeb: http://www.cc.cec/budg/man/budgmanag/budgmanag_en.html
[10] GK = gesplitste kredieten/NGK = niet-gesplitste kredieten
[11] EVA: Europese Vrijhandelsassociatie
[12] Kandidaat-lidstaten en, in voorkomend geval, potentiële kandidaat-lidstaten van de Westelijke Balkan.
[13] Technische en/of administratieve bijstand en uitgaven ter ondersteuning van de uitvoering van programma's en/of acties van de EU (vroegere "BA"-onderdelen), onderzoek door derden, eigen onderzoek.
[14] Outputs zijn de te verstrekken producten en diensten (bijv. aantal gefinancierde studentenuitwisselingen, aantal kilometer aangelegde wegen, enz.).
[15] Zoals beschreven in punt 1.4.2. "Specifieke doelstelling(en)..."
[16] Technische en/of administratieve bijstand en uitgaven ter ondersteuning van de uitvoering van programma's en/of acties van de EU (vroegere "BA"-onderdelen), onderzoek door derden, eigen onderzoek.
[17] CA = Contract Agent (arbeidscontractant); INT= Intérimaire (uitzendkracht); JED= Jeune Expert en Délégation (jonge deskundige in delegatie); LA= Local Agent (plaatselijk functionaris); SNE= Seconded National Expert (gedetacheerd nationaal deskundige).
[18] Onder het maximum voor extern personeel uit beleidskredieten (vroegere "BA"-onderdelen).
[19] Vooral voor de structuurfondsen, het Europees Landbouwfonds voor Plattelandsontwikkeling (ELFPO) en het Europees Visserijfonds (EVF).
[20] Onder het maximum voor extern personeel uit beleidskredieten (vroegere "BA"-onderdelen).
[21] Vooral voor de structuurfondsen, het Europees Landbouwfonds voor Plattelandsontwikkeling (ELFPO) en het Europees Visserijfonds (EVF).
[22] Zie de punten 19 en 24 van het Interinstitutioneel Akkoord.
[23] Voor traditionele eigen middelen (douanerechten en suikerheffingen) moeten nettobedragen worden vermeld, d.w.z. na aftrek van 25% aan inningskosten.