Besluit 2018/881 - Besluit 2018/881 met een verzoek aan de Commissie om met een studie te komen over de mogelijkheden waarover de Unie beschikt om zich te conformeren aan de bevindingen van het Comité van toezicht op de naleving van het Verdrag van Aarhus in zaak ACCC/C/2008/32 en, indien passend in het licht van de resultaten van de studie, een voorstel in te dienen voor een verordening van het Europees Parlement en de Raad tot wijziging van Verordening (EG) nr. 1367/2006 - Hoofdinhoud
19.6.2018 |
NL |
Publicatieblad van de Europese Unie |
L 155/6 |
BESLUIT (EU) 2018/881 VAN DE RAAD
van 18 juni 2018
met een verzoek aan de Commissie om met een studie te komen over de mogelijkheden waarover de Unie beschikt om zich te conformeren aan de bevindingen van het Comité van toezicht op de naleving van het Verdrag van Aarhus in zaak ACCC/C/2008/32 en, indien passend in het licht van de resultaten van de studie, een voorstel in te dienen voor een verordening van het Europees Parlement en de Raad tot wijziging van Verordening (EG) nr. 1367/2006
DE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE,
Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie, en met name artikel 241,
Gezien het Interinstitutioneel Akkoord van 13 april 2016 over beter wetgeven (1), en met name punt 10 betreffende de toepassing van de artikelen 225 en 241 VWEU,
Overwegende hetgeen volgt:
(1) |
Op 17 februari 2005 is het Verdrag betreffende toegang tot informatie, inspraak bij besluitvorming en toegang tot de rechter inzake milieuaangelegenheden (2) („het Verdrag van Aarhus”) bij Besluit 2005/370/EG van de Raad (3) namens de Europese Gemeenschap goedgekeurd. Het Verdrag van Aarhus draagt bij tot het verwezenlijken van de doelstellingen van het milieubeleid van de Unie, als vervat in artikel 191 VWEU. |
(2) |
De Unie heeft de verplichtingen uit hoofde van het Verdrag van Aarhus omgezet wat betreft de instellingen en organen van de Unie, met name bij Verordening (EG) nr. 1367/2006 van het Europees Parlement en de Raad (4). |
(3) |
In overeenstemming met de in artikel 15 van het Verdrag van Aarhus bepaalde niet-confronterende, niet-rechterlijke en raadplegende aard van het systeem voor toetsing van de naleving, is het Comité van toezicht op de naleving van het Verdrag van Aarhus („het comité” ) ingesteld. Het comité is bevoegd voor het toetsen van de naleving door de partijen van het Verdrag van Aarhus. |
(4) |
Op 17 maart 2017 heeft de Unie bevindingen van het comité ontvangen in het kader van zaak ACCC/C/2008/32 inzake toegang tot de rechter op Unieniveau („de bevindingen”). In punt 123 van de bevindingen kwam het comité tot het oordeel dat „de betrokken partij niet voldoet aan artikel 9, leden 3 en 4, van het Verdrag van Aarhus met betrekking tot toegang tot de rechter voor het publiek aangezien noch in de Aarhusverordening, noch in de rechtspraak van het HvJ-EU de verplichtingen die voortvloeien uit die leden worden uitgevoerd of nagekomen”. Op basis van de bevindingen stelde het bureau van het Verdrag van Aarhus ontwerpbesluit VI/8f op betreffende de naleving door de Europese Unie van haar verplichtingen uit hoofde van het verdrag („ontwerpbesluit VI/8f”). |
(5) |
De Raad heeft op 17 juli 2017 Besluit (EU) 2017/1346 (5) vastgesteld betreffende het door de Unie tijdens de zesde zitting van de vergadering van de partijen bij het Verdrag van Aarhus („Meeting of the Parties”, MoP) in te nemen standpunt met betrekking tot ontwerpbesluit VI/8f. Het standpunt van de Unie bestond erin ontwerpbesluit VI/8f te aanvaarden onder voorbehoud van een aantal wijzigingen. |
(6) |
De partijen hebben op 14 september 2017 tijdens de zesde zitting van de MoP in Budva, Montenegro, onder meer gesproken over ontwerpbesluit VI/8f, maar niet ingestemd met de voorstellen van de Unie om het te wijzigen in de zin van Besluit (EU) 2017/1346. Bij ontstentenis van een akkoord heeft de MoP besloten het debat over dit ontwerpbesluit uit te stellen tot de volgende gewone zitting in 2021. |
(7) |
De verklaring van Budva over milieudemocratie voor onze duurzame toekomst, die ook op 14 september 2017 door de MoP is aangenomen, vraagt de partijen en ondertekenaars van het Verdrag van Aarhus om overeenkomstig de vereisten van het Verdrag van Aarhus aan iedereen op voet van gelijkheid daadwerkelijke toegang tot justitie te bieden. |
(8) |
Het Europees Parlement heeft respectievelijk op 15 en 16 november 2017 een resolutie over een actieplan voor de natuur, de mensen en de economie en een resolutie over de EU-evaluatie van de tenuitvoerlegging van het milieubeleid (Environmental Implementation Review, EIR) aangenomen, waarin de Commissie onder meer wordt gevraagd om een nieuw wetgevingsvoorstel in te dienen tot herziening van Verordening (EG) nr. 1367/2006, teneinde rekening te houden met de aanbeveling van het comité in verband met zaak ACCC/C/2008/32. |
(9) |
Tijdens de zesde zitting van de MoP heeft de Unie zich bereid getoond op zoek te gaan naar manieren en middelen om aan het Verdrag van Aarhus te voldoen op een wijze die verenigbaar is met de grondbeginselen van de rechtsorde van de Unie en met haar stelsel van rechterlijke toetsing. De Unie moet concrete stappen in die richting zetten door de Commissie te verzoeken met een studie te komen over de mogelijkheden waarover de Unie beschikt om zich te conformeren aan de bevindingen van het comité in zaak ACCC/C/2008/32. Het lijkt mogelijk Verordening (EG) nr. 1367/2006 zodanig te wijzigen dat het stelsel van rechterlijke toetsing van de Unie ongewijzigd blijft, met name door het verbreden van de categorie handelingen van de Unie waarvoor een interne toetsing kan worden gevraagd. |
(10) |
De Unie blijft de belangrijke doelstellingen van het Verdrag van Aarhus ten volle ondersteunen, |
HEEFT HET VOLGENDE BESLUIT VASTGESTELD:
Artikel 1
-
1.De Raad verzoekt de Commissie uiterlijk op 30 september 2019 met een studie te komen over de mogelijkheden waarover de Unie beschikt om zich te conformeren aan de bevindingen van het Comité van toezicht op de naleving van het Verdrag van Aarhus in zaak ACCC/C/2008/32 („de studie”), teneinde op zoek te gaan naar manieren en middelen om aan het Verdrag van Aarhus te voldoen op een wijze die verenigbaar is met de grondbeginselen van de rechtsorde van de Unie en met haar stelsel van rechterlijke toetsing.
-
2.De studie neemt de juridische en financiële gevolgen en de gevolgen voor de personele middelen van de verschillende mogelijkheden, waaronder het wijzigen van Verordening (EG) nr. 1367/2006, in aanmerking.
Artikel 2
-
1.De Raad verzoekt de Commissie uiterlijk op 30 september 2020, indien passend in het licht van de resultaten van de studie, een voorstel in te dienen voor een verordening van het Europees Parlement en de Raad tot wijziging van Verordening (EG) nr. 1367/2006, dan wel de Raad in kennis te stellen van andere maatregelen die nodig zijn naar aanleiding van de studie.
-
2.Overeenkomstig de vaste praktijk verzoekt de Raad de Commissie ervoor te zorgen dat het voorstel van een effectbeoordeling vergezeld gaat.
Artikel 3
Dit besluit treedt in werking op de datum van bekendmaking ervan in het Publicatieblad van de Europese Unie.
Gedaan te Luxemburg, 18 juni 2018.
Voor de Raad
De voorzitter
-
R.PORODZANOV
-
Besluit 2005/370/EG van de Raad van 17 februari 2005 betreffende het sluiten, namens de Europese Gemeenschap, van het Verdrag betreffende toegang tot informatie, inspraak bij besluitvorming en toegang tot de rechter inzake milieuaangelegenheden (PB L 124 van 17.5.2005, blz. 1).
-
Verordening (EG) nr. 1367/2006 van het Europees Parlement en de Raad van 6 september 2006 betreffende de toepassing van de bepalingen van het Verdrag van Aarhus betreffende toegang tot informatie, inspraak bij besluitvorming en toegang tot de rechter inzake milieuaangelegenheden op de communautaire instellingen en organen (PB L 264 van 25.9.2006, blz. 13).
-
Besluit (EU) 2017/1346 van de Raad van 17 juli 2017 inzake het namens de Europese Unie tijdens de zesde zitting van de vergadering van de partijen bij het Verdrag van Aarhus in te nemen standpunt met betrekking tot naleving in het kader van de zaak ACCC/C/2008/32 (PB L 186 van 19.7.2017, blz. 15).
Deze samenvatting is overgenomen van EUR-Lex.