Bijlagen bij COM(2019)118 - Gedelegeerde handelingen van de Commissie onder Verordening 2018/196 betreffende aanvullende douanerechten op de invoer van bepaalde producten uit de VS

Dit is een beperkte versie

U kijkt naar een beperkte versie van dit dossier in de EU Monitor.

bijlagen I en II bij de EU-verordening wanneer het niveau van de schorsing toeneemt, door in bijlage II opgenomen producten aan bijlage I toe te voegen;


-de wijziging van de bijlagen I en II bij de EU-verordening wanneer het niveau van de schorsing afneemt, door in bijlage I opgenomen producten te schrappen, in de volgorde als bepaald in de EU-verordening;


-de wijziging van de hoogte van het aanvullende invoerrecht wanneer het niveau van de schorsing niet kan worden aangepast aan de mate van tenietdoening of uitholling door het toevoegen van producten aan of het schrappen van producten uit de lijst in bijlage I.

Aangezien de EU-verordening op 8 maart 2018 in werking is getreden, zijn tot dusver geen gedelegeerde handelingen vastgesteld. Zodra de gedelegeerde verordening voor 2019 door het college is aangenomen, zullen het Europees Parlement en de Raad naar behoren hiervan in kennis worden gesteld.

Sinds 20 februari 2014 heeft de Commissie echter vier (4) gedelegeerde handelingen vastgesteld op basis van Verordening (EG) nr. 673/2005 van de Raad (de voorloper van de EU-verordening), te weten:

-Gedelegeerde Verordening (EU) 2015/675 van de Commissie van 26 februari 2015 tot wijziging van Verordening (EG) nr. 673/2005 van de Raad tot vaststelling van aanvullende douanerechten op de invoer van bepaalde producten van oorsprong uit de Verenigde Staten van Amerika, waarbij een aanvullend invoerrecht van 1,5 % is ingesteld voor de in bijlage I opgenomen producten;


-Gedelegeerde Verordening (EU) 2016/654 van de Commissie van 26 februari 2016 tot wijziging van Verordening (EG) nr. 673/2005 van de Raad tot vaststelling van aanvullende douanerechten op de invoer van bepaalde producten van oorsprong uit de Verenigde Staten van Amerika, waarbij een aanvullend invoerrecht van 0,45 % is ingesteld voor de in bijlage I opgenomen producten;


-Gedelegeerde Verordening (EU) 2017/750 van de Commissie van 24 februari 2017 tot wijziging van Verordening (EG) nr. 673/2005 van de Raad tot vaststelling van aanvullende douanerechten op de invoer van bepaalde producten van oorsprong uit de Verenigde Staten van Amerika, waarbij een aanvullend invoerrecht van 4,3 % is ingesteld voor de in bijlage I opgenomen producten, en


-Gedelegeerde Verordening (EU) 2018/632 van de Commissie van 19 februari 2018 tot wijziging van Verordening (EG) nr. 673/2005 van de Raad tot vaststelling van aanvullende douanerechten op de invoer van bepaalde producten van oorsprong uit de Verenigde Staten van Amerika, waarbij een aanvullend invoerrecht van 0,3 % is ingesteld voor de in bijlage I opgenomen producten.

De bevoegdheid om elk van de bovengenoemde gedelegeerde handelingen vast te stellen, werd uitgeoefend met het oog op de precieze aanpassing van het jaarlijkse niveau van aanvullende invoerrechten aan het werkelijke bedrag voor de tenietdoening of uitholling, dat is berekend op basis van het bedrag van de op EU-producten geïnde rechten dat het meest recentelijk door de Verenigde Staten in het kader van de CDSOA op jaarbasis is uitbetaald. In elk van de bovengenoemde gevallen heeft deze aanpassing geleid tot een wijziging van het aanvullende recht dat wordt toegepast op de limitatieve lijst van producten in bijlage I bij de EU-verordening.

IV.    Conclusie

De Commissie verzoekt het Europees Parlement en de Raad om van dit verslag nota te nemen in de context van de goede uitoefening van de bij de EU-verordening aan haar gedelegeerde bevoegdheden.


(1)

 PB L 44 van 16.2.2018, blz. 1.