Bijlagen bij COM(2025)373 - Follow-up van de kwijting van het begrotingsjaar 2023

Dit is een beperkte versie

U kijkt naar een beperkte versie van dit dossier in de EU Monitor.

dossier COM(2025)373 - Follow-up van de kwijting van het begrotingsjaar 2023.
document COM(2025)373 NLEN
datum 27 juni 2025
bijlage bij exploitatiesubsidieovereenkomsten waren gevoegd, specifieke belangenbehartigingsacties en lobbyactiviteiten omvatten die een risico inhouden voor de reputatie van EU. Hoewel in de juridische analyse van de overeenkomsten door de Commissie werd geconcludeerd dat er geen sprake was van schending van de contractuele of gedragscodeverplichtingen door de betrokken entiteiten, heeft de Commissie in mei 2024 interne richtsnoeren uitgebracht om eventuele risico’s voor de reputatie van de EU aan te pakken. De Commissie heeft ook haar model voor een oproep tot het indienen van voorstellen geactualiseerd, om ervoor te zorgen dat toekomstige projecten aan deze richtsnoeren voldoen. Bovendien bevordert de Commissie, ondanks het ontbreken van een wettelijke verplichting om informatie bekend te maken over belangenbehartigingsactiviteiten die met exploitatiesubsidies worden gefinancierd 11 , de transparantie verder door de doelstellingen en resultaten van gefinancierde projecten proactief te delen op het EU-portaal voor financiering en aanbestedingen. Tot slot moeten belangenvertegenwoordigers die zich in het transparantieregister laten inschrijven als belangenvertegenwoordigers die geen commerciële belangen vertegenwoordigen, waaronder doorgaans ngo’s, hun lobbyactiviteiten melden en bij hun inschrijving in het transparantieregister hun belangrijkste financieringsbronnen opgeven, alsook het bedrag van elke bijdrage van meer dan 10 000 EUR boven 10 % van hun totale budget en de naam van de bijdrager.

In het meerjarig werkprogramma voor LIFE voor de periode 2025-2027 heeft de Commissie verdere waarborgen opgenomen om ervoor te zorgen dat exploitatiesubsidies geen specifieke en gedetailleerde activiteiten vereisen die rechtstreeks gericht zijn op EU-instellingen of hun werknemers of leden, en om te verduidelijken dat begunstigden volledig verantwoordelijk blijven voor hun standpunten. In een op 1 april 2025 gepubliceerde verklaring 12 heeft de Commissie zich ertoe verbonden de transparantieregelingen en de openbaarmakingsvereisten voor begunstigden in het kader van het transparantieregister van de EU te herzien. De Commissie is ook vastbesloten ervoor te zorgen dat de leden van het LIFE-evaluatiecomité onafhankelijk zijn en vrij zijn van belangenconflicten. De leden zijn verplicht verklaringen over de afwezigheid van belangenconflicten te ondertekenen alvorens over te gaan tot de beoordeling van voorstellen, en er zijn risicobeperkende maatregelen die kunnen worden genomen in het geval dat er belangenconflicten worden vastgesteld. Het Europees Uitvoerend Agentschap klimaat, infrastructuur en milieu (Cinea) evalueert de selectieprocedure voor de leden van het LIFE-evaluatiecomité en onderneemt alle nodige stappen om volledige transparantie te waarborgen.

Steun voor activiteiten in verband met de ontwikkeling en uitvoering van beleid blijft een belangrijke en legitieme financieringsdoelstelling, in overeenstemming met de verordeningen betreffende bepaalde EU-financieringsprogramma’s zoals vastgesteld door het Europees Parlement en de Raad. Dit houdt onder meer in dat de betrokkenheid van pluralistische maatschappelijke organisaties moet worden vergroot.

De Commissie erkent ook en zal gevolg geven aan het verzoek van het Parlement om “de kwijtingsautoriteit te allen tijde op de hoogte te houden [...] van de volledige resultaten van de screening” van subsidieovereenkomsten en andere overeenkomsten 13 .

Tot slot worden met het herziene Financieel Reglement i) een verplichting voor de subsidieaanvragers (in direct beheer) om aan te geven of zij een ngo zijn en ii) een definitie van “ngo” ingevoerd.

Met betrekking tot transparantie in het kader van de herstel- en veerkrachtfaciliteit moeten de lidstaten verslag uitbrengen over de 100 eindontvangers die het hoogste bedrag aan financiering ontvangen voor de uitvoering van maatregelen in het kader van de faciliteit. De Commissie heeft aanvullende richtsnoeren gepubliceerd als bijlage bij haar jaarverslag voor 2024 over de herstel- en veerkrachtfaciliteit en de lidstaten herinnerd aan hun verplichtingen. Naar aanleiding van het verzoek van het Parlement heeft de Commissie in het kader van de kwijting voor 2023 de lidstaten verzocht om in “de lijst met de 100 grootste eindontvangers de feitelijke natuurlijke personen of entiteiten [...] die het hoogste bedrag aan financiering ontvangen” in het kader van de herstel- en veerkrachtfaciliteit, met inbegrip van contractanten en onderaannemers, op te nemen. Tot op heden [juni 2025] heeft de Commissie lijsten van zes lidstaten ontvangen en aan het Parlement verstrekt.

5.De leningsactiviteiten van de Commissie en nieuwe eigen middelen

De Commissie neemt nota van het feit dat het Parlement zich zorgen maakt over het niveau van de uitstaande schuld uit hoofde van leningsactiviteiten en de kwetsbaarheden met betrekking tot rentetarieven die van invloed zijn op het schuldniveau 14 . Sinds 2020 heeft de Commissie haar aanwezigheid op de internationale kapitaalmarkten ingrijpend veranderd, waardoor de EU “een van de grootste schuldemittenten in Europa is geworden”, zoals het Parlement opmerkt. De Commissie maakt gebruik van een mix van strategieën voor korte- en langetermijnleningen om de rentetarieven en terugbetalingstermijnen doeltreffend te beheren. Dit omvat de uitgifte van obligaties met verschillende looptijden, wat helpt om de terugbetalingsverplichtingen in de tijd te spreiden. Het tijdschema voor de terugbetaling van schuld in het kader van NextGenerationEU loopt tot 2058, waardoor de EU meer tijd heeft om terugbetalingen te beheren zonder aanzienlijke verstoringen te veroorzaken of de financiële stabiliteit in gevaar te brengen.

Voor een betere aanpak van de financiële risico’s in verband met de leningsactiviteiten van de Commissie en de blootstelling van de EU-begroting is de rol van de onafhankelijke Chief Risk Officer (CRO) in februari 2025 uitgebreid tot het toezicht op alle financiële verrichtingen en activa van de EU in beheer. In overeenstemming met de beste praktijken in de financiële sector fungeert de CRO — samen met een nieuw opgerichte “eenheid voor risicobeheer” — nu als de tweede verdedigingslinie op instellingsniveau voor de financiële risicobeoordeling van financiële transacties, volledig onafhankelijk van de eerste verdedigingslinie 15 .

De Commissie deelt de mening dat “snelle vooruitgang op het gebied van nieuwe eigen middelen essentieel is”. In 2023 presenteerde de Commissie een pakket voorstellen tot wijziging van het voorstel van 2021, dat alomvattend is, voldoende inkomsten oplevert, de extra lasten voor de begrotingen van de lidstaten tot een minimum beperkt en snel kan worden uitgevoerd. De Commissie werkt ook aan andere voorstellen. De invoering van nieuwe eigen middelen vereist politieke wil en betrokkenheid van alle partijen.

6.Nog te betalen vastleggingen — “reste à liquider” (RAL) en maatregelen om de besteding van EU-middelen te versnellen

De Commissie merkt op dat het Parlement in het kwijtingsbesluit “nogmaals zijn grote bezorgdheid [uit] over het feit dat de gecumuleerde niet-afgewikkelde vastleggingen (RAL – reste à liquider) [eind 2023] een recordniveau van 543 miljard EUR hebben bereikt” 16 .

Nog te betalen vastleggingen zijn bedragen die zijn vastgelegd maar nog niet zijn betaald.

Het niet-terugbetaalbare deel van NextGenerationEU droeg 238,6 miljard EUR bij, wat neerkomt op bijna 44 % van de totale RAL, waarvan het grootste deel via de herstel- en veerkrachtfaciliteit wordt gekanaliseerd. In dit verband ondersteunt de Commissie de lidstaten om te zorgen voor een snelle en doeltreffende uitvoering van hun herstel- en veerkrachtplannen zonder hun ambities te verlagen of kritieke maatregelen af te zwakken. Wanneer maatregelen door objectieve omstandigheden onhaalbaar worden, kunnen de lidstaten om herziening van hun herstel- en veerkrachtplannen verzoeken om knelpunten in de uitvoering aan te pakken. De lidstaten kunnen ook betalingsverzoeken indienen als slechts een deel van de mijlpalen en streefcijfers is verwezenlijkt, wat inhoudt dat de lidstaten gedeeltelijke uitbetalingen kunnen ontvangen die overeenstemmen met de reeds behaalde mijlpalen en streefcijfers. Dit draagt ook bij tot de snelle uitvoering van het herstel- en veerkrachtplan. In haar mededeling “NextGenerationEU — De weg naar 2026”, die op 4 juni 2025 is vastgesteld, verstrekt de Commissie richtsnoeren aan de lidstaten om hun herstel- en veerkrachtplannen te herzien en te stroomlijnen met het oog op de naderende uiterste termijn in 2026. De Commissie moedigt de lidstaten aan mijlpalen en streefcijfers die niet binnen de termijn van 31 augustus 2026 kunnen worden verwezenlijkt, uit hun herstel- en veerkrachtplannen te schrappen en stelt bestaande en nieuwe opties voor om de uitvoering te vergemakkelijken.

Ongeveer de helft van de RAL in verband met programma’s voor het meerjarig financieel kader eind 2023 is afkomstig van het cohesiebeleid en, bij uitbreiding, van de besteding door de lidstaten van middelen in gedeeld beheer.

Aangezien de selectie van projecten ter plaatse ongeveer de helft van de beschikbare middelen voor de cohesieprogramma’s voor de periode 2021-2027 bedraagt, zal de financiële uitvoering naar verwachting ook op korte termijn op kruissnelheid komen.

Op 1 april 2025 heeft de Commissie het wetgevingsvoorstel betreffende de tussentijdse evaluatie van het cohesiebeleid vastgesteld, om de investeringsprioriteiten af te stemmen op de veranderende economische, maatschappelijke en geopolitieke context en op de ambitieuzere klimaat- en milieudoelstellingen. Hierbij wordt meer flexibiliteit en stimulansen geboden (zoals een medefinancieringspercentage van 100 % om investeringen in huisvesting, waterweerbaarheid, energietransitie, concurrentievermogen en defensie te versnellen) om de snelle inzet van middelen in deze versterkte prioriteiten te vergemakkelijken en zo de absorptie verder te versnellen.

Op 22 april 2025 heeft de Commissie nieuwe gerichte wijzigingen van bestaande financieringsprogramma’s van de EU vastgesteld om snellere, flexibelere en beter gecoördineerde investeringen in de technologische en industriële defensiebasis van Europa te ondersteunen. De gerichte wijzigingen zullen met name het toepassingsgebied van het platform voor strategische technologieën voor Europa (STEP) uitbreiden tot defensiegerelateerde technologieën en producten. Deze wetgevingsvoorstellen zullen, indien zij door de medewetgevers worden goedgekeurd, ook de besteding van EU-middelen versnellen.

De Commissie zal blijven toezien op de uitvoering van het algemene niveau van de niet-afgewikkelde vastleggingen. Zij zal ook niveaus van betalingskredieten blijven voorstellen die in de loop van de jaarlijkse begrotingsprocedures op passende wijze in de betalingsbehoeften voorzien.

7.Vooruitblikkend

In juli 2025 zal de Commissie haar voorstel voor het volgende meerjarig financieel kader indienen.

In dit voorstel wordt rekening gehouden met de aanbevelingen van het Parlement, de Raad en de Europese Rekenkamer in het kader van de kwijting.

De EU-begroting, met meer dan 50 uitgavenprogramma’s en tal van regels en criteria, wordt momenteel gehinderd door complexiteit, wat het risico op overlappingen vergroot, de transparantie vermindert en leidt tot lacunes in de financiering voor horizontale prioriteiten. Deze complexiteit maakt het ook moeilijk voor begunstigden, met name kleine en middelgrote ondernemingen, om een weg te vinden door het systeem van en toegang te krijgen tot EU-financiering, en kan leiden tot uitgavenfouten.

Een eenvoudigere EU-begroting zou de toegang voor alle begunstigden vergemakkelijken, de snelheid en kwaliteit van de uitvoering verhogen en de betrokkenheid van belanghebbenden vergroten.

Door het financiële landschap te stroomlijnen, overlappingen weg te werken en begunstigden één toegangspoort tot EU-financiering te bieden, kunnen de administratieve lasten, vertragingen en fouten aanzienlijk worden verminderd. Dit zal uiteindelijk leiden tot een betere besteding van de EU-begroting en tot een doeltreffendere en efficiëntere verwezenlijking van de doelstellingen ervan.


* * *

(1)

  Besluit van het Europees Parlement van 7 mei 2025 over het verlenen van kwijting voor de uitvoering van de algemene begroting van de Europese Unie voor het begrotingsjaar 2023, afdeling III — Commissie, uitvoerende agentschappen en het negende, tiende en elfde Europees Ontwikkelingsfonds (2024/2019 (DEC)) – 2024/2019 (DEC).

(2)

  Aanbeveling van de Raad betreffende de aan de Commissie te verlenen kwijting voor de uitvoering van de algemene begroting van de Europese Unie voor het begrotingsjaar 2023 (6179/24).

(3)

   Zie punt 10 — 2024/2019 (DEC).

(4)

   De lidstaten moeten bijvoorbeeld een areaalmonitoringsysteem (AMS) opzetten, dat gebruikmaakt van de gegevens van de Sentinel-satelliet van het Copernicus-programma om 100 % van de aangegeven percelen in realtime te monitoren. Hierdoor kunnen landbouwers waarschuwingen ontvangen wanneer een vereiste landbouwactiviteit of -praktijk (nog) niet heeft plaatsgevonden. De landbouwers hebben dan de mogelijkheid om aan de vereiste te voldoen (indien dat nog mogelijk is) of hun aanvraag te wijzigen, wat leidt tot minder fouten.


(5)

   Zie punt 11.4 van de aanbeveling tot kwijting van de Raad.

(6)

   Zie punt 5 van de aanbeveling tot kwijting van de Raad.

(7)

   Speciaal verslag nr. 10/2025, punt 20.

(8)

   Zie punt 11 — 2024/2019 (DEC).

(9)

   Tussentijdse evaluatie van de herstel- en veerkrachtfaciliteit — SWD(2024) 70 final.

(10)

   Zie punt 23 — 2024/2019 (DEC).

(11)

   Zie artikel 38 van het Financieel Reglement voor de bekendmaking van informatie over ontvangers.

(12)

    Verklaring van de Commissie over het LIFE-programma .

(13)

   Zie punt 21 — 2024/2019 (DEC).

(14)

   Zie punt 8 — 2024/2019 (DEC).

(15)

   De eerste verdedigingslinie bestaat uit de diensten van de Commissie die de verrichtingen voor het opnemen, verstrekken en beheren van EU-leningen en begrotingsgaranties beheren.

(16)

Zie punt 7 — 2024/2019 (DEC).