Bijlagen bij COM(2013)728 - Standpunt EU in het EU - Palestijnse Bevrijdingsorganisatie (PLO) overlegcomité over de definitie van het begrip "producten van oorsprong" en over administratieve samenwerking

Dit is een beperkte versie

U kijkt naar een beperkte versie van dit dossier in de EU Monitor.

BIJLAGE

Ontwerp BESLUIT NR. [...] VAN HET GEMENGD COMITÉ EG-PLO

van […]

tot wijziging van artikel 15, lid 7, van protocol nr. 3 van de Euro-mediterrane Interim-associatieovereenkomst voor handel en samenwerking tussen de Europese Gemeenschap, enerzijds, en de Palestijnse Bevrijdingsorganisatie (PLO) ten behoeve van de Palestijnse Autoriteit van de Westelijke Jordaanoever en de Gazastrook, anderzijds, betreffende de definitie van het begrip "producten van oorsprong" en methoden van administratieve samenwerking

HET GEMENGD COMITÉ,

Gelet op de Euro-mediterrane Interim-associatieovereenkomst voor handel en samenwerking tussen de Europese Gemeenschap, enerzijds, en de Palestijnse Bevrijdingsorganisatie (PLO) ten behoeve van de Palestijnse Autoriteit van de Westelijke Jordaanoever en de Gazastrook, anderzijds, en met name op artikel 39 van protocol nr. 3 bij die overeenkomst,

Overwegende hetgeen volgt:

(1) Krachtens artikel 15, lid 7, van protocol nr. 3 bij de Euro-mediterrane Interim-associatieovereenkomst voor handel en samenwerking tussen de Europese Gemeenschap, enerzijds, en de Palestijnse Bevrijdingsorganisatie (PLO) ten behoeve van de Palestijnse Autoriteit van de Westelijke Jordaanoever en de Gazastrook, anderzijds[6] (hierna "de overeenkomst" genoemd), zoals gewijzigd bij Besluit nr. 1/2009 van het Gemengd Comité EG-PLO van 24 juni 2009[7], kan onder bepaalde voorwaarden tot 31 december 2009 gedeeltelijke teruggave of vrijstelling van douanerechten of heffingen van gelijke werking worden verleend.

(2) Al in 2010 heeft de Commissie, op basis van een verzoek van de PLO, voorgesteld om de toepassing van artikel 15 van protocol nr. 3 bij de overeenkomst te verlengen tot en met 31 december 2012[8]. Het Gemengd Comité EG-PLO heeft dat voorstel evenwel nooit aangenomen.

(3) Omwille van de duidelijkheid en teneinde het bedrijfsleven economische voorspelbaarheid op de lange termijn en rechtszekerheid te garanderen alsook de periode waarop het eerdere voorstel van de Commissie betrekking heeft, te regulariseren, zijn de partijen bij de overeenkomst overeengekomen om de toepassing van artikel 15, lid 7, van protocol nr. 3 bij de overeenkomst met zes jaar te verlengen met ingang van 1 januari 2010.

(4) Protocol nr. 3 bij de overeenkomst dient derhalve te worden gewijzigd.

(5) Aangezien artikel 15, lid 7, van protocol nr. 3 bij de overeenkomst ophoudt van toepassing te zijn op 31 december 2009, dient dit besluit van toepassing te zijn vanaf 1 januari 2010,

BESLUIT:

Artikel 1

Artikel 15, lid 7, laatste alinea, van protocol nr. 3 bij de Euro-mediterrane Interim-associatieovereenkomst voor handel en samenwerking tussen de Europese Gemeenschap, enerzijds, en de Palestijnse Bevrijdingsorganisatie (PLO) ten behoeve van de Palestijnse Autoriteit van de Westelijke Jordaanoever en de Gazastrook, anderzijds, betreffende de definitie van het begrip "producten van oorsprong" en methoden van administratieve samenwerking wordt vervangen door de volgende tekst:

"Dit lid is tot en met 31 december 2015 van toepassing en kan in onderling overleg worden herzien."

Artikel 2

Dit besluit treedt in werking op de dag waarop het wordt vastgesteld.

Het is van toepassing met ingang van 1 januari 2010.

Gedaan te […].

                                                                       HET GEMENGD COMITÉ,

                                                                       De voorzitter                                                                        […]

[1]               PB L 298 van 13.11.2009, blz. 1.

[2]               COM(2010)166 van 21.4.2010.

[3]               PB L 187 van 16.7.1997, blz. 3.

[4]               PB L 298 van 13.11.2009, blz. 1.

[5]               COM(2010)166 van 21.4.2010.

[6]               PB L 187 van 16.7.1997, blz. 3.

[7]               PB L 298 van 13.11.2009, blz. 1.

[8]               COM(2010) 166 van 21.4.2010.