Bijlagen bij COM(2022)658 - Wijziging reeks verordeningen wat betreft de digitalisering van de visumprocedure

Dit is een beperkte versie

U kijkt naar een beperkte versie van dit dossier in de EU Monitor.

bijlage bij het financieel memorandum (bijlage V bij de interne voorschriften), te uploaden in DECIDE met het oog op overleg tussen de diensten.

in miljoen EUR (tot op drie decimalen)

Jaar 
N
Jaar 
N+1
Jaar 
N+2
Jaar 
N+3
Voeg zoveel jaren toe als nodig om de duur van de gevolgen weer te geven (zie punt 1.6)TOTAAL
DG: <…….>
• Personele middelen
• Andere administratieve uitgaven
TOTAAL DG <…….>Kredieten

TOTAAL kredieten 
onder RUBRIEK 7 
van het meerjarig financieel kader 
(Totaal vastleggingen = Totaal betalingen)

in miljoen EUR (tot op drie decimalen)

Jaar 
2024
Jaar 
2025
Jaar 
2026
Jaar 
2027
TOTAAL
TOTAAL kredieten  
onder RUBRIEKEN 1 tot en met 7 
van het meerjarig financieel kader 
Vastleggingen
53,345

73,783

26,900

26,900

180,928
Betalingen39,60657,08525,22025,092147,003


eu-LISA: uitsplitsing van de uitgaven per titel

eu-LISA
Kredieten2024202520262027Totaal
Titel 1: PersoneelsuitgavenVK0,5201,0401,0401,1253,725
BK0,5201,0401,0401,1253,725
Titel 2: Infrastructuur- en operationele uitgavenVK11,76011,67523,435
BK--11,76011,67523,435
Titel 3: Operationele uitgavenVK19,42521,78541,210
BK19,42521,785--41,210
TOTAALVK19,94522,82512,80012,80068,370
BK19,94522,82512,80012,80068,370

Deze uitgaven zullen kosten dekken met betrekking tot:

·ontwikkeling en onderhoud van een visumaanvraagplatform van de EU;

·geleidelijke werving van 5 extra tijdelijke functionarissen (AD) en 5 contractuele functionarissen voor de ontwikkeling en het onderhoud van het EU-visumaanvraagplatform vanaf 2023.


3.2.2.Geraamde output, gefinancierd met operationele kredieten

Vastleggingskredieten in miljoen EUR (tot op drie decimalen)

Vermeld doelstellingen en outputsJaarJaarJaarJaarTOTAAL
2024202520262027
FaseSoortGem. kostenAantalKostenAantalKostenAantalKostenAantalKostenAantalKosten
SPECIFIEKE DOELSTELLING NR. 1 EU-visumaanvraagplatform (oprichting en onderhoud)
- Output
- Initiële oprichting
Ontwerp6,5621,6668,228
- Output
Ontwikkeling3,1084,7367,844
- Output
Tests1,2525,0876,339
- Output
Uitrol-2,1932,193
- Output
Hardware & infrastructuur7,4477,56415,011
- Output
aanpassing VIS — initiële migratie0,1460,1480,294
- Output
aanpassing VIS — synchronisatie0,1300,1320,261
- Output
hardware & infrastructuur voor aanpassing VIS1,3001,3002,600
- Output
Integratie en aanpassing + hardware en infrastructuur (lidstaten)33,40050,10083,500
- Output
Opleidingen (lidstaten)0,8580,858
- Output
Onderhoudterugkerende kosten — helpdesk voor het digitale aanvraagplatform, ad-hocoplossingen,7,0316,99214,023
- Output
terugkerende kosten hardware & infrastructuur3,2663,2876,553
terugkerende kosten — licenties2,5042,5205,024
- Output
onderhouds- en exploitatiekosten (lidstaten)-14,10014,10028,200
Subtotaal voor specifieke doelstelling nr. 153,34573,78326,90026,900180,928
SPECIFIEKE DOELSTELLING NR. 2 Aantal afgegeven digitale visa (in miljoen)
Subtotaal voor specifieke doelstelling nr. 216,10-18,10-18,10-18,10-70,40-
TOTAAL voor de doelstellingen 1 en 2n.v.t.53,345n.v.t.73,783n.v.t.26,900n.v.t.26,900n.v.t.180,928


3.2.3.Samenvatting van de geraamde gevolgen voor de administratieve kredieten – DG HOME

–✓    Voor het voorstel/initiatief zijn geen administratieve kredieten nodig

–◻    Voor het voorstel/initiatief zijn administratieve kredieten nodig, zoals hieronder nader wordt beschreven:

in miljoen EUR (tot op drie decimalen)

Jaar 
N 77
Jaar 
N+1
Jaar 
N+2
Jaar 
N+3
Voeg zoveel jaren toe als nodig om de duur van de gevolgen weer te geven (zie punt 1.6)TOTAAL

RUBRIEK 7 
van het meerjarig financieel kader
Personele middelen
Andere administratieve uitgaven
Subtotaal RUBRIEK 7 
van het meerjarig financieel kader

Buiten RUBRIEK 7 78  
van het meerjarig financieel kader

Personele middelen
Andere administratieve  
uitgaven
Subtotaal  
buiten RUBRIEK 7 
van het meerjarig financieel kader

TOTAAL

De benodigde kredieten voor personeel en andere administratieve uitgaven zullen worden gefinancierd uit de kredieten van het DG die reeds voor het beheer van deze actie zijn toegewezen en/of binnen het DG zijn herverdeeld, eventueel aangevuld met middelen die in het kader van de jaarlijkse toewijzingsprocedure met inachtneming van de budgettaire beperkingen aan het beherende DG kunnen worden toegewezen.


3.2.4.Samenvatting van de geraamde gevolgen voor de administratieve kredieten – eu-LISA

–◻    Voor het voorstel/initiatief zijn geen administratieve kredieten nodig

–✓    Voor het voorstel/initiatief zijn administratieve kredieten nodig, zoals hieronder nader wordt beschreven:

in miljoen EUR (tot op drie decimalen)

Jaar 
2024
Jaar 
2025
Jaar 
2026
Jaar 
2027
TOTAAL

eu-LISA
Personele middelen0,5201,0401,0401,1253,725
Andere administratieve uitgaven
TOTAAL0,5201,0401,0401,1253,725

3.2.4.1.Geraamde behoefte aan personele middelen – DG HOME

–☑    Voor het voorstel/initiatief zijn geen personele middelen nodig.

–◻    Voor het voorstel/initiatief zijn personele middelen nodig, zoals hieronder nader wordt beschreven:

Raming uitgedrukt in vte

Jaar 
N
Jaar 
N+1
Jaar N+2Jaar N+3Voeg zoveel jaren toe als nodig om de duur van de gevolgen weer te geven (zie punt 1.6)
• Posten opgenomen in de lijst van het aantal ambten (ambtenaren en tijdelijke functionarissen)
20 01 02 01 (Zetel en vertegenwoordigingen van de Commissie)
20 01 02 03 (Delegaties)
01 01 01 01(Onderzoek door derden)
01 01 01 11 (Eigen onderzoek)
Andere begrotingsonderdelen (specificeer)
•Extern personeel (in voltijdequivalenten: vte) 79

20 02 01(AC, END, INT van de “totale financiële middelen”)
20 02 03 (AC, AL, END, INT en JPD in de delegaties)
XX 01 xx yy zz   80

- zetel

- delegaties
01 01 01 02 (AC, END, INT - Onderzoek door derden)
01 01 01 12 (AC, END, INT - Eigen onderzoek)
Andere begrotingsonderdelen (specificeer)
TOTAAL

XX is het beleidsterrein of de begrotingstitel.

Voor de benodigde personele middelen zal een beroep worden gedaan op het personeel van het DG dat reeds voor het beheer van deze actie is toegewezen en/of binnen het DG is herverdeeld, eventueel aangevuld met middelen die in het kader van de jaarlijkse toewijzingsprocedure met inachtneming van de budgettaire beperkingen aan het beherende DG kunnen worden toegewezen.

Beschrijving van de uit te voeren taken:

Ambtenaren en tijdelijk personeel
Extern personeel


3.2.4.2.Geraamde behoefte aan personele middelen – eu-LISA

–◻    Voor het voorstel/initiatief zijn geen personele middelen nodig.

–✓    Voor het voorstel/initiatief zijn personele middelen nodig, zoals hieronder nader wordt beschreven:

Raming uitgedrukt in vte

eu-LISA 2024202520262027
Posten opgenomen in de lijst van het aantal ambten (ambtenaren en tijdelijke functionarissen)
AD55555
Extern personeel 
VK33355
TOTAAL voor eu-LISA8881010


Beschrijving van de uit te voeren taken:

UITVOERINGSFASE (2024, 2025)

6 vte (4 TA en 2 CA) voor het (laten) opstellen van specificaties/eisen en voor analyse- en ontwerptaken in samenwerking met contractanten, met deskundigheid op het gebied van IT-architectuur, testen, beveiliging en gegevensbescherming, project- en programmabeheer en zakelijk relatiebeheer. Hoewel het profiel van de projectmanager na de ingebruikname meer dat van een producteigenaar wordt, moet een klein deel van de toewijzing van PM-profielen na de ingebruikname in stand worden gehouden, hoofdzakelijk voor doorontwikkeling van het product, adaptieve onderhoudsprojecten en releases.

2 vte (1 TA en 1 CA) met verschillende gezamenlijke technische profielen zijn al in de uitvoeringsfase nodig om harmonisatie te waarborgen en de oplossing te integreren in de bestaande infrastructuur en netwerkarchitectuur, -onderdelen en -standaarden. Daarom zijn profielen op het gebied van infrastructuur, netwerken, datacentermanagement en product-/dienstenmanagement overwogen. Daarnaast is in de ramingen voor de uitvoeringsfase rekening gehouden met inspanningen op het gebied van transversale diensten (inkoop, financiën en HR).

OPERATIONELE FASE (2026, 2027)

Na de ingebruikname zijn 10 vte (5 TA en 5 CA) nodig om een hoge beschikbaarheidsgraad van de diensten voor de lidstaten te waarborgen door een degelijk en hoogwaardig 24/7 operationeel beheer. Om een hoge mate van continuïteit te waarborgen, zullen de meeste technische profielen die tijdens de uitvoeringsfase zijn ingezet aan het product blijven werken. In totaal zullen voor de werkzaamheden personele middelen worden ingezet voor eerstelijns- en tweedelijnsondersteuning, veiligheidsbeheer, bedrijfscontinuïteit en gegevensbescherming, test- en transitiemanagement, netwerk- en datacenterbeheer, diensten van de product-/diensteigenaar en IT-architectuur, projectondersteuning en zakelijk relatiebeheer. De te verrichten taken houden verband met het beheer van het platform, de infrastructuur, het netwerk, de beveiliging enz. in het kader van de dagelijkse bedrijfsvoering maar ook bij het beheer van technische ontwikkelingen voortvloeiend uit correctief en adaptief onderhoud.

3.2.5.Verenigbaarheid met het huidige meerjarig financieel kader

Het voorstel/initiatief:

–✓    kan volledig worden gefinancierd door middel van herschikking binnen de relevante rubriek van het meerjarig financieel kader (MFK).

Aangezien de voor de ontwikkeling van het visumaanvraagplatform benodigde kredieten (2024/2025) en de vaste kosten (vanaf 2026) niet zijn voorzien in de begroting van eu-LISA, zal de financiering voor de ontwikkeling en het onderhoud van het EU-visumaanvraagplatform (68,370 miljoen EUR in het kader van het MFK 2021-2027) beschikbaar worden gesteld door budgettaire verrekening met BMVI (11.02.01 – “Instrument voor grensbeheer en visa”) voor de desbetreffende bedragen:


De ontwikkelingskosten en vaste kosten op nationaal niveau worden gefinancierd in het kader van de programma’s van het BMVI.

–◻    vereist een beroep op de niet-toegewezen marge in de desbetreffende rubriek van het MFK en/of op de speciale instrumenten zoals gedefinieerd in de MFK-verordening.

Zet uiteen wat nodig is, onder vermelding van de betrokken rubrieken en begrotingsonderdelen, de desbetreffende bedragen en de voorgestelde instrumenten.

–◻    vereist een herziening van het MFK.

Zet uiteen wat nodig is, onder vermelding van de betrokken rubrieken en begrotingsonderdelen en de desbetreffende bedragen.

3.2.6.Bijdragen van derden

Het voorstel/initiatief:

–◻    voorziet niet in medefinanciering door derden

–◻    voorziet in medefinanciering door derden, zoals hieronder wordt geraamd:

Kredieten in miljoen EUR (tot op drie decimalen)

Jaar 
N 81
Jaar 
N+1
Jaar 
N+2
Jaar 
N+3
Voeg zoveel jaren toe als nodig om de duur van de gevolgen weer te geven (zie punt 1.6)Totaal
Medefinancieringsbron 
TOTAAL medegefinancierde kredieten


3.3.Geraamde gevolgen voor de ontvangsten

–◻    Het voorstel/initiatief heeft geen financiële gevolgen voor de ontvangsten.

–☑    Het voorstel/initiatief heeft de hieronder beschreven financiële gevolgen:

–◻    voor de eigen middelen

–☑    voor overige ontvangsten

–Geef aan of de ontvangsten worden toegewezen aan de begrotingsonderdelen voor uitgaven ◻    

in miljoen EUR (tot op drie decimalen)

Begrotingsonderdeel voor ontvangsten:Beschikbare kredieten voor het lopende begrotingsjaarGevolgen van het voorstel/initiatief 82
Jaar 
N
Jaar 
N+1
Jaar 
N+2
Jaar 
N+3
Voeg zoveel jaren toe als nodig om de duur van de gevolgen weer te geven (zie punt 1.6)
Artikel ………….p.m.

Vermeld voor de toegewezen ontvangsten het (de) betrokken begrotingsonderde(e)l(en) voor uitgaven.

11.1002 (eu-LISA), 11.0201 (BMVI)

Andere opmerkingen (bv. over de methode/formule voor de berekening van de gevolgen voor de ontvangsten of andere informatie).

De begroting omvat een bijdrage van de landen die volgens de respectieve overeenkomsten betrokken zijn bij de uitvoering, de toepassing en de ontwikkeling van het Schengenacquis en de maatregelen voor digitalisering van visa. De ramingen moeten berusten op berekeningen van de ontvangsten voor de uitvoering van het Schengenacquis van de staten (IJsland, Noorwegen en Zwitserland) die momenteel elk jaar voor het desbetreffende begrotingsjaar een bijdrage storten in de algemene begroting van de Europese Unie (verrichte betalingen), die wordt berekend op basis van het bruto binnenlands product uitgedrukt als percentage van het bruto binnenlands product van alle deelnemende staten. De berekening wordt gebaseerd op Eurostat-cijfers, die sterk uiteenlopen naargelang van de economische situatie van de deelnemende staten.


(1) Verordening (EG) nr. 810/2009 van het Europees Parlement en de Raad van 13 juli 2009 tot vaststelling van een gemeenschappelijke visumcode (Visumcode) (PB L 243 van 15.9.2009, blz. 1).
(2) Verordening (EG) nr. 767/2008 van het Europees Parlement en de Raad van 9 juli 2008 betreffende het Visuminformatiesysteem (VIS) en de uitwisseling tussen de lidstaten van gegevens op het gebied van visa voor kort verblijf (PB L 218 van 13.8.2008, blz. 60).
(3) https://www.consilium.europa.eu/nl/council-eu/preparatory-bodies/visa-working-party/  
(4) Voorzitterschap van de Raad van de Europese Unie, e-Visa: Improving the current visa process with online visa application (verbetering van de huidige visumprocedure door invoering van een online-visumaanvraag), 12546/17, oktober 2017
(5) Voorzitterschap van de Raad van de Europese Unie, e-Visa: Improving the current visa process with digital visa (verbetering van de huidige visumprocedure door invoering van digitale visa), 11816/17, september 2017.
(6) Verordening (EU) 2019/1155 tot wijziging van Verordening (EG) nr. 810/2009 tot vaststelling van een gemeenschappelijke visumcode (Visumcode) (PB L 188 van 12.7.2019, blz. 25).
(7) Verordening (EU) 2021/1134 van het Europees Parlement en de Raad van 7 juli 2021 tot wijziging van Verordeningen (EG) nr. 767/2008, (EG) nr. 810/2009, (EU) 2016/399, (EU) 2017/2226, (EU) 2018/1240, (EU) 2018/1860, (EU) 2018/1861, (EU) 2019/817 en (EU) 2019/1896 van het Europees Parlement en de Raad, en tot intrekking van Beschikking 2004/512/EG van de Raad en Besluit 2008/633/JBZ van de Raad, met het oog op de herziening van het Visuminformatiesysteem (PB L 248 van 13.7.2021, blz. 11).
(8) Verordening (EU) 2017/2226 van het Europees Parlement en de Raad van 30 november 2017 tot instelling van een inreis-uitreissysteem (EES) voor de registratie van inreis- en uitreisgegevens en van gegevens over weigering van toegang ten aanzien van onderdanen van derde landen die de buitengrenzen overschrijden en tot vaststelling van de voorwaarden voor toegang tot het EES voor rechtshandhavingsdoeleinden en tot wijziging van de overeenkomst ter uitvoering van het te Schengen gesloten akkoord en Verordeningen (EG) nr. 767/2008 en (EU) nr. 1077/2011 (PB L 327 van 9.12.2017, blz. 20) (hierna het “inreis-uitreissysteem/EES” genoemd).
(9) Verordening (EU) 2018/1240 van het Europees Parlement en de Raad van 12 september 2018 tot oprichting van een Europees reisinformatie- en -autorisatiesysteem (Etias) en tot wijziging van de Verordeningen (EU) nr. 1077/2011, (EU) nr. 515/2014, (EU) 2016/399, (EU) 2016/1624 en (EU) 2017/2226 (PB L 236 van 19.9.2018, blz. 1) (hierna de “Etiasverordening” genoemd).
(10) Mededeling van de Commissie aan het Europees Parlement en de Raad “Aanpassing van het visumbeleid aan nieuwe uitdagingen”, COM(2018)251 final, https://ec.europa.eu/home-affairs/sites/default/files/what-we-do/policies/european-agenda-migration/20180314_communication-commission-parliament-council-adapting-common-visa-policy-new-challenges_en.pdf  
(11) Overweging 20 van Verordening (EU) 2019/1155.
(12) Mededeling van de Commissie aan het Europees Parlement, de Raad, het Europees Economisch en Sociaal Comité en het Comité van de Regio’s over een nieuw migratie- en asielpact, COM(2020) 609 final, https://eur-lex.europa.eu/legal-content/NL/TXT/?uri=CELEX%3A52020DC0609
(13) Bijlage I bij Verordening (EU) 2018/1806 van het Europees Parlement en de Raad van 14 november 2018 tot vaststelling van de lijst van derde landen waarvan de onderdanen bij overschrijding van de buitengrenzen in het bezit moeten zijn van een visum en de lijst van derde landen waarvan de onderdanen van die plicht zijn vrijgesteld (PB L 303 van 28.11.2018, blz. 39).
(14) De lidstaten kunnen zich op grond van bilaterale vertegenwoordigingsregelingen in een derde land door een andere lidstaat laten vertegenwoordigen. Niet alle lidstaten hebben dus in alle visumplichtige derde landen consulaten.
(15) Onderzoek ter beoordeling van de diverse opties in verband met de digitalisering van visumprocedures en ter ondersteuning van de voorbereiding van een effectbeoordeling – Eindrapport beschikbaar: https://ec.europa.eu/home-affairs/study-assess-various-options-related-visa-process-digitalisation-and-support-preparation-impact_en
(16) Verordening (EG) nr. 810/2009 van het Europees Parlement en de Raad van 13 juli 2009 tot vaststelling van een gemeenschappelijke visumcode (Visumcode) (PB L 243 van 15.9.2009, blz. 1) en Verordening (EU) 2019/1155 van het Europees Parlement en de Raad van 20 juni 2019 tot wijziging van Verordening (EG) nr. 810/2009 tot vaststelling van een gemeenschappelijke visumcode (Visumcode) (PB L 188 van 12.7.2019, blz. 25).
(17) Verordening (EU) 2017/1370 van het Europees Parlement en de Raad van 4 juli 2017 tot wijziging van Verordening (EG) nr. 1683/95 van de Raad betreffende de invoering van een uniform visummodel (PB L 198 van 28.7.2017, blz. 24).
(18) De fraudegevoeligheid van de visumsticker werd bevestigd in Uitvoeringsbesluit C(2020) 2672 van de Commissie van 30.4.2020 tot invoering van een digitaal zegel op het uniforme visummodel. Dit uitvoeringsbesluit werd vastgesteld nadat kort na de invoering (in december 2019) vele vervalsingen van de nieuwe visumsticker waren aangetroffen in lidstaten.
(19) Zo werd in een onderzoek van de Europese toerisme-associatie ETOA uit 2018 geschat dat 25 % van de reizigers uit India die het Schengengebied als reisbestemming overwegen, zich laat afschrikken door de huidige visumprocedure. Dat zou bevestigen dat sommige visumplichtige reizigers liever niet naar de EU reizen vanwege de visumeisen – https://www.etoa.org/eu-schengen-visa-long-haul-markets/
(20) De fraudegevoeligheid van de visumsticker werd bevestigd in Uitvoeringsbesluit C(2020) 2672 van de Commissie van 30.4.2020 tot invoering van een digitaal zegel op het uniforme visummodel. Dit uitvoeringsbesluit werd vastgesteld nadat kort na de invoering (in december 2019) vele vervalsingen van de nieuwe visumsticker waren aangetroffen in lidstaten.
(21) Waaronder de interoperabiliteitsverordening (Verordening (EU) 2019/818 van het Europees Parlement en de Raad van 20 mei 2019 tot vaststelling van een kader voor interoperabiliteit tussen de Unie-informatiesystemen op het gebied van politiële en justitiële samenwerking, asiel en migratie en tot wijziging van Verordeningen (EU) 2018/1726, (EU) 2018/1862 en (EU) 2019/816) (PB L 135 van 22.5.2019, blz. 85).
(22) Verordening (EU) 2021/1134 van het Europees Parlement en de Raad van 7 juli 2021. Door de herziening van de VIS-verordening wordt het mogelijk de antecedenten van visumaanvragers grondiger te controleren, lacunes in veiligheidsinformatie te dichten door een betere uitwisseling van informatie tussen de lidstaten, ook visa voor verblijf van langere duur en verblijfsvergunningen in het Visuminformatiesysteem op te nemen en ontvoering en kinderhandel te bestrijden door voor minderjarigen de leeftijd te verlagen waarop vingerafdrukken mogen worden afgenomen. Samen met de andere nieuwe en opgewaardeerde informatiesystemen moet het nieuwe Visuminformatiesysteem tegen eind 2023 operationeel en volledig interoperabel zijn.
(23) Rechtsgrond van Etias: Verordening (EU) 2018/1240 van het Europees Parlement en de Raad van 12 september 2018 tot oprichting van een Europees reisinformatie- en -autorisatiesysteem (Etias) en tot wijziging van de Verordeningen (EU) nr. 1077/2011, (EU) nr. 515/2014, (EU) 2016/399, (EU) 2016/1624 en (EU) 2017/2226 (PB L 236 van 19.9.2018, blz. 1).
(24) Het EES zal interoperabel zijn met het VIS en de overige informatiesystemen van de EU, zodat alle informatie aan een kruiscontrole wordt onderworpen (de systemen zullen bijvoorbeeld informatie verstrekken over de vraag of een visumhouder al in het EES voorkomt).
(25) Richtlijn 2004/38/EG van het Europees Parlement en de Raad van 29 april 2004 betreffende het recht van vrij verkeer en verblijf op het grondgebied van de lidstaten voor de burgers van de Unie en hun familieleden, tot wijziging van Verordening (EEG) nr. 1612/68 en tot intrekking van de Richtlijnen 64/221/EEG, 68/360/EEG, 72/194/EEG, 73/148/EEG, 75/34/EEG, 75/35/EEG, 90/364/EEG, 90/365/EEG en 93/96/EEG (PB L 158 van 30.4.2004, blz. 77).
(26) Akkoord inzake de terugtrekking van het Verenigd Koninkrijk van Groot-Brittannië en Noord-Ierland uit de Europese Unie en de Europese Gemeenschap voor Atoomenergie (PB L 29 van 31.1.2020, blz. 7).
(27) COM(2020) 690 final, Werkprogramma van de Commissie voor 2021 “Een Unie van vitaliteit in een kwetsbare wereld”, blz. 6.
(28) Mededeling van de Commissie aan het Europees Parlement en de Raad “Een strategie voor een volledig functionerend en veerkrachtig Schengengebied”, COM(2021) 277 final.
(29) COM(2021) 118 final, Mededeling van de Commissie “Digitaal kompas 2030: de Europese aanpak voor het digitale decennium.
(30) Met name Verordening (EU) 2017/2226 van het Europees Parlement en de Raad, Verordening (EG) nr. 1683/95 van de Raad, Verordening (EG) nr. 333/2002 van de Raad, Verordening (EG) nr. 693/2003 van de Raad, Verordening (EG) nr. 694/2003 van de Raad en de Overeenkomst ter uitvoering van het Akkoord van Schengen.
(31) Met uitzondering van Ierland, dat niet deelneemt aan het visumbeleid van de Unie. Wat Cyprus, Bulgarije, Roemenië en Kroatië betreft, zijn de bepalingen van de onderhavige verordening bepalingen die voortbouwen op of op andere wijze gerelateerd zijn aan het Schengenacquis, in de zin van respectievelijk artikel 3, lid 2, van de Toetredingsakte van 2003, artikel 4, lid 2, van de Toetredingsakte van 2005, in samenhang met Besluit (EU) 2017/1908 van de Raad en artikel 4, lid 2, van de Toetredingsakte van 2011.
(32) IJsland, Noorwegen, Liechtenstein en Zwitserland.
(33) Study on the feasibility and implications of options to digitalise visa processing (Onderzoek naar de haalbaarheid en de consequenties van opties voor het digitaliseren van visumaanvragen), 2019   https://op.europa.eu/nl/publication-detail/-/publication/4cb4fbb8-4c82-11ea-b8b7-01aa75ed71a1  
(34) Onderzoek ter beoordeling van de diverse opties in verband met de digitalisering van visumprocedures en ter ondersteuning van de voorbereiding van een effectbeoordeling – Eindrapport beschikbaar: https://ec.europa.eu/home-affairs/study-assess-various-options-related-visa-process-digitalisation-and-support-preparation-impact_en .
(35) Volgens de geldende voorschriften van de Visumcode (Verordening (EG) nr. 810/2009) moeten biometrische gegevens na de dag van eerste verzameling in beginsel om de 59 maanden worden verzameld; anders worden zij overgenomen uit de eerdere aanvraag.
(36) Ingevolge de Visumcode zijn de lidstaten verplicht om elk aanzienlijk verlies van blanco visumstickers aan de Commissie te melden (artikel 37, lid 2).
(37) Dit gegeven is meegewogen in de berekening van kosten en baten, waarin wordt aangenomen dat 3 % van de aanvragen nog steeds op papier zal plaatsvinden. Daarbij gaat het dan om aanvragers die hun aanvraag niet online kunnen indienen of om aanvragers die papieren bewijsstukken moeten verstrekken. Aangezien het indienen van een digitale aanvraag veel eenvoudiger zal zijn dan op papier, zal het percentage bijzonder laag zijn.
(38) Richtlijn (EU) 2016/2102 van het Europees Parlement en de Raad van 26 oktober 2016 inzake de toegankelijkheid van de websites en mobiele applicaties van overheidsinstanties (PB L 327 van 2.12.2016, blz. 1).
(39) Een project in samenwerking met eu-LISA voor het ontwikkelen en testen van een prototype van een toekomstig online-visumaanvraagplatform voor de EU dat in september 2020 van start is gegaan op grond van een dienstenniveauovereenkomst tussen DG HOME en eu-LISA van 27 juli 2020. In het kader van dit project wordt een analyse gemaakt van zowel de kosten als de technische en juridische eisen voor een toekomstig online-aanvraagplatform van de EU. Het eindrapport van dit project wordt in oktober 2021 aangeboden.
(40) Dit zal volgens het haalbaarheidsonderzoek naar digitale visa uit 2019 naar schatting drie jaar duren.
(41) NB: deze gemiddelde kosten verschillen van de bij optie 3 genoemde kosten. De reden daarvoor is dat de 17 lidstaten die bij beleidsoptie 3 zijn geselecteerd slechts 43 % van de visumaanvragen vertegenwoordigen maar circa 75 % van alle lidstaten uitmaken. Daarom kunnen infrastructuurkosten niet lineair worden geëxtrapoleerd op basis van het aantal lidstaten dat besluit mee te doen.
(42) C(2020)2672. In dit uitvoeringsbesluit wordt bepaald dat alle lidstaten het digitale zegel uiterlijk twee jaar na de kennisgeving (te weten 1 mei 2022) moeten toepassen.
(43) Overweging 20 van Verordening (EU) 2019/1155.
(44) COM(2021) 118 final, Mededeling van de Commissie “Digitaal kompas 2030: de Europese aanpak voor het digitale decennium.
(45) Verordening (EG) nr. 810/2009 van het Europees Parlement en de Raad van 13 juli 2009 tot vaststelling van een gemeenschappelijke visumcode (Visumcode) (PB L 243 van 15.9.2009, blz. 1).
(46) Verordening (EG) nr. 767/2008 van het Europees Parlement en de Raad van 9 juli 2008 betreffende het Visuminformatiesysteem (VIS) en de uitwisseling tussen de lidstaten van gegevens op het gebied van visa voor kort verblijf (PB L 218 van 13.8.2008, blz. 60).
(47) Richtlijn 2004/38/EG van het Europees Parlement en de Raad van 29 april 2004 betreffende het recht van vrij verkeer en verblijf op het grondgebied van de lidstaten voor de burgers van de Unie en hun familieleden, tot wijziging van Verordening (EEG) nr. 1612/68 en tot intrekking van de Richtlijnen 64/221/EEG, 68/360/EEG, 72/194/EEG, 73/148/EEG, 75/34/EEG, 75/35/EEG, 90/364/EEG, 90/365/EEG en 93/96/EEG (PB L 158 van 30.4.2004, blz. 77).
(48) Akkoord inzake de terugtrekking van het Verenigd Koninkrijk van Groot-Brittannië en Noord-Ierland uit de Europese Unie en de Europese Gemeenschap voor Atoomenergie (PB L 29 van 31.1.2020, blz. 7).
(49) Verordening (EU) 2016/399 van het Europees Parlement en de Raad van 9 maart 2016 betreffende een Uniecode voor de overschrijding van de grenzen door personen (Schengengrenscode).
(50) Verordening (EG) nr. 1683/95 van de Raad van 29 mei 1995 betreffende de invoering van een uniform visummodel (PB L 164 van 14.7.1995, blz. 1).
(51) Overeenkomst ter uitvoering van het tussen de regeringen van de staten van de Benelux Economische Unie, de Bondsrepubliek Duitsland en de Franse Republiek op 14 juni 1985 te Schengen gesloten akkoord betreffende de geleidelijke afschaffing van de controles aan de gemeenschappelijke grenzen (PB L 239 van 22.9.2000, blz. 19).
(52) Verordening (EG) nr. 333/2002 van de Raad van 18 februari 2002 betreffende de invoering van een uniform model voor een blad waarop een visum kan worden aangebracht dat door lidstaten wordt afgegeven aan houders van een reisdocument dat door de lidstaat die het blad opstelt niet wordt erkend (PB L 53 van 23.2.2002, blz. 4).
(53) Verordening (EG) nr. 693/2003 van de Raad van 14 april 2003 tot invoering van een specifiek doorreisfaciliteringsdocument (FTD) en een doorreisfaciliteringsdocument voor treinreizigers (FRTD) en tot wijziging van de Gemeenschappelijke Visuminstructie en het Gemeenschappelijk Handboek (PB L 99 van 17.4.2003, blz. 8).
(54) Verordening (EG) nr. 694/2003 van de Raad van 14 april 2003 betreffende uniforme modellen voor een doorreisfaciliteringsdocument (FTD) en een doorreisfaciliteringsdocument voor treinreizigers (FRTD) in de zin van Verordening (EG) nr. 693/2003 (PB L 99 van 17.4.2003, blz. 15).
(55) PB L 123 van 12.5.2016, blz. 1.
(56) Richtlijn (EU) 2016/2102 van het Europees Parlement en de Raad van 26 oktober 2016 inzake de toegankelijkheid van de websites en mobiele applicaties van overheidsinstanties (PB L 327 van 2.12.2016, blz. 1).
(57) Deze verordening valt niet onder de werkingssfeer van de maatregelen waarin is voorzien bij Besluit 2002/192/EG van de Raad van 28 februari 2002 betreffende het verzoek van Ierland deel te mogen nemen aan bepalingen van het Schengenacquis (PB L 64 van 7.3.2002, blz. 20).
(58) PB L 176 van 10.7.1999, blz. 36.
(59) Besluit 1999/437/EG van de Raad van 17 mei 1999 inzake bepaalde toepassingsbepalingen van de door de Raad van de Europese Unie, de Republiek IJsland en het Koninkrijk Noorwegen gesloten overeenkomst inzake de wijze waarop deze twee staten worden betrokken bij de uitvoering, de toepassing en de ontwikkeling van het Schengenacquis (PB L 176 van 10.7.1999, blz. 31).
(60) PB L 53 van 27.2.2008, blz. 52.
(61) Besluit 2008/146/EG van de Raad van 28 januari 2008 betreffende de sluiting namens de Europese Gemeenschap van de Overeenkomst tussen de Europese Unie, de Europese Gemeenschap en de Zwitserse Bondsstaat inzake de wijze waarop Zwitserland wordt betrokken bij de uitvoering, de toepassing en de ontwikkeling van het Schengenacquis (PB L 53 van 27.2.2008, blz. 1).
(62) PB L 160 van 18.6.2011, blz. 21.
(63) Besluit 2011/350/EU van de Raad van 7 maart 2011 betreffende de sluiting namens de Europese Unie van het Protocol tussen de Europese Unie, de Europese Gemeenschap, de Zwitserse Bondsstaat en het Vorstendom Liechtenstein betreffende de toetreding van het Vorstendom Liechtenstein tot de Overeenkomst tussen de Europese Unie, de Europese Gemeenschap en de Zwitserse Bondsstaat inzake de wijze waarop Zwitserland wordt betrokken bij de uitvoering, de toepassing en de ontwikkeling van het Schengenacquis betreffende de afschaffing van controles aan de binnengrenzen en het verkeer van personen (PB L 160 van 18.6.2011, blz. 19).
(64) Verordening (EU) 2018/1725 van het Europees Parlement en de Raad van 23 oktober 2018 betreffende de bescherming van natuurlijke personen in verband met de verwerking van persoonsgegevens door de instellingen, organen en instanties van de Unie en betreffende het vrije verkeer van die gegevens, en tot intrekking van Verordening (EG) nr. 45/2001 en Besluit nr. 1247/2002/EG (PB L 295 van 21.11.2018, blz. 39).
(65) [PB C …].
(66) Verordening (EG) nr. 1683/95 van de Raad van 29 mei 1995 betreffende de invoering van een uniform visummodel (PB L 164 van 14.7.1995, blz. 1).
(67) Verordening (EG) nr. 333/2002 van de Raad van 18 februari 2002 betreffende de invoering van een uniform model voor een blad waarop een visum kan worden aangebracht dat door lidstaten wordt afgegeven aan houders van een reisdocument dat door de lidstaat die het blad opstelt niet wordt erkend (PB L 53 van 23.2.2002, blz. 4).
(68) Verordening (EG) nr. 694/2003 van de Raad van 14 april 2003 betreffende uniforme modellen voor een doorreisfaciliteringsdocument (FTD) en een doorreisfaciliteringsdocument voor treinreizigers (FRTD) in de zin van Verordening (EG) nr. 693/2003 (PB L 99 van 17.4.2003, blz. 15).
(69) Overeenkomst ter uitvoering van het tussen de regeringen van de staten van de Benelux Economische Unie, de Bondsrepubliek Duitsland en de Franse Republiek op 14 juni 1985 te Schengen gesloten akkoord betreffende de geleidelijke afschaffing van de controles aan de gemeenschappelijke grenzen ( PB L 239 van 22.9.2000, blz. 19 ).
(70) Verordening (EG) nr. 693/2003 van de Raad van 14 april 2003 tot invoering van een specifiek doorreisfaciliteringsdocument (FTD) en een doorreisfaciliteringsdocument voor treinreizigers (FRTD) en tot wijziging van de Gemeenschappelijke Visuminstructie en het Gemeenschappelijk Handboek (PB L 99 van 17.4.2003, blz. 8).
(71) Verordening (EU) 2017/2226 van het Europees Parlement en de Raad van 30 november 2017 tot instelling van een inreis-uitreissysteem (EES) voor de registratie van inreis- en uitreisgegevens en van gegevens over weigering van toegang ten aanzien van onderdanen van derde landen die de buitengrenzen overschrijden en tot vaststelling van de voorwaarden voor toegang tot het EES voor rechtshandhavingsdoeleinden en tot wijziging van de overeenkomst ter uitvoering van het te Schengen gesloten akkoord en Verordeningen (EG) nr. 767/2008 en (EU) nr. 1077/2011 (PB L 327 van 9.12.2017, blz. 20).
(72) In de zin van artikel 58, lid 2, punt a), of b), van het Financieel Reglement.
(73) Nadere gegevens over de beheersvormen en verwijzingen naar het Financieel Reglement zijn beschikbaar op BudgWeb: https://myintracomm.ec.europa.eu/budgweb/EN/man/budgmanag/Pages/budgmanag.aspx  
(74) GK = Gesplitste kredieten / NGK = Niet-gesplitste kredieten.
(75) EVA: Europese Vrijhandelsassociatie.
(76) Kandidaat-lidstaten en, in voorkomend geval, aspirant-kandidaten van de Westelijke Balkan.
(77) Het jaar N is het jaar waarin met de uitvoering van het voorstel/initiatief wordt begonnen. Vervang “N” door het verwachte eerste jaar van uitvoering (bijvoorbeeld: 2021). Hetzelfde voor de volgende jaren.
(78) Technische en/of administratieve bijstand en uitgaven ter ondersteuning van de uitvoering van programma’s en/of acties van de EU (vroegere “BA”-onderdelen), onderzoek door derden, eigen onderzoek.
(79) AC = Agent Contractuel (arbeidscontractant); AL= Agent Local (plaatselijk functionaris); END= Expert National Détaché (gedetacheerd nationaal deskundige); INT= Intérimaire (uitzendkracht); JPD = Junior Professionals in Delegations (jonge deskundige in delegaties).
(80) Subplafond voor extern personeel uit beleidskredieten (vroegere “BA”-onderdelen).
(81) Het jaar N is het jaar waarin met de uitvoering van het voorstel/initiatief wordt begonnen. Vervang “N” door het verwachte eerste jaar van uitvoering (bijvoorbeeld: 2021). Hetzelfde voor de volgende jaren.
(82) Voor traditionele eigen middelen (douanerechten en suikerheffingen) moeten nettobedragen worden vermeld, d.w.z. na aftrek van 20 % aan inningskosten.