Bijlagen bij COM(2025)347 - Tussentijdse evaluatie van het programma voor de interne markt 2021-2027

Dit is een beperkte versie

U kijkt naar een beperkte versie van dit dossier in de EU Monitor.

bijlage III-organisaties (organisaties die kmo’s, consumenten, milieu- en sociale belangen bij de Europese normalisatie vertegenwoordigen3) die afhankelijk zijn van SMP-financiering om actief en inclusief te blijven in het normalisatieproces. Zonder EU-financiering bestaat het risico van hernationalisering, die de verenigde stem van de EU in internationale economische en financiële fora kan ondermijnen en de samenhang en doeltreffendheid kan beperken. EU-maatregelen zijn van essentieel belang voor toezicht en coördinatie, het afstemmen van de normalisatie-inspanningen op de EU-wetgeving en het algemeen belang, het voorkomen van versnippering van de markt en het waarborgen van hoogwaardige, toepasselijke normen.

Pijler 4 biedt aanzienlijke EU-meerwaarde door studies en gegevensverzameling over consumentenkwesties te financieren, waardoor beleidsmakers nieuwe risico’s kunnen aanpakken, de prestaties van de lidstaten kunnen toetsen en gecoördineerde handhavingsmaatregelen kunnen vormgeven. Het SMP ondersteunt de belangenbehartiging van de consument op EU-niveau en zorgt voor vertegenwoordiging op gebieden zoals financiële diensten die op nationaal niveau onvoldoende zouden worden aangepakt. Bovendien versterkt de samenwerking met internationale organisaties en niet-EU-landen de reikwijdte en het effect van het EU-consumentenbeleid, dat is gebaseerd op gecoördineerde en op gegevens gebaseerde acties om grensoverschrijdende uitdagingen aan te pakken en consumentenbelangen doeltreffend te bevorderen.

De acties in het kader van pijler 5 hebben een positieve invloed op de bescherming van de gezondheid van mensen, dieren en planten, doordat ze de positie van het publiek versterken door middel van consumentenbewustzijn en kennisdeling en meer duurzaamheid voor voedselsystemen verschaffen. De pijler levert een aanzienlijke EU-meerwaarde op doordat gecoördineerde acties op het gebied van dier- en plantengezondheid mogelijk worden gemaakt die de lidstaten alleen niet zouden kunnen realiseren of die ze moeilijk zouden kunnen financieren. De SMP-financiering ondersteunt noodmaatregelen en -programma’s op veterinair en fytosanitair gebied, vaccinbanken (die van cruciaal belang zijn voor het aanpakken van grensoverschrijdende dierziekten en plaagorganismen bij planten) en essentiële instrumenten zoals EU-referentielaboratoria en BTSF-opleidingen. Deze inspanningen dragen in hoge mate bij tot de verbetering van de capaciteit van de lidstaten voor officiële controles, tot de harmonisatie van de handhaving en tot het waarborgen van een consequente aanpak die noodzakelijk is voor de goede werking van de interne markt.

Pijler 6 levert een grote EU-meerwaarde voor EU-gegevens op dankzij de onpartijdigheid, betrouwbaarheid en geharmoniseerde vergelijkbaarheid ervan tussen de lidstaten. Het gecentraliseerde kader en de methodologische vooruitgang hebben de kwaliteit en de tijdigheid van de gegevens aanzienlijk verbeterd, waardoor weloverwogen besluitvorming mogelijk is. Initiatieven zoals het European Statistical Recovery Dashboard laten zien dat ze zich kunnen aanpassen aan nieuwe behoeften, terwijl subsidies en gezamenlijke inspanningen de capaciteit van de lidstaten versterken. Belanghebbenden wereldwijd waarderen het ESP vanwege de cruciale rol die het speelt bij het verstrekken van uniforme, gestandaardiseerde statistieken die essentieel zijn voor beleidsvorming — iets wat de lidstaten niet alleen zouden kunnen bereiken. De afstemming van Eurostat op de wereldwijde normen onderstreept het belang van hun activiteiten.


5. Relevantie

De doelstellingen van het SMP en de activiteiten die binnen al zijn pijlers worden uitgevoerd, blijven relevant voor de behoeften van de interne markt en geven blijk van een zekere mate van aanpassingsvermogen om te reageren op nieuwe en onvoorziene uitdagingen (bv. COVID-19, Oekraïne), zelfs met een betrekkelijk bescheiden begroting die tijdens de uitvoering van het programma geen rekening hield met de inflatiedruk of deze gebeurtenissen. De relevantie van het programma neemt toe wanneer rekening wordt gehouden met de nieuwe politieke uitdagingen die tot uiting komen in de nieuwe politieke beleidslijnen4 en de recente verslagen van Enrico Letta en Mario Draghi5. Uit de bescheiden begroting van het programma en de noodzaak om bepaalde activiteiten beter zichtbaar te maken en te communiceren, blijkt echter dat er ruimte voor verbetering is om ervoor te zorgen dat het programma relevant blijft wat betreft de behoeften van het publiek, bedrijven en de politieke uitdagingen van de EU in het algemeen.

Pijler 1 blijft zeer relevant omdat het de handhaving van de EU-wetgeving, de mededingingsregels, IT-systemen en coördinatiegroepen ondersteunt die zijn afgestemd op de strategieën en prioriteiten van de Commissie. De relevantie van de pijler zal verder toenemen doordat deze bijdraagt tot groei, investeringen en de voltooiing van de interne markt, met inbegrip van de totstandbrenging van een spaar- en investeringsunie in het kader van de politieke beleidslijnen 2024-2029.

De doelstellingen en acties van pijler 2 zijn zeer relevant. Zij zijn nauw afgestemd op de strategieën en prioriteiten van de EU en op de werkprogramma’s die zijn ontwikkeld op basis van uitgebreide raadplegingen van belanghebbenden, om ervoor te zorgen dat zij tegemoetkomen aan de veranderende behoeften van kmo’s en de interne markt. Verbeteringen kunnen echter worden aangebracht door acties expliciet te koppelen aan doelstellingen in werkprogramma’s en door te voorkomen dat begunstigden met te veel eisen worden overweldigd.

Pijler 3 blijft relevant omdat deze goed is afgestemd op de behoeften van de markt, het vrije verkeer van kapitaal binnen de interne markt ondersteunt, het concurrentievermogen van EU-bedrijven op de wereldwijde kapitaalmarkten bevordert en ervoor zorgt dat de belangen van de EU worden vertegenwoordigd in het proces van het vaststellen van normen. Activiteiten zoals de ontwikkeling door de EFRAG van standaarden voor duurzaamheidsrapportering in het kader van de richtlijn duurzaamheidsrapportering door ondernemingen zijn van cruciaal belang voor de uitvoering van het EU-recht, het beïnvloeden van de wereldwijde normalisatie en het aanpakken van het groeiende belang van duurzaamheidsrapportering.

Pijler 4 blijft zeer relevant omdat deze zich richt op consumentenbescherming en financiële diensten door middel van activiteiten die in overeenstemming zijn met de nieuwe consumentenagenda en de prioriteiten van de EU. Initiatieven zoals Consumer PRO, ADR-subsidies en IT-instrumenten zoals Safety Gate en e-surveillance webcrawlers ondersteunen de handhavingsinstanties op doeltreffende wijze, geven consumenten meer macht en garanderen de productveiligheid. De begunstigden Better Finance en Finance Watch spelen een cruciale rol bij de vertegenwoordiging van consumenten van financiële diensten. Hun deskundigheid zal naar verwachting steeds belangrijker worden naast de focus van de EU op de spaar- en investeringsunie en financiële geletterdheid, hoewel in de toekomst mogelijk meer zichtbaarheid en middelen nodig zijn.

Pijler 5 draagt bij tot een sterkere en meer samenhangende interne markt en is zeer relevant voor de veranderende behoeften van de voedselketen in de EU. De pijler zorgt ervoor dat belangrijke uitdagingen worden aangepakt, zoals opkomende ziekten, antimicrobiële resistentie, voedselveiligheid en duurzame praktijken. De medegefinancierde noodmaatregelen voor dier- en plantenziekten hebben bijgedragen tot het verlichten van de lasten voor de landbouwers. Activiteiten die zich richten op toezicht, laboratoriuminspecties en duurzame voedselproductie zijn in lijn met bredere EU-beleidsterreinen zoals de Europese Green Deal en de “van boer tot bord”-strategie, waardoor de relevantie van de pijler voor de volksgezondheid en de duurzaamheid gewaarborgd blijft.

Pijler 6 blijft uiterst relevant. De pijler is nauw afgestemd op de behoeften van het ESS en andere belanghebbenden door de aanpak van veranderende beleidsprioriteiten en gegevensvereisten. Hoewel het ESS heeft aangetoond over aanpassingsvermogen te beschikken, met name tijdens crises zoals COVID-19 en de oorlog in Oekraïne, laten de tekortkomingen in de gedetailleerdheid van de te verstrekken regionale gegevens, de tijdigheid en de integratie van nieuwe gegevensbronnen zien dat er voortdurende innovatie en verbeteringen nodig zijn om aan nieuwe beleidsbehoeften te voldoen.


6. Flexibiliteit

Het SMP heeft de verwachte voordelen van een geïntegreerd programma gedeeltelijk gerealiseerd. Het potentieel voor flexibiliteit van het SMP heeft enkele positieve resultaten opgeleverd, maar het volledige potentieel ervan blijft onbenut. De begrotingsoverdrachten waren relatief kleine bedragen en vonden plaats tussen begrotingslijnen die door dezelfde diensten van de Commissie werden beheerd.


7. Vereenvoudiging

Hoewel de tussentijdse evaluatie op een zekere mate van vereenvoudiging wijst, is de vereenvoudiging op programmaniveau over het geheel genomen niet op het verwachte niveau. Het feit dat het programma één enkele rechtsgrondslag heeft, heeft wel tot enige vereenvoudiging geleid: de Commissie hoefde slechts één voorstel op te stellen en het Parlement en de Raad hoefden slechts één verordening vast te stellen. Er is echter weinig bewijs voor andere vereenvoudigingen aangezien er nog steeds meerdere comités en werkprogramma’s nodig zijn om verschillende beleidsterreinen te bestrijken.


8. Synergieën

De verwachte synergieën vanwege het samenbrengen van activiteiten in één financieel instrument zijn niet volledig gerealiseerd, ondanks de samenwerking op verschillende beleidsterreinen, wat duidt op een goede samenwerking tussen de diensten van de Commissie. Er zijn gezamenlijke activiteiten onder meerdere pijlers uitgevoerd, maar er kunnen er meer worden ontwikkeld.

4. Aanbevelingen

Ondanks de over het algemeen positieve conclusies in deze tussentijdse fase van de uitvoering is er ruimte voor verbetering. Gelet op de beperkte begroting van het programma en de vastliggende programmering is het een uitdaging om nieuwe beleidsprioriteiten erin te passen zonder de begroting aanzienlijk te verhogen. Met name de hogere dan verwachte inflatie heeft het aantal en de reikwijdte van de acties die kunnen worden uitgevoerd, beperkt.

Het potentieel voor flexibiliteit, synergieën en vereenvoudiging moet verder worden benut om het unieke ontwerp van het SMP optimaal te benutten. De diensten van de Commissie die verantwoordelijk zijn voor elke SMP-pijler kunnen onderzoeken of het haalbaar is om meer gezamenlijke acties op te starten, zoals pijleroverstijgende opleiding, gedeelde aanbestedingsactiviteiten, gemeenschappelijke inkoop van databanken, gezamenlijke studies, Eurobarometer-enquêtes, raamcontracten en gedeelde IT-projecten. Voor het eGrants-instrument moet vereenvoudiging worden overwogen.

De gegevensverzameling met betrekking tot de verwezenlijking van indicatoren zou kunnen worden gestroomlijnd. Een meer systematische verzameling van gegevens over alle pijlers zou een betere basis vormen voor de beoordeling van de uitvoering van het programma. Hierdoor zou de Commissie corrigerende maatregelen kunnen vaststellen om ervoor te zorgen dat de activiteiten doeltreffend en efficiënt bijdragen tot de verwezenlijking van de doelstellingen en relevant en samenhangend blijven binnen het SMP en met de bredere prioriteiten van de EU.

Bepaalde indicatoren in het kader voor monitoring en evaluatie kunnen worden bijgewerkt en verfijnd zodat ze beter afgestemd zijn op het SMP en de prestaties van het programma beter weergeven. Dit zou ook de gegevensverzameling verbeteren, het kader dichter bij de interventielogica brengen en uiteindelijk de beoordeling van de uitvoering van het programma verbeteren, met name tijdens de eindbeoordeling.

Pijler 1: Een frequentere verzameling van feedback, indien relevant, van gebruikers van diensten zoals Your Europe Advice (YEA) en het kompas voor de EU-taxonomie, zou het toezicht op de tevredenheid van gebruikers en de dienstverlening verbeteren6. De invoering van een uniform rapportagesysteem voor alle begrotingslijnen zou het volgen van activiteiten, output en resultaten stroomlijnen. Dit zou kansen kunnen bieden voor synergieën op gebieden als gezamenlijke aanbesteding, opleiding en gecoördineerde handhaving op meerdere gebieden.

Pijler 2: Systematische monitoring van de output- en resultaatindicatoren in de projectverslagen zou alle in het kader van het SMP ondersteunde kmo’s identificeren. Een expliciete koppeling van deze indicatoren aan de specifieke doelstellingen zou meer duidelijkheid verschaffen over het effect van het programma. De resultaatindicatoren kunnen worden verbeterd door de tevredenheid van kmo’s te koppelen aan de ontvangen steun en aan eventuele vervolgmaatregelen die zij nemen. Aan de hand van een geharmoniseerde enquête moet getracht worden om gegevens te verzamelen over de impact op bijvoorbeeld groei, digitalisering en internationalisering.

Pijler 3: Het creëren van duidelijkere monitoring- en feedbackmechanismen voor deelname aan normalisatieprocessen zou meer inzicht geven in de wijze waarop EU-financiering (met name op bijlage III-organisaties) van invloed is op de betrokkenheid van belanghebbenden. Sommige organisaties die worden gefinancierd ter ondersteuning van de ontwikkeling van financiële en niet-financiële verslaggevingsnormen, zouden ernstig getroffen worden als zij geen financiering zouden ontvangen, waardoor hun vermogen om hun activiteiten voort te zetten die van belang zijn voor de beleidsdoelstellingen van de EU, in gevaar zou komen. Ook moet de financieringsbasis van deze organisaties worden verhoogd.

Pijler 4: De ervaring met het programma heeft geleerd dat, hoewel indicatoren nodig zijn om de kwantitatieve output van de begunstigden te meten, er uitdagingen zijn bij het meten van de kwaliteit of het effect van de activiteiten met behulp van kwantitatieve indicatoren. Sommige begunstigden hebben ook financiële moeilijkheden ondervonden als gevolg van de toegenomen inflatie die niet werd gedekt door de bedragen in het oorspronkelijke ontwerp van het SMP-programma. Productconformiteit en ‑veiligheid zouden verbeteren door meer markttoezichthouders, een betere samenwerking met de douaneautoriteiten, een snellere verspreiding van onderzoeksresultaten en een frequentere financieringsaanvraag. Verschillende middelen van de deelnemers aan de subsidies kunnen van invloed zijn geweest op het niveau van de verwezenlijking van deze acties, met name wanneer een overeenstemmende financiering vereist is.

Pijler 5: Het verbeteren van het monitoringkader van het programma door het vaststellen van indicatoren zou bijdragen tot een betere meting van de doeltreffendheid en efficiëntie van de gefinancierde activiteiten, bijvoorbeeld om de voortgang en het effect van de activiteiten van de referentiecentra van de Europese Unie voor dierenwelzijn te volgen. Dit zou ook een betere beoordeling mogelijk maken van de mate waarin deze activiteiten bijdragen aan de goede werking van de interne markt. Toegang tot een reserve voor noodhulp is nodig om de efficiënte uitvoering van veterinaire en fytosanitaire noodmaatregelen en -programma’s te verzekeren.

Pijler 6: Er is behoefte aan verdere investeringen in nieuwe technologieën en innovatieve gegevensbronnen. Het verbeteren van het vermogen tot aanpassing aan snelle technologische ontwikkelingen is van cruciaal belang en voortdurende inspanningen zijn nodig om de tijdigheid te verbeteren, publicatietermijnen te verkorten en initiatieven voor capaciteitsopbouw tussen de lidstaten te versterken. Er moet prioriteit worden gegeven aan statistische output en de coördinatie met andere EU-organen moet worden voortgezet om ervoor te zorgen dat de meest kritieke en impactvolle gegevensbehoeften efficiënt worden aangepakt. Om dit te bereiken, moeten sterkere mechanismen worden ontwikkeld om de betrokkenheid van de gebruikers te stimuleren en hun behoeften en prioriteiten beter te begrijpen, met inbegrip van meer tijdige en inclusieve feedback. Het wordt van belang geacht de Europese statistische pijler, met inbegrip van de activiteiten en de begroting ervan, binnen de toekomstige architectuur van het meerjarig financieel kader verder af te bakenen om het onafhankelijke en onpartijdige karakter ervan te benadrukken.


1 Verordening tot vaststelling van een programma voor de interne markt (SMP-verordening) - 2021/690 - NL - EUR-Lex.

2 In artikel 4 van de SMP-verordening worden voor elke pijler specifieke financieringsbedragen in euro vermeld.

3 Verordening betreffende Europese normalisatie - 1025/2012 - NL - EUR-Lex.

4 Europese Commissie, Politieke beleidslijnen voor de volgende Europese Commissie 2024-2029.

5 Draghi-verslag, EU competitiveness: Looking ahead - Europese Commissie (Het concurrentievermogen van de EU: een vooruitblik). Letta-verslag, Enrico Letta - Much more than a market (april 2024) (Veel meer dan een markt).

6 Your Europe omvat een feedbackmechanisme en voert jaarlijks een onder de gebruikers gehouden tevredenheidsonderzoek uit.

NL NL