Bijlagen bij COM(2013)837 - Vrijheid van verkeer van EU burgers en hun gezin: vijf acties om het verschil te maken

Dit is een beperkte versie

U kijkt naar een beperkte versie van dit dossier in de EU Monitor.

BIJLAGE

Grafiek 1: Arbeidsparticipatie van mobiele EU-burgers en eigen onderdanen (leeftijd: 15-64 jaar), 2012

In deze grafiek is het aantal mobiele EU-burgers in de werkende leeftijd (15-64 jaar) in het desbetreffende land weergegeven.

Bron: Eurostat, EU-enquête beroepsbevolking (table lfsa_argan). NB: Alleen de belangrijkste landen van bestemming van mobiele EU-burgers zijn in de grafiek opgenomen. Deze 17 lidstaten vertegenwoordigden 99 % van de mobiele EU-burgers in 2012.

Grafiek 2: Sociale uitkeringen die mobiele EU-burgers ontvangen

Chart 2: Take-up of social benefits by mobile EU citizens in certain Member States

Buitenste cirkel: percentage mobiele EU-burgers in vergelijking met eigen onderdanen; binnenste cirkel: percentage uitkeringsgerechtigden onder mobiele EU-burgers en eigen onderdanen. Eigen onderdanen zijn weergegeven in lichtblauw, mobiele EU-burgers in zwart en niet-EU-burgers (indien gegevens beschikbaar zijn) in lichtpaars. Gegevens over bevolkingsaandeel: migratiestatistieken van Eurostat, 2012, aangevuld met de enquête beroepsbevolking van Eurostat, nationale databanken en eigen ramingen. De gegevens van grafiek 2 zijn verstrekt door de lidstaten en zijn ingezameld door de deskundigengroep FREEMO. De cijfers kunnen niet worden vergeleken, onder andere doordat uitkeringen niet op EU-niveau zijn geharmoniseerd. || Cyprus — sociale bijstand, juli 2013 ||

||

Tsjechië – sociale bijstand buiten verzekeringen (geen jaar bekend) || Denemarken – sociale uitkering of inkomen uit arbeid, 2012 || Estland — sociale bijstand, 2012 || Finland — werkloosheidsuitkeringen,2012 ||

|| || || ||

Duitsland — sociale uitkeringen voor werkzoekenden, 2012 || Griekenland — pensioenen, juni 2013 || Ierland — uitkeringen voor werkzoekenden, huursubsidie en kinderbijslag (gezinnen en kinderen), 2013 || Nederland — sociale bijstand, 2012 ||

|| || || ||

Portugal — uitkeringen voor sociale integratie, gezinsuitkeringen en steun voor ouderen || Roemenië — sociale bijstand, juni 2013 (mobiele EU- en niet-EU-burgers samen) || Slowkije — sociale bijstand, mei 2013 || Slovenië — sociale bijstand, augustus 2013 ||

|| || ||

[1]               Artikelen 45 en 48 van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie (VWEU).

[2]               Artikel 21 VWEU.

[3]               Employment and Social Developments in Europe 2011, intra-EU labour mobility and the impact of enlargement, blz. 274.

[4]               Flash Eurobarometer (EB) 365, februari 2013, http://ec.europa.eu/public_opinion/flash/fl_365_en.pdf.

[5]               Standard EB 79, mei 2013, http://ec.europa.eu/public_opinion/archives/eb/eb79/eb79_en.htm.

[6]               Flash EB 365, zie hierboven.

[7]               Europese Commissie, DG Werkgelegenheid, ramingen op basis van Eurostat migratiestatistieken en de EU-LFS (Labour Force Survey, enquête beroepsbevolking).

[8]               Europese Commissie, EU Employment and Social Situation Quarterly Review, juni 2013, blz. 42-43, op basis van Eurostat, EU-LFS.

[9]               ICF GHK Milieu: A fact finding analysis on the impact on the Member States’ social security systems of the entitlements of non-active intra-EU migrants to special non-contributory cash benefits and healthcare granted on the basis of residence, Hoofdstuk 4 en blz. 61, http://ec.europa.eu/social/BlobServlet?docId=10972&langId=en.

[10]             Eurostat, EU-LFS, 2008 module over de arbeidsmarktsituatie van migranten, online tabel: lfso_08cobr.

[11]             Dit zijn met name studenten, gepensioneerden, werkzoekenden en niet-actieve gezinsleden.

[12]             ICF GHK Milieu rapport, zie hierboven, hoofdstuk 3, blz. 16, op basis van Eurostat, EU-LFS.

[13]             ICF GHK Milieu rapport, zie hierboven, hoofdstuk 3, blz. 25, op basis van Eurostat, EU-LFS.

[14]             ICF GHK Milieu rapport, zie hierboven, blz. 24, op basis van Eurostat, EU-LFS.

[15]             Eurostat, EU-LFS. Het aandeel mobiele EU-burgers (15 jaar en ouder) die economisch inactief zijn, daalde van 34,1 % in 2005 naar 30,7 % in 2012 (Eurostat, EU-LFS).

[16]             Eurostat, EU-LFS.

[17]             Employment and Social Developments in Europe 2011, intra-EU labour mobility and the impact of enlargement, blz. 268-276.

[18]             Dustmann et al., Assessing the Fiscal Costs and Benefits of A8 Migration to the UK, http://ideas.repec.org/p/crm/wpaper/0918.html; OECD, Fiscal Impact of Migration, in OECD International Migration Outlook 2013, http://www.oecd.org/els/mig/imo2013.htm.

[19]             OECD, Fiscal Impact of Migration, in OECD International Migration Outlook 2013, http://www.oecd.org/els/mig/imo2013.htm; ICF GHK Milieu rapport, zie hierboven; Dustmann et al., Assessing the Fiscal Costs and Benefits of A8 Migration to the UK, http://ideas.repec.org/p/crm/wpaper/0918.html; CEPS, Social Benefits and Migration, A contested relationship and policy challenge in the EU (Hoofdstukken 1 en 7); EU Labor Markets After Post-Enlargement Migration, Martin Kahanec, Klaus F. Zimmermann (eds.), Springer-Verlag Berlin Heidelberg, 2010; Ian Preston, The Effect of Immigration on Public Finances, Centre for Research and Analysis of Migration, 2013, http://www.cream-migration.org/publ_uploads/CDP_23_13.pdf.

[20]             Bewijsmateriaal verzameld door de Administratieve Commissie voor de coördinatie van de socialezekerheidsstelsels wijst op feitelijke en wettelijke problemen bij de toepassing van de bepalingen inzake coördinatie en de toekenning van uit belastingen gefinancierde uitkeringen op basis van verblijfplaats aan niet-werkende personen. Er is echter geen bewijs voor grootschalig frauduleus gedrag.

[21]             Zie statistische bijlage, grafiek 2. Op verzoek van de Raad vroeg de Commissie in juni 2013 aan de lidstaten om onder meer informatie te verschaffen over mobiele EU-burgers die sociale uitkeringen kregen of vroegen. Van de 21 lidstaten die antwoordden, konden Oostenrijk, België, Kroatië, Hongarije, Polen, Zweden en het Verenigd Koninkrijk geen gegevens verstrekken. Litouwen gaf informatie over geëxporteerde uitkeringen van de sociale zekerheid. Gegevens van de 13 andere lidstaten hebben betrekking op verschillende uitkeringen die niet kunnen worden vergeleken; zij worden dus grafisch voorgesteld in grafieken per land.

[22]             ICF GHK Milieu rapport, zie hierboven, hoofdstuk 5, blz. 84.

[23]             Zie bijvoorbeeld het literatuuronderzoek in het ICF GHK Milieu rapport en in CEPS, Social benefits and migration, A contested relationship and policy challenge in the EU.

[24]             Richtlijn 2004/38/EG van het Europees Parlement en van de Raad van 29 april 2004 betreffende het recht van vrij verkeer en verblijf op het grondgebied van de lidstaten voor de burgers van de Unie en hun familieleden, PB L 158 van 30.4.2004, blz. 77.

[25]             Verordening (EU) nr. 492/2011 van het Europees Parlement en de Raad van 5 april 2011 betreffende het vrije verkeer van werknemers binnen de Unie, PB L 141 van 27.5.2011, blz. 1.

[26]             Verordening (EG) nr. 883/2004 van het Europees Parlement en de Raad van 29 april 2004 betreffende de coördinatie van de socialezekerheidsstelsels, PB L 166, 30.4.2004, blz. 1. Verordening (EG) nr. 987/2009 van het Europees Parlement en de Raad van 16 september 2009 tot vaststelling van de wijze van toepassing van Verordening (EG) nr. 883/2004 betreffende de coördinatie van de socialezekerheidsstelsels, PB L 284 van 30.10.2009, blz. 1.

[27]             Specifieke bepalingen betreffende de rechten van patiënten bij grensoverschrijdende gezondheidszorg worden vastgesteld in Richtlijn 2011/24/EU van het Europees Parlement en de Raad van 9 maart 2011 betreffende de toepassing van de rechten van patiënten bij grensoverschrijdende gezondheidszorg, PB L 88, 4.4.2011, blz. 1.

[28]             Artikel 6 van de richtlijn.

[29]             Overweging 9 en artikelen 7 en 14, lid 4, onder b), van de richtlijn.

[30]             Artikel 16 van de richtlijn.

[31]             Artikel 7, lid 2, van Richtlijn (EU) nr. 492/2011.

[32]             Artikel 24 van de richtlijn.

[33]             Uitkeringen van financiële aard, die, ongeacht de kwalificatie ervan in de nationale wetgeving, bestemd zijn om de toegang tot de arbeidsmarkt in het gastland te vergemakkelijken, kunnen niet als een “recht op sociale bijstand” in de zin van artikel 24, lid 2, van de richtlijn worden beschouwd: gevoegde zaken C-22/08 en C-23/08 Vatsouras en Koupatantze, lid 45.

[34]             Artikel 8, lid 4, van de richtlijn.

[35]             Artikel 14, lid 2, van de richtlijn.

[36]             Bepaald in Verordening 883/2004, zie hoofdstuk 1.3; zaak C-140/12 Brey.

[37]             Zaak C-140/12 Brey, punten 38 en 42.

[38]             Artikel 14, lid 3, van de richtlijn.

[39]             Artikel 15, lid 1, van de Richtlijn en zaak C-140/12 Brey, punt 72.

[40]             Artikel 14, lid 1, van de richtlijn.

[41]             Zie zaken C-76/76 Di Paolo, C-102/91 Knoch en C-90/97 Swaddling.

[42]             COM (2009) 313, hoofdstuk 4.1.

[43]             Op verzoek van de Raad vroeg de Commissie de lidstaten om onder meer informatie te verschaffen over het misbruik van vrij verkeer bij schijnhuwelijken. 12 lidstaten gaven statistieken over geconstateerde gevallen. In de periode 2010-2012 registreerde Cyprus 174 schijnhuwelijken en Portugal 144; in diezelfde periode weigerde Polen 2 (op een totaal van 391) aanvragen voor een verblijfskaart op deze grond; Tsjechië registreerde 51 schijnhuwelijken in 2012, en 22 tussen januari en juli 2013; Denemarken stelde in 2012 8 schijnhuwelijken vast en Finland weigerde 10 (op een totaal van 650) aanvragen voor een visum op deze grond; in 2012-2013 weigerde Zweden in 30 gevallen een verblijfsrecht op grond van schijnhuwelijken en fraude met documenten (op een totaal van 26 546 aanvragen); Nederland constateerde 368 schijnhuwelijken (van in totaal 550 huwelijken die in drie proefprojecten werden onderzocht) sinds 2007; Ierland constateerde in 2010 9 schijnhuwelijken; tussen mei en oktober 2011 verwierp het Verenigd Koninkrijk 176 aanvragen voor een EER-familievergunning wegens twijfels aan de authenticiteit van de huwelijken (op in totaal 256 gevallen – 2 % van de aanvragen in deze periode – waarin misbruik werd vermoed; Estland en Roemenië ten slotte gaven aan dat zij respectievelijk in de periode januari 2011-juli 2013 en sinds januari 2007 geen schijnhuwelijken hadden geconstateerd. In twee gevallen werden gegevens verstrekt over vermoedens van schijnhuwelijken: VK: meldingen door ambtenaren van de burgerlijke stand van 934 (2010), 1 741 (2011) en 1 891 (2012) vermoedens van schijnhuwelijken. Duitsland: meldingen van 250 vermoedens in alle Länder, 167 (Hesse), 43 (Berlijn) en 71 (München) in 2012.

[44]             EU Serious and Organised Crime Threat Assessment 2013, Hoofdstuk 1.9, https://www.europol.europa.eu/sites/default/files/publications/socta2013.pdf; 2011 EU Serious and Organised Crime Threat Assessment, Hoofdstuk over Facilitated Illegal Immigration, https://www.europol.europa.eu/sites/default/files/publications/octa2011.pdf.

[45]             Zaak C-55/94 Gebhard, punt 37, en zaak C-100/01 Olazabal, punt 43.

[46]             Overweging 16, artikel 15, lid 1, artikel 15, lid 3 en artikel 27, lid 2.

[47]             Zaak 41/74 Van Duyn, punt 18, zaak C-348/09 P. I., punt 23, en zaak C-434/10 Aladzhov, punt 34.

[48]             Artikel 27, lid 1 van de Richtlijn, zaak 30/77 Bouchereau, punt 35, en zaak C-348/09 P. I., punt 34.

[49]             Zaak C-349/06 Polat, punt 39; Mededeling van de Commissie betreffende richtsnoeren voor een betere omzetting en toepassing van Richtlijn 2004/38/EG, COM(2009) 313, einde punt 3.2.

[50]             Gevoegde zaken 115 en 116/81 Adoui en Cornouaille, punt 8, en zaak C-268/99 Jany, punt 61.

[51]             Overeenkomstig artikel 28, lid 1, van de Richtlijn en zaak 67/74 Bonsignore, punt 6.

[52]             Zaak C-434/10 Aladzhov, punten 29 en 30, en zaak C-249/11 Byankov, punten 35 en 36.

[53]             In deze mededeling wordt met “inreisverbod” een verwijderingsmaatregel bedoeld in de zin van artikel 32 van de Richtlijn.

[54]             Zaak C-348/96 Calfa, punten 27 en 28.

[55]             Artikel 32, lid 1, van de richtlijn en gevoegde zaken 115/81 en 116/81 Adoui and Cornuaille, punt 12.

[56]             Deel A, punt 2, onder a), van de resolutie van de Raad van 22 april 1999, PB C 125 van 6.5.1999, blz. 1.

[57]             Besluit nr. H5 van de Administratieve Commissie voor de coördinatie van de socialezekerheidsstelsels van 18 maart 2010 betreffende de samenwerking bij de bestrijding van fraude en fouten in het kader van Verordening (EG) nr. 883/2004 van de Raad en Verordening (EG) nr. 987/2009 van het Europees Parlement en de Raad betreffende de coördinatie van de socialezekerheidsstelsels (PB C 149 van 8.6.2010, blz. 5).

[58]             Zie het werkdocument van de diensten van de Commissie Confronting homelessness in the European Union, SWD (2013) 42 final, behorende bij de mededeling van de Commissie van 20 februari 2013 Naar sociale investering voor groei en cohesie – inclusief de uitvoering van het Europees Sociaal Fonds 2014-2020, COM(2013) 83 final.

[59]             Mededeling van de Commissie van 3 oktober 2008 over een aanbeveling van de Commissie inzake de actieve inclusie van personen die van de arbeidsmarkt zijn uitgesloten, COM(2008) 639 final; mededeling van de Commissie van 20 februari 2013 Naar sociale investering voor groei en cohesie – inclusief de uitvoering van het Europees Sociaal Fonds 2014-2020, zie vermelding hierboven; mededeling van de Commissie van 5 april 2011 Een EU-kader voor de nationale strategieën voor integratie van de Roma tot 2020, COM(2011) 173 final.

[60]             De praktische gids betreft alleen de toepassing van de verordeningen, en niet de Richtlijn.

[61]             Bijvoorbeeld het Noorwegenfonds van de EER, de Raad van Europa, het UNDP, de Open Society Foundation en het EU-agentschap voor de grondrechten.

[62]             Barcelona, Dublin, Hamburg, Lille, Praag en Turijn.

[63]             Verslag van de Commissie Verslag over het EU-burgerschap 2013 — EU-burgers: uw rechten, uw toekomst, COM(2013) 269 final, 8.5.2013.

[64]             COM(2013) 236 van 26.4.2013.

[65]             COM(2013) 269 final van 8.5.2013.