Bijlagen bij COM(2019)12 - Burgerschaps- en verblijfsregelingen voor investeerders in de EU

Dit is een beperkte versie

U kijkt naar een beperkte versie van dit dossier in de EU Monitor.

dossier COM(2019)12 - Burgerschaps- en verblijfsregelingen voor investeerders in de EU.
document COM(2019)12 NLEN
datum 23 januari 2019
bijlage III bij de studie, ibid. noot 4. In het algemeen nemen de lidstaten maatregelen om misbruik van dergelijke mogelijkheden te voorkomen, bijvoorbeeld in verband met schijnhuwelijken. Om frauduleuze nationaliteitsverkrijging beter te kunnen opsporen en aanpakken, worden de nationale autoriteiten aangemoedigd om gebruik te maken van interviews of vragenlijsten, document- en antecedentenonderzoeken, inspecties of gemeenschapsgerichte controles, met inachtneming van de toepasselijke juridische beperkingen, zoals die welke verband houden met de bewijslast of de grondrechten. Zij kunnen ook putten uit de overeenkomsten tussen frauduleuze nationaliteitsverkrijging en via schijnhuwelijk met een burger van de Unie verkregen verblijfsrecht (zie het handboek van de Commissie over de aanpak van schijnhuwelijken (COM/2014/604 final).

(9)

     Voor nadere informatie, zie bijlage III bij de studie, ibid., noot 4.

(10)

     Landen waar de wetgeving "nationaal belang" uitdrukkelijk gelijkstelt met het economisch of commercieel belang van de staat, zijn Oostenrijk, Bulgarije, Slovenië en Slowakije. Voor nadere informatie, zie overzichtsstudie, ibid., noot 4.

(11)

     Voor nadere informatie over deze regelingen, zie de studie, ibid., noot 4.

(12)

     Zie J. Dzankic, The pros and cons of ius pecuniae: investor citizenship in comparative perspective, Robert Schuman Centre for Advanced Studies, EUDO Observatory, nummer 14.

(13)

     In Bulgarije is op 15 februari 2018 door de minister van Justitie een werkgroep opgericht om amendementen op de Bulgaarse wet op het burgerschap op te stellen, met inbegrip van de burgerschapsregeling voor investeerders die Bulgarije overweegt af te schaffen.

(14)

     Het werkdocument van de diensten van de Commissie bevat nadere bijzonderheden over de verschillen tussen de versnelde en de gewone burgerschapsregeling voor investeerders in Bulgarije.

(15)

     Verordening 7(5) van LN 47/2014 schrijft voor dat de hoofdaanvrager in Malta een voor bewoning bestemd onroerend goed met een minimumwaarde van 350 000 EUR verwerft en bezit; of b) een voor bewoning bestemd onroerend goed huurt voor een jaarlijkse huurprijs van ten minste 16 000 EUR.

(16)

     Op grond van het kapitaalmodel is het vereist een bepaald bedrag te investeren in i) een onderneming (Bulgarije, Cyprus) of (ii) instrumenten van krediet- of financiële instellingen, zoals beleggingsfondsen of trustfondsen (Bulgarije, Cyprus, Malta).

(17)

     Dit model vereist de aankoop of huur van vastgoed van een bepaalde waarde (Cyprus, Malta). Het werkdocument van de diensten van de Commissie bevat nadere bijzonderheden.

(18)

     De obligaties worden door de investeerders gekocht van de overheid (Bulgarije, Malta).

(19)

     De Maltese wetgeving schrijft voor dat aan de Maltese overheid een "bijdrage" wordt betaald, die wordt gestort in de nationale ontwikkelingsfondsen.

(20)

     Bulgarije brengt per aanvraag in totaal 650 EUR in rekening; Cyprus brengt 7 000 EUR in rekening voor de hoofdaanvrager en 7 000 EUR voor de echtgeno(o)t(e); Malta brengt in totaal 8 200 EUR in rekening voor de hoofdaanvrager en 5 500 EUR voor de echtgeno(o)t(e).

(21)

     Informatie bevestigd door raadpleging van nationale belanghebbenden (Identity Malta, bevoegde autoriteit, 8 maart 2018), verkregen in het kader van de studie, ibid., noot 4.

(22)

     Artikel 111A, lid 2), van de wetten inzake de burgerlijke stand, gepubliceerd op 30 april 2013.

(23)

     Zie resultaat B.I van de studie, ibid., noot 4; ook Office of the Regulator Individual Investor Programme (ORiip), Fourth Annual Report on the Individual Investor Programme of the Government of Malta (1 juli 2016 – 30 juni 2017), november 2017, blz. 32:

https://oriip.gov.mt/en/Documents/Reports/Annual%20Report%202017.pdf  

(24)

     Artikel 9 VEU en artikel 20, lid 1, VWEU.

(25)

   Arrest van 20 september 2001, Grzelczyk, C-184/99, EU:C:2001:458, punt 31.

(26)

     Zie artikel 20, lid 2, VWEU.

(27)

     Arrest van 7 juli 1992, Micheletti and Others v Delegación del Gobierno en Cantabria, C-369/90, EU:C:1992:295, punt 10; arrest van 11 november 1999, Belgian State v Mesbah, C-179/98, EU:C:1999:549, punt 29; arrest van 20 februari 2001, Kaur, C-192/99, EU:C:2001:106, punt 19; arrest van 19 oktober 2004, Zhu and Chen, C-200/02, EU:C:2004:639, punt 37; arrest van 2 maart 2010, Rottmann, C-135/08, EU:C:2010:104, punt 39; zie ook de aanhangige zaak C-221/17 Tjebbes.

(28)

     Zie de conclusie van advocaat-generaal Maduro in zaak C-135/08, Rottmann, punten 28-29; met betrekking tot het effect van het internationaal recht op het EU-recht, zie: arrest van 14 mei 1974, 3, Nold KG v Commissie, zaak 4-73, EU:C:1974:51; arrest van 24 november 1992, Anklagemindigheden v Poulsen and Diva Navigation, C-286/90, EU:C:1992:453, punten 9 en 10, en arrest van 16 juni 1998, Racke v Hauptzollamt Mainz, C-162/96, EU:C:1998:293, punten 45 en 46.

(29)

     Arrest van het Internationaal Gerechtshof van 6 april 1955, Nottebohm, I.C.J. Reports 1955, blz. 4, beschikbaar op https://www.icj-cij.org/files/case-related/18/018-19550406-JUD-01-00-EN.pdf

(30)

     Zie, met betrekking tot de vrijheid van vestiging, het duidelijke oordeel van het Hof in zaak C-369/90, Micheletti, punt 10: "Het bepalen van de voorwaarden voor de verkrijging en het verlies van de nationaliteit behoort, overeenkomstig het internationale recht, tot de bevoegdheid van elke lidstaat afzonderlijk; die bevoegdheid dient te worden uitgeoefend met inachtneming van het gemeenschapsrecht. De wettelijke regeling van een lidstaat mag echter niet de gevolgen van de toekenning van de nationaliteit van een andere lidstaat beperken door een extra voorwaarde te stellen voor de erkenning van deze nationaliteit in verband met de uitoefening van de in het Verdrag bepaalde fundamentele vrijheden."; zie ook zaak C-165/16, Lounes, punt 55: "Een lidstaat kan de gevolgen van het bezit van de nationaliteit van een andere lidstaat echter niet beperken, en met name niet de rechten die op grond van het Unierecht aan die nationaliteit zijn verbonden en voortvloeien uit het feit dat een burger gebruik heeft gemaakt van zijn recht van vrij verkeer.".

(31)

     Het in artikel 4, lid 3, VEU neergelegde beginsel van loyale samenwerking met andere lidstaten en de Unie verplicht de lidstaten zich te onthouden van alle maatregelen die de verwezenlijking van de doelstellingen van de Unie in gevaar kunnen brengen.

(32)

     Zie de gezamenlijke persverklaring van 29 januari 2014 van de Europese Commissie en de Maltese autoriteiten, http://europa.eu/rapid/press-release_MEMO-14-70_en.htm . Er is verscheidene malen van gedachten gewisseld met respectievelijk de Maltese en de Cypriotische autoriteiten.

(33)

     Verordening 7(12) van LN 47/2014 (de Individual Investor Programme of the Republic of Malta Regulations) vereist dat de hoofdaanvrager voorafgaand aan de dag van de afgifte van het naturalisatiecertificaat gedurende ten minste 12 maanden ingezetene van Malta is geweest. Het begrip "bewijs van verblijf" is echter niet nader gedefinieerd. Zie de studie, ibid., noot 4.

(34)

     Besluit nr. 834 van de Raad van Ministers van 13.9.2016.

(35)

     Bulgarije, Cyprus, Estland, Frankrijk, Griekenland, Ierland, Italië, Kroatië, Letland, Litouwen, Luxemburg, Malta, Nederland, Polen, Portugal, Roemenië, Slowakije, Spanje, Tsjechië en het Verenigd Koninkrijk. Hongarije heeft zijn regeling in april 2017 opgeschort. Voor meer informatie over de identificatie van deze regelingen, zie het begeleidende werkdocument van de diensten van de Commissie.

(36)

     Op grond van het kapitaalmodel is het vereist een bepaald bedrag te investeren in hetzij i) een onderneming, ongeacht de rol die de investeerder heeft in de onderneming of hoedanigheid waarin hij participeert in de onderneming — eigenaar, aandeelhouder of bestuurder (Bulgarije, Estland, Frankrijk, Ierland, Italië, Kroatië, Letland, Litouwen, Nederland, Portugal, Roemenië, Slowakije, Spanje, het Verenigd Koninkrijk), hetzij ii) instrumenten van krediet- of financiële instellingen, zoals beleggingsfondsen of trustfondsen (Bulgarije, Cyprus, Estland, Ierland, Letland, Nederland, Portugal, Spanje).

(37)

     Dit model vereist de aankoop of huur van vastgoed van een bepaalde waarde (Cyprus, Ierland, Griekenland, Malta, Letland, Portugal, Spanje). Huur is mogelijk in Malta en Griekenland. Het werkdocument van de diensten van de Commissie bevat nadere bijzonderheden.

(38)

     Obligaties van een bepaalde waarde worden door de investeerders gekocht van de overheid. Deze obligaties houden terugbetaling op een vervaldag in, met een welbepaalde rente (Bulgarije, Hongarije, Italië, Letland, Malta, Spanje en het Verenigd Koninkrijk).

(39)

     Het kapitaal wordt geïnvesteerd in een openbaar project dat de kunst, sport, volksgezondheid, cultuur of onderwijs, filantropische donaties of artistieke en onderzoeksactiviteiten ten goede komt (Ierland, Italië, Portugal).

(40)

     Dit vereist dat aan de staat (Letland, Malta) rechtstreeks een bepaald geldbedrag wordt betaald, en leidt, anders dan bij obligaties, niet tot terugbetaling.

(41)

     Het minimum is 100 000 HRK (ongeveer 13 500 EUR) in Kroatië. In bepaalde gevallen, zoals in Griekenland voor de optie "strategische investering", is het bedrag niet bij wet vastgesteld en kunnen de autoriteiten dat zelf vastleggen.

(42)

     Slowakije en Luxemburg.

(43)

     Het scheppen van banen in Bulgarije, Frankrijk, Kroatië, Letland, Nederland, Portugal, Roemenië, Spanje en Tsjechië, en een bijdrage aan de economie in Bulgarije, Griekenland, Spanje en Tsjechië. Het criterium "bijdrage aan de economie" wordt op verschillende manieren ingevuld: in Bulgarije moet het "specifiek betrekking hebben op een economisch achtergestelde regio"; in Tsjechië moet de investering plaatsvinden "in het belang van het land of van een regio"; de Griekse wetgeving voorziet in een "strategische investering", zonder dat concept te definiëren; Spanje vereist een bedrijfsproject van "algemeen belang".

(44)

     Zie het werkdocument van de diensten van de Commissie voor een overzicht van deze regelingen.

(45)

     Het EU-beleid inzake legale migratie heeft de voorwaarden voor toegang en verblijf van bepaalde categorieën onderdanen van derde landen geharmoniseerd en heeft hun rechten verleend om een eerlijke behandeling in vergelijking met EU-onderdanen te waarborgen. Zie: de richtlijn gezinshereniging (2003/86/EG), de richtlijn langdurig ingezetenen (2003/109/EG), de blauwekaartrichtlijn betreffende hooggekwalificeerde werknemers (2009/50/EG), de richtlijn seizoenarbeiders (2014/36/EG), de richtlijn betreffende personen die binnen een onderneming worden overgeplaatst (2014/66/EU), en Richtlijn (EU) 2016/801 betreffende onderzoek, studie, stages, vrijwilligerswerk, scholierenuitwisseling, educatieve projecten of au-pairactiviteiten (herschikking). Richtlijn 2011/98/EU inzake de gecombineerde vergunning is niet gericht op een bepaalde categorie, maar is een kaderrichtlijn waarin EU-regels voor één enkele aanvraag/vergunning en bepalingen over de gelijke behandeling van werknemers uit derde landen zijn vastgesteld. Er zij op gewezen dat zelfstandigen niet binnen het toepassingsgebied van deze richtlijn vallen. Voorts zijn het Verenigd Koninkrijk, Ierland en Denemarken — op basis van de aan de Verdragen gehechte protocollen 21 en 22 — niet gebonden door het acquis inzake legale migratie.

(46)

     Dit is een van de onderwerpen die momenteel worden onderzocht in het kader van een evaluatie van de EU-wetgeving inzake legale migratie — evaluatie volgens het Commissieprogramma voor gezonde en resultaatgerichte regelgeving (REFIT): https://ec.europa.eu/home-affairs/what-we-do/policies/legal-migration/fitness-check_en  

(47)

      Het Schengengebied — dat is het gebied zonder binnengrenscontroles — omvat nu 26 landen, waarvan 22 EU-lidstaten: België, Denemarken, Duitsland, Estland, Finland, Frankrijk, Griekenland, Hongarije, Italië, Letland, Litouwen, Luxemburg, Malta, Nederland, Oostenrijk, Polen, Portugal, Slovenië, Slowakije, Spanje, Tsjechië en Zweden, en vier geassocieerde landen (Liechtenstein, Noorwegen, IJsland en Zwitserland).

(48)

     Richtlijn 2003/109/EG van de Raad van 25 november 2003 betreffende de status van langdurig ingezeten onderdanen van derde landen (PB L 16 van 23.1.2004, blz. 44).

(49)

     De rechten die in het kader van deze status worden verleend, zijn procedurele rechten, gelijke rechten op een aantal terreinen (bv. toegang tot arbeid in loondienst en als zelfstandige, onderwijs en beroepsopleiding, erkenning van beroepsdiploma’s, sociale zekerheid en sociale bijstand, belastingvoordelen, toegang tot goederen en diensten, en vrijheid van vereniging) en het vergemakkelijken van het recht om (langer dan drie maanden) te reizen en te verblijven in een andere lidstaat dan die welke de status van langdurig ingezetene heeft verleend, mits bepaalde voorwaarden zijn vervuld.

(50)

   Krachtens de richtlijn geldt de aanwezigheid als onderbroken na een ononderbroken afwezigheid van meer dan zes maanden of een totale afwezigheid van meer dan tien maanden binnen vijf jaar.

(51)

     Bulgarije, Estland, Frankrijk, Griekenland, Hongarije, Ierland, Letland, Litouwen, Luxemburg, Malta, Polen, Roemenië, Slowakije, Tsjechië en het Verenigd Koninkrijk.

(52)

     Richtlijn 2003/86/EG van de Raad van 22 september 2003 inzake het recht op gezinshereniging (PB L 251 van 3.10.2003).

(53)

     Zie "European Getaway: Inside the Murky World of Golden Visas”, Transparency International, oktober 2018, blz. 6 en 37.

(54)

     Bulgarije, Estland, Frankrijk, Griekenland, Hongarije, Ierland, Letland, Litouwen, Malta, Polen, Roemenië, Slowakije, Tsjechië en het Verenigd Koninkrijk.

(55)

     Zie met name de overzichtsstudie, punt IV.2, ibid., noot 4.

(56)

      Dit is het geval voor Cyprus en Malta. Zie studie, ibid., noot 4, resultaat C voor beide lidstaten.

(57)

     Krachtens artikel 63 VWEU is het beginsel van het vrije verkeer van kapitaal van toepassing tussen lidstaten onderling en tussen lidstaten en derde landen. Artikel 65 maakt het mogelijk het vrije verkeer van kapitaal te beperken, met name om redenen die verband houden met openbare orde, openbare veiligheid of belastingheffing.

(58)

     Een gedetailleerd verslag van meldingen van misbruik van de regelingen is opgenomen in de overzichtsstudie, ibid., noot 4, blz. 23 en 75.

(59)

     Voor voorbeelden, zie de maatregelen die de Commissie op 17 april 2018 heeft vastgesteld, met inbegrip van het voortgangsverslag over de totstandbrenging van een echte en doeltreffende Veiligheidsunie, http://europa.eu/rapid/press-release_IP-18-3301_nl.htm  

(60)

      https://ec.europa.eu/home-affairs/what-we-do/policies/borders-and-visas/schengen-information-system_en  

(61)

      https://ec.europa.eu/home-affairs/what-we-do/policies/borders-and-visas/visa-information-system_en  

(62)

      https://ec.europa.eu/home-affairs/what-we-do/policies/asylum/identification-of-applicants_en  

(63)

     Verordening van het Europees Parlement en de Raad tot instelling van een inreis-uitreissysteem (EES) voor de registratie van inreis- en uitreisgegevens en van gegevens over weigering van toegang ten aanzien van onderdanen van derde landen die de buitengrenzen van de lidstaten overschrijden en tot vaststelling van de voorwaarden voor toegang tot het EES voor rechtshandhavingsdoeleinden, en tot wijziging van de Overeenkomst ter uitvoering van het te Schengen gesloten Akkoord en Verordeningen (EG) nr. 767/2008 en (EU) nr. 1077/2011, en Verordening van het Europees Parlement en de Raad tot wijziging van Verordening (EU) 2016/399 in verband met het gebruik van het inreis-uitreissysteem.

(64)

     Verordening van het Europees Parlement en de Raad tot oprichting van een Europees reisinformatie en -autorisatiesysteem (Etias) en tot wijziging van de Verordeningen (EU) nr. 1077/2011, (EU) nr. 515/2014, (EU) 2016/399, (EU) 2016/1624 en (EU) 2017/2226.

(65)

     Voorstel voor een verordening van het Europees Parlement en de Raad tot wijziging van Verordening (EG) nr. 767/2008, Verordening (EG) nr. 810/2009, Verordening (EU) 2017/2226, Verordening (EU) 2016/399, Verordening XX/2018 [de interoperabiliteitsverordening] en Beschikking 2004/512/EG, en tot intrekking van Besluit 2008/633/JBZ van de Raad (COM/2018/302 final). Op 19 december 2018 heeft de Raad het onderhandelingsmandaat goedgekeurd. Het Europees Parlement is bezig met de goedkeuring van het mandaat.

(66)

     Voorstel voor een verordening van het Europees Parlement en de Raad tot invoering van een gecentraliseerd systeem voor de vaststelling welke lidstaten over informatie beschikken inzake veroordelingen van onderdanen van derde landen en staatlozen (TCN) ter aanvulling en ondersteuning van het Europees Strafregister Informatiesysteem (ECRIS-TCN) en tot wijziging van Verordening (EU) nr. 1077/2011, COM/2017/0344 final - 2017/0144 (COD). De onderhandelingen bevinden zich in een vergevorderd stadium van het trialoogproces.

(67)

     Voorstel voor een verordening van het Europees Parlement en de Raad tot vaststelling van een kader voor interoperabiliteit tussen de EU-informatiesystemen (grenzen en visa) en tot wijziging van Beschikking 2004/512/EG van de Raad, Verordening (EG) nr. 767/2008, Besluit 2008/633/JBZ van de Raad, Verordening (EU) 016/399 en Verordening (EU) 2017/2226.

(68)

     Bijvoorbeeld wanneer de bevoegde autoriteit in het land van herkomst geen certificaten voor kort of onderbroken verblijf zou afgeven. In die gevallen volstaat een verklaring onder ede van de aanvrager en in voorkomend geval van de personen te zijner laste, dat zij over een blanco strafblad beschikken.

(69)

     Meer informatie is beschikbaar op: https://iip.gov.mt/due-diligence/  

(70)

     Informatie verzameld door raadpleging van nationale belanghebbenden (Identity Malta, bevoegde autoriteit, 8 maart 2018) in het kader van de studie, ibid., noot 4. Dit is gebaseerd op Verordening 7(2) van LN 47/2014, waarin wordt vastgesteld dat de due-diligencecontroles vierledig van aard zijn, zonder nadere specificatie.

(71)

     Onderdanen of ingezetenen van Afghanistan, Iran en de Democratische Volksrepubliek Korea, of personen die nauwe banden hebben met deze landen, kunnen niet deelnemen aan het Maltese IIP.

(72)

     Maltese Individual Investor Programme Handbook 2018. Ook personen aan wie een visum is geweigerd door een land waarmee Malta een visumvrijstellingsovereenkomst heeft, zijn uitgesloten.

(73)

     Informatie verstrekt door een medewerker van het ministerie van Binnenlandse Zaken op 29 mei 2018.

(74)

      http://www.moi.gov.cy/moi/moi.nsf/all/07F0364738A716E4C22582C40023E6C0/$file/CYPRUS% 20INVESTMENT%20PROGRAMME_13.9.2016.pdf?openelement  

(75)

      https://risk.thomsonreuters.com/en/products/world-check-know-your-customer.html  

(76)

      https://www.lexisnexis.com/en-us/products/lexis-diligence.page  

(77)

      https://rdc.com/  

(78)

     Zo kan in Malta in uitzonderlijke omstandigheden ontheffing worden verleend van de vereiste aan te tonen dat men een blanco strafblad heeft, niet het voorwerp is van een strafzaak en geen potentieel risico vormt voor de nationale veiligheid van Malta (overzichtsstudie, punt II.1 (controles), ibid., noot 4).

(79)

      https://ec.europa.eu/home-affairs/sites/homeaffairs/files/e-library/documents/policies/borders-and-visas/visa-policy/docs/prior_consultation_en.pdf  

(80)

     Geregeld in artikel 22 van Verordening (EG) nr. 810/2009 van het Europees Parlement en de Raad van 13 juli 2009 tot vaststelling van een gemeenschappelijke visumcode (Visumcode) (PB L 243 van 15.9.2009, blz. 1) en ten uitvoer gelegd door middel van het VISMail-mechanisme waarin is voorzien in artikel 16, lid 2, van Verordening (EG) nr. 767/2008 van het Europees Parlement en de Raad van 9 juli 2008 betreffende het Visuminformatiesysteem (VIS) en de uitwisseling van gegevens op het gebied van visa voor kort verblijf (VIS-verordening).

(81)

     Het SIS is momenteel operationeel in 26 EU-lidstaten (alleen Ierland en Cyprus zijn nog niet aangesloten), zij het dat de toegangsrechten verschillen, en in vier geassocieerde Schengenlanden (Liechtenstein, Noorwegen, IJsland en Zwitserland). Hoewel BG en RO nog geen deel uitmaken van het gebied zonder controles aan de binnengrenzen (het Schengengebied), genieten zij sinds augustus 2018 volledige toegang tot het SIS. Kroatië, dat evenmin deel uitmaakt van het Schengengebied, kent nog een aantal beperkingen met betrekking tot zijn gebruik van SIS-signaleringen voor het hele Schengengebied met het oog op weigering van toegang of verblijf in het Schengengebied. Het Verenigd Koninkrijk maakt gebruik van het SIS, maar aangezien het ervoor heeft gekozen geen deel uit te maken van het Schengengebied, kan het geen signaleringen voor het hele Schengengebied met het oog op weigering van toegang of verblijf in het Schengengebied uitvaardigen en ook geen toegang hebben tot dergelijke signaleringen. Ierland treft voorbereidingen voor de aansluiting op het SIS, maar maakt evenmin als het Verenigd Koninkrijk deel uit van het Schengengebied en zal geen signaleringen voor het hele Schengengebied met het oog op weigering van toegang of verblijf kunnen uitvaardigen en ook geen toegang hebben tot dergelijke signaleringen. Cyprus is nog niet aangesloten op het SIS.

(82)

     Veiligheidscontroles hebben over het algemeen betrekking op de achtergrond van de aanvragers en de herkomst van de middelen. De autoriteiten die zijn belast met het beheer van de verblijfsregelingen voor investeerders, laten het onderzoeken van de antecedenten van de aanvragers over aan de politie- en inlichtingendiensten (Bulgarije, Estland, Spanje, Kroatië, Cyprus, Hongarije, Portugal en Slowakije), aan de autoriteiten die belast zijn met volksgezondheid en werkgelegenheid en aan de autoriteiten die verantwoordelijk zijn voor de burgerlijke staat van de aanvrager. Dit onderzoek heeft hoofdzakelijk betrekking op het strafregister van de aanvragers en van de echtheid van het door de aanvragers verstrekte document.

(83)

     Zie: Transparency International, ibid., noot 5, blz. 37, en de overzichtsstudie, ibid., noot 4, blz. 75.

(84)

     Zie noot 68.

(85)

     Namelijk in het VIS, SIS, EES, Etias en Ecris, alsook in databanken van Europol en Interpol.

(86)

     Estland, Spanje, Frankrijk, Kroatië, Letland, Litouwen.

(87)

     Roemenië. Bron: EUR-Lex, “Door de lidstaten meegedeelde nationale maatregelen voor de omzetting van Richtlijn (EU) 2015/849”, beschikbaar op:  https://eur-lex.europa.eu/legal-content/EN/NIM/?uri=celex:32015L0849 .

(88)

     Richtlijn (EU) 2015/849 van het Europees Parlement en de Raad van 20 mei 2015 inzake de voorkoming van het gebruik van het financiële stelsel voor het witwassen van geld of terrorismefinanciering, tot wijziging van Verordening (EU) nr. 648/2012 van het Europees Parlement en de Raad en tot intrekking van Richtlijn 2005/60/EG van het Europees Parlement en de Raad en Richtlijn 2006/70/EG van de Commissie (Voor de EER relevante tekst), beschikbaar op:

https://eur-lex.europa.eu/legal-content/En/TXT/?uri=CELEX%3A32015L0849

(89)

     Artikel 2 van Richtlijn (EU) 2015/849.

(90)

     Artikelen 10–24 van Richtlijn (EU) 2015/849.

(91)

     Richtlijn (EU) 2018/843 van het Europees Parlement en de Raad van 30 mei 2018 tot wijziging van Richtlijn (EU) 2015/849 inzake de voorkoming van het gebruik van het financiële stelsel voor het witwassen van geld of terrorismefinanciering, en tot wijziging van de Richtlijnen 2009/138/EG en 2013/36/EU, PB L 156 van 19.6.2018, blz. 43.

(92)

     Zie artikel 1, punt 44, waarbij een extra punt wordt toegevoegd aan punt 1) van bijlage III bij de vierde antiwitwasrichtlijn.

(93)

   De due-diligencecontroles worden momenteel verricht door het Malta Individual Investor Programme Agency; toen de interviews voor de studie werden afgenomen, was Identity Malta hier nog mee belast.

(94)

     Het agentschap Invest Bulgaria is een uitvoerend agentschap van de Bulgaarse minister van economie; het ondersteunt de minister bij de uitvoering van het regeringsbeleid inzake het bevorderen van buitenlandse investeringen.

(95)

     Artikel 39, lid 6, van de verordeningen voor de toepassing van de wet inzake vreemdelingen in Bulgarije.

(96)

     Malta heeft in 2017 een nationale risicobeoordeling inzake witwaspraktijken verricht. Daarbij werden de potentiële risico’s van witwassen in verband met de burgerschapsregeling echter niet geanalyseerd.

(97)

     Verordening (EG) nr. 1008/2008 inzake gemeenschappelijke regels voor de exploitatie van luchtdiensten in de Gemeenschap, PB L 293 van 31.10.2008, blz. 3). Zie ook de toekomstige evaluatie door de Europese Commissie van Verordening (EG) nr. 1008/2008 (te publiceren in de eerste helft van 2019).

(98)

     Zie de discussie in de studie van de Onderzoeksdienst van het Europees Parlement, ibid., noot 5, blz. 32-35.

(99)

     Richtlijn (EU) 2018/822 van de Raad van 25 mei 2018 tot wijziging van Richtlijn 2011/16/EU wat betreft verplichte automatische uitwisseling van inlichtingen op belastinggebied met betrekking tot meldingsplichtige grensoverschrijdende constructies, PB L 139 van 5.6.2018, blz. 1.

(100)

     Richtlijn 2011/16/EU van de Raad van 15 februari 2011 betreffende de administratieve samenwerking op het gebied van de belastingen en tot intrekking van Richtlijn 77/799/EEG.

(101)

   Conclusies van de Raad (ECOFIN) van 1 december 1997 inzake het belastingbeleid – Resolutie van de Raad en de vertegenwoordigers van de regeringen der Lidstaten, in het kader van de Raad bijeen van 1 december 1997 betreffende een gedragscode inzake de belastingregeling voor ondernemingen – Belastingregeling voor spaargelden (PB C 2 van 6.1.1998, blz. 1).

(102)

   Conclusies van de Raad over de criteria en het proces voor de opstelling van de EU-lijst van niet-coöperatieve rechtsgebieden voor belastingdoeleinden (PB C 461 van 10.12.2016, blz. 2); Conclusies van de Raad over de EU-lijst van niet-coöperatieve rechtsgebieden voor belastingdoeleinden (PB C 438 van 19.12.2017, blz. 5). 

(103)

     De conclusies van de OESO over de burgerschaps-/verblijfsregelingen voor investeerders, 16 oktober 2018: http://www.oecd.org/tax/automatic-exchange/crs-implementation-and-assistance/residence-citizenship-by-investment/  

(104)

      https://www.oecd.org/tax/automatic-exchange/crs-implementation-and-assistance/residence-citizenship-by-investment/#faqs  

(105)

     Office of the Regulator Individual Investor Programme (ORiip): https://oriip.gov.mt/en/Pages/Home.aspx

(106)

     Verordening 4(3) van LN 47/2014.

(107)

     Verordening 14(2) van LN 47/2014.

(108)

     Besluit van de ministerraad 906/2018.

(109)

     Verordening 12 van LN 47/2014.

(110)

     Spanje, Ierland en Portugal. In Spanje bevat de wet bijvoorbeeld de verplichting om een jaarlijks verslag op te stellen over de uitvoering van de regels. Dit verslag wordt opgesteld door het ministerie van Werkgelegenheid en Sociale Zaken, op gezamenlijk verzoek van de ministeries van Buitenlandse Zaken, Binnenlandse Zaken en Economie, en vervolgens voorgelegd aan de raad van ministers. In Portugal onderwerpt de algemene inspectiedienst van Binnenlandse Zaken de procedure inzake verblijfstitels voor investeerders ten minste eenmaal per jaar aan een audit. De conclusies en aanbevelingen worden meegedeeld aan de eerste commissie van het Portugees parlement (Grondwettelijke aangelegenheden en fundamentele rechten, vrijheden en waarborgen) en zijn ook beschikbaar op de website van de overheid. Deze website bevat echter slechts één verslag, dat dateert van 2014. Er staan meerdere aanbevelingen in, die zijn gedaan in verband met procedurele inefficiënties en onder meer de ontwikkeling van interne-controlemechanismen en een procedurehandleiding betreffen. Het is onbekend of er gevolg is gegeven aan deze aanbeveling. In Ierland komt de evaluatiecommissie (bestaande uit hoge ambtenaren van de overheidsdiensten en -instanties die betrokken zijn bij ondernemingen en ontwikkeling) ten minste vier maal per jaar bijeen voor het beoordelen van aanvragen voor verblijf uit hoofde van de regeling voor investeerders. Ook formuleert deze commissie overwegingen en aanbevelingen voor de minister van Justitie en Gelijkheid over de inwilliging of weigering van aanvragen.

(111)

     Bulgarije, Ierland, Frankrijk, Italië, Cyprus, Letland, Hongarije, Malta, Nederland, Roemenië, Verenigd Koninkrijk. In Ierland heeft de Ierse naturalisatie- en immigratiedienst via parlementaire vragen informatie verstrekt over de volgende punten: het aantal verzoeken dat sinds 2012 jaarlijks is ingediend in het kader van regelingen voor investeerders (per investeringsoptie) plus de bedragen die hiermee gemoeid waren, het aantal verzoeken in het kader van regelingen voor in sociale huisvesting en verpleeghuizen investerende immigranten in 2017 plus de bedragen die hiermee gemoeid waren, de criteria aan de hand waarvan aanvragen worden beoordeeld, het aantal ingewilligde aanvragen in het kader van de regeling voor investeerders, de investeringsfondsen waarvoor tot dusver aanvragen in het kader van de regeling buitenlandse investeerders zijn ingewilligd, de vier investeringsopties die in het kader van het programma beschikbaar zijn, het in de regeling voor investeerders geïnvesteerde geldbedrag en de leden van de evaluatiecommissie.

(112)

     Cyprus, Hongarije en Malta.

(113)

     Hongarije en Malta.

(114)

     De gemachtigde ondernemingen bevonden zich in de volgende landen: Grand Cayman (Hungary State Special Debt Fund), Malta (Discus Holdings Ltd.), Cyprus (Migrat Immigration Asia Ltd., Innozone Holdings Limited), Hongarije (Arton Capital Hungary), Rusland (VolDan Investments Limited), Liechtenstein (S & Z Program Limited) en Singapore (Euro-Asia Investment Management Pte Ltd.).

(115)

      https://ec.europa.eu/neighbourhood-enlargement/countries/check-current-status_en

(116)

     Burgers van Montenegro, Servië en de voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië mogen sinds december 2009 zonder visum naar de EU reizen. Voor de burgers van Albanië en Bosnië en Herzegovina is dit het geval sinds eind 2010. Wat betreft de (op 19 januari 2012 gestarte) dialoog over visumliberalisering met Kosovo*, berichtte de Commissie in 2018 dat aan alle vastgestelde criteria werd voldaan (*Deze benaming laat de standpunten over de status van Kosovo onverlet, en is in overeenstemming met Resolutie 1244 (1999) van de VN-Veiligheidsraad en het advies van het Internationaal Gerechtshof over de onafhankelijkheidsverklaring van Kosovo). Wat betreft de dialoog over visumliberalisering met Turkije (die gestart is op 16 december 2013), blijft de Commissie Turkije ondersteunen bij het voldoen aan de zeven laatste criteria.

(117)

     De verordening inzake de toepassing van de wet betreffende het Turkse burgerschap (Staatscourant van 6 april 2010, 27544), als gewijzigd bij de verordening inzake de wijzigingen van de verordening inzake de toepassing van de wet betreffende het Turkse burgerschap (Staatscourant van 12 januari 2017, 29946) en bij presidentieel decreet nr. 106 (Staatscourant van 19 september 2018, 30540).

(118)

     Besluit van 22 november 2018 inzake de criteria, methode en procedure voor de selectie van personen die het Montenegrijnse burgerschap kunnen verwerven omwille van de uitvoering van speciale investeringsprogramma’s die van uitzonderlijk belang zijn voor het bedrijfsleven en de economie van Montenegro http://www.gov.me/ResourceManager/FileDownload.aspx?rId=344979&rType=2 .

(119)

     Het Moldova Citizenship-by-Investment (MCBI)-programma is geregeld bij Wet nr. 1024 van 2 juni 2000 inzake het burgerschap van de Republiek Moldavië en Kabinetsbesluit nr. 786 van 4 oktober 2017 inzake het verkrijgen van het burgerschap door middel van een investering. Op 6 november is het MCBI-programma officieel gestart op de 12e Global Residence and Citizenship Conference, die gehouden werd in Dubai.

(120)

     Zie bijvoorbeeld: https://vic.vu/citizenship/ (“Key benefits of Vanuatu Citizenship”).