Verordening 2006/493 - Overgangsmaatregelen in het kader van de hervorming van de gemeenschappelijke marktordening in de sector suiker

1.

Wettekst

28.3.2006   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 89/11

 

VERORDENING (EG) Nr. 493/2006 VAN DE COMMISSIE

van 27 maart 2006

inzake overgangsmaatregelen in het kader van de hervorming van de gemeenschappelijke ordening der markten in de sector suiker, en tot wijziging van de Verordeningen (EG) nr. 1265/2001 en (EG) nr. 314/2002

DE COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN,

Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap,

Gelet op Verordening (EG) nr. 318/2006 van de Raad van 20 februari 2006 houdende een gemeenschappelijke ordening der markten in de sector suiker (1), en met name op artikel 44,

Gelet op Verordening (EG) nr. 1260/2001 van de Raad van 19 juni 2001 houdende een gemeenschappelijke ordening der markten in de sector suiker (2), en met name op artikel 7, lid 5, artikel 15, lid 8, en artikel 16, lid 5,

Overwegende hetgeen volgt:

 

(1)

Het is dienstig de nodige maatregelen te nemen om de overgang van de bij Verordening (EG) nr. 1260/2001 ingestelde regeling naar de nieuwe, bij Verordening (EG) nr. 318/2006 ingestelde regeling in de sector suiker te vergemakkelijken.

 

(2)

Na de afschaffing van de in artikel 13 van Verordening (EG) nr. 1260/2001 bedoelde uitvoerverplichting moeten maatregelen worden vastgesteld voor het beheer van de uit het wegvallen van deze verplichting en uit de regeling voor C-suiker voortvloeiende hoeveelheden suiker vanaf 1 juli 2006. Deze maatregelen moeten in overeenstemming zijn met de internationale verplichtingen van de Gemeenschap.

 

(3)

Met het oog op een beter beheer van de in het verkoopseizoen 2005/2006 buiten het quotum geproduceerde hoeveelheden moeten ondernemingen in de mogelijkheid worden gesteld een deel van deze hoeveelheden over te boeken naar het verkoopseizoen 2006/2007. Hiertoe dient te worden bepaald dat voor deze overboeking Verordening (EEG) nr. 65/82 van de Commissie van 13 januari 1982 houdende vaststelling van de uitvoeringsbepalingen voor het overbrengen van suiker naar het volgende verkoopseizoen voor suiker (3) van toepassing is, waarbij een zekere flexibiliteit ten aanzien van het besluit tot overboeking wordt gelaten teneinde de overgang tussen de bestaande en de nieuwe regeling te vergemakkelijken.

 

(4)

De hoeveelheid buiten het quotum geproduceerde suiker van het verkoopseizoen 2005/2006, die noch mag worden overgeboekt, noch mag worden uitgevoerd, moet worden beschouwd als buiten het quotum geproduceerde suiker van het verkoopseizoen 2006/2007 met het oog op de afzet ervan voor de in Verordening (EG) nr. 318/2006 bedoelde gebruiksdoeleinden en, gelet op de uitzonderlijke omstandigheden van de overgang tussen vorengenoemde verkoopseizoenen, het gebruik ervan in de diervoeding.

 

(5)

Met het oog op controle en de eventuele toepassing van sancties moet voor het deel van de productie van C-suiker van het verkoopseizoen 2005/2006 dat niet wordt overgeboekt en niet als buiten het quotum geproduceerde suiker van het verkoopseizoen 2006/2007 wordt beschouwd, Verordening (EEG) nr. 2670/81 van de Commissie van 14 september 1981 tot vaststelling van uitvoeringsbepalingen voor de productie buiten de quota in de sector suiker (4) van toepassing blijven.

 

(6)

Teneinde het marktevenwicht in de Gemeenschap te verbeteren zonder in het verkoopseizoen 2006/2007 nieuwe suikervoorraden te doen ontstaan, dient te worden voorzien in een overgangsmaatregel om de uit hoofde van dit verkoopseizoen in aanmerking komende quotumproductie te verminderen. Er moet een drempel worden vastgesteld boven dewelke de quotumproductie van elke onderneming als aan de markt onttrokken in de zin van artikel 19 van Verordening (EG) nr. 318/2006 wordt beschouwd of, indien de onderneming hierom verzoekt, als buiten het quotum geproduceerde suiker in de zin van artikel 12 van die verordening. Gelet op de overgang tussen beide regelingen moet deze drempel worden vastgesteld op basis van een combinatie, op voet van gelijkheid, van de in artikel 10 van Verordening (EG) nr. 1260/2001 bedoelde methode en die van artikel 19 van Verordening (EG) nr. 318/2006, en rekening houdend met de inspanningen van bepaalde lidstaten in het kader van het herstructureringsfonds dat is ingesteld bij Verordening (EG) nr. 320/2006 van de Raad van 20 februari 2006 tot instelling van een tijdelijke regeling voor de herstructurering van de suikerindustrie in de Europese Gemeenschap en tot wijziging van Verordening (EG) nr. 1290/2005 betreffende de financiering van het gemeenschappelijk landbouwbeleid (5).

 

(7)

Met het oog op de inachtneming van de afzetvoorwaarden voor het verkoopseizoen 2005/2006 dient te worden bepaald dat de steun voor afzetbevordering en de aanvullende steun voor in bepaalde gebieden van de Gemeenschap uit hoofde van het verkoopseizoen 2005/2006 geproduceerde suiker, alsook, binnen de grenzen van de bij Verordening (EG) nr. 180/2006 van de Commissie (6) vastgestelde hoeveelheden, de steun voor raffinage van bepaalde uit hoofde van het leveringsseizoen 2005/2006 ingevoerde en geraffineerde preferentiële suiker na 30 juni 2006 verder kunnen worden betaald. Met het oog hierop moeten Verordening (EG) nr. 1554/2001 van de Commissie van 30 juli 2001 tot vaststelling van de toepassingsbepalingen van Verordening (EG) nr. 1260/2001 van de Raad wat betreft de afzet van in de Franse overzeese departementen geproduceerde suiker en de egalisatie van de prijsvoorwaarden met die voor preferentiële ruwe suiker (7) en Verordening (EG) nr. 1646/2001 van de Commissie van 13 augustus 2001 tot vaststelling van de uitvoeringsbepalingen voor de toekenning van aanpassingssteun aan de industrie voor de raffinage van ruwe preferentiële suiker en tot aanpassing van de aanpassingssteun en de aanvullende steun aan de suikerraffinaderijen (8) van toepassing blijven voor de toekenning van deze steun. Voorts is het dienstig de raffinage van preferentiële suiker te blijven beperken tot bepaalde raffinaderijen, de controle op de veronderstelde maximale behoeften te handhaven, en Verordening (EG) nr. 1460/2003 van de Commissie van 18 augustus 2003 tot vaststelling, voor de verkoopseizoenen 2003/2004, 2004/2005 en 2005/2006, van de uitvoeringsbepalingen van Verordening (EG) nr. 1260/2001 van de Raad ten aanzien van de veronderstelde maximale behoefte van de raffinaderijen aan ruwe suiker (9) verder toe te passen.

 

(8)

Voor de berekening, de vaststelling en de inning van de productieheffingen voor het verkoopseizoen 2005/2006 moet worden bepaald dat een aantal bepalingen van Verordening (EG) nr. 314/2002 van de Commissie van 20 februari 2002 houdende uitvoeringsbepalingen voor de quotaregeling in de sector suiker (10) en van Verordening (EG) nr. 779/96 van de Commissie van 29 april 1996 houdende uitvoeringsbepalingen van Verordening (EEG) nr. 1758/81 van de Raad betreffende de mededelingen in de sector suiker (11) na 30 juni 2006 van toepassing blijft. De heffingen worden berekend op basis van regelmatig bijgewerkte statistische gegevens. Aangezien het de laatste vaststelling van heffingen betreft voor de hele periode vanaf het verkoopseizoen 2001/2002 tot en met het verkoopseizoen 2005/2006, en de berekeningen, anders dan in de voorafgaande jaren, niet langer kunnen worden aangepast op basis van bijgewerkte gegevens, dienen de berekening en de vaststelling van de heffingen te worden verschoven naar 15 februari 2007 om de betrouwbaarheid van de berekeningen en de relevantie van de gebruikte statistische gegevens te kunnen garanderen.

 

(9)

Om de bevoorrading van de chemische industrie tijdens de overgang van de bestaande naar de nieuwe, vanaf 1 juli 2006 geldende regeling zeker te stellen, moet worden bepaald dat een aantal bepalingen van Verordening (EG) nr. 1265/2001 van de Commissie van 27 juni 2001 houdende vaststelling van de uitvoeringsbepalingen van Verordening (EG) nr. 1260/2001 van de Raad, wat de productierestitutie voor bepaalde in de chemische industrie gebruikte producten van de sector suiker betreft (12) na 30 juni van toepassing blijft voor vóór die datum afgegeven productierestitutiedocumenten. Aangezien de chemische industrie op grond van de nieuwe regeling buiten het quotum geproduceerde suiker mag gebruiken, moet de geldigheidsduur van de productierestitutiedocumenten worden verkort en de toekenning van de restitutie worden beperkt tot de quotumproductie van het verkoopseizoen 2005/2006.

 

(10)

In artikel 1, lid 2, van Verordening (EG) nr. 318/2006 is vastgesteld dat het verkoopseizoen begint op 1 oktober en eindigt op 30 september van het daaropvolgende jaar. Het bij Verordening (EG) nr. 1260/2001 vastgestelde verkoopseizoen 2005/2006 eindigt evenwel op 30 juni 2006. Om die reden is bepaald dat het verkoopseizoen 2006/2007 begint op 1 juli 2006 en eindigt op 30 september 2007 en dus vijftien maanden bestrijkt. Het is derhalve dienstig om voor dit laatste verkoopseizoen de quota en de traditionele raffinagebehoeften, die vroeger overeenkwamen met twaalf maanden en na dit verkoopseizoen voor een periode van twaalf maanden zullen gelden, te verhogen rekening houdend met de drie extra maanden, teneinde een toekenning te garanderen die overeenkomt met die van de vorige en de volgende verkoopseizoenen. Deze overgangsquota moeten betrekking hebben op de suikerproductie van het begin van het verkoopseizoen 2006/2007, uit vóór 1 januari 2006 ingezaaide suikerbieten.

 

(11)

De Verordeningen (EG) nr. 1265/2001 en (EG) nr. 314/2002 moeten dienovereenkomstig worden gewijzigd.

 

(12)

De in deze verordening vervatte maatregelen zijn in overeenstemming met het advies van het Comité van beheer voor suiker,

HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:

HOOFDSTUK I

OVERGANGSMAATREGELEN

Artikel 1

Overboeking van quota

  • 1. 
    In afwijking van het bepaalde in artikel 14 van Verordening (EG) nr. 1260/2001 en binnen de in artikel 2, lid 1, tweede alinea, van Verordening (EEG) nr. 65/82 vastgestelde grens, mag elke onderneming tot en met 31 oktober 2006 besluiten een bepaalde hoeveelheid in het verkoopseizoen 2005/2006 geproduceerde C-suiker over te boeken naar het verkoopseizoen 2006/2007, of haar vóór de inwerkingtreding van de onderhavige verordening genomen besluit tot overboeking wijzigen.
  • 2. 
    Ondernemingen die tot de in lid 1 bedoelde overboeking besluiten of hun besluit wijzigen, zijn verplicht:
 

a)

de betrokken lidstaat vóór 31 oktober 2006 in kennis te stellen van de overgeboekte hoeveelheid suiker;

 

b)

zich ertoe te verbinden de overgeboekte hoeveelheid tot en met 31 oktober 2006 op te slaan.

  • 3. 
    Verordening (EEG) nr. 65/82 is van toepassing op B- en C-suiker die van het verkoopseizoen 2005/2006 naar het verkoopseizoen 2006/2007 wordt overgeboekt.
  • 4. 
    De lidstaten stellen de Commissie uiterlijk op 30 november 2006 voor elke onderneming in kennis van de hoeveelheid B- en C-suiker die van het verkoopseizoen 2005/2006 naar het verkoopseizoen 2006/2007 wordt overgeboekt.

Artikel 2

C-suiker

  • 1. 
    Onverminderd de overeenkomstig artikel 1 van deze verordening genomen besluiten tot overboeking en onverminderd de uitvoer met gebruikmaking van overeenkomstig artikel 4 van Verordening (EG) nr. 1464/95 van de Commissie (13) afgegeven certificaten, wordt C-suiker van het verkoopseizoen 2005/2006 beschouwd als buiten het quotum geproduceerde suiker in de zin van artikel 12 van Verordening (EG) nr. 318/2006, die is geproduceerd in het verkoopseizoen 2006/2007.
  • 2. 
    In afwijking van het bepaalde in artikel 15 van Verordening (EG) nr. 318/2006 wordt geen heffing gelegd op de hoeveelheden C-suiker als bedoeld in lid 1 van dit artikel die worden gebruikt in de diervoeding en waarvoor dezelfde controlevoorschriften gelden als die welke de Commissie heeft vastgesteld voor de in artikel 13, lid 2, van Verordening (EG) nr. 318/2006 bedoelde industriële suiker.
  • 3. 
    Verordening (EEG) nr. 2670/81 is van toepassing op de productie van C-suiker van het verkoopseizoen 2005/2006, met uitzondering van de overgeboekte suiker of de als buiten het quotum geproduceerde suiker van het verkoopseizoen 2006/2007 beschouwde suiker als bedoeld in lid 1 van dit artikel.

De A-minimumprijs van het verkoopseizoen 2005/2006 geldt voor suikerbieten die overeenkomen met de in artikel 3 van Verordening (EEG) nr. 2670/81 bedoelde hoeveelheid suiker.

Artikel 3

Preventieve onttrekking aan de markt

  • 1. 
    Voor elke onderneming wordt het deel van de productie van suiker, isoglucose of inulinestroop van het verkoopseizoen 2006/2007 dat in het kader van de in bijlage III bij Verordening (EG) nr. 318/2006 vastgestelde quota wordt geproduceerd boven de overeenkomstig lid 2 van dit artikel vastgestelde drempel, beschouwd als aan de markt onttrokken in de zin van artikel 19 van die verordening of, indien de betrokken onderneming hier vóór 31 januari 2007 om verzoekt, geheel of gedeeltelijk beschouwd als buiten het quotum geproduceerde suiker in de zin van artikel 12 van die verordening.
  • 2. 
    Voor elke onderneming wordt de in lid 1 bedoelde drempel vastgesteld door vermenigvuldiging van het aan de onderneming krachtens artikel 7, lid 2, van Verordening (EG) nr. 318/2006 toegekende quotum met de som van de volgende coëfficiënten:
 

a)

de in bijlage I bij de onderhavige verordening voor de betrokken lidstaat vastgestelde coëfficiënt;

 

b)

de coëfficiënt die wordt verkregen door deling van het totaal van de quota waarvan voor het verkoopseizoen 2006/2007 in de betrokken lidstaat overeenkomstig artikel 3 van Verordening (EG) nr. 320/2006 afstand is gedaan, door het totaal van de voor die lidstaat in bijlage III bij Verordening (EG) nr. 318/2006 vastgestelde quota. De Commissie stelt deze coëfficiënt uiterlijk op 15 oktober 2006 vast.

Wanneer de som van de coëfficiënten echter meer dan 1,0000 bedraagt, is de drempel gelijk aan het in lid 1 bedoelde quotum.

  • 3. 
    Voor de hoeveelheid suikerbieten die overeenkomt met de overeenkomstig lid 1 aan de markt onttrokken suikerproductie, geldt de voor het verkoopseizoen 2007/2008 vastgestelde minimumprijs.
  • 4. 
    De in artikel 6, lid 5, van Verordening (EG) nr. 318/2006 bedoelde verplichting heeft betrekking op de hoeveelheid suikerbieten die overeenkomt met de in lid 1 van dit artikel bedoelde drempel.
  • 5. 
    De lidstaten verstrekken de Commissie vóór 1 juli 2006 een raming van de op grond van dit artikel als aan de markt onttrokken te beschouwen hoeveelheden suiker, isoglucose en inulinestroop.

Artikel 4

Steun voor in de overzeese departementen geproduceerde suiker

  • 1. 
    Quotumsuiker die in het verkoopseizoen 2005/2006 in de Franse overzeese departementen is geproduceerd en tussen 1 juli 2006 en 31 oktober 2006 is geraffineerd en/of vervoerd, komt in aanmerking voor steun voor afzetbevordering en aanvullende steun.

De steun geldt voor de hoeveelheden betrokken suiker en komt in de plaats van de in artikel 7, lid 4, en artikel 38, leden 3 en 4, van Verordening (EG) nr. 1260/2001 bedoelde steun.

De steun voor afzetbevordering wordt toegekend voor:

 

het raffineren van in de Franse overzeese departementen geproduceerde soorten suiker in de raffinaderijen in de Europese gebieden van de Gemeenschap, met name volgens hun rendement;

 

het vervoer van in de Franse overzeese departementen geproduceerde suiker naar de Europese gebieden van de Gemeenschap, alsook de eventuele opslag ervan in die departementen.

  • 2. 
    Voor de in lid 1 van dit artikel bedoelde steun voor afzetbevordering en aanvullende steun voor in het verkoopseizoen 2005/2006 geproduceerde quotumsuiker gelden de Verordeningen (EG) nr. 1554/2001 en (EG) nr. 1646/2001.
  • 3. 
    In dit artikel wordt onder raffinaderij verstaan een technische eenheid waarvan de enige activiteit bestaat in het raffineren van hetzij ruwe suiker, hetzij stropen die een tussenstadium in de productie van vaste suiker vormen.

Artikel 5

Raffinagesteun

  • 1. 
    Aan de raffinaderijen wordt aanpassingssteun verleend voor preferentiële ruwe rietsuiker die wordt ingevoerd in het kader van Protocol nr. 3 betreffende ACS-suiker, gehecht aan bijlage IV bij de in Cotonou op 23 juni 2000 ondertekende ACS-EU-partnerschapsovereenkomst (14), en die uit hoofde van de leveringsperiode 2005/2006 wordt geraffineerd tussen 1 juli 2006 en 30 september 2006.

Deze steun wordt aan de raffinaderijen betaald. Hij geldt voor de in Verordening (EG) nr. 180/2006 bedoelde en op 1 juli 2006 nog niet geraffineerde hoeveelheden, en komt in de plaats van de in artikel 38, leden 1, 2 en 4, van Verordening (EG) nr. 1260/2001 bedoelde steun.

  • 2. 
    Verordening (EG) nr. 1646/2001 is van toepassing op de uit hoofde van de leveringsperiode 2005/2006 geraffineerde preferentiële suiker.
  • 3. 
    Behalve in geval van overmacht, moet bij overschrijding in het verkoopseizoen 2005/2006 van de in artikel 39, lid 2, van Verordening (EG) nr. 1260/2001 vastgestelde geraamde maximale behoeften van een lidstaat, voor de hoeveelheid waarmee deze behoeften zijn overschreden, een bedrag worden betaald dat overeenkomt met het volledige invoerrecht dat in het betrokken verkoopseizoen van toepassing is, vermeerderd met 115,40 EUR per ton wittesuikerequivalent.
  • 4. 
    Verordening (EG) nr. 1460/2003 is van toepassing met betrekking tot de controle en, in voorkomend geval, de eventuele gevolgen van de in lid 3 van dit artikel bedoelde overschrijding van de geraamde maximale behoeften van de raffinaderijen.
  • 5. 
    In dit artikel wordt onder raffinaderij verstaan een technische eenheid waarvan de enige activiteit bestaat in het raffineren van hetzij ruwe suiker, hetzij stropen die een tussenstadium in de productie van vaste suiker vormen.

Artikel 6

Heffingen

Verordening (EG) nr. 314/2002, zoals gewijzigd bij de onderhavige verordening, is van toepassing op de vaststelling en de inning van de productieheffingen voor het verkoopseizoen 2005/2006, met inbegrip van de correcties in verband met de berekening van de heffingen voor de verkoopseizoenen 2001/2002, 2002/2003, 2003/2004 en 2004/2005 als bedoeld in artikel 15, lid 2, van Verordening (EG) nr. 1260/2001.

Artikel 7

Productierestituties

De artikelen 1, 2, 3, 11, 14, 15 en 17 tot en met 21 van Verordening (EG) nr. 1265/2001, zoals gewijzigd bij de onderhavige verordening, zijn van toepassing op de tot en met 30 juni 2006 afgegeven restitutiedocumenten.

Artikel 8

Mededelingen

Verordening (EG) nr. 779/96 is van toepassing tot en met 30 september 2006.

Artikel 9

Overgangsquota

  • 1. 
    Voor het verkoopseizoen 2006/2007 wordt, voor suiker, aan de lidstaten een overgangsquotum van 497 780 ton toegekend volgens de in bijlage II, deel A, vastgestelde verdeling.

Het in de eerste alinea bedoelde quotum geldt uitsluitend voor suiker die is vervaardigd uit vóór 1 januari 2006 ingezaaide suikerbieten. De minimumprijs voor deze suikerbieten, in de zin van artikel 5 van Verordening (EG) nr. 318/2006, wordt vastgesteld op 47,67 EUR per ton.

  • 2. 
    Voor het verkoopseizoen 2006/2007 wordt, voor isoglucose, aan de lidstaten een overgangsquotum van 126 921 ton droge stof toegekend volgens de in bijlage II, deel B, vastgestelde verdeling.
  • 3. 
    Voor het verkoopseizoen 2006/2007 wordt, voor inulinestroop, aan de lidstaten een overgangsquotum van 80 180 ton droge stof toegekend, uitgedrukt in wittesuikerequivalent/isoglucose-equivalent, volgens de in bijlage II, deel C, vastgestelde verdeling.
  • 4. 
    De in de leden 1, 2 en 3 vastgestelde overgangsquota:
 

a)

zijn vrijgesteld van de betaling van de in artikel 11, lid 2, van Verordening (EG) nr. 320/2006 vastgestelde tijdelijke herstructureringsheffing;

 

b)

komen niet in aanmerking voor de in Verordening (EG) nr. 320/2006 vastgestelde steun.

  • 5. 
    De lidstaten kennen de overgangsquota volgens objectieve criteria en op zodanige wijze dat gelijke behandeling van de landbouwers wordt gewaarborgd en markt- en concurrentieverstoringen worden vermeden, toe aan de op hun grondgebied gevestigde en overeenkomstig artikel 17 van Verordening (EG) nr. 318/2006 erkende suiker-, isoglucose- of inulinestroopproducerende ondernemingen.
  • 6. 
    De lidstaten voeren een controleregeling in en nemen de nodige maatregelen om de productie van de in de leden 1, 2 en 3 bedoelde producten te controleren, met name wat betreft de overeenstemming tussen de suiker en de vóór 1 januari 2006 ingezaaide suikerbieten.

De lidstaten stellen de Commissie vóór 15 juli 2006 in kennis van de verdeling per onderneming van de op grond van dit artikel toegekende overgangsquota.

De lidstaten stellen de Commissie vóór 31 december 2006 in kennis van de genomen controlemaatregelen en de resultaten daarvan.

Artikel 10

Traditionele raffinagebehoeften

Voor het verkoopseizoen 2006/2007 worden de in artikel 29, lid 1, van Verordening (EG) nr. 318/2006 bedoelde traditionele raffinagebehoeften vermeerderd met de in bijlage III vastgestelde hoeveelheden.

HOOFDSTUK II

WIJZIGINGEN VAN DE VERORDENINGEN (EG) NR. 1265/2001 EN (EG) NR. 314/2002

Artikel 11

Wijziging van Verordening (EG) nr. 1265/2001

Verordening (EG) nr. 1265/2001 wordt als volgt gewijzigd:

 

1)

Aan artikel 11 wordt het volgende lid toegevoegd:

„5.   Op verzoek van de betrokkene annuleert de bevoegde autoriteit van de lidstaat de restitutiedocumenten die niet volledig zijn gebruikt en waarvan de geldigheidsduur niet is verstreken. De zekerheid wordt vrijgegeven voor het niet-gebruikte deel.

De lidstaat stelt de Commissie aan het einde van elke maand in kennis van het aantal restitutiedocumenten dat in de loop van de voorgaande maand is geannuleerd, uitgesplitst naar maand van afgifte.”

 

2)

Aan artikel 14 wordt het volgende lid toegevoegd:

„3.   Het restitutiedocument is uitsluitend geldig voor de in artikel 1 bedoelde basisproducten die afkomstig zijn van de quotumproductie van het verkoopseizoen 2005/2006 of van de voorgaande verkoopseizoenen.”

 

3)

Aan artikel 15 wordt de volgende zin toegevoegd:

„De geldigheidsduur van de restitutiedocumenten loopt evenwel af op 31 augustus 2006.”.

 

4)

Aan artikel 17 wordt het volgende lid toegevoegd:

„3.   De lidstaten nemen de aanvullende maatregelen die nodig zijn om met name een correcte toepassing van artikel 14, lid 3, te waarborgen.”.

Artikel 12

Wijziging van Verordening (EG) nr. 314/2002

Verordening (EG) nr. 314/2002 wordt als volgt gewijzigd:

 

1)

Artikel 4 bis, lid 5, wordt geschrapt.

 

2)

Aan artikel 4 quater, lid 1, derde alinea, wordt de volgende zin toegevoegd:

„Voor het verkoopseizoen 2005/2006 vindt de mededeling plaats vóór 1 december 2006”.

 

3)

Artikel 8 wordt als volgt gewijzigd:

 

a)

aan lid 1 wordt de volgende alinea toegevoegd:

„Voor het verkoopseizoen 2005/2006 worden de in de eerste alinea, onder a) en b), bedoelde bedragen en coëfficiënten vastgesteld vóór 15 februari 2007.”;

 

b)

lid 2 wordt als volgt gewijzigd:

 

i)

aan de eerste alinea wordt de volgende zin toegevoegd:

„Voor het verkoopseizoen 2005/2006 worden deze afrekeningen vóór 28 februari 2007 bepaald.”;

 

ii)

aan de tweede alinea wordt de volgende zin toegevoegd:

„Voor het verkoopseizoen 2005/2006 vindt deze betaling vóór 15 april 2007 plaats.”.

HOOFDSTUK III

SLOTBEPALING

Artikel 13

Inwerkingtreding

Deze verordening treedt in werking op de derde dag volgende op die van haar bekendmaking in het Publicatieblad van de Europese Unie.

Zij is van toepassing met ingang van 1 juli 2006. De artikelen 1, 3, 11, punt 3), en artikel 12, punt 1), zijn evenwel van toepassing met ingang van de datum van inwerkingtreding.

Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.

Gedaan te Brussel, 27 maart 2006.

Voor de Commissie

Mariann FISCHER BOEL

Lid van de Commissie

 

 

BIJLAGE I

Coëfficiënten als bedoeld in artikel 3, lid 2, onder a)

 

Lidstaat

Coëfficiënten

België

0,8558

Tsjechië

0,9043

Denemarken

0,8395

Duitsland

0,8370

Griekenland

0,8829

Spanje

0,8993

Frankrijk (Europees Frankrijk)

0,8393

Frankrijk (overzeese departementen)

0,8827

Ierland

0,8845

Italië

0,8621

Letland

0,9136

Litouwen

0,9141

Hongarije

0,9061

Nederland

0,8475

Oostenrijk

0,8522

Polen

0,8960

Portugal (vasteland)

0,8852

Portugal (Azoren)

0,8845

Slovenië

0,8844

Slowakije

0,8833

Finland

0,8841

Zweden

0,8845

Verenigd Koninkrijk

0,8834

 

BIJLAGE II

Deel A:   Overgangsquota suiker als bedoeld in artikel 9, lid 1

 

Lidstaat

Overgangsquotum suiker 2006/2007

(in ton witte suiker)

Spanje

324 000

Italië

121 187

Portugal

52 593

Totaal

497 780

Deel B:   Overgangsquota isoglucose als bedoeld in artikel 9, lid 2

 

Lidstaat

Overgangsquotum isoglucose 2006/2007

(in ton droge stof)

België

17 898

Duitsland

8 847

Griekenland

3 223

Spanje

20 645

Frankrijk

4 962

Italië

5 076

Hongarije

34 407

Nederland

2 275

Polen

6 695

Portugal

2 479

Slowakije

10 637

Finland

2 968

Verenigd Koninkrijk

6 809

Totaal

126 921

Deel C:   Overgangsquota inulinestroop als bedoeld in artikel 9, lid 3

 

Lidstaat

Overgangsquotum inulinestroop 2006/2007

(in ton droge stof, uitgedrukt in wittesuikerequivalent/isoglucose-equivalent)

België

53 812

Frankrijk

6 130

Nederland

20 238

Totaal

80 180

 

BIJLAGE III

In het kader van de overgangsmaatregelen geldende traditionele raffinagebehoeften als bedoeld in artikel 10

 

Lidstaat

In het kader van de overgangsmaatregelen geldende traditionele raffinagebehoeften 2006/2007

(in ton witte suiker)

Frankrijk

74 157

Portugal

72 908

Slovenië

4 896

Finland

14 981

Verenigd Koninkrijk

282 145

Totaal

479 087

 

Deze samenvatting is overgenomen van EUR-Lex.