Aanbeveling 2009/531 - Actualisering voor 2009 van de globale richtsnoeren voor het economische beleid van de lidstaten en de EG en inzake de tenuitvoerlegging van het werkgelegenheidsbeleid van de lidstaten

1.

Wettekst

15.7.2009   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 183/1

 

AANBEVELING VAN DE RAAD

van 25 juni 2009

inzake de actualisering voor 2009 van de globale richtsnoeren voor het economische beleid van de lidstaten en de Gemeenschap en inzake de tenuitvoerlegging van het werkgelegenheidsbeleid van de lidstaten

(2009/531/EG)

DE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE,

Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap, en met name op artikel 99, lid 2, en artikel 128, lid 4,

Gezien de aanbeveling van de Commissie,

Gezien de conclusies van de Europese Raad van 13 en 14 maart 2009,

Gezien het advies van het Comité voor de werkgelegenheid,

Overwegende hetgeen volgt:

 

(1)

De Raad heeft op 12 juli 2005 Aanbeveling 2005/601/EG inzake de globale richtsnoeren voor het economische beleid van de lidstaten en de Gemeenschap (2005-2008) (1), en Beschikking nr. 2005/600/EG betreffende de richtsnoeren voor het werkgelegenheidsbeleid van de lidstaten (2) aangenomen, die samen de „geïntegreerde richtsnoeren voor groei en werkgelegenheid” vormen. De lidstaten werd verzocht in hun nationale hervormingsprogramma (hierna „NHP” genoemd) met betrekking tot het economische beleid en het werkgelegenheidsbeleid rekening te houden met de geïntegreerde richtsnoeren voor groei en werkgelegenheid.

 

(2)

Door de Europese Raad van het voorjaar 2006, 2007 en 2008 zijn vier gebieden voor prioritaire actie vastgesteld en bevestigd (O&O en innovatie, ondernemingsklimaat, arbeidskansen en een geïntegreerd energie/infrastructuurbeleid), die de pijlers van de hernieuwde Lissabonstrategie vormen. Voor elk van deze gebieden werd een beperkt aantal specifieke acties afgesproken en de Europese Raad drong er bij de lidstaten op aan deze binnen de gestelde termijn uit te voeren.

 

(3)

Overeenkomstig de conclusies van de Europese Raad van het voorjaar 2006, dienen de lidstaten jaarverslagen in over de tenuitvoerlegging van de nationale hervormingsprogramma’s (hierna „voortgangsverslagen” genoemd).

 

(4)

Op basis van de analyse van de Commissie werd in 2007 en in 2008 een aantal landenspecifieke aanbevelingen aan de lidstaten geformuleerd.

 

(5)

Om de Lissabonstrategie voor groei en werkgelegenheid op coherente, geïntegreerde wijze uit te voeren, werden deze aanbevelingen gebundeld in één instrument. Deze aanpak weerspiegelde de geïntegreerde structuur van de NHP’s en de voortgangsverslagen, alsmede het feit dat de werkgelegenheidsrichtsnoeren verenigbaar moeten zijn met de globale richtsnoeren voor het economische beleid van artikel 99, lid 2, van het Verdrag, zoals beklemtoond wordt in artikel 128, lid 2.

 

(6)

De Europese Raad van het voorjaar 2008 gaf het startschot voor een tweede cyclus van de hernieuwde Lissabonstrategie, die in 2010 wordt afgerond. De Raad heeft op 14 mei 2008 Aanbeveling 2008/390/EG inzake de globale richtsnoeren voor het economisch beleid van de lidstaten en de Gemeenschap (2008-2010) (3), en op 15 juli 2008 Beschikking 2008/618/EG betreffende de richtsnoeren voor het werkgelegenheidsbeleid van de lidstaten (4) aangenomen, die samen de huidige „geïntegreerde richtsnoeren voor groei en werkgelegenheid” vormen.

 

(7)

Vervolgens hebben de lidstaten hun NHP bevestigd of bijgesteld of een nieuw NHP opgesteld, en in oktober 2008 samen met een voortgangsverslag ingediend bij de Commissie. Om de coördinatie van de hervormingen te verbeteren en het multilaterale toezicht in de Raad te verscherpen, verzocht de Europese Raad van het voorjaar 2008 de lidstaten om in hun NHP en de bijbehorende jaarverslagen over de uitvoering ervan gedetailleerde, concrete beleidsmaatregelen op te nemen als uitwerking van de geïntegreerde richtsnoeren, de landenspecifieke aanbevelingen en de „aandachtspunten”.

 

(8)

In verband met de huidige economische neergang heeft de Europese Raad in 2008, op voorstel van de Commissie, een Europees economisch herstelplan goedgekeurd (hierna het „herstelplan” genoemd). Dit plan bevat gecoördineerde budgettaire stimuleringsmaatregelen binnen het stabiliteits- en groeipact, om de vraag te stimuleren en het vertrouwen te herstellen, waarbij rekening wordt gehouden met de uitgangspositie van de verschillende lidstaten en met de maatregelen die zij al hebben getroffen naar aanleiding van de economische problemen. Het herstelplan gaat ervan uit dat de budgettaire stimuleringsmaatregelen vergezeld gaan van versnelde structurele hervormingen, die passen in de Lissabonstrategie, om de economie en het groeipotentieel van de Unie op lange termijn te stimuleren, met name door de overgang naar een CO2-arme kenniseconomie te bevorderen. Het bevat ook voorstellen om de arbeidsmarkten in de Europese Unie te stimuleren, met name door de tenuitvoerlegging van een geïntegreerd „flexizekerheids”-beleid, toegespitst op activeringsmaatregelen en competenties. Deze zijn onontbeerlijk om de inzetbaarheid te vergroten en te zorgen voor snelle re-integratie op de arbeidsmarkt.

 

(9)

De Commissie en de Raad zullen de naar aanleiding van de economische neergang genomen maatregelen beoordelen overeenkomstig de beginselen van het door de Europese Raad goedgekeurde herstelplan, waarmee onder meer de verslechterende begrotingssituatie moet kunnen worden hersteld, het begrotingsbeleid wordt verbeterd en de houdbaarheid van de overheidsfinanciën op lange termijn wordt gewaarborgd.

 

(10)

De in Aanbeveling 2008/399/EG van de Raad van 14 mei 2008 inzake de actualisering voor 2008 van de globale richtsnoeren voor het economische beleid van de lidstaten en de Gemeenschap en inzake de uitvoering van het werkgelegenheidsbeleid van de lidstaten (5) gedane landenspecifieke aanbevelingen moeten thans worden bijgesteld in het licht van de voortgang die is gemaakt met de uitvoering van de NHP, en op basis van de uitgangspunten van het herstelplan. Deze aanbevelingen moeten snel worden uitgevoerd. De Commissie verleent bijstand in het kader van het Lissabonpartnerschap en zal de vorderingen volgen en daarover regelmatig verslag uitbrengen.

 

(11)

Voor een volledige uitvoering van de Lissabonstrategie voor groei en werkgelegenheid moet deze aanbeveling ook specifieke aanbevelingen bevatten voor de lidstaten die deel uitmaken van de eurozone.

 

(12)

Het Europees Parlement heeft een resolutie met betrekking tot deze aanbeveling aangenomen (6),

BEVEELT AAN dat de lidstaten maatregelen nemen overeenkomstig de in de bijlage geschetste richtsnoeren.

Gedaan te Luxemburg, 25 juni 2009.

Voor de Raad

De voorzitter

  • L. 
    MIKO
 

  • (6) 
    Advies van 11 maart 2009 (nog niet bekendgemaakt in het Publicatieblad).
 

BIJLAGE

BELGIË

 

1.

De bbp-groei is in 2008 aanzienlijk vertraagd, tot 1,3 %. Dit is te wijten aan de afnemende buitenlandse vraag en de zwakke binnenlandse vraag, die voornamelijk verband houden met de hoge inflatie en de gevolgen van de financiële crisis. De economische situatie zal naar verwachting in 2009 nog aanzienlijk verslechteren. De inflatie wordt voor 2008 geraamd op ongeveer 4,5 %, bijna tweemaal zo hoog als in 2007, wat voornamelijk het gevolg is van de hogere binnenlandse energieprijzen. Een daling van de wereldenergieprijzen zou in 2009 tot minder inflatie moeten leiden. Voor 2008 verwacht de Commissie een overheidstekort van 0,9 % van het bbp. De brutoschuld bedraagt in 2008 naar verwachting 88 % van het bbp. Het traditionele overschot op de lopende rekening is in 2008 omgeslagen in een tekort dat naar verwachting in 2009 zal oplopen.

 

2.

De werkgelegenheidsgroei was positief in 2008 en het werkloosheidscijfer is gedaald tot 6,9 %. De vooruitzichten voor 2009 zijn echter veel minder gunstig: de werkloosheid neemt toe. De auto- en de staalindustrie en de financiële sector worden het hardst getroffen door de crisis.

 

3.

Naar aanleiding van de financiële crisis en in het kader van een gecoördineerde aanpak binnen de Europese Unie heeft België maatregelen genomen ter ondersteuning van de financiële sector, om de banksector te stabiliseren. Deze maatregelen moeten tevens de toegang tot financiering verbeteren en aldus de economie in ruimere zin steunen, wat de macro-economische stabiliteit ten goede zal komen. Daarnaast heeft België naar aanleiding van de economische neergang onlangs maatregelen aangekondigd in de vorm van financiële steun voor het mkb.

 

4.

De Commissie zal de maatregelen die België heeft genomen naar aanleiding van de economische neergang, toetsen aan de beginselen van het door de Europese Raad overeengekomen herstelplan. Wat de overheidsfinanciën betreft, zullen de Commissie en de Raad het geactualiseerde stabiliteitsprogramma op zijn verenigbaarheid met het stabiliteits- en groeipact beoordelen. Voorts dienen de in punt 7 aanbevolen maatregelen snel ten uitvoer te worden gelegd, met name om de overgang naar een CO2-arme economie te stimuleren en het groeipotentieel voor de lange termijn te verhogen.

 

5.

België is doorgegaan met de tenuitvoerlegging van zijn nationale hervormingsprogramma. Er zijn maatregelen aangekondigd om de belasting op arbeid verder te verlagen door middel van een verhoging van het belastingvrije inkomen voor lage en middeninkomens, maar er zijn wellicht meer maatregelen nodig. Extra inspanningen zijn nodig om de arbeidsmarkt te stimuleren, met name voor oudere werknemers en kansarme groepen, de houdbaarheid van de overheidsfinanciën op lange termijn te waarborgen, de concurrentie op de gas- en elektriciteitsmarkt te bevorderen en de resultaten op het gebied van O&O te verbeteren.

 

6.

De Belgische economie is op export gericht, en dus is het bijzonder belangrijk het concurrentievermogen op peil te houden. Het is cruciaal dat de ontwikkeling van de arbeidskosten per eenheid product gelijke tred houdt met die van de belangrijkste handelspartners. Het kostenconcurrentievermogen is in 2008 echter verslechterd. Meer concurrentie op de gas- en elektriciteitsmarkt zou goed zijn. Verdere investeringen in O&O en opleidingsniveau zijn belangrijk om de productiviteit sneller te doen groeien en het concurrentievermogen te bevorderen. Geringe arbeidsmarktparticipatie, toenemende vergrijzingsuitgaven en een hoge overheidsschuld vormen een risico voor de houdbaarheid van de overheidsfinanciën op lange termijn. Daarom moeten de primaire overschotten omhoog en moet het beleid gericht zijn op de bevordering van de groei en de werkgelegenheid. Met een geïntegreerde aanpak van de structurele hervormingen zou België sneller resultaten kunnen boeken. De tenuitvoerlegging van het energie- en klimaatveranderingspakket, dat door de Europese Raad is goedgekeurd, moet van nabij worden gevolgd.

 

7.

Op basis van het oordeel van de Commissie over de vorderingen die zijn gemaakt, doet de Raad België de aanbeveling door te gaan met de tenuitvoerlegging van de structurele hervormingen. Met name wordt aanbevolen dat België:

 

de belastingdruk op arbeid verder verlaagt, met name door de belastingwig bij laagbetaalden te verkleinen, en op middellange termijn de uitgaven beter gaat beheersen om de begrotingsconsolidatie te bevorderen;

 

meer mededinging op de gas- en elektriciteitsmarkten creëert door mededingingsbevorderende regelgeving vast te stellen, met volledig onafhankelijke en krachtdadige reguleringsinstanties, en de maatregelen ten aanzien van transportnetbeheerders en distributienetbeheerders handhaaft;

 

in het kader van een geïntegreerde „flexizekerheids”-aanpak de gecoördineerde beleidsmaatregelen om de werking van de arbeidsmarkt te verbeteren, sneller uitvoert, de werkloosheidsuitkeringen herziet om ervoor te zorgen dat werklozen gemakkelijker snel terugkeren op de arbeidsmarkt, de arbeidsmarktparticipatie verhoogt (met name voor oudere werknemers en werknemers met een migrantenachtergrond), regionale verschillen verkleint en ervoor zorgt dat in alle regio’s meer mensen een leven lang blijven leren.

BULGARIJE

 

1.

Aangestuurd door een sterke binnenlandse vraag steeg de groei van het bbp in Bulgarije tot 7 % voor de eerste negen maanden van 2008, waardoor het bbp per capita op ongeveer 40 % van het EU-gemiddelde kwam te liggen. Naar verwachting zal de groei in 2009 aanzienlijk afnemen onder invloed van de snel verslechterende externe situatie en de strengere leningsvoorwaarden. Op gang gebracht door de exogene stijging van de grondstoffenprijzen en opgestuwd door de binnenlandse vraag en sterke loonstijgingen, die de groei van de productiviteit ver overtroffen, bereikte de gemiddelde jaarinflatie in 2008 een recordhoogte van 12 %. De inflatie vertoont een neerwaartse trend, maar zal waarschijnlijk boven het EU-gemiddelde blijven. De begrotingssituatie is nog steeds sterk, met een begrotingsoverschot van ruim 3 % van het bbp in 2008, zowel als gevolg van een gunstige samenstelling van de groei als door een betere belastinginning. De grote binnenlandse vraag naar particuliere investeringen, die de invoer van investeringsgoederen heeft opgedreven, heeft er echter toe bijgedragen dat het tekort op de lopende rekening oploopt. Het tekort op de lopende rekening is groot, bijna 25 % van het bbp.

 

2.

De werkgelegenheid is in 2008 met ruim 3 % toegenomen, maar dit groeitempo zal de komende twee jaar afnemen. De werkloosheid is in 2008 gedaald tot 6 %, maar zal in 2009 naar verwachting weer iets toenemen. Door de recente verslechtering van het ondernemingsklimaat en de afgenomen vraag in verschillende sectoren, zoals de be- en verwerkende industrie en de bouw, zal de werkgelegenheid in deze en aanverwante economische sectoren waarschijnlijk afnemen.

 

3.

Bulgarije heeft een op stabiliteit gericht macro-economisch en budgettair beleid gevoerd, en heeft onlangs maatregelen aangekondigd, waaronder de bevordering van de mededinging in de energie- en de detailhandelssector.

 

4.

De Commissie zal de maatregelen die Bulgarije heeft genomen naar aanleiding van de economische neergang, toetsen aan de beginselen van het door de Europese Raad overeengekomen herstelplan. Wat de overheidsfinanciën betreft, hebben de Commissie en de Raad het geactualiseerde convergentieprogramma op zijn verenigbaarheid met het stabiliteits- en groeipact beoordeeld. Bulgarije dient in dit verband een strak begrotingsbeleid te blijven voeren en dringend de macro-economische onevenwichtigheden te verhelpen. Voorts dienen de in punt 7 aanbevolen maatregelen snel ten uitvoer te worden gelegd, met name om de overgang naar een CO2-arme economie te stimuleren en het groeipotentieel voor de lange termijn te verhogen.

 

5.

Bulgarije is doorgegaan met de tenuitvoerlegging van zijn nationale hervormingsprogramma. Er is slechts langzaam vooruitgang geboekt. In de tweede helft van het jaar heeft de regering wel een aantal besluiten heeft genomen om het tempo op te voeren. Bulgarije heeft het voorzichtige begrotingsbeleid voortgezet, maar de doeltreffendheid van de overheidsuitgaven kan nog worden verbeterd. Er zijn ook stimuleringsmaatregelen genomen om de organisatie en de kwaliteit van het onderwijs te verbeteren, maar om het bestuur en de resultaten te verbeteren is verdere modernisering geboden. Er zijn meer inspanningen nodig om de efficiëntie en de doeltreffendheid van het openbaar bestuur te verbeteren. De aangekondigde onafhankelijke functionele evaluatie dient snel te geschieden om de uitvoering van de maatregelen aanzienlijk te verbeteren. Er is tevens nog veel ruimte voor verbetering bij het terugdringen van de bureaucratie, het investeren in competenties en het hervormen van het openbare O&O-systeem.

 

6.

Vanwege de wereldwijde financiële en economische crisis is het voor Bulgarije nog belangrijker de macro-economische zwakke punten (hoge inflatie en een groot tekort op de lopende rekening) aan te pakken door het strakke begrotingsbeleid te handhaven en vaart te zetten achter de structurele hervormingen, zodat de concurrentiepositie wordt versterkt. Het tempo van de uitvoering moet worden opgevoerd, wil Bulgarije zijn voornamelijk op kostenvoordelen gebaseerde economie omvormen tot een productievere, kennisintensieve economie. In de huidige economische en financiële situatie zijn deze hervormingen ook essentieel voor het behoud van het concurrentievermogen van de Bulgaarse economie. De effectieve uitvoering van de vereiste hervormingen valt of staat met het vermogen van Bulgarije om snel de efficiëntie en de doeltreffendheid van het openbaar bestuur te verbeteren. De tenuitvoerlegging van het energie- en klimaatveranderingspakket, dat door de Europese Raad is goedgekeurd, moet van nabij worden gevolgd.

 

7.

Op basis van het oordeel van de Commissie over de vorderingen die zijn gemaakt, doet de Raad Bulgarije de aanbeveling door te gaan met de tenuitvoerlegging van de structurele hervormingen. Met name wordt aanbevolen dat Bulgarije:

 

met spoed de efficiëntie en de doeltreffendheid van het openbaar bestuur verder verbetert, door zich met name te richten op de kerntaken van de overheid, zoals de mededinging, de toezichthoudende en regelgevende instanties, en op het gerechtelijk apparaat, en alle maatregelen blijft nemen die nodig zijn voor een doeltreffende financiële controle en een goed beheer van de structuurfondsen;

 

een strak begrotingsbeleid blijft voeren, de kwaliteit en de efficiëntie van de overheidsuitgaven verbetert, zorgt dat de loonontwikkeling gelijke tred houdt met de productiviteitswinst, en meer daadwerkelijke mededinging creëert om het concurrentievermogen te versterken en het gebrek aan extern evenwicht tegen te gaan;

 

snel nieuwe maatregelen vaststelt en toepast om de bureaucratie op centraal en lokaal niveau wezenlijk te verminderen, en proceduretermijnen verkort om het ondernemingsklimaat te verbeteren, wat ook de strijd tegen corruptie ten goede zal komen;

 

in het kader van een geïntegreerde „flexizekerheids”-benadering de kwaliteit van het arbeidsaanbod en de arbeidsparticipatie verbetert door middel van een efficiënter, effectiever en doelgerichter actief arbeidsmarktbeleid en door het onderwijsbestel verder te moderniseren en aan te passen om het niveau van het onderwijs beter te laten aansluiten bij de behoeften van de arbeidsmarkt, en zorgt voor minder schooluitval.

TSJECHIË

 

1.

De bbp-groei zal naar verwachting in 2008 zijn afgenomen tot 4 %, en de Commissie verwacht voor 2009 een verdere vertraging. De gemiddelde inflatie, die op jaarbasis 6,3 % bedroeg, vertoont nu een dalende lijn als gevolg van de eerdere belastingverhogingen en de lagere energieprijzen. Het begrotingstekort is de afgelopen jaren gedaald tot 1,2 % van het bbp in 2008. Het tekort op de lopende rekening bedroeg in 2008 ongeveer 1 % van het bbp en er is een aanzienlijk handelsoverschot.

 

2.

De participatiegraad is sinds 2005 met 1,8 procentpunt gestegen en bedroeg in 2008 66,6 %. Het werkloosheidspercentage is in het derde kwartaal van 2008 gedaald tot 4,3 %, het laagste cijfer in twaalf jaar. De huidige prognoses laten een bescheiden afname van de werkgelegenheidsgroei en een toename van de werkloosheid zien. De afnemende buitenlandse vraag zal waarschijnlijk vooral gevolgen hebben voor de werkgelegenheid in de auto-industrie en andere op export gerichte sectoren.

 

3.

De Commissie zal de maatregelen die Tsjechië heeft genomen naar aanleiding van de economische neergang, toetsen aan de beginselen van het door de Europese Raad overeengekomen herstelplan. Wat de overheidsfinanciën betreft, hebben de Commissie en de Raad het geactualiseerde convergentieprogramma op zijn verenigbaarheid met het stabiliteits- en groeipact beoordeeld. Voorts dienen de in punt 6 aanbevolen maatregelen snel ten uitvoer te worden gelegd, met name om de overgang naar een CO2-arme economie te stimuleren en het groeipotentieel voor de lange termijn te verhogen.

 

4.

Tsjechië is doorgegaan met de tenuitvoerlegging van zijn nationale hervormingsprogramma. Er zijn een aantal hervormingen doorgevoerd om de houdbaarheid van de overheidsfinanciën op lange termijn te verbeteren, de administratieve lasten te verminderen, de investeringen in O&O te verhogen, het onderwijsstelsel te hervormen, een strategie inzake actief ouder worden vast te stellen en een „flexizekerheids”-aanpak te ontwikkelen voor de hervorming van de arbeidsmarkt. Er zijn extra inspanningen nodig om de toegang tot financiering te verbeteren, de investeringen in O&O verder te verhogen, de handhaving van intellectuele-eigendomsrechten te verbeteren en kansarme groepen te integreren in de arbeidsmarkt.

 

5.

De bevolking van Tsjechië is een van de snel vergrijzende bevolkingen van de Europese Unie, wat grote gevolgen zal hebben voor het pensioenstelsel en de gezondheidszorg. De belangrijkste structurele opgaven zijn dan ook de houdbaarheid van de overheidsfinanciën op lange termijn te waarborgen en de economie om te schakelen naar een kenniseconomie. Als deze structurele opgaven goed worden aangepakt, zal het groeipotentieel toenemen, de werkgelegenheid groeien en de economie beter bestand zijn tegen externe schokken. Hiervoor zijn verdere hervormingen nodig op het gebied van O&O, innovatie, onderwijs en opleiding, een meer geïntegreerde „flexizekerheids”-aanpak van arbeidsmarkthervorming, en een verdere verbetering van het ondernemingsklimaat. De tenuitvoerlegging van het energie- en klimaatveranderingspakket, dat door de Europese Raad is goedgekeurd, moet van nabij worden gevolgd.

 

6.

Op basis van het oordeel van de Commissie over de vorderingen die zijn gemaakt, doet de Raad Tsjechië de aanbeveling door te gaan met de tenuitvoerlegging van de structurele hervormingen. Met name wordt aanbevolen dat Tsjechië:

 

de houdbaarheid van de overheidsfinanciën op de lange termijn verbetert en verdergaat met de hervorming van het pensioenstelsel en de gezondheidszorg;

 

zijn inspanningen intensiveert om de samenwerking tussen bedrijfsleven, universiteiten en openbare onderzoeksinstellingen te verbeteren, bevordert dat meer personele middelen voor O&O beschikbaar komen, en meer publieke middelen aan O&O spendeert en die efficiënter aanwendt zodat het landelijke streefcijfer voor O&O-uitgaven wordt gehaald;

 

met een geïntegreerde „flexizekerheids”-aanpak de werkgelegenheidsbescherming verder moderniseert, de doelmatigheid en kansgelijkheid in onderwijs en opleiding verbetert, met name het vermogen om in te spelen op de arbeidsmarktbehoeften, en stimulansen geeft om te investeren in opleiding, in het bijzonder voor oudere werknemers en laaggeschoolden.

DENEMARKEN

 

1.

De bbp-groei is in 2008 aanmerkelijk vertraagd. De neerwaartse correctie van de huizenprijzen heeft de binnenlandse vraag getemperd, waardoor de particuliere consumptie en de bouwactiviteit zijn afgenomen. Door de strengere financieringsvoorwaarden zullen de huizenprijzen waarschijnlijk sneller dalen, waardoor het effect van de mondiale groeivertraging op de economie nog erger wordt. De inflatie is door de hogere energie- en voedselprijzen opgedreven tot een gemiddelde van 3,6 % in 2008, maar begint nu af te nemen. Het begrotingsoverschot zou in 2008 boven de 3 % van het bbp kunnen uitkomen, maar zal in 2009 aanzienlijk verslechteren tot een begrotingssituatie die vrijwel in evenwicht is. Denemarken heeft in 2008 en in 2009 waarschijnlijk een klein overschot op de lopende rekening.

 

2.

De werkgelegenheid is in 2008 toegenomen, maar zal naar verwachting in 2009 weer afnemen. Ook de werkloosheid is in de laatste maanden van 2008 gestegen en zal in 2009 waarschijnlijk oplopen. Hoewel dit de krapte op de arbeidsmarkt op de korte termijn wegneemt, blijft het van belang de resterende tekorten aan arbeidskrachten te verhelpen en de mobiliteit op de arbeidsmarkt verder te bevorderen. Voor de middellange termijn gaat het er vooral om de omvang van de werkende bevolking te vergroten en het opleidingsniveau beter af te stemmen op de vraag; op de kortere termijn kunnen maatregelen op dit gebied worden geschraagd met een belastinghervorming.

 

3.

Naar aanleiding van de financiële crisis en in het kader van een gecoördineerde aanpak binnen de Europese Unie heeft Denemarken maatregelen genomen ter ondersteuning van de financiële sector, om de banksector te stabiliseren. Deze maatregelen moeten tevens de toegang tot financiering verbeteren en aldus de economie in ruimere zin steunen, wat de macro-economische stabiliteit ten goede zal komen. Daarnaast vertoont het algemene begrotingsbeleid een expansie met ongeveer 1 % van het bbp, waaronder belastingverlagingen en verhogingen van de uitgaven vanaf 2009.

 

4.

De Commissie zal de maatregelen die Denemarken heeft genomen naar aanleiding van de economische neergang, toetsen aan de beginselen van het door de Europese Raad overeengekomen herstelplan. Wat de overheidsfinanciën betreft, hebben de Commissie en de Raad het geactualiseerde convergentieprogramma op zijn verenigbaarheid met het stabiliteits- en groeipact beoordeeld.

 

5.

Denemarken is doorgegaan met de tenuitvoerlegging van zijn nationale hervormingsprogramma. Er is verdere vooruitgang geboekt met de eerdere hervormingsplannen, met name met de stimulering van het arbeidsaanbod en de verlaging van de marginale belastingtarieven vanaf 2009. In het licht van de vergrijzing van de bevolking worden verdere belasting- en arbeidsmarkthervormingen voorbereid.

 

6.

Voor het groeipotentieel van Denemarken is het cruciaal dat het arbeidsaanbod en de arbeidsproductiviteit toeneemt, en dat het rendement van investeringen in menselijk kapitaal, onderzoek en innovatie hoger wordt. Het effect van de vergrijzing op het arbeidsaanbod begint merkbaar te worden en hervormingen zijn noodzakelijk om de arbeidsparticipatie te bevorderen en mensen aan te moedigen meer uren te werken. Een andere punt is dat de concurrentie moet worden gestimuleerd om de betrekkelijk hoge consumentenprijzen in Denemarken te verlagen. De tenuitvoerlegging van het energie- en klimaatveranderingspakket, dat door de Europese Raad is goedgekeurd, moet van nabij worden gevolgd.

DUITSLAND

 

1.

De bbp-groei is in Duitsland in 2008 vertraagd tot 1,3 %, tegen 2,5 % in 2007, doordat de mondiale neergang een sterke daling van de exportgroei tot gevolg had. Voorts zullen de striktere financieringsvoorwaarden en de verslechterde economische vooruitzichten waarschijnlijk de investeringen afremmen. De economische activiteit zal dus naar verwachting in 2009 sterk vertragen. De inflatie liep in het kielzog van de stijging van de grondstoffenprijzen op tot 3,2 %, maar zal naar verwachting in 2009 weer dalen. De begroting was in 2008 nagenoeg in evenwicht en zal volgens de Commissie in 2009 waarschijnlijk een tekort van bijna 3 % vertonen. De toename van het prijsconcurrentievermogen in de afgelopen jaren heeft in 2008 geleid tot een overschot op de lopende rekening van ruim 7 % van het bbp.

 

2.

De werkgelegenheid is in 2008 met 1,3 % toegenomen, maar de economische groeivertraging zal naar verwachting in 2009 ook merkbaar worden op de arbeidsmarkt en tot werkloosheid leiden. Als gevolg van de voortdurende inkrimping van het arbeidsaanbod en de vergrijzing zullen ondernemingen wellicht proberen hun hoogopgeleide personeel te behouden, waardoor vooral laagopgeleiden en tijdelijke arbeidskrachten te maken krijgen met ontslagen.

 

3.

Naar aanleiding van de financiële crisis en in het kader van een gecoördineerde aanpak binnen de Europese Unie heeft Duitsland maatregelen genomen ter ondersteuning van de financiële sector, om de banksector te stabiliseren. Deze maatregelen moeten tevens de toegang tot financiering verbeteren en aldus de economie in ruimere zin steunen, wat de macro-economische stabiliteit ten goede zal komen. Daarnaast heeft Duitsland naar aanleiding van de economische neergang diverse maatregelen genomen, zoals investeringen in onderwijsinfrastructuur en andere infrastructuur, het zorgen voor beschikbaar zakelijk krediet, de verlaging van belastingen en socialezekerheidsbijdragen en maatregelen om ontslagen te voorkomen en de kwalificaties te verbeteren.

 

4.

De Commissie zal de maatregelen die Duitsland heeft genomen naar aanleiding van de economische neergang, toetsen aan de beginselen van het door de Europese Raad overeengekomen herstelplan. Wat de overheidsfinanciën betreft, hebben de Commissie en de Raad het geactualiseerde stabiliteitsprogramma op zijn verenigbaarheid met het stabiliteits- en groeipact beoordeeld. Voorts dienen de in punt 7 aanbevolen maatregelen snel ten uitvoer te worden gelegd, met name om de overgang naar een CO2-arme economie te stimuleren en het groeipotentieel voor de lange termijn te verhogen.

 

5.

Duitsland is doorgegaan met de tenuitvoerlegging van zijn nationale hervormingsprogramma. Er is een aantal positieve maatregelen genomen om de kennismaatschappij gestalte te geven, milieu-innovatie te bevorderen en de arbeidsmarkt te hervormen. Er zijn goede vorderingen gemaakt ten aanzien van de middellangetermijn-begrotingsdoelstelling en de kwaliteit van de overheidsfinanciën. Er zijn extra maatregelen nodig om de concurrentie in de dienstensector te bevorderen, het ondernemingsklimaat te verbeteren en de structurele werkloosheid terug te dringen.

 

6.

Als de productiviteitsgroei verbetert en de hoge werkloosheid onder laagopgeleiden, vooral in het oosten, wordt aangepakt, kan Duitsland ook in de toekomst economisch goed presteren. De verbeteringen op het gebied van O&O en innovatie zullen daartoe bijdragen. Met een betere werking van de dienstenmarkten, met name die voor professionele diensten, diensten in de energiesector en spoorwegdiensten, en een beter ondernemingsklimaat zou het groeipotentieel van de Duitse economie echter nog groter worden. De tenuitvoerlegging van het energie- en klimaatveranderingspakket, dat door de Europese Raad is goedgekeurd, moet van nabij worden gevolgd.

 

7.

Op basis van het oordeel van de Commissie over de gemaakte vorderingen, beveelt de Raad Duitsland aan door te gaan met de uitvoering van de structurele hervormingen. Met name wordt aanbevolen dat Duitsland:

 

zorgt voor meer concurrentie in de dienstensector, door de procedures voor overheidsopdrachten te verbeteren, de restrictieve regels voor gereglementeerde beroepen en diensten verder te versoepelen, en de toegang tot het spoorwegnet te verbeteren;

 

verdergaat met de geplande maatregelen die de efficiëntie en de doeltreffendheid van arbeidsbemiddeling moeten verbeteren en de integratie van laagopgeleiden en langdurig werklozen in de arbeidsmarkt moeten bevorderen door middel van een „flexizekerheids”-aanpak die bestaat uit een combinatie van een betere toegang tot diploma’s en meer stimulansen om aan het werk te gaan.

ESTLAND

 

1.

Nadat het bbp in 2007 met 6,3 % was gegroeid, is de economie in 2008 gekrompen. In 2009 wordt een verdere inkrimping verwacht. Deze ontwikkeling is het gevolg van een daling van de particuliere consumptie en de investeringen, bij een hoge inflatie in het verleden en striktere leningsvoorwaarden. De inflatie neemt af nu de lonen minder stijgen en de internationale grondstoffenprijzen dalen. De overheidsfinanciën zijn duidelijk verslechterd, en ondanks een aanzienlijke beperking van de uitgaven vertoonde de begroting in 2008 een tekort, terwijl er in 2007 een overschot was van 2,7 % van het bbp. Het tekort op de lopende rekening is in 2008 aanmerkelijk afgenomen, tot 10 % van het bbp, en de Commissie verwacht dat het verder zal dalen.

 

2.

De afname van de economische bedrijvigheid leidt tot snel groeiende werkloosheid op de arbeidsmarkt. De huidige prognoses van de Commissie geven aan dat het werkloosheidspercentage, dat in 2008 ongeveer 5 % bedroeg, in 2009 hoger zal liggen. Daarbij zullen vooral de bouw-, woning- en detailhandelssector worden getroffen. Naar verwachting zullen de lonen zowel in de particuliere sector als bij de overheid minder snel stijgen of zelfs dalen. Vooral ouderen en jongeren hebben het moeilijk op de arbeidsmarkt.

 

3.

Naar aanleiding van de economische neergang heeft Estland onlangs maatregelen aangekondigd in de vorm van investeringen in infrastructuur en ter verbetering van kwalificaties.

 

4.

De Commissie zal de maatregelen die Estland heeft genomen naar aanleiding van de economische neergang, toetsen aan de beginselen van het door de Europese Raad overeengekomen herstelplan. Wat de overheidsfinanciën betreft, hebben de Commissie en de Raad het geactualiseerde convergentieprogramma op zijn verenigbaarheid met het stabiliteits- en groeipact beoordeeld. Estland dient in dit verband te streven naar begrotingsconsolidatie. Voorts dienen de in punt 7 aanbevolen maatregelen snel ten uitvoer te worden gelegd, met name om de overgang naar een CO2-arme economie te stimuleren en het groeipotentieel voor de lange termijn te verhogen.

 

5.

Estland is doorgegaan met de tenuitvoerlegging van zijn nationale hervormingsprogramma. Er is een aantal maatregelen getroffen om de resultaten op het gebied van O&O en innovatie te verbeteren, de mededinging te versterken en te bevorderen dat mensen een leven lang blijven leren. Minder ambitieus waren de begrotingsmaatregelen en de structurele hervormingen om de arbeidsmarkt aan te passen (zoals een actief arbeidsmarktbeleid), die de inflatie en de looninflatie zouden kunnen helpen beteugelen. Omdat de structuurfondsen van cruciaal belang zijn voor de financiering van de maatregelen van het nationale hervormingsprogramma, is het van belang dat de administratieve capaciteit om de programma’s uit te voeren, wordt uitgebreid.

 

6.

De export van goederen en diensten is een essentieel onderdeel van de algemene economische resultaten van het land. Er zijn dringend structurele hervormingen nodig om de verschuiving van middelen naar door de buitenlandse vraag aangedreven sectoren met een hogere toegevoegde waarde mogelijk te maken. Er moet blijvend worden geïnvesteerd in O&O, innovatie en onderwijs om het verlies aan prijsconcurrentievermogen in arbeidsintensieve sectoren te compenseren en op de middellange en lange termijn de groei van de productiviteit en de productie te waarborgen. Door de verslechterende situatie op de arbeidsmarkt zal meer aandacht moeten worden besteed aan een actief arbeidsmarktbeleid en een leven lang leren, zodat kan worden ingespeeld op de veranderende arbeidsmarktbehoeften. Een ander belangrijk aspect van het herstel van het concurrentievermogen is dat de ontwikkeling van de lonen beter wordt afgestemd op de ontwikkeling van de productiviteit. De uitvoering van het pakket arbeidsmarkthervormingen moet van nabij worden gevolgd om de arbeidsmarkt flexibeler te maken. Om de macro-economische stabiliteit te verbeteren, is er behoefte aan een vastberaden en op stabiliteit gericht begrotingsbeleid, een strikt gehandhaafd mededingingsbeleid en betere energie-efficiëntie. De tenuitvoerlegging van het energie- en klimaatveranderingspakket, dat door de Europese Raad is goedgekeurd, moet van nabij worden gevolgd.

 

7.

Op basis van het oordeel van de Commissie over de gemaakte vorderingen, beveelt de Raad Estland aan door te gaan met de uitvoering van de structurele hervormingen. Met name wordt aanbevolen dat Estland:

 

vaart zet achter de tenuitvoerlegging van het nieuwe pakket arbeidsrecht, en de efficiëntie van de publieke arbeidsvoorziening verbetert, in het bijzonder door middel van een doelgericht, actief arbeidsmarktbeleid om de mobiliteit op de arbeidsmarkt te bevorderen.

IERLAND

 

1.

Doordat de woningmarkt is ingezakt en de situatie nog werd verergerd door de financiële crisis, is het bbp in 2008 naar schatting met 2 % gekrompen (terwijl het in 2007 met 6 % was gegroeid). Daar komt nog bij dat Ierland bijzonder kwetsbaar is door de lagere groeiprognoses in zijn belangrijkste handelspartners, waardoor het reële bbp naar verwachting in 2009 verder zal krimpen. De inflatie, die midden 2008 was opgelopen tot bijna 4 % bedroeg, is in het najaar scherp gedaald en de Commissie verwacht dat zij in 2009 verder zal dalen. De overheidsfinanciën zijn verslechterd doordat er aanzienlijke minder belastingen zijn geïnd als gevolg van de correctie op de vastgoedmarkt en de recessie in ruimere zijn. In tegenstelling tot de bescheiden overschotten van de laatste tijd, was in 2008 sprake van een begrotingstekort van 6 % van het bbp, dat mogelijk nog sterk zal oplopen. De situatie op de betalingsbalans is de afgelopen jaren verslechterd als gevolg van een verlies aan kostenconcurrentievermogen, en voor 2008 verwacht de Commissie een tekort op de lopende rekening van ongeveer 6 % van het bbp, en een iets kleiner tekort voor 2009.

 

2.

De huidige arbeidsmarktramingen laten een daling van de werkgelegenheid zien voor 2008 en een verdere daling voor 2009. Verwacht wordt dat de werkloosheid in 2008 zal zijn opgelopen tot 6,5 %, en dat zij in 2009 nog verder toenemen. In vergelijking met 2007 is het gemiddelde aantal mensen met een werkloosheidsuitkering in 2008 met 40 % gestegen. Vooral in de bouwsector neemt de werkloosheid toe, met name onder jonge mannen.

 

3.

Naar aanleiding van de financiële crisis en in het kader van een gecoördineerde aanpak binnen de Europese Unie heeft Ierland maatregelen genomen ter ondersteuning van de financiële sector, om de banksector te stabiliseren. Deze maatregelen moeten tevens de toegang tot financiering verbeteren en aldus de economie in ruimere zin steunen, wat de macro-economische stabiliteit ten goede zal komen. Daarnaast heeft Ierland naar aanleiding van de economische neergang onlangs maatregelen genomen in de vorm van steun voor de woningsector en inkomenssteun voor de meest kwetsbare groepen.

 

4.

De Commissie zal de maatregelen die Ierland heeft genomen naar aanleiding van de economische neergang, toetsen aan de beginselen van het door de Europese Raad overeengekomen herstelplan. Wat de overheidsfinanciën betreft, hebben de Commissie en de Raad het geactualiseerde stabiliteitsprogramma op zijn verenigbaarheid met het stabiliteits- en groeipact beoordeeld. Voorts dienen de in punt 7 aanbevolen maatregelen snel ten uitvoer te worden gelegd, met name om de overgang naar een CO2-arme economie te stimuleren en het groeipotentieel voor de lange termijn te verhogen.

 

5.

Ierland is doorgegaan met de tenuitvoerlegging van zijn nationaal hervormingsprogramma. Er zijn maatregelen genomen om te zorgen voor meer kinderopvang en een beter opleidingsniveau. Hoewel extra inspanningen moeten worden geleverd, wordt gewerkt aan een kader voor een pensioenbeleid voor de lange termijn. De ontwikkelingen op de woningmarkt hebben een sterker negatief effect op de overheidsfinanciën en de bbp-groei gehad dan verwacht.

 

6.

Voor Ierland zijn de belangrijkste opgaven nu de gevolgen van de hausse op de woningmarkt en de financiële crisis. De Ierse economie is echter ook kwetsbaarder geworden doordat de concurrentiepositie geleidelijk is verzwakt. Er moet nu dringend voor worden gezorgd dat de groei weer evenwichtig wordt en dat het concurrentievermogen wordt hersteld met productiviteitsbevorderende maatregelen en een goed loonbeleid. Op de middellange termijn is een verdere hervorming van het pensioenstelsel nodig met het oog op de houdbaarheid. Daar de begrotingssituatie ook aanzienlijk is verslechterd, dient het herstel van de begrotingsstabiliteit op de lange termijn een prioriteit te zijn. Samen met een zorgvuldige prioritering van de overheidsuitgaven en de bevordering van hervormingen die de productiviteitsgroei middels een uitbreiding en een verbetering van het fysieke en menselijke kapitaal stimuleren, zal dit ervoor zorgen dat de Ierse economie zich beter kan aanpassen en geleidelijk weer uitkomt bij duurzame groei op middellange termijn. In dit verband is meer concurrentie, met name in de detailhandelssector nodig. De tenuitvoerlegging van het energie- en klimaatveranderingspakket, dat door de Europese Raad is goedgekeurd, moet van nabij worden gevolgd.

 

7.

Op basis van het oordeel van de Commissie over de vorderingen die zijn gemaakt, doet de Raad Ierland de aanbeveling door te gaan met de tenuitvoerlegging van de structurele hervormingen. Met name wordt aanbevolen dat Ierland:

 

geleidelijk de begrotingsstabiliteit op lange termijn herstelt;

 

een snel herstel van de duurzame middellangetermijngroei bespoedigt door middel van productiviteitsbevorderende maatregelen tot herstel van het concurrentievermogen en een goed loonbeleid.

GRIEKENLAND

 

1.

De bbp-groei is in 2008 enigszins vertraagd tot net onder de 3 %, vooral als gevolg van de afnemende buitenlandse vraag. De Commissie verwacht dat deze vertraging zich in 2009 in versterkte mate zal voortzetten vanwege de inkrimping van de woningsector en de vermindering van de investeringen. Opgedreven door de energie- en voedselprijzen liep de inflatie in 2008 op tot boven de 4 %, maar zal naar verwachting in 2009 weer afnemen. Als gevolg van teruglopende ontvangsten en, in mindere mate, een overschrijding van de uitgaven, is het begrotingstekort in 2008 opgelopen tot 3,4 % van het bbp. De brutoschuld bedraagt in 2008 naar verwachting 94 % van het bbp. De lopende rekening zal een tekort van 13,4 % van het bbp laten zien. De verwachting van de Commissie is dat dit tekort in 2009 zal afnemen.

 

2.

De werkgelegenheid is in 2008 toegenomen, hoewel het tempo van de werkgelegenheidsgroei lager lag dan in het afgelopen jaar. Voor 2009 wordt een negatieve groei verwacht. Volgens de prognoses zal de werkloosheid in 2009 oplopen tot 9 %. De financiële crisis zal waarschijnlijk het hardst aankomen in het mkb, omdat de voorwaarden voor kredietverstrekking strikter zullen worden. De gevolgen zijn al merkbaar in de bouwsector en in het zeevervoer.

 

3.

Naar aanleiding van de financiële crisis en in het kader van een gecoördineerde aanpak binnen de Europese Unie heeft Griekenland maatregelen genomen ter ondersteuning van de financiële sector, om de banksector te stabiliseren. Deze maatregelen moeten tevens de toegang tot financiering verbeteren en aldus de economie in ruimere zin steunen, wat de macro-economische stabiliteit ten goede zal komen. Daarnaast heeft Griekenland naar aanleiding van de economische neergang onlangs gerichte maatregelen aangekondigd in de vorm van steun voor het mkb en voor de economisch kwetsbare groepen in de samenleving.

 

4.

De Commissie zal de maatregelen die Griekenland heeft genomen naar aanleiding van de economische neergang, toetsen aan de beginselen van het door de Europese Raad overeengekomen herstelplan. Wat de overheidsfinanciën betreft, hebben de Commissie en de Raad de geactualiseerde stabiliteitsprogramma’s op hun verenigbaarheid met het stabiliteits- en groeipact beoordeeld. Voorts dienen de in punt 7 aanbevolen maatregelen snel ten uitvoer te worden gelegd, met name om de overgang naar een CO2-arme economie te stimuleren en het groeipotentieel voor de lange termijn te verhogen.

 

5.

Griekenland is doorgegaan met de tenuitvoerlegging van zijn nationale hervormingsprogramma. Er is een aantal maatregelen genomen om het pensioenstelsel te hervormen. De begrotingsuitglijders in 2007 maakten duidelijk dat de begrotingsconsolidatie waarmee in 2004 was begonnen, moest worden voortgezet. Griekenland heeft de hervorming van de overheidsdiensten gelukkig tot aandachtspunt van het beleid gemaakt; het resultaat hangt nu af van de daadwerkelijke uitvoering. Er moet meer werk worden gemaakt van actief arbeidsmarktbeleid en maatregelen om zwartwerk tegen te gaan, wil Griekenland de problemen op de arbeidsmarkt verhelpen. Er dient meer vaart te worden gemaakt met de hervormingen op het gebied van onderwijs en opleiding.

 

6.

De ongunstige internationale situatie maakt extra inspanningen noodzakelijk om de macro-economische onevenwichtigheden en de structurele zwakke punten van de Griekse economie aan te pakken. Om het concurrentievermogen en het groeipotentieel te verbeteren, zijn verdere structurele hervormingen van wezenlijk belang. Het beleid van Griekenland moet met name gericht zijn op investeringen in menselijk kapitaal, O&O en innovatie, verbetering van het ondernemingsklimaat, onder meer door middel van een eenloketbeleid, efficiëntere overheidsdiensten, en een duurzaam macro-economisch klimaat. Een ander belangrijk aspect van het herstel van het concurrentievermogen is dat de ontwikkeling van de lonen beter wordt afgestemd op de ontwikkeling van de productiviteit. De tenuitvoerlegging van het energie- en klimaatveranderingspakket, dat door de Europese Raad is goedgekeurd, moet van nabij worden gevolgd.

 

7.

Op basis van het oordeel van de Commissie over de vorderingen die zijn gemaakt, doet de Raad Griekenland de aanbeveling door te gaan met de tenuitvoerlegging van de structurele hervormingen. Met name wordt aanbevolen dat Griekenland:

 

streeft naar begrotingsconsolidatie op de middellange termijn en de efficiëntie van de primaire uitgaven verhoogt, vaart zet achter de lopende hervorming van de belastingdienst en de begrotingsprocedure, de schuldquote verlaagt, en zo snel mogelijk verdergaat met de hervorming van het pensioenstelsel;

 

met het oog op een betere concurrentiepositie en adequate arbeidskosten per eenheid product maatregelen neemt om de concurrentie op het gebied van de professionele dienstverlening te stimuleren, hervormingen doorvoert die leiden tot meer investeringen in O&O, en effectiever gebruikmaakt van de structuurfondsen om groeigerichte investeringsprojecten sneller uit te voeren;

 

de overheidsdiensten hervormt door voldoende capaciteit op het gebied van regelgeving, toezicht en handhaving op te bouwen, waarbij vereenvoudiging van de regelgeving voor ondernemingen en burgers vooropstaat, en door de bureaucratie terug te dringen;

 

met een geïntegreerde „flexizekerheids”-aanpak de wetgeving inzake arbeidsbescherming moderniseert, de indirecte loonkosten voor laagbetaalden verlaagt, het actieve arbeidsmarktbeleid nog intensiveert en zwartwerk omvormt tot formele werkgelegenheid, en het tempo van de hervormingen op het gebied van onderwijs en opleiding opvoert, ervoor zorgt dat meer mensen een leven lang blijven leren, en dat de overgang van niet werken naar werken soepel verloopt, met name voor jongeren.

SPANJE

 

1.

In Spanje is de reële bbp-groei in 2008 aanzienlijk afgenomen, tot 1,2 %. In 2009 wordt een verdere vertraging verwacht. Deze ontwikkeling vloeit voort uit de inkrimping van de woningbouwsector en is nog verergerd door de mondiale financiële crisis en de aanscherping van de kredietverleningsvoorwaarden, waardoor de binnenlandse vraag sterk is gedaald. De inflatie is in 2008 opgelopen tot 4,1 %, maar zal naar verwachting aanzienlijk dalen. De overheidsbegroting vertoonde in 2008 een tekort van 3,4 % van het bbp, vijf procentpunt meer dan in 2007. Het tekort op de lopende rekening bedroeg in 2008 bijna 9,5 % van het bbp maar de Commissie verwacht dat het in 2009 ook zal teruglopen.

 

2.

De werkgelegenheid is in 2008 afgenomen en dat zal ook in 2009 het geval zijn, hoewel de arbeidsparticipatie, met name van vrouwen, hoog bleef. De werkloosheid is hierdoor in 2008 opgelopen tot boven de 11 %, en voor 2009 wordt een verdere stijging verwacht tot ruim 16 %. Immigranten, jongeren en laagopgeleiden, en in het bijzonder mannen tussen 25 en 54 jaar, worden het zwaarst getroffen, en de woningbouwsector en de auto-industrie lopen het grootste gevaar.

 

3.

Naar aanleiding van de financiële crisis en in het kader van een gecoördineerde aanpak binnen de Europese Unie heeft Spanje maatregelen genomen ter ondersteuning van de financiële sector, om de banksector te stabiliseren. Deze maatregelen moeten tevens de toegang tot financiering verbeteren en aldus de economie in ruimere zin steunen, wat de macro-economische stabiliteit ten goede zal komen. Daarnaast heeft Spanje naar aanleiding van de economische neergang onlangs maatregelen aangekondigd in de vorm van investeringen in openbare werken, versoepeling van de financieringsvoorwaarden voor het mkb, en steun voor werklozen.

 

4.

De Commissie zal de maatregelen die Spanje heeft genomen naar aanleiding van de economische neergang, toetsen aan de beginselen van het door de Europese Raad overeengekomen herstelplan. Wat de overheidsfinanciën betreft, hebben de Commissie en de Raad het geactualiseerde stabiliteitsprogramma op zijn verenigbaarheid met het stabiliteits- en groeipact beoordeeld. Voorts dienen de in punt 7 aanbevolen maatregelen snel ten uitvoer te worden gelegd, met name om de overgang naar een CO2-arme economie te stimuleren en het groeipotentieel voor de lange termijn te verhogen.

 

5.

Spanje is doorgegaan met de tenuitvoerlegging van zijn nationale hervormingsprogramma. Er is vooruitgang geboekt op het gebied van betere regelgeving, de beschikbaarheid van kinderopvang, en de verbetering van de werking van de energiesector, met name wat betreft de aansluiting met de buurlanden. Er zijn extra maatregelen nodig om het onderwijsstelsel te hervormen.

 

6.

De belangrijkste opgave op de middellange termijn is door te gaan met de structurele hervormingen om de potentiële groei kracht bij te zetten, het grote tekort op de lopende rekening te corrigeren en de herstructurering van de woningmarkt mogelijk te maken. Verbetering van het concurrentievermogen staat centraal. Daartoe moet meer werk worden gemaakt van innovatie, moet de concurrentie, met name in de dienstensector, worden bevorderd, de huurmarkt beter worden gereguleerd, en de kwaliteit van het menselijk kapitaal worden verhoogd door middel van een leven lang leren en de uitvoering van de onderwijshervormingen. Voor het herstel van het concurrentievermogen is het ook belangrijk dat de loonontwikkeling in het kader van de sociale dialoog beter afgestemd wordt op de ontwikkeling van de productiviteit in het bedrijf. Een verdere verschuiving van de overheidsuitgaven naar productiviteitsverhogende activiteiten, zoals O&O en innovatie, zou de werkgelegenheid en de economische bedrijvigheid ten goede komen. Meer concurrentie in de dienstensector zou de inflatie helpen beteugelen en tot een betere kostenconcurrentiepositie van de exportsectoren leiden. De tenuitvoerlegging van het energie- en klimaatveranderingspakket, dat door de Europese Raad is goedgekeurd, moet van nabij worden gevolgd.

 

7.

Op basis van het oordeel van de Commissie over de gemaakte vorderingen, beveelt de Raad Spanje aan door te gaan met de uitvoering van de structurele hervormingen. Met name wordt aanbevolen dat Spanje:

 

een soepele overgang van niet werken naar werken bevordert door te zorgen voor meer mobiliteit, een beter opleidingsniveau en minder segmentering op de arbeidsmarkt;

 

daadwerkelijk onderwijshervormingen doorvoert, ook op regionaal niveau, met als hoofddoel de schooluitval te beperken en het aantal leerlingen dat een diploma hoger secundair onderwijs behaalt, omhoog te brengen, en ervoor zorgt dat de universiteiten zich snel aanpassen aan het Bolognaproces;

 

het concurrentievermogen verbetert door meer concurrentie te creëren in de dienstensector, waaronder professionele diensten, en de netwerkindustrieën (havens, spoorwegen, goederenvervoer, telecommunicatie en elektriciteit), en zich blijft inspannen om de efficiëntie van onderzoek en ontwikkeling nog te verbeteren. In de elektriciteitssector dient Spanje door te gaan met de afschaffing van alle tarieven om prijsdistorsies te voorkomen.

FRANKRIJK

 

1.

In Frankrijk is de bbp-groei in 2008 hoofdzakelijk door de geringe binnenlandse vraag aanzienlijk vertraagd tot 0,7 %. De groei van investeringen in kapitaal en vastgoed stagneren door de verslechterde economische vooruitzichten en strengere kredietvoorwaarden. Ook voor 2009 worden zwakke groeicijfers verwacht. De inflatie steeg in 2008 tot 3,2 %, maar zal in 2009 afnemen. Het begrotingstekort kwam in 2008 overeen met 3,2 % van het bbp. De wereldwijde groeivertraging treft de export. Mede hierdoor zal het tekort op de lopende rekening in 2008 waarschijnlijk oplopen tot ongeveer 3,8 % van het bbp. De Commissie verwacht dat het zal aanhouden.

 

2.

De werkloosheidsgroei kwam in 2008 bijna tot stilstand en wordt in 2009 naar verwachting negatief. De werkloosheid bleef in 2008 ongeveer 8 %, maar zal in 2009 waarschijnlijk oplopen. De huidige economische vertraging begint een aanzienlijke weerslag op de arbeidsmarkt te krijgen; in de industrie, en vooral in de automobielsector, gaan arbeidsplaatsen verloren.

 

3.

Naar aanleiding van de financiële crisis en in het kader van een gecoördineerde aanpak binnen de Europese Unie heeft Frankrijk maatregelen genomen ter ondersteuning van de financiële sector, om de banksector te stabiliseren. Deze maatregelen moeten tevens de toegang tot financiering verbeteren en aldus de economie in ruimere zin steunen, wat de macro-economische stabiliteit ten goede zal komen. Daarnaast heeft Frankrijk naar aanleiding van de economische neergang onlangs maatregelen aangekondigd, waaronder investeringen in de infrastructuur, energie-efficiëntie en -productie en ondersteuning van het mkb en de bouwsector.

 

4.

De Commissie zal de maatregelen die Frankrijk heeft genomen naar aanleiding van de economische neergang, toetsen aan de beginselen van het door de Europese Raad overeengekomen herstelplan. Wat de overheidsfinanciën betreft, hebben de Commissie en de Raad het geactualiseerde stabiliteitsprogramma op zijn verenigbaarheid met het stabiliteits- en groeipact beoordeeld. Voorts dienen de in punt 7 aanbevolen maatregelen snel ten uitvoer te worden gelegd, met name om de overgang naar een CO2-arme economie te stimuleren en het groeipotentieel voor de lange termijn te verhogen.

 

5.

Frankrijk is doorgegaan met de tenuitvoerlegging van zijn nationale hervormingsprogramma. Als onderdeel van een omvangrijk hervormingsprogramma zijn meerdere maatregelen getroffen, met name ten behoeve van het mkb, ICT-gebruik, O&O-prestaties, milieubeleid, hervorming van de detailhandel en de arbeidsmarkt en verbetering van de sociale dialoog en de planning van het begrotingsbeleid op middellange termijn. Er zijn aanvullende inspanningen nodig om de begrotingsconsolidatie op de middellange termijn te verbeteren, de concurrentie in de energiesector, bij het vrachtvervoer per spoor en in gereglementeerde beroepen te vergroten, het arbeidsrecht verder te moderniseren en meer kansen te scheppen op het gebied van beroepsopleiding.

 

6.

Voor Frankrijk zijn de belangrijkste opgaven op de middellange termijn het verder moderniseren van de arbeidsmarkt om de werking ervan te verbeteren en de segmentatie terug te dringen, alsmede het verbeteren van de algemene mededingingsvoorwaarden in de dienstensector en het toezicht op de vorderingen in de detailhandel. Hiervan moet werk worden gemaakt met strikte inachtneming van het door de regering aangekondigde streefcijfer van 0 % volumegroei van de staatsuitgaven. De tenuitvoerlegging van het energie- en klimaatveranderingspakket, dat door de Europese Raad is goedgekeurd, moet van nabij worden gevolgd.

 

7.

Op basis van het oordeel van de Commissie over de vorderingen die zijn gemaakt, doet de Raad Frankrijk de aanbeveling door te gaan met de tenuitvoerlegging van structurele hervormingen. Met name wordt aanbevolen dat Frankrijk:

 

de begrotingsconsolidatie en schuldvermindering op de middellange termijn versnelt door vast te houden aan zijn uitgavendoelstellingen en bovenal de 0 %-volumegroei van staatsuitgaven in acht te nemen. Dit moet samengaan met verdere verbetering van het pensioenstelsel om ervoor te zorgen dat de overheidsfinanciën ook op de lange termijn houdbaar zijn;

 

de algemene mededingingsvoorwaarden verder verbetert, met bijzondere nadruk op de netwerkindustrieën (gas, elektriciteit en vrachtvervoer per spoor), de versoepeling van restrictieve regelgeving inzake gereglementeerde sectoren en beroepen, met name in de dienstensector, en het effectief aanwenden van de bevoegdheden van de mededingingsautoriteit en de spoortoezichthouder;

 

met een geïntegreerde „flexizekerheids”-aanpak de arbeidsmarkt verder moderniseert om de segmentatie naar soort arbeidsovereenkomst te verminderen, de intrede op de arbeidsmarkt en mobiliteit ondersteunt, en de mogelijkheden om een leven lang te leren verbetert, zodat deze beter aansluiten bij de behoeften van de arbeidsmarkt.

ITALIË

 

1.

De Italiaanse economie kromp in 2008 naar schatting met 0,6 %. Hoge inflatie, negatieve welvaartseffecten en toegenomen onzekerheid hebben de particuliere consumptie gedrukt, terwijl de dalende vraag en de strengere financieringsvoorwaarden tot geringere investeringen leidden. Verder had de uitvoer te lijden van het verslechterende kostenconcurrentievermogen en de afgenomen mondiale vraag. De Commissie verwacht dat het bbp in 2009 nog eens met 2 % zal krimpen. De inflatie bereikte haar hoogtepunt in het derde kwartaal van 2008 en zal naar verwachting teruglopen. Na in 2007 te zijn gedaald tot 1,6 % van het bbp, loopt het begrotingstekort nu weer op. Verwacht wordt dat de brutoschuld in 2008 tot meer dan 105 % van het bbp is gestegen en in 2009 en 2010 nog verder zal oplopen. De Commissie verwacht dat het tekort op de lopende rekening in 2008 meer dan 2 % van het bbp beloopt, maar in 2009 en 2010 onder controle zal blijven.

 

2.

Hoewel wordt geraamd dat de werkgelegenheid in 2008 een lichte groei is blijven vertonen, zal zij in 2009 naar verwachting teruglopen. Doordat de beroepsbevolking sneller toeneemt dan de werkgelegenheid, is de werkloosheid in 2008 voor het eerst in tien jaar tijd gestegen en deze negatieve trend zal naar verwachting in 2009 doorzetten. Laagopgeleiden en werknemers met een atypisch contract behoren tot de groepen die het meeste risico lopen door de crisis te worden getroffen.

 

3.

Naar aanleiding van de financiële crisis en in het kader van een gecoördineerde aanpak binnen de Europese Unie heeft Italië maatregelen genomen ter ondersteuning van de financiële sector, om de banksector te stabiliseren. Deze maatregelen moeten tevens de toegang tot financiering verbeteren en aldus de economie in ruimere zin steunen, wat de macro-economische stabiliteit ten goede zal komen. Daarnaast heeft Italië naar aanleiding van de economische neergang maatregelen genomen om de particuliere consumptie op peil te houden, met name door huishoudens met lage inkomens en investeringen te ondersteunen.

 

4.

De Commissie zal de maatregelen die Italië heeft genomen naar aanleiding van de economische neergang, toetsen aan de beginselen van het door de Europese Raad overeengekomen herstelplan. Wat de overheidsfinanciën betreft, hebben de Commissie en de Raad het geactualiseerde stabiliteitsprogramma op zijn verenigbaarheid met het stabiliteits- en groeipact beoordeeld. Voorts dienen de in punt 7 aanbevolen maatregelen snel ten uitvoer te worden gelegd, met name om de overgang naar een CO2-arme economie te stimuleren en het groeipotentieel voor de lange termijn te verhogen.

 

5.

Italië is doorgegaan met de tenuitvoerlegging van zijn nationale hervormingsprogramma. De vooruitgang is het duidelijkst op het gebied van de begrotingsaanpassing. Er zijn maatregelen genomen om het ondernemingsklimaat te verbeteren, in het bijzonder door een aantal overbodige wetten op te heffen en de doeltreffendheid van de overheidsdiensten te verbeteren. Als streefcijfer is gekozen voor een vermindering van de administratieve lasten voor het bedrijfsleven met 25 % uiterlijk in 2012. Een project om de administratieve belasting te meten is bijna voltooid. De eerste stappen zijn genomen om tot een „flexizekerheids”-aanpak te komen en het staat nog te bezien welke effecten nieuwe maatregelen op het gebied van onderwijs en onderzoek zullen hebben. Er zijn aanvullende inspanningen nodig om de mededinging verder te verbeteren.

 

6.

De Italiaanse economie is meerdere jaren gehinderd door een zwakke groei van de productiviteit en een staatsschuld die steevast hoger was dan het bbp hoewel de schuldenlast van de bedrijven en de huishoudens relatief gering is. De staatsschuld drukt op de houdbaarheid van de begroting. De belangrijke beleidsmaatregelen die nodig zijn om het hoofd te bieden aan de productiviteitsuitdaging, omvatten ingrijpende structurele hervormingen, zoals verbetering van de mededingingsvoorwaarden, verdere bevordering van het ondernemingsklimaat door beperking van de bureaucratie op alle overheidsniveaus, verbetering van de werking van de arbeidsmarkt, en stimulering van O&O. Er moet meer aandacht worden geschonken aan het vormen van menselijk kapitaal en er moet meer gebruik worden gemaakt van onbenut arbeidspotentieel, met name in het zuiden. Voor het herstel van het concurrentievermogen is het ook belangrijk er middels verdere decentralisatie van de loonvorming voor te zorgen dat de loonontwikkeling afgestemd is op de productiviteitsontwikkeling. Teneinde voort te bouwen op de begrotingshervormingen van juli 2008, is het van belang dat de overheidsfinanciën op de middellange termijn langdurig houdbaar worden ingericht om gunstiger investeringsvoorwaarden tot stand te brengen en ruimte te scheppen voor meer investeringen in menselijk kapitaal en infrastructuur. De tenuitvoerlegging van het energie- en klimaatveranderingspakket, dat door de Europese Raad is goedgekeurd, moet van nabij worden gevolgd.

 

7.

Op basis van het oordeel van de Commissie over de gemaakte vorderingen, beveelt de Raad Italië aan door te gaan met de uitvoering van de structurele hervormingen. Met name wordt aanbevolen dat Italië:

 

de begrotingsconsolidatie op middellange termijn voortzet om de houdbaarheid van de overheidsfinanciën te verbeteren, in het bijzonder door de stijging van de lopende primaire uitgaven een halt toe te roepen en de doelmatigheid ervan te vergroten, en het toekomstige stelsel van fiscaal federalisme ontwikkelt om deze doelstelling te ondersteunen;

 

zijn inspanningen voortzet en waar mogelijk intensiveert om ingrijpende hervormingen op te zetten en door te voeren teneinde de concurrentie op de goederen- en dienstenmarkt te versterken, de wetgeving te vereenvoudigen, de administratieve lasten op alle overheidsniveaus te verminderen en het openbaar bestuur te hervormen en de productiviteit ervan te verbeteren;

 

met een „flexizekerheids”-aanpak en ter vermindering van de regionale verschillen toeziet op de goede werking van de arbeidsvoorziening, zijn burgers stimuleert een leven lang te leren en de herschikking van de sociale uitgaven voortzet, binnen de beperkingen van de overheidsfinanciën, om geleidelijk een overkoepelend werkloosheidsstelsel in te voeren, en zwartwerken verder aanpakt, de efficiëntie, de resultaten en de normen van zijn onderwijsbestel verbetert.

CYPRUS

 

1.

De reële bbp-groei is in 2008 slechts matig vertraagd tot 3,6 %, doordat de binnenlandse vraag, en in het bijzonder de particuliere consumptie, krachtig is blijven groeien. De Commissie verwacht dat de groei in 2009 verder zal teruglopen, tot ongeveer 1 %, vooral door de weerslag die de geringere economische activiteit van Cyprus’ voornaamste handelspartners zal hebben op het toerisme en de buitenlandse vraag naar woningen. De stijgende schuldenlast per huishouden en onzekere omgevingsfactoren zullen wellicht ook de particuliere consumptie temperen. De inflatie beliep in 2008 4,4 %: deze verdubbeling ten opzichte van 2007 was met name het gevolg van de hogere prijzen van geïmporteerde olie en voedingsmiddelen. De Commissie verwacht dat de inflatie in 2009 tot 2 % zal dalen. Naar verwachting zal de nationale begroting in 2008 een overschot van 1 % van het bbp vertonen. De geringere buitenlandse vraag, de lagere toeristische inkomsten, de aanzienlijk gestegen olie- en levensmiddelenprijzen en de nominale loonstijgingen hebben het concurrentievermogen van Cyprus aangetast en hebben ertoe geleid dat het tekort op de lopende rekening in 2008 is gestegen tot meer dan 13 % van het bbp. Voor 2009 wordt 12 % verwacht. Het concurrentievermogen moet worden hersteld met productiviteitsbevorderende maatregelen en adequate arbeidskosten per eenheid product.

 

2.

De huidige arbeidsmarktschattingen wijzen uit dat de werkgelegenheid in 2008 ongeveer 2 % is gegroeid, terwijl de werkloosheid ongeveer 4 % bleef. Verwacht wordt dat de werkgelegenheid in 2009 minder snel zal groeien, waardoor de werkloosheid zal stijgen tot rond 5 %. Uit de huidige ontwikkelingen op de arbeidsmarkt blijkt dat de toeristische en de bouwsector, samen met de grotendeels laagopgeleide buitenlandse krachten die erin werkzaam zijn, waarschijnlijk het hardst zullen worden getroffen door de gevolgen van de crisis.

 

3.

Naar aanleiding van de economische neergang heeft Cyprus onlangs maatregelen aangekondigd, waaronder ondersteuning van huishoudens met lage inkomens en goedkope woningleningen. Er zijn ook maatregelen aangekondigd om de bouwsector en de toeristische sector te steunen, waaronder stappen om de procedures te versnellen en zo de uitvoering van infrastructuurprojecten te faciliteren.

 

4.

De Commissie zal de maatregelen die Cyprus heeft genomen naar aanleiding van de economische neergang, toetsen aan de beginselen van het door de Europese Raad overeengekomen herstelplan. Wat de overheidsfinanciën betreft, hebben de Commissie en de Raad het geactualiseerde stabiliteitsprogramma op zijn verenigbaarheid met het stabiliteits- en groeipact beoordeeld. Voorts dienen de in punt 7 aanbevolen maatregelen snel ten uitvoer te worden gelegd, met name om de overgang naar een CO2-arme economie te stimuleren en het groeipotentieel voor de lange termijn te verhogen.

 

5.

Cyprus is doorgegaan met de tenuitvoerlegging van zijn nationale hervormingsprogramma. Micro-economisch beleid gericht op het ontwikkelen van de informatiemaatschappij en het scheppen van voorwaarden voor duurzame groei, heeft in combinatie met omvattende maatregelen voor sociale integratie bijgedragen tot de goede prestaties van Cyprus in 2008. Er zijn bij het parlement voorstellen ingediend die de langetermijnhoudbaarheid van de begroting, met name op pensioengebied, moeten garanderen. Als aanvulling hierop zijn extra maatregelen nodig om de gezondheidszorg te hervormen. Omdat de economie van Cyprus dienstengericht is en hoofdzakelijk bestaat uit microbedrijven, wordt in Cyprus gewerkt aan aanvullende maatregelen om innovatie veeleer dan onderzoek en ontwikkeling te verbeteren. Er wordt uitvoering gegeven aan de strategie voor een leven lang leren en het is de bedoeling dat de hervorming van het voortgezet onderwijs, het beroepsonderwijs en het leerlingwezen wordt voortgezet. Op micro-economisch gebied heeft een aantal nieuwe maatregelen bijgedragen tot het aanpakken van de gebrekkige concurrentie in de professionele dienstverlening.

 

6.

De Cypriotische economie is in hoge mate ingesteld op handel, wat het land, in combinatie met zijn openheid, gevoeliger maakt voor externe schokken. De huidige overgang naar een meer gediversifieerde en innovatiegedreven economie is belangrijk om de economie weerbaarder te maken tegenover concurrentie van lagelonenlanden. Er zijn inspanningen nodig om de arbeidsproductiviteit te vergroten door investeringen in kennis, nieuwe technologie, competenties, het ondernemingsklimaat en innovatie. Een belangrijke beleidsopgave bestaat erin het concurrentievermogen van het land te verbeteren. Gelet op de betrekkelijk grote externe onevenwichtigheden is het van belang dat vaart wordt gezet achter structurele hervormingen om de productiviteit te vergroten en de lonen af te stemmen op de productiviteit. De tenuitvoerlegging van het energie- en klimaatveranderingspakket, dat door de Europese Raad is goedgekeurd, moet van nabij worden gevolgd.

 

7.

Op basis van het oordeel van de Commissie over de gemaakte vorderingen, beveelt de Raad Cyprus aan door te gaan met de uitvoering van de structurele hervormingen. Met name wordt aanbevolen dat Cyprus:

 

blijft werken aan de verruiming van de mogelijkheden om een leven lang te leren, in het bijzonder voor laagopgeleiden, werklozen en achterstandsgroepen, door de uitvoering voort te zetten van maatregelen in het kader van de goedgekeurde nationale strategie voor een leven lang leren, zoals de hervorming van het stelsel van beroepsonderwijs en -opleiding en het nieuwe leerlingwezen.

LETLAND

 

1.

Volgens de Commissie is de bbp-groei van Letland in 2008 sterk achteruitgegaan en zal van meer dan 10 % in 2007 naar verwachting krimpen tot ongeveer 2 %. De zwakke economische situatie en de financiële crisis hebben de beschikbaarheid van krediet beperkt, hetgeen een negatieve weerslag heeft op de particuliere consumptie en de woningmarkt. Dit heeft met name het totaal aan investeringen gedrukt; verwacht wordt dat dit in 2008 ongeveer 9 % is gekrompen. Het bbp zal waarschijnlijk nog enige tijd aanzienlijk blijven krimpen. De inflatie liep in 2008 op tot 15,3 %, maar zal in 2009 afnemen. De diepe recessie zal een negatief effect hebben op de begroting die, naar de Commissie verwacht, in 2008 een tekort van ongeveer 3,5 % van het bbp bereikt zal hebben. De afnemende binnenlandse vraag heeft ertoe bijgedragen dat de grote externe onevenwichtigheden zijn afgenomen. De import is in 2008 aanzienlijk gekrompen, hetgeen ertoe heeft bijgedragen dat het tekort op de lopende rekening tot ongeveer 15 % van het bbp is teruggebracht.

 

2.

De werkgelegenheid zal in 2009 aanzienlijk dalen. De werkloosheid loopt nu op en zal naar verwachting aanzienlijk gaan stijgen ten opzichte van de ongeveer 6,5 % van 2008. Tot dusver zijn vooral de banen van laagopgeleide werknemers in de bouwsector en detailhandel verloren gegaan, maar ook andere groepen krijgen hier in toenemende mate mee te maken. Waarschijnlijk worden allerlei achterstandsgroepen en jongeren getroffen en worden de recente verbeteringen van de werkgelegenheid van deze groepen ongedaan gemaakt.

 

3.

Naar aanleiding van de financiële crisis en in het kader van internationale financiële steun waartoe in december 2008 is besloten, heeft Letland maatregelen genomen ter ondersteuning van de financiële sector, om de banksector te stabiliseren. Deze maatregelen moeten tevens de toegang tot financiering verbeteren en aldus de economie in ruimere zin steunen, wat de macro-economische stabiliteit ten goede zal komen. In de loop van 2008 werd duidelijk dat Letland te maken zou krijgen met een sterke en langdurige neergang. De druk op de Letse financiële en kapitaalmarkten en het bankwezen liep op, waarna de autoriteiten erkenden dat internationale financiële steun dringend geboden was. In dit verband heeft het Letse parlement op 12 december 2008 een programma voor economische stabilisatie en groeiherstel goedgekeurd dat het nationale en internationale vertrouwen in het financiële stelsel moet helpen handhaven, er direct en indirect toe moet bijdragen dat het verslechterde kostenconcurrentievermogen en de inflatiedruk worden gestuit en gekeerd, met name middels een veel strakker begrotingsbeleid waarbij vooral de loonkosten van de overheid worden teruggedrongen, en dat het economische groeipotentieel wordt versterkt met een scala aan structurele hervormingen.

 

4.

De Commissie zal de maatregelen die Letland heeft genomen naar aanleiding van de economische neergang, toetsen aan de beginselen van het door de Europese Raad overeengekomen herstelplan. Wat de overheidsfinanciën betreft, hebben de Commissie en de Raad het geactualiseerde convergentieprogramma op zijn verenigbaarheid met het stabiliteits- en groeipact beoordeeld. In dit verband dient Letland de in zijn programma voor economische stabilisatie vastgestelde streefcijfers voor de overheidsfinanciën in acht te nemen, dringend zijn macro-economische onevenwichtigheden aan te pakken en de toelichting bij zijn betalingsbalans volledig ten uitvoer te leggen. Voorts dienen de in punt 7 aanbevolen maatregelen snel ten uitvoer te worden gelegd, met name om de overgang naar een CO2-arme economie te stimuleren en het groeipotentieel voor de lange termijn te verhogen.

 

5.

Letland is doorgegaan met de tenuitvoerlegging van zijn nationale hervormingsprogramma. De regering heeft de geplande uitgaven beperkt en maatregelen voorgesteld om de stijging van de loonkosten van de overheid in te tomen. Er zijn maatregelen genomen ter verbetering van de O&O-prestatie. Er zijn belangrijke stappen genomen om het arbeidsaanbod op de middellange termijn te verbeteren, maar er moet meer worden gedaan aan de ontwikkeling van een strategie voor een leven lang leren. Het regelgevingskader is verder verbeterd. Ook op het gebied van het beter toegankelijk maken van kinderopvang is enige vooruitgang geboekt.

 

6.

Letlands eerste economische beleidsopgave is het verzekeren van macrofinanciële stabiliteit, aangezien er een sterke en langdurige neergang dreigt. Op de middellange termijn moeten op productiviteitsverbetering gerichte investeringen in O&O, innovatie en onderwijs een verschuiving mogelijk maken van sectoren die door de binnenlandse vraag worden aangedreven naar verhandelbare goederen. Er zijn dringend behoefte aan structurele hervormingen om de flexibiliteit van de arbeidsmarkt te bevorderen en de overgang te ondersteunen, hoofdzakelijk door efficiëntere activering en opleiding. De openbare sector moet door een beleid van loonmatiging het juiste signaal geven aan de particuliere sector, zodat de inflatie beheersbaar wordt en de export kostenconcurrerend blijft. Tijdige en doortastende tenuitvoerlegging van de programma’s van het structuurfonds zal het aanbodpotentieel van de economie versterken, de werkgelegenheid ten goede komen en waarborgen dat bedrijven toegang tot financiering hebben. Het is van essentieel belang dat er administratieve capaciteit in stand wordt gehouden voor de tenuitvoerlegging van de programma’s. De tenuitvoerlegging van het energie- en klimaatveranderingspakket, dat door de Europese Raad is goedgekeurd, moet van nabij worden gevolgd.

 

7.

Op basis van het oordeel van de Commissie over de vorderingen die zijn gemaakt, doet de Raad Letland de aanbeveling door te gaan met de tenuitvoerlegging van structurele hervormingen. Met name wordt aanbevolen dat Letland:

 

een restrictief begrotingsbeleid voert, waarbij zorgvuldige prioriteiten aan de uitgaven worden gesteld en zowel de belasting- als de uitgavenmaatregelen erop zijn gericht het aanbodpotentieel van de economie te versterken; hiertoe moet een solide begrotingskader voor de middellange termijn worden vastgesteld met strikte uitgavenmaxima;

 

ter beperking van de inflatie en verbetering van het concurrentievermogen in de openbare en particuliere sector loonmatiging bevordert;

 

met een geïntegreerde „flexizekerheids”-aanpak de inspanningen opvoert om het arbeidsaanbod en de productiviteit te verhogen door de activeringsmaatregelen te versterken en het onderwijs- en opleidingsstelsel beter af te stemmen op de behoeften van de arbeidsmarkt, onder meer door de uitvoering van een coherente strategie voor een leven lang leren;

 

het O&O- beleid en het innovatiebeleid beter integreert, in het bijzonder door middel van partnerschappen tussen belangrijke publieke en private actoren en extra prikkels om de particuliere sector tot investeren te bewegen.

LITOUWEN

 

1.

Volgens de verwachtingen van de Commissie is het bbp in 2008 met 3,4 % toegenomen: veel minder dan in 2007 (8,9 %). Door de correctie van de woningmarkt is het totaal aan investeringen gekrompen. Door de strengere kredietvoorwaarden, het dalende reële inkomen en het slinkende ondernemers- en consumentenvertrouwen zal de binnenlandse vraag in 2008 afnemen. De inflatie bereikte in 2008 onder invloed van de hoge levensmiddelenprijzen en de binnenlandse loondruk met 11,1 % haar hoogtepunt. Door de verslechtering van de economische situatie wereldwijd en extra uitgaven is het overheidstekort opgelopen. De Commissie verwacht dat het tekort in 2008 bijna 3 % van het bbp beloopt en dat dit ook in 2009 het geval zal zijn aangezien extra bezuinigingsmaatregelen zijn genomen. De aanzienlijke loonstijgingen hebben mogelijkerwijs het externe concurrentievermogen ondermijnd, hetgeen in combinatie met de geringe buitenlandse vraag de exportgroei in 2009 zal drukken. Verwacht wordt echter dat de komende jaren de nominale lonen trager zullen stijgen. Voorts zal de matige binnenlandse vraag de groei van de import wellicht doen afnemen, waardoor het tekort op de lopende rekening, dat in 2008 naar verwacht 12,6 % van het bbp bedraagt, kleiner wordt. Voor latere jaren moet men zich voorbereiden op het effect van de overeengekomen sluiting in 2010 van de kerncentrale van Ignalina op het potentiële bbp en de binnenlandse energieprijzen.

 

2.

De huidige arbeidsmarktcijfers wijzen erop dat de werkgelegenheid in 2008 is teruggelopen, en verwacht wordt dat de werkloosheid stijgt tot meer dan 5 %. Er vallen al meer grootschalige ontslagen en deze treffen in het bijzonder laagopgeleide, laaggekwalificeerde jongeren, plattelandsbewoners en oudere werknemers. Regionale verschillen in werkloosheid kunnen sterker worden.

 

3.

Op 9 december 2008 keurde de pas verkozen regering een anticrisisprogramma goed waarin een aantal begrotingsmaatregelen werden aangekondigd die de macro-economische onevenwichtigheden van het land moeten tegengaan en het algemene overheidstekort vanaf 2009 moeten terugdringen.

 

4.

De Commissie zal de maatregelen die Litouwen heeft genomen naar aanleiding van de economische neergang, toetsen aan de beginselen van het door de Europese Raad overeengekomen herstelplan. Wat de overheidsfinanciën betreft, hebben de Commissie en de Raad het geactualiseerde convergentieprogramma op zijn verenigbaarheid met het stabiliteits- en groeipact beoordeeld. In dit verband dient Litouwen de in zijn anticrisisprogramma vastgestelde streefcijfers voor de overheidsfinanciën in acht te nemen. Voorts dienen de in punt 7 aanbevolen maatregelen snel ten uitvoer te worden gelegd, met name om de overgang naar een CO2-arme economie te stimuleren en het groeipotentieel voor de lange termijn te verhogen.

 

5.

Litouwen is doorgegaan met de tenuitvoerlegging van zijn nationale hervormingsprogramma. Er is een aantal maatregelen uitgevoerd om de inzetbaarheid van jongeren te vergroten en te zorgen voor opleidingen in ondernemerschap. Op de belangrijkste beleidsterreinen zijn meer inspanningen nodig voor het verbeteren van de macrofinanciële stabiliteit en het bestrijden van de inflatie. Hiernaast zal meer steun nodig zijn om directe buitenlandse investeringen aan te trekken, de prestaties op het gebied van O&O en innovatie te bevorderen, de regelgeving aan te passen, de kinderopvang uit te breiden, alsmede gezondheidszorg en veiligheid te verbeteren.

 

6.

De sterke economische groei en emigratie hebben geleid tot krapte op de arbeidsmarkt en stijgende arbeidskosten, waardoor Litouwens concurrentievermogen negatief beïnvloed wordt. De huidige economische vertraging zal de werkloosheid echter doen toenemen, waardoor een actief arbeidsmarktbeleid van vitaal belang wordt. De meest urgente opgave blijft echter de vermindering van de aanzienlijke macro-economische onevenwichtigheden. Teneinde de inflatie te beheersen en de verslechtering van het concurrentievermogen te stoppen, moet de loonontwikkeling beter worden afgestemd op de productiviteit. Er zijn reeds bepaalde maatregelen uitgevoerd om de loonstijging in de overheidssector te beperken, in overeenstemming met het algemene besparingsbeleid aan de uitgavenzijde. Het ondernemingsklimaat moet worden verbeterd en het bestuurlijk vermogen moet worden vergroot. Bovendien moet de productiviteitsgroei worden versterkt door competenties te verbeteren en beter te presteren op innovatiegebied, onder meer door directe buitenlandse investeringen aan te trekken. De tenuitvoerlegging van het energie- en klimaatveranderingspakket, dat door de Europese Raad is goedgekeurd, moet van nabij worden gevolgd.

 

7.

Op basis van het oordeel van de Commissie over de vorderingen die zijn gemaakt, doet de Raad Litouwen de aanbeveling door te gaan met de tenuitvoerlegging van structurele hervormingen. Met name wordt aanbevolen dat Litouwen:

 

op basis van de begroting voor 2009 de macro-economische stabiliteit verbetert door een restrictief begrotingsbeleid te voeren, waarbij zorgvuldige prioriteiten aan de uitgaven worden gesteld;

 

zijn externe concurrentievermogen behoudt door de loonontwikkeling nauwer te laten aansluiten bij de productiviteitswinst, ook op sectoraal niveau;

 

de economie stimuleert door vaart te zetten achter de uitvoering van de uit de Europese structuurfondsen gefinancierde EU-programma’s en ervoor zorgt dat de tenuitvoerlegging van de structurele hervormingen van het O&O- en innovatiesysteem blijft gelden als prioriteit en dat hiervoor voldoende financiële middelen worden uitgetrokken; hierbij moet meer aandacht worden besteed aan menselijke middelen voor O&O en dient het bedrijfsleven zich sterker op innovatie te richten;

 

de inspanningen opvoert om de onderwijs- en opleidingsstelsels te hervormen, teneinde de kwaliteit ervan te waarborgen en aan te sluiten bij de behoeften van de arbeidsmarkt, alsook om een leven lang leren te bevorderen, in het bijzonder onder oudere werknemers.

LUXEMBURG

 

1.

De groei van het bbp vertraagde in 2008 tot ongeveer 1 %. Dat het tempo ver achterblijft bij dat van 2007 (5,2 %), komt doordat de internationale economische vertraging begint door te werken. Deze vertraging zal in 2009 aanhouden. Deze ontwikkeling is het gevolg van de geringe buitenlandse vraag en particuliere investeringen. De inflatie liep in 2008 met de stijgende energie- en voedselprijzen op tot meer dan 4 %, maar zal naar verwachting in 2009 afnemen. De economische vertraging heeft het begrotingsoverschot in 2008 waarschijnlijk verminderd tot 3,0 % van het bbp. Volgens de Commissie zal Luxemburg een tekort op de lopende rekening hebben van meer dan 8 % van het bbp; dit zal in 2009 waarschijnlijk enigszins afnemen.

 

2.

De werkgelegenheid steeg verder in 2008 en de werkloosheid bleef 4,1 %. Naar verwachting wordt de situatie in 2009 minder positief: de groei van de werkgelegenheid zal vertragen en de werkloosheid toenemen. Luxemburg zal als gevolg van de huidige crisis geconfronteerd worden met problemen die waarschijnlijk de financiële, vervoers- en staalsectoren, alsook de aan de automobielindustrie gerelateerde ondernemingen zullen treffen.

 

3.

Naar aanleiding van de financiële crisis en in het kader van een gecoördineerde aanpak binnen de Europese Unie heeft Luxemburg maatregelen genomen ter ondersteuning van de financiële sector, om de banksector te stabiliseren. Deze maatregelen moeten tevens de toegang tot financiering verbeteren en aldus de economie in ruimere zin steunen, wat de macro-economische stabiliteit ten goede zal komen. Daarnaast heeft Luxemburg naar aanleiding van de economische neergang onlangs maatregelen aangekondigd, waaronder een verlaging van de belastingen voor bedrijven en ondersteuning van huishoudens met lage inkomens.

 

4.

De Commissie zal de maatregelen die Luxemburg heeft genomen naar aanleiding van de economische neergang, toetsen aan de beginselen van het door de Europese Raad overeengekomen herstelplan. Wat de overheidsfinanciën betreft, hebben de Commissie en de Raad het geactualiseerde stabiliteitsprogramma op zijn verenigbaarheid met het stabiliteits- en groeipact beoordeeld.

 

5.

Luxemburg is doorgegaan met de tenuitvoerlegging van zijn nationale hervormingsprogramma. Luxemburg heeft enige vooruitgang geboekt bij het vergroten van de arbeidsparticipatie van oudere werknemers, het verminderen van het aantal voortijdige schoolverlaters en het opheffen van kunstmatige barrières in het onderwijsstelsel, alsook het aantrekkelijker maken van het economische klimaat. Er zijn meer maatregelen nodig om deze onderliggende uitdagingen het hoofd te bieden.

 

6.

Aangezien de financiële sector goed is voor meer dan een kwart van het bbp, zou de huidige financiële crisis grote gevolgen kunnen hebben voor het land. Daarbij zal de verhoudingsgewijs snelle stijging van de arbeidskosten per eenheid product waarschijnlijk zijn weerslag hebben op het concurrentievermogen. Deze verslechtering zal de komende jaren waarschijnlijk aanhouden, aangezien verwacht wordt dat de productiviteit in 2008 en 2009 zal afnemen. Op de langere termijn moet het pensioenstelsel worden hervormd om de langetermijnhoudbaarheid ervan te waarborgen. De arbeidsparticipatie van de woonbevolking ligt nog steeds onder het Europese gemiddelde; die van de oudere werknemers is bijzonder gering. Ook moet Luxemburg blijven werken aan een aantrekkelijker ondernemingsklimaat. De tenuitvoerlegging van het energie- en klimaatveranderingspakket, dat door de Europese Raad is goedgekeurd, moet van nabij worden gevolgd.

HONGARIJE

 

1.

Na de sterke afname tot 1,1 % in 2007 (die hoofdzakelijk het gevolg was van het begrotingsaanpassingsprogramma dat medio 2006 begon), vertraagde de bbp-groei in 2008 tot 0,9 %, ondanks de aanzienlijke landbouwproductie. Gelet op de snel verslechterende economische situatie elders wordt een scherpe economische neergang verwacht. De financiële crisis heeft bijzonder sterke nadelige gevolgen gehad voor de Hongaarse financiële en valutamarkten en heeft geleid tot tijdelijke stillegging van de markt voor staatsobligaties, een scherpe daling van de aandelenmarkt en sterke valutadepreciatie. De inflatie beliep in 2008 meer dan 6 %, maar vertoont sinds medio 2007 een dalende lijn en zal blijven zakken. De Commissie verwacht dat het begrotingstekort in 2008 ondanks de vertraging beperkt blijft tot 3,3 % van het bbp en de autoriteiten verdere aanpassingen willen doorvoeren. Het tekort op de lopende rekening steeg in 2008 enigszins tot 7 % van het bbp.

 

2.

De werkgelegenheid daalde in 2008 ongeveer 1 % en deze trend zal doorzetten in 2009. De werkloosheid was in 2008 7,7 % en zal waarschijnlijk blijven stijgen. Afhankelijk van de ernst van de economische vertraging zal de werkloosheid wellicht niet beperkt blijven tot laagopgeleide en achterstandsgroepen en tot geografische gebieden.

 

3.

In verband met een communautaire betalingsbalanslening ter ondersteuning van Hongarijes aanpak van de onrust op de financiële markt, hebben de autoriteiten op 19 november 2008 een memorandum van overeenstemming ondertekend waarin aan de uitbetaling economische beleidsvoorwaarden worden gesteld die in het bijzonder betrekking hebben op begrotingsconsolidatie en hervorming van het begrotingsbeheer.

 

4.

De Commissie zal de maatregelen die Hongarije heeft genomen naar aanleiding van de economische neergang, toetsen aan de beginselen van het door de Europese Raad overeengekomen herstelplan. Wat de overheidsfinanciën betreft, hebben de Commissie en de Raad het geactualiseerde convergentieprogramma op zijn verenigbaarheid met het stabiliteits- en groeipact beoordeeld. In dit verband dient Hongarije de toelichting bij zijn betalingsbalans volledig te implementeren. Voorts dienen de in punt 7 aanbevolen maatregelen snel ten uitvoer te worden gelegd, met name om de overgang naar een CO2-arme economie te stimuleren en het groeipotentieel voor de lange termijn te verhogen.

 

5.

Hongarije is doorgegaan met de tenuitvoerlegging van zijn nationale hervormingsprogramma. De doelstellingen voor consolidatie van het begrotingsbeleid zijn in 2008 waarschijnlijk opnieuw overtroffen. De structurele en arbeidsmarkthervormingen vereisen aanvullende inspanningen. De tenuitvoerlegging van de structuurfondsen, die een belangrijke rol spelen bij de uitvoering van het NHP, ligt grotendeels op schema. Naar aanleiding van de onrust op financiële markt hebben de Hongaarse autoriteiten een pakket maatregelen genomen om het vertrouwen in de markt te vergroten door onder meer het tekort sneller terug te dringen, het begrotingsbeheer te verbeteren en de financiële sector aan striktere regelgeving en scherper toezicht te onderwerpen.

 

6.

De beleidsopgave voor Hongarije bestaat erin de negatieve gevolgen van de financiële crisis te verzachten, en daarbij de begrotingsstabiliteit te behouden om de geloofwaardigheid van het economische beleid te vergroten. Hiertoe moet verdere verslechtering van het externe concurrentievermogen worden voorkomen door te waarborgen dat loonstijgingen gelijke tred houden met de productiviteit. Op de middellange termijn is het van het hoogste belang verbetering van de macro-economische en begrotingsstabiliteit na te streven. Hiertoe moet de doeltreffendheid van de publieke sector en de gezondheidszorg worden opgevoerd en de werking van de arbeidsmarkt worden verbeterd, en moet met name de hervorming van het socialebeschermingsstelsel worden voortgezet om arbeid lonend te maken. Hoewel sinds medio 2006 vooruitgang is geboekt, kan er in de publieke sector via efficiëntievergroting meer worden bezuinigd. De totale arbeidsparticipatie in Hongarije (57,3 %) was in 2007 de op twee na laagste van de Europese Unie; de participatie van jongeren, ouderen en andere achterstandsgroepen was bijzonder gering. Het onderwijs- en opleidingsstelsel moet beter worden afgestemd op de behoeften van de arbeidsmarkt om het probleem dat de juiste competenties niet voorhanden zijn, daadwerkelijk terug te dringen. De tenuitvoerlegging van het energie- en klimaatveranderingspakket, dat door de Europese Raad is goedgekeurd, moet van nabij worden gevolgd.

 

7.

Op basis van het oordeel van de Commissie over de vorderingen die zijn gemaakt, doet de Raad Hongarije de aanbeveling door te gaan met de tenuitvoerlegging van structurele hervormingen. Met name wordt aanbevolen dat Hongarije:

 

voortbouwend op de belangrijke vooruitgang die is geboekt bij de begrotingsconsolidatie, de nodige maatregelen uitvoert om te zorgen voor een duurzame vermindering van het overheidstekort en van de schuldquote, waarbij het zich meer op de uitgavenzijde richt;

 

de hervorming van het openbaar bestuur, de gezondheidszorg en het pensioen- en het onderwijsstelsel voortzet om de langetermijnhoudbaarheid van de begroting te bewerkstelligen en de economie efficiënter te maken. Hiertoe moeten onder meer maatregelen worden genomen om de pensioengerechtigde leeftijd verder op te trekken, de goedgekeurde hervorming van het stelsel van arbeidsongeschiktheidsuitkeringen strikt ten uitvoer te leggen en de gezondheidszorg verder te reorganiseren;

 

blijft werken aan een actiever en specifieker arbeidsmarktbeleid ter verbetering van de situatie op de arbeidsmarkt, met bijzondere aandacht voor kansarme groepen en achtergestelde gebieden;

 

het opleidingsniveau blijft verbeteren, onder meer door ervoor te zorgen dat meer volwassenen een leven lang blijven leren; de onderwijs- en opleidingsstelsels nog beter op de behoeften van de arbeidsmarkt doet aansluiten en ervoor zorgt dat iedereen toegang heeft tot hoogwaardig onderwijs en hoogwaardige opleiding.

MALTA

 

1.

In 2008 is het bbp naar de verwachting van de Commissie toegenomen met 2,1 %: minder dan in 2007 (3,9 %). Verwacht wordt dat de bbp-groei in 2009 zal afnemen. De inflatie liep in oktober 2008 door de hogere internationale voedsel- en olieprijzen op tot 5,7 %. Deze ontwikkeling werd wellicht nog versterkt door de geringe binnenlandse concurrentie en een grote afhankelijkheid van energie-invoer. De begrotingssituatie verslechterde in 2008: het begrotingstekort liep op tot 3,5 % van het bbp. Door de afgenomen mondiale vraag is het tekort op de lopende rekening gestegen.

 

2.

De werkgelegenheidsgroei nam in 2008 af en gezien de vertraging van de economische activiteit wordt verwacht dat deze ontwikkeling in 2009 zal doorzetten. De arbeidsparticipatie van vrouwen is in 2007 licht toegenomen, maar is met 36,9 % nog steeds de laagste in de Europese Unie. De arbeidsparticipatie van oudere werknemers nam in 2007 juist af (tot 28,3 %). De werkloosheid zal ten opzichte van 2008 (6,5 %) waarschijnlijk oplopen en vooral laagopgeleide werknemers in de industrie en het toerisme treffen, hoewel wellicht ook andere sectoren steeds meer bedreigd worden.

 

3.

Malta heeft naar aanleiding van de economische neergang onlangs maatregelen aangekondigd, waaronder vervroegde investeringen in de infrastructuur, het milieu en het toerisme, en een verlaging van de belastingdruk voor huishoudens.

 

4.

De Commissie zal de maatregelen die Malta heeft genomen naar aanleiding van de economische neergang, toetsen aan de beginselen van het door de Europese Raad overeengekomen herstelplan. Wat de overheidsfinanciën betreft, hebben de Commissie en de Raad het geactualiseerde stabiliteitsprogramma op zijn verenigbaarheid met het stabiliteits- en groeipact beoordeeld. Voorts dienen de in punt 7 aanbevolen maatregelen snel ten uitvoer te worden gelegd, met name om de overgang naar een CO2-arme economie te stimuleren en het groeipotentieel voor de lange termijn te verhogen.

 

5.

Malta is doorgegaan met de tenuitvoerlegging van zijn nationale hervormingsprogramma. Er is vooruitgang geboekt bij het bevorderen van de mededinging en het hervormen van de arbeidsmarkt. De positieve initiatieven van 2008 omvatten onder meer belangrijke stappen naar privatisering van de scheepswerven, het opzetten van een geïntegreerd „flexizekerheids”-traject en het formuleren van een streefdoel voor de verlichting van de administratieve lasten. Er zijn aanvullende maatregelen nodig om de houdbaarheid van de gezondheidszorg, het ondernemingsklimaat en de diversificatie van de energiebronnen te verbeteren. Er is in 2008 minder vooruitgang geboekt bij het consolideren van de begroting.

 

6.

Malta is sterk afhankelijk van de invoer van energie, grondstoffen, productiemiddelen en consumptiegoederen. Menselijke middelen vormen de ruggengraat van Malta’s economische ontwikkeling; hier zijn grote verbeteringen nodig, met name wat betreft een leven lang leren voor laagopgeleiden en het verder terugdringen van de schooluitval. De kleinschaligheid van de economie maakt mededingingsvraagstukken bijzonder relevant en vereist een verbetering van het ondernemingsklimaat. Efficiëntere inzet van de overheidsmiddelen vergt verdere hervorming van de gezondheidszorg. Hoewel Malta zijn economische grondslagen heeft gediversifieerd, moet er meer vooruitgang worden geboekt om een eind te maken aan de sterke afhankelijkheid van toerisme en elektronicaproductie. Om het concurrentievermogen te waarborgen, zijn aanvullende structurele hervormingen ten behoeve van de productiviteit nodig en moet de loonstijging worden afgestemd op de groei van de productiviteit. De tenuitvoerlegging van het energie- en klimaatveranderingspakket, dat door de Europese Raad is goedgekeurd, moet van nabij worden gevolgd.

 

7.

Op basis van het oordeel van de Commissie over de vorderingen die zijn gemaakt, doet de Raad Malta de aanbeveling door te gaan met de tenuitvoerlegging van structurele hervormingen. Met name wordt aanbevolen dat Malta:

 

met het oog op beheersing van de inflatie en behoud van het concurrentievermogen, de mededinging bevordert, met name door staatssteun te beperken en om te buigen naar horizontale doelstellingen, alsook de mededingingsautoriteit te versterken;

 

meer inspanningen verricht om ervoor te zorgen dat meer mensen, met name vrouwen en oudere werknemers, tot de arbeidsmarkt toetreden. Dit kan onder meer door grotere inspanningen te leveren om zwartwerk aan te pakken, en door arbeidsparticipatie te bevorderen, onder meer door het uitkeringsstelsel zo aan te passen dat het meer mensen naar de arbeidsmarkt leidt.

NEDERLAND

 

1.

De reële bbp-groei in Nederland is van 3,5 % in 2007 afgenomen tot 1,9 % in 2008. De groeicijfers zullen in 2009 blijven dalen als gevolg van de mondiale neergang, teruglopende investeringen en een aanzienlijke vertraging van de particuliere consumptie. De inflatie liep, aangewakkerd door de eerdere stijging van de voedsel- en energieprijzen, in 2008 op tot 2,2 %. Het begrotingsoverschot is in 2008 toegenomen tot 1,1 % van het bbp. De Commissie verwacht echter dat het overschot omslaat in een begrotingstekort van 1,4 % van het bbp in 2009 en 2,7 % in 2010. Ondanks de mondiale neergang wordt verwacht dat Nederland in 2008 een overschot op de lopende rekening heeft van 8 % van het bbp. Dit zal in 2009 waarschijnlijk teruglopen tot 6,5 %.

 

2.

De werkgelegenheid bleef in 2008 met bijna 2 % groeien, maar zal in 2009 naar verwachting afnemen. Bijgevolg is de werkloosheid in 2008 gedaald, maar zij zal naar verwacht in 2009 stijgen. De werkgevers waren tot dusver niet erg geneigd om mensen te ontslaan, omdat zij bang zijn geen gekwalificeerd personeel te kunnen vinden wanneer de economie weer aantrekt. De industriële en de financiële sector worden waarschijnlijk het sterkst getroffen.

 

3.

Naar aanleiding van de financiële crisis en in het kader van een gecoördineerde aanpak binnen de Europese Unie heeft Nederland maatregelen genomen ter ondersteuning van de financiële sector, om de banksector te stabiliseren. Deze maatregelen moeten tevens de toegang tot financiering verbeteren en aldus de economie in haar geheel steunen, wat de macro-economische stabiliteit ten goede zal komen. Daarnaast heeft Nederland naar aanleiding van de economische neergang onlangs maatregelen aangekondigd, waaronder een verlaging van de vennootschapsbelasting voor het mkb en van de sociale lasten voor werknemers en arbeidstijdverkorting. Ook zijn meer maatregelen genomen om het mkb en grotere bedrijven betere toegang tot financiering te geven.

 

4.

De Commissie zal de maatregelen die Nederland heeft genomen naar aanleiding van de economische neergang, toetsen aan de beginselen van het door de Europese Raad overeengekomen herstelplan. Wat de overheidsfinanciën betreft, hebben de Commissie en de Raad het geactualiseerde stabiliteitsprogramma op zijn verenigbaarheid met het stabiliteits- en groeipact beoordeeld. Voorts dienen de in punt 7 aanbevolen maatregelen snel ten uitvoer te worden gelegd, met name om de overgang naar een CO2-arme economie te stimuleren en het groeipotentieel voor de lange termijn te verhogen.

 

5.

Nederland is doorgegaan met de tenuitvoerlegging van zijn nationale hervormingsprogramma. Er zijn maatregelen genomen om het arbeidsaanbod te vergroten, maar er moet meer worden gedaan om het totale aantal gewerkte uren te verhogen. Ondanks gelijkblijvende O&O-uitgaven, is de samenhang van de beleidsmix verder verbeterd, door het introduceren van nieuwe beheersstructuren, het opzetten van een coherente strategie voor O&O en innovatie, en het stroomlijnen van de beleidsmix voor innovatie.

 

6.

Een verhoging van het totale aantal gewerkte uren en betere prestaties op het gebied van O&O en innovatie zullen ertoe bijdragen dat de goede economische resultaten in de toekomst een vervolg krijgen. De opgave bestaat erin de langetermijnstrategie voor O&O om te zetten in een pakket coherente en doeltreffende beleidsmaatregelen om in het bijzonder de particuliere uitgaven voor O&O te stimuleren. Met het oog op de vergrijzing en de daaruit voortvloeiende afname van het arbeidsaanbod moet de houdbaarheid van de overheidsfinanciën worden gewaarborgd. De tenuitvoerlegging van het energie- en klimaatveranderingspakket, dat door de Europese Raad is goedgekeurd, moet van nabij worden gevolgd.

 

7.

Op basis van het oordeel van de Commissie over de vorderingen die zijn gemaakt, beveelt de Raad Nederland aan door te gaan met de tenuitvoerlegging van structurele hervormingen. Met name wordt aanbevolen dat Nederland:

 

verdere maatregelen ontwikkelt, waaronder het bevorderen van de doorstroming op de arbeidsmarkt met een geïntegreerde „flexizekerheids”-aanpak, teneinde de participatie van vrouwen, oudere werknemers en achterstandsgroepen te verbeteren en zo het totale aantal gewerkte uren te verhogen.

OOSTENRIJK

 

1.

De bbp-groei is van 3,1 % in 2007 vertraagd tot 1,7 % in 2008. Verwacht wordt dat de groei door de teruglopende export en een scherpe daling van de investeringen met meer dan 1 % zal krimpen. Het algemene inflatiecijfer beliep medio 2008 bijna 4 %, maar daalt nu snel. Volgens de Commissie had Oostenrijk in 2008 een klein begrotingstekort van 0,6 % van het bbp; dit zal in 2009 waarschijnlijk fors oplopen. Naar verwachting beloopt het begrotingsoverschot in 2008 meer dan 3 % van het bbp en zal men ook in 2009 en 2010 in de buurt van dat cijfer komen; dit wijst op een gezonde betalingsbalans.

 

2.

De werkgelegenheid groeide in 2008 met 1,6 %, maar zal in 2009 naar verwachting dalen, terwijl de werkloosheid waarschijnlijk opnieuw zal stijgen, terwijl gedurende bijna drie jaar een daling waar te nemen was. De groepen op de arbeidsmarkt die in de regel weinig uitzicht op een baan hebben, in het bijzonder oudere werknemers en laagopgeleiden, worden waarschijnlijk het hardst getroffen. De banen voor tijdelijke werknemers in de industriële sector gingen het eerst verloren. Momenteel wordt de automobielsector het hardst getroffen.

 

3.

Naar aanleiding van de financiële crisis en in het kader van een gecoördineerde aanpak binnen de Europese Unie heeft Oostenrijk maatregelen genomen ter ondersteuning van de financiële sector, om de banksector te stabiliseren. Deze maatregelen moeten tevens de toegang tot financiering verbeteren en aldus de economie in haar geheel steunen, wat de macro-economische stabiliteit ten goede zal komen. Daarnaast heeft Oostenrijk naar aanleiding van de economische neergang onlangs maatregelen aangekondigd, waaronder een verlaging van de belastingdruk en extra financiële steun voor huishoudens, gemakkelijker toegang tot financiering voor het mkb en vervroegde investeringen in infrastructuur, energie-efficiëntie en O&O.

 

4.

De Commissie zal de maatregelen die Oostenrijk heeft genomen naar aanleiding van de economische neergang, toetsen aan de beginselen van het door de Europese Raad overeengekomen herstelplan. Wat de overheidsfinanciën betreft, zal de Commissie het geactualiseerde stabiliteitsprogramma op zijn verenigbaarheid met het stabiliteits- en groeipact beoordelen. Voorts dienen de in punt 7 aanbevolen maatregelen snel ten uitvoer te worden gelegd, met name om de overgang naar een CO2-arme economie te stimuleren en het groeipotentieel voor de lange termijn te verhogen.

 

5.

Oostenrijk is doorgegaan met de tenuitvoerlegging van zijn nationale hervormingsprogramma. Er zijn inspanningen geleverd om de arbeidsparticipatie van oudere werknemers te verhogen, het onderwijsniveau van achterstandsjongeren te verbeteren, seksesegregatie op de arbeidsmarkt aan te pakken en het onderwijs op het gebied van ondernemerschap te versterken. Er zijn aanvullende maatregelen nodig om de begrotingsconsolidatie op de middellange termijn te verbeteren en de concurrentie te vergroten.

 

6.

Oostenrijks belangrijkste opgave voor de middellange termijn bestaat erin over te schakelen op een kennisintensievere economie. Oostenrijk heeft de uitgaven voor O&O aanzienlijk verhoogd. Er moet niet alleen meer aandacht worden geschonken aan verhoging van de onderzoeksuitgaven, maar ook aan het ontwikkelen van menselijk kapitaal. Volgehouden loonmatiging heeft Oostenrijks wereldwijde concurrentiepositie versterkt en heeft de werkgelegenheid voor de groeiende beroepsbevolking bevorderd. Oostenrijk staat voor de opgave het arbeidspotentieel, met name dat van oudere werknemers, beter te benutten en integratie, onderwijs en beroepsopleiding van achterstandsgroepen te verbeteren. Om de houdbaarheid van het socialezekerheidsstelsel te waarborgen zijn hervormingen en duurzame begrotingsconsolidatie vereist; deze moeten in overeenstemming worden gebracht met toenemende overheidsuitgaven op gebieden die van cruciaal belang zijn voor de groei op de middellange termijn. De tenuitvoerlegging van het energie- en klimaatveranderingspakket, dat door de Europese Raad is goedgekeurd, moet van nabij worden gevolgd.

 

7.

Op basis van het oordeel van de Commissie over de vorderingen die zijn gemaakt, beveelt de Raad Oostenrijk aan door te gaan met de tenuitvoerlegging van structurele hervormingen. Met name wordt aanbevolen dat Oostenrijk:

 

zorgt voor betere prikkels voor oudere werknemers om te blijven werken, door de uitvoering van een brede strategie op basis van betere werkgerelateerde opleiding, aanpassing van de arbeidsvoorwaarden en meer inspanningen voor de hervorming van de regelingen voor vervroegde uittreding, met bijzondere nadruk op het stelsel van arbeidsongeschiktheidsuitkeringen, en het onderwijsniveau van achterstandsjongeren verbetert.

POLEN

 

1.

Volgens de Commissie is de bbp-groei van Polen in 2008 vertraagd tot 5 %, na een groei met 6,7 % in 2007. Deze forse groei werd vooral aangedreven door de particuliere consumptie en een krachtige toename van de investeringen. De bbp-groei zal in 2009 nog verder vertragen als gevolg van een lagere export en een geringere investeringsdynamiek. De inflatie piekte in 2008 rond 4,25 %, maar zou in 2009 moeten vertragen. Het begrotingstekort zal in 2008 iets zijn toegenomen tot 2,5 % van het bbp en zal volgens prognoses van de Commissie in 2009 verder verslechteren met ongeveer één procentpunt. Het tekort op de lopende rekening dat in 2008 rond 5,6 % van het bbp ligt, zal in 2009 op hetzelfde niveau blijven.

 

2.

De werkgelegenheid is in 2008 met 3 % toegenomen en de werkloosheid is verder gedaald tot 7,4 %. Maar de werkgelegenheid zal in 2009 veel trager groeien, waardoor de werkloosheid op 8,4 % zou uitkomen. De huidige ontwikkelingen op de arbeidsmarkt laten zien dat exportgerichte sectoren, de be- en verwerkende industrie, de bouwsector en het vervoer het sterkst worden getroffen door de vertraging van de economische activiteit. Daarom moet meer aandacht uitgaan naar een verhoging van de arbeidsparticipatie en een verbetering van de arbeidsmobiliteit tussen sectoren en bedrijfstakken, hetgeen ook kan helpen om het prijsconcurrentievermogen van de economie na de periode van snelle banen- en loongroei te herstellen.

 

3.

Polen heeft naar aanleiding van de economische neergang onlangs maatregelen genomen, onder meer ten behoeve van het mkb en huishoudens met een laag inkomen, maar blijft zijn inspanningen richten op uitgavenverlaging en het houdbaar maken van de overheidsfinanciën.

 

4.

De Commissie zal de maatregelen die Polen heeft genomen naar aanleiding van de economische neergang, toetsen aan de beginselen van het door de Europese Raad overeengekomen herstelplan. Wat de overheidsfinanciën betreft, hebben de Commissie en de Raad het geactualiseerde convergentieprogramma op zijn verenigbaarheid met het stabiliteits- en groeipact beoordeeld. Voorts dienen de in punt 7 aanbevolen maatregelen snel ten uitvoer te worden gelegd, met name om de overgang naar een CO2-arme economie te stimuleren en het groeipotentieel voor de lange termijn te verhogen.

 

5.

Polen is doorgegaan met de tenuitvoerlegging van zijn nationale hervormingsprogramma. Een aantal maatregelen is genomen om voor meer concurrentie binnen netwerksectoren te zorgen, het actieve arbeidsmarktbeleid te versterken, het rechtskader voor ondernemers te verbeteren, en onderwijs en opleiding beter te toen aansluiten op de arbeidsmarkt. Verdere inspanningen zijn nodig om de uitgaven beter onder controle te houden, de O&O-prestaties te stimuleren, het uitkeringsstelsel te herzien en de participatie in een leven lang leren op te drijven.

 

6.

De economische prestaties van Polen worden afgeremd door een aantal, onderling verbonden structurele problemen, een lage arbeidsproductiviteit en een onderbenutting van de werknemers. Door de inspanningen om de hervorming van het socialezekerheidsstelsel af te ronden te combineren met een toename van het aantal oudere werknemers, kan het arbeidsaanbod toenemen en kan tegelijk de houdbaarheid van de overheidsfinanciën op lange termijn verbeteren. Groei en werkgelegenheid zouden baat hebben bij het verder verbeteren van het ondernemingsklimaat, het uitbouwen van de infrastructuur en het vergroten van de kwaliteit van het menselijk kapitaal. De tenuitvoerlegging van het energie- en klimaatveranderingspakket, dat door de Europese Raad is goedgekeurd, moet van nabij worden gevolgd.

 

7.

Op basis van het oordeel van de Commissie over de vorderingen die zijn gemaakt, doet de Raad Polen de aanbeveling door te gaan met de tenuitvoerlegging van structurele hervormingen. Met name wordt aanbevolen dat Polen:

 

zijn begrotingsdiscipline op middellange termijn handhaaft en verdere mechanismen invoert om de uitgaven beter onder controle te houden, met name door het socialezekerheidsstelsel voor landbouwers te hervormen;

 

doorgaat met zijn hervorming van de publieke onderzoekssector om O&O en innovatie te stimuleren en om O&O van de particuliere sector aan te moedigen;

 

zijn investeringen in energie- en vervoersinfrastructuur versnelt door de structuurfondsen doelmatig te gebruiken;

 

een geïntegreerde „flexizekerheids”-aanpak ontwikkelt, door een strategie voor actief ouder worden ten uitvoer te leggen, de initiatieven met het oog op een beter actief arbeidsmarktbeleid voort te zetten, met name ten behoeve van achterstandsgroepen, de uitkeringsstelsels te herzien door de stimulansen om te werken te verbeteren en een strategie voor een leven lang leren uit te werken.

PORTUGAL

 

1.

Volgens de Commissie is de bbp-groei van Portugal in 2008 vertraagd tot 0,2 %, na een groei van bijna 2 % in 2007. Deze vertraging is het gevolg van zwakke investeringen en geringere exportprestaties, zulks in samenhang met de terugval in de buitenlandse vraag. In 2009 neemt de binnenlandse vraag verder af, hetgeen de groei nog verder zal vertragen. De inflatie liep in 2008 op tot 2,7 %, maar bleef onder het gemiddelde van het eurogebied en is aan het vertragen door de recente dalende trend van de internationale prijzen en de zwakke vraag. Het begrotingstekort van Portugal blijft net als de afgelopen jaren krimpen en bedroeg in 2008 iets meer dan 2 % van het bbp. Het tekort op de lopende rekening is in 2008 gestegen tot 11,8 % van het bbp, als gevolg van de trager groeiende export en de hoge grondstoffenprijzen. Het tekort op de lopende rekening zal in 2009 waarschijnlijk afnemen.

 

2.

De werkgelegenheid is in 2007 in Portugal licht gestegen, met een werkgelegenheidsgraad die is gestabiliseerd rond 68 %. De werkloosheid bereikte in 2007 een piek van 8,1 %, maar is in 2008 licht gedaald. De zwakke buitenlandse vraag begint gevolgen te hebben voor de werkgelegenheid in de grote uitvoergerichte sector. Omdat de economie nog steeds in een overgangsfase zit, zal de structurele werkloosheid blijven toenemen, hetgeen vooral de laaggeschoolde en kansarme groepen zal treffen.

 

3.

Naar aanleiding van de financiële crisis en in het kader van een gecoördineerde aanpak binnen de Europese Unie heeft Portugal maatregelen genomen ter ondersteuning van de financiële sector, om de banksector te stabiliseren. Deze maatregelen moeten tevens de toegang tot financiering verbeteren en aldus de economie in ruimere zin steunen, wat de macro-economische stabiliteit ten goede zal komen. Daarnaast heeft Portugal naar aanleiding van de economische neergang, en in het kader van het herstelplan, onlangs een nieuw begrotingsprogramma goedgekeurd ter financiering van een breed initiatief (investerings- en werkgelegenheidsinitiatief) ter versterking van gerichte overheidsinvesteringen en ter ondersteuning van private investeringen en werkgelegenheid. Die maatregelen komen bovenop eerdere besluiten om de belastingen voor bedrijven te verlagen en meer financiële steun te geven aan huishoudens met een laag inkomen.

 

4.

De Commissie zal de maatregelen die Portugal heeft genomen naar aanleiding van de economische neergang, toetsen aan de beginselen van het door de Europese Raad goedgekeurde herstelplan. Wat de overheidsfinanciën betreft, hebben de Commissie en de Raad het geactualiseerde stabiliteitsprogramma op zijn verenigbaarheid met het stabiliteits- en groeipact beoordeeld. Voorts dienen de in punt 7 aanbevolen maatregelen snel ten uitvoer te worden gelegd, met name om de overgang naar een CO2-arme economie te stimuleren en het groeipotentieel voor de lange termijn te verhogen.

 

5.

Portugal is doorgegaan met de tenuitvoerlegging van zijn nationale hervormingsprogramma. Belangrijke stappen zijn gezet op weg naar een duurzame vermindering van het overheidstekort, en om de overheidsdiensten te hervormen en de overheidsfinanciën beter houdbaar te maken. Maatregelen zijn genomen om de doelstelling van publieke O&O te bereiken en er zijn bepaalde stappen gezet om de particuliere investeringen te verhogen en de imperfecties van het innovatiesysteem aan te pakken. Het onderwijsbestel is doelmatiger geworden en met de sociale partners is er een overeenkomst bereikt om de arbeidswetgeving te herzien; deze overeenkomst is ook al door het parlement goedgekeurd. Meer inspanningen zijn nodig om te kunnen doorgaan met het ombuigen van de overheidsuitgaven naar doelstellingen die het groeipotentieel beter ondersteunen, de uitkomsten te monitoren en om op energiemarkten meer daadwerkelijke concurrentie te brengen.

 

6.

Dankzij een aanzienlijke verlaging van het begrotingstekort en de vooruitgang die werd geboekt bij de begrotingsconsolidatie en de hervorming van de overheidsdiensten zijn de overheidsfinanciën gezonder geworden. Het ondernemingsklimaat is verbeterd, evenals het onderwijs en de opleiding. Niettemin staat Portugal nog steeds voor een aantal aanzienlijke uitdagingen, wil het zijn toegenomen productiviteitsgroei en evenwichtigere externe positie veiligstellen. Tegen deze achtergrond zou Portugal baat hebben bij de verdere tenuitvoerlegging en de monitoring van een meer geïntegreerde, op beleidssynergie gebaseerde beleidsaanpak die inzet op de kwaliteit van overheidsuitgaven, het functioneren van de markten verbetert, het onderwijs- en opleidingsbestel doelmatiger maakt en focust op concurrentievermogen. Een ander belangrijk aspect van het herstel van het concurrentievermogen is dat de ontwikkeling van de lonen beter wordt afgestemd op de ontwikkeling van de productiviteit. De tenuitvoerlegging van het energie- en klimaatveranderingspakket, dat door de Europese Raad is goedgekeurd, moet van nabij worden gevolgd. De maatregelen die de afgelopen jaren zijn uitgevoerd in verband met hernieuwbare energie, en die waartoe reeds is besloten in het kader van het investerings- en werkgelegenheidsinitiatief, zijn belangrijke stappen voorwaarts.

 

7.

Op basis van het oordeel van de Commissie over de vorderingen die zijn gemaakt, beveelt de Raad Portugal aan door te gaan met de tenuitvoerlegging van structurele hervormingen. Met name wordt aanbevolen dat Portugal:

 

in het kader van de begrotingsconsolidatie op middellange termijn en de hervorming van overheidsdiensten, de inspanningen opvoert om overheidsuitgaven om te buigen naar sectoren die kunnen bijdragen aan het versterken van het groeipotentieel en het externe concurrentievermogen van het land, waarbij over het algemeen de overheidsuitgaven streng in de hand worden gehouden;

 

zijn inspanningen voortzet om de algehele doeltreffendheid van het onderwijsbestel duurzaam te verbeteren en doorgaat met de ontwikkeling van een beroepsopleidingssysteem dat op de behoeften van de arbeidsmarkt is toegesneden, door de volledige totstandbrenging van het nationale kwalificatiekader en door de belanghebbenden daarbij te betrekken;

 

de modernisering van de wetgeving inzake werknemersbescherming ten uitvoer legt, met name het goedgekeurde arbeidswetboek, onder meer om, in het kader van de „flexizekerheids”-aanpak, de segmentering van de arbeidsmarkt tegen te gaan.

ROEMENIË

 

1.

De bbp-groei van Roemenië versnelde in 2008 tot naar schatting 7,8 %, vooral onder invloed van een recordtoename van de particuliere consumptie en investeringen. Toch zal deze groei in 2009 waarschijnlijk aanzienlijk vertragen, als gevolg van aanzienlijk striktere kredietvoorwaarden, een daling in het vertrouwen van consumenten en investeerders en een verzwakking van de buitenlandse vraag. In 2008 is de inflatie weliswaar gestegen tot bijna 8 %, maar in 2009 zal zij volgens prognoses van de Commissie dalen. Het overheidstekort bereikte in 2008 naar raming 5,2 % van het bbp en zal bij ongewijzigd beleid, in 2009 waarschijnlijk verder oplopen. Ondanks een lichte verbetering dankzij de verzwakte binnenlandse vraag, zal het tekort op de lopende rekening volgens de verwachtingen van de Commissie hoog blijven, namelijk bijna 13 % van het bbp in 2008, en ook in 2009 twee cijfers laten zien.

 

2.

De werkgelegenheid blijft in 2009 naar verwachting onder 60 % en de werkloosheid zal licht toenemen. De jeugdwerkloosheid is met meer dan 20 % een van de hoogste in de Europese Unie. Er wordt rekening mee gehouden dat de wereldwijde neergang zal resulteren in hogere werkloosheid, met name in bepaalde economische sectoren, onder meer in sectoren die te kampen hadden met arbeidstekorten (de automobielindustrie, de textielsector, de petrochemische industrie en de bouwsector). Laaggeschoolden en jongeren zullen hierdoor in het bijzonder worden getroffen.

 

3.

De Commissie zal de maatregelen die Roemenië heeft genomen om de begrotingsconsolidatie te verzekeren en op de economische neergang te reageren, toetsen aan de beginselen van het door de Europese Raad overeengekomen herstelplan. Wat de overheidsfinanciën betreft, zullen de Commissie en de Raad het geactualiseerde convergentieprogramma op zijn verenigbaarheid met het stabiliteits- en groeipact beoordelen. In dat verband dient Roemenië zijn inspanningen op te drijven om met de begrotingsconsolidatie door te gaan en dient het dringend zijn macro-economische onevenwichtigheden aan te pakken. Voorts dienen de in punt 6 aanbevolen maatregelen snel ten uitvoer te worden gelegd, met name om de overgang naar een CO2-arme economie te stimuleren en het groeipotentieel voor de lange termijn te verhogen.

 

4.

Roemenië is doorgegaan met de tenuitvoerlegging van zijn nationale hervormingsprogramma, maar er wordt slechts een bescheiden vooruitgang geboekt. Roemenië is een ruim begrotingsbeleid blijven voeren, hetgeen heeft bijgedragen aan macro-economische en budgettaire onevenwichtigheden. Het heeft verschillende maatregelen genomen om de kwaliteit van het onderwijs te verbeteren, maar er is meer nodig. Roemenië is doorgegaan met de tenuitvoerlegging van zijn O&O-strategie. Meer inspanningen zijn nodig om de doeltreffendheid en effectiviteit van de overheidsdiensten te verbeteren. Er blijft nog veel ruimte voor verbetering bij het verminderen van de bureaucratie en voor meer investeringen in competenties.

 

5.

In het huidige economische kader moet de eerste prioriteit voor Roemenië zijn, het aanpakken van de macro-economische en budgettaire onevenwichtigheden die een risico vormen voor zijn duurzame groei op middellange tot lange termijn. Tegelijk moet Roemenië, nu het zijn kostenvoordelen geleidelijk ziet verdwijnen, de structurele hervormingen intensiveren die de economie moeten omvormen van een economie die is gebaseerd op kostenvoordelen, naar een economie die meer op productiviteit, innovatie en kennis is gebaseerd, en zo nieuwe bronnen van groei aanboren. Voor de daadwerkelijke tenuitvoerlegging van de vereiste hervormingen is het van cruciaal belang dat Roemenië erin slaagt de doeltreffendheid en effectiviteit van zijn overheidsdiensten dringend te verbeteren. De tenuitvoerlegging van het energie- en klimaatveranderingspakket, dat door de Europese Raad is goedgekeurd, moet van nabij worden gevolgd.

 

6.

Op basis van het oordeel van de Commissie over de vorderingen die zijn gemaakt, beveelt de Raad Roemenië aan door te gaan met de tenuitvoerlegging van structurele hervormingen. Met name wordt aanbevolen dat Roemenië:

 

de doeltreffendheid, effectiviteit en onafhankelijkheid van zijn overheidsdiensten versterkt, zowel op het centrale als het lokale niveau, door zijn capaciteit inzake daadwerkelijk wettelijk toezicht en handhaving te versterken;

 

met het oog op het behoud van zijn externe concurrentievermogen en het in de hand houden van het tekort op de lopende rekening en de inflatie, zijn begrotingsbeleid verstrakt en dringend een bindend begrotingskader voor de middellange termijn ten uitvoer legt, de samenstelling van de uitgaven doorlicht om het aandeel te vergroten van groeibevorderende uitgaven door onder meer staatssteun af te bouwen en om te buigen naar horizontale doelstellingen, en ervoor zorgt dat de lonen niet sneller stijgen dan met de productiviteit;

 

in het kader van een coherent beleid voor betere wet- en regelgeving dringend maatregelen neemt om de bestuurlijke procedures en vertragingen bij het aanvragen van vergunningen aanzienlijk te beperken om zodoende het ondernemingsklimaat te verbeteren, en tegelijk ook aan corruptiebestrijding te doen;

 

de kwaliteit van het onderwijs verbetert en onderwijs en opleiding beter doet aansluiten op de arbeidsmarkt, onder meer door een leven lang leren, schooluitval vermindert en jongeren begeleidt op weg naar een baan, onder meer door praktijkgerichte opleiding.

SLOVENIË

 

1.

De bbp-groei van Slovenië is volgens de Commissie van 6,8 % in 2007 teruggelopen tot 4 % in 2008, en voor 2009 valt een verdere vertraging te verwachten. De inflatie nam in 2007 sterk toe als gevolg van stijgende energie- en voedselprijzen en onder sterke druk van de vraag, maar is eind 2008 na een piek van 6,5 % gedaald tot 1,8 %. Het tekort op de lopende rekening bedroeg in 2008 waarschijnlijk 6 % van het bbp. Voor 2009 verwacht de Commissie slechts een lichte verbetering. De overheidsfinanciën, die in 2007 een overschot lieten zien, zullen in 2008 waarschijnlijk een tekort vertonen.

 

2.

Evenals de economische activiteit begon de werkgelegenheidsgroei in de tweede helft van 2008 af te zwakken na een sterke toename, en voor 2009 wordt een verdere terugloop verwacht. Verwacht wordt dat het werkloosheidscijfer in 2008 tot 4,5 % gedaald zal zijn, maar in 2009 zal gaan stijgen. Er zijn aanwijzingen dat de werkloosheid in exportgeoriënteerde en arbeidsintensieve sectoren zal toenemen met negatieve gevolgen voor met name werknemers met een contract van bepaalde duur (in hoofdzaak jonge en buitenlandse werknemers) en laaggeschoolden.

 

3.

Naar aanleiding van de financiële crisis en in het kader van een gecoördineerde aanpak binnen de Europese Unie heeft Slovenië maatregelen genomen ter ondersteuning van de financiële sector, om de banksector te stabiliseren. Deze maatregelen moeten tevens de toegang tot financiering verbeteren en aldus de economie als geheel steunen, wat de macro-economische stabiliteit ten goede zal komen. Daarnaast heeft de regering naar aanleiding van de economische neergang in december 2008 budgettaire stimuleringsmaatregelen genomen.

 

4.

De Commissie zal de maatregelen die Slovenië heeft genomen naar aanleiding van de economische neergang, toetsen aan de beginselen van het door de Europese Raad overeengekomen herstelplan. Wat de overheidsfinanciën betreft, zullen de Commissie en de Raad het geactualiseerde stabiliteitsprogramma op zijn verenigbaarheid met het stabiliteits- en groeipact beoordelen. Voorts dienen de in punt 7 aanbevolen maatregelen snel ten uitvoer te worden gelegd, met name om de overgang naar een CO2-arme economie te stimuleren en het groeipotentieel voor de lange termijn te verhogen.

 

5.

Slovenië is doorgegaan met de tenuitvoerlegging van zijn nationale hervormingsprogramma. Er zijn opmerkelijke maatregelen genomen om het onderwijsstelsel en de arbeidsmarkt beter op elkaar te doen aansluiten. Extra inspanningen zijn noodzakelijk om de houdbaarheid van de begrotingssituatie op lange termijn te verbeteren, de „flexizekerheid” en de O&O-prestaties verder te ontwikkelen, de concurrentie te versterken en de implementering van maatregelen op het gebied van energie-efficiëntie voort te zetten. Verder is enige vooruitgang geboekt met het ontsluiten van ondernemingspotentieel.

 

6.

Slovenië staat voor de opgave het pensioenstelsel te hervormen en een beleid inzake actief ouder worden te voeren, om de gevolgen van de vergrijzing van de bevolking voor de begroting in te dammen. De verwijdering van structurele rigiditeiten in de arbeids- en productmarkt zou helpen de landenspecifieke schokken te absorberen en het aanpassingsvermogen van Slovenië binnen het eurogebied te versterken. Verder is het voor een houdbare groei en een duurzaam concurrentievermogen van het grootste belang dat de lonen niet sterker stijgen dan de productiviteit. De tenuitvoerlegging van het energie- en klimaatveranderingspakket, dat door de Europese Raad is goedgekeurd, moet van nabij worden gevolgd.

 

7.

Op basis van het oordeel van de Commissie over de vorderingen die zijn gemaakt, doet de Raad Slovenië de aanbeveling door te gaan met de tenuitvoerlegging van structurele hervormingen. Met name wordt aanbevolen dat Slovenië:

 

het pensioenstelsel hervormt en het beleid inzake actief ouder worden ten uitvoer legt, om de arbeidsparticipatie van oudere werknemers te vergroten en de langetermijnhoudbaarheid van het pensioenstelsel te verbeteren;

 

in het kader van een geïntegreerde „flexizekerheids”-aanpak, de segmentering van de arbeidsmarkt tegengaat, met name door de bescherming van de werkgelegenheid bij vaste contracten en de voorwaarden voor zogenaamd studentenwerk te herzien.

SLOWAKIJE

 

1.

De groei van het Slowaakse bbp is volgens de Commissie in 2008 afgevlakt tot 7,1 % in 2008 (tegenover 10,4 % in 2007), vooral als gevolg van een vertraging van de buitenlandse vraag. De groei werd ondersteund door een krachtige binnenlandse vraag, met onder meer sterke publieke en private consumptie en door forse investeringen in de bouwsector. In 2009 zal de Slowaakse economie trager groeien. De inflatie is in 2008 opgelopen tot 4 %, maar zal in 2009 afnemen. Het overheidstekort zal in 2008 volgens de Commissie tot 2,2 % van het bbp toenemen. Het tekort op de lopende rekening wordt voor 2008 op 6 % van het bbp geraamd en zal in 2009 op dat niveau blijven.

 

2.

De werkgelegenheid is in 2008 toegenomen met 2,3 %, maar zal in 2009 minder groeien. Het ziet ernaar uit dat de werkloosheid in 2009 hoog blijft (meer dan 10 %). De exportgerichte ondernemingen, met name de automobielindustrie, en werknemers met atypische contracten zullen waarschijnlijk het hardst door de vertraging worden getroffen.

 

3.

Slowakije heeft naar aanleiding van de economische neergang onlangs maatregelen genomen, onder meer ten behoeve van het mkb.

 

4.

De Commissie zal de maatregelen die Slowakije heeft genomen naar aanleiding van de economische neergang, toetsen aan de beginselen van het door de Europese Raad overeengekomen herstelplan. Wat de overheidsfinanciën betreft, zullen de Commissie en de Raad het geactualiseerde stabiliteitsprogramma op zijn verenigbaarheid met het stabiliteits- en groeipact beoordelen. Voorts dienen de in punt 7 aanbevolen maatregelen snel ten uitvoer te worden gelegd, met name om de overgang naar een CO2-arme economie te stimuleren en het groeipotentieel voor de lange termijn te verhogen.

 

5.

Slowakije is doorgegaan met de tenuitvoerlegging van zijn nationale hervormingsprogramma. Er zijn een aantal stappen gezet om het ondernemingsklimaat te verbeteren en om het onderwijs- en opleidingsbestel te hervormen. Verdere maatregelen zijn nodig om het ondernemerschap te verbeteren, de concurrentie op het gebied van energielevering te versterken, een strategie inzake actief ouder worden te ontwikkelen en om maatregelen te nemen ten behoeve van banen voor jongeren.

 

6.

Voor Slowakije zijn de belangrijkste opgaven op middellange termijn: het blijven terugdringen van werkloosheid, met name langdurige werkloosheid, de verbetering van de kwaliteit van het onderwijs- en opleidingsbestel, het verbeteren van de inzetbaarheid van bepaalde groepen, en het geleidelijk verkleinen van regionale inkomens- en werkgelegenheidsverschillen. Wat O&O en innovatie betreft, komt het erop aan de kwaliteit van de productie te verbeteren en het aandeel van de particuliere sector te vergroten. Gezien de recente toetreding tot het eurogebied moet Slowakije ook meer aandacht besteden aan de begrotingsdiscipline om de macro-economische stabiliteit te verzekeren en het aanpassingsvermogen van de economie te verbeteren. De tenuitvoerlegging van het energie- en klimaatveranderingspakket, dat door de Europese Raad is goedgekeurd, moet van nabij worden gevolgd.

 

7.

Op basis van het oordeel van de Commissie over de vorderingen die zijn gemaakt, doet de Raad Slowakije de aanbeveling door te gaan met de tenuitvoerlegging van structurele hervormingen. Met name wordt aanbevolen dat Slowakije:

 

op middellange termijn zorgt voor de tenuitvoerlegging van verdere maatregelen voor begrotingsconsolidatie die de macro-economische stabiliteit moeten veiligstellen, en tegelijk doorgaat met het ombuigen van de uitgaven naar onderwijs, O&O en innovatie, het creëren van verdere prikkels voor de particuliere sector op het gebied van O&O en innovatie en de tenuitvoerlegging van een coherente strategie voor O&O en innovatie, waarbij met name de klemtoon ligt op de institutionele hervorming en een substantiële verbetering van de samenwerking tussen bedrijfsleven en onderzoekswereld;

 

een omvattende strategie voor betere wet- en regelgeving ten uitvoer legt, effectbeoordelingen uitvoert en blijft doorgaan met de vereenvoudiging van de bestaande wet- en regelgeving, en daarnaast zijn inspanningen opvoert om de administratieve belasting voor ondernemingen, en met name het mkb, te verminderen;

 

binnen een geïntegreerde „flexizekerheids”-aanpak vooruitgang boekt bij de tenuitvoerlegging van de strategie voor een leven lang leren en de hervormingen van het onderwijs- en opleidingsbestel voortzet om de mismatch van de competenties aan te pakken, een strategie inzake actief ouder uitwerkt, en langdurig werklozen en kansarme groepen een betere toegang tot banen biedt.

FINLAND

 

1.

In Finland is de bbp-groei in 2008 vertraagd tot 1,5 %, als gevolg van een zwakkere buitenlandse vraag en geringere investeringen. De economische activiteiten zullen in 2009 verder teruglopen. De inflatie is scherp gestegen tot 3,9 % in 2008, als gevolg van wereldwijde stijgingen van voedsel- en brandstoffenprijzen en de betrekkelijk grote loonsstijgingen. De dalende internationale grondstoffenprijzen zouden in 2009 echter tot een duidelijke vertraging moeten leiden. Het begrotingsoverschot zal in 2008 nog 4,5 % van het bbp bedragen. Het huidige overschot op de lopende rekening van 4,2 % van het bbp zal naar verwachting licht afnemen.

 

2.

De werkgelegenheid is in 2008 gedaald, zij het minder snel dan in 2007. Deze groei zal in 2009 omslaan. De recente krapte op de arbeidsmarkt zou de onmiddellijke impact moeten opvangen van de economische neergang op de werkloosheid; er wordt van uitgegaan dat de werkloosheid stijgt in de exportsectoren en bij oudere werknemers en jongeren.

 

3.

Naar aanleiding van de financiële crisis en in het kader van een gecoördineerde aanpak binnen de Europese Unie heeft Finland maatregelen genomen ter ondersteuning van de financiële sector, om de banksector te stabiliseren. Deze maatregelen moeten tevens de toegang tot financiering verbeteren en aldus de economie in ruimere zin steunen, wat de macro-economische stabiliteit ten goede zal komen. Daarnaast heeft Finland naar aanleiding van de economische neergang onlangs maatregelen aangekondigd, met onder meer financiële steun voor het mkb en ter stimulering van de bouwsector.

 

4.

De Commissie zal de maatregelen die Finland heeft genomen naar aanleiding van de economische neergang, toetsen aan de beginselen van het door de Europese Raad overeengekomen herstelplan. Wat de overheidsfinanciën betreft, hebben de Commissie en de Raad het geactualiseerde stabiliteitsprogramma op zijn verenigbaarheid met het stabiliteits- en groeipact beoordeeld.

 

5.

Finland is doorgegaan met de tenuitvoerlegging van zijn nationale hervormingsprogramma. In het kader van de eerdere hervormingsplannen zijn inspanningen geleverd, met name ten aanzien van de tenuitvoerlegging van de herziene mededingingswet en de tenuitvoerlegging van de dienstenrichtlijn. Toch moet op mededingingsgebied de versterking van de handhaving nog ten uitvoer worden gelegd. Momenteel is een aantal hervormingen aan de gang om knelpunten op de arbeidsmarkt weg te werken, maar deze maatregelen moeten versterkt ten uitvoer worden gelegd om de aanhoudende mismatch op de arbeidsmarkt aan te pakken. Daarnaast wordt gewerkt aan een herziening van het socialezekerheidsstelsel en is een nieuwe klimaat- en energiestrategie gelanceerd die voor een duurzamere economischere ontwikkeling moet helpen te zorgen.

 

6.

Finlands exportgerichte economie heeft de voorbije paar jaar sterk gepresteerd. Toch worden de economische groei en het concurrentievermogen afgeremd door tekorten op de arbeidsmarkt die op middellange termijn zullen toenemen door de snelle vergrijzing van de bevolking. Gezien de al hoge arbeidsparticipatie, zijn de belangrijkste uitdagingen voor de toekomst het verder versterken van de participatiegraad en het afbouwen van structurele werkloosheid die het gevolg is van discrepanties op regionaal en sectoraal niveau en tussen aanwezige en gewenste competenties. De goedkeuring en de tenuitvoerlegging van de nieuwe innovatiestrategie zou ook kunnen bijdragen tot het veiligstellen van een duurzame groei op de lange termijn. Aangezien de Finse economie bijzonder energie-intensief is, zou haar groei- en productiviteitspotentieel baat vinden bij verbeteringen van de energie-efficiëntie. De tenuitvoerlegging van het energie- en klimaatveranderingspakket, dat door de Europese Raad is goedgekeurd, moet van nabij worden gevolgd.

ZWEDEN

 

1.

De bbp-groei in Zweden is vertraagd van 2,5 % in 2007 tot rond 0,5 % in 2008, als gevolg van een zwakke buitenlandse vraag, het snel afnemende vertrouwen van consumenten en bedrijven, de dalende beurzen en een afkoelende huizenmarkt. Voor 2009 wordt op een verdere vertraging gerekend. In 2008 bedroeg de inflatie 3,3 %, maar deze zou in 2009 moeten afnemen. Zweden had in 2008 een begrotingsoverschot van 2,3 % van het bbp. In 2008 had Zweden nog steeds een aanzienlijk overschot op de lopende rekening (6,2 % van het bbp).

 

2.

Nu de economie vertraagt, vertraagt ook de banengroei. Het ziet ernaar uit dat de werkloosheid aanzienlijk zal toenemen ten opzichte van het huidige niveau van rond 6 %. De sectoren die het meest door de crisis zullen worden getroffen, zijn waarschijnlijk de be- en verwerkende industrie en de bouwsector, maar ook de particuliere diensten en de detailhandel.

 

3.

Naar aanleiding van de financiële crisis en in het kader van een gecoördineerde aanpak binnen de Europese Unie heeft Zweden maatregelen genomen ter ondersteuning van de financiële sector, om de banksector te stabiliseren. Deze maatregelen moeten tevens de toegang tot financiering verbeteren en aldus de economie als geheel steunen, wat de macro-economische stabiliteit ten goede zal komen. Daarnaast heeft Zweden naar aanleiding van de economische neergang onlangs maatregelen aangekondigd, onder meer steun voor de automobielindustrie en de bouwsector en belastingen, en zijn de maatregelen inzake bedrijfsbelastingen en subsidies voor huishoudelijke diensten uitgesteld.

 

4.

De Commissie zal de maatregelen die Zweden heeft genomen naar aanleiding van de economische neergang, toetsen aan de beginselen van het door de Europese Raad goedgekeurde herstelplan. Wat de overheidsfinanciën betreft, hebben de Commissie en de Raad het geactualiseerde convergentieprogramma op zijn verenigbaarheid met het stabiliteits- en groeipact beoordeeld.

 

5.

Zweden is doorgegaan met de tenuitvoerlegging van zijn nationale hervormingsprogramma. De regering heeft, naar aanleiding van de vraag meer aandacht te besteden aan concurrentie, opdracht gegeven voor een grondige studie van de oorzaken van het gebrek aan concurrentie. Een van de inspanningen om het arbeidsaanbod te verhogen, is de aankondiging van maatregelen die de belastingen en werkgeversbijdragen verder moeten doen dalen en die de productiviteit en de inzetbaarheid van mensen moeten doen toenemen.

 

6.

De Zweedse economie is weliswaar robuust en economische hervormingen zijn aan de gang, maar toch kan nog vooruitgang worden geboekt op het punt van meer concurrentie en hogere werkgelegenheid voor doelgroepen. Meer concurrentie kan zorgen voor meer productiviteit en groei en kan de prijskloof tussen Zweden en de rest van de Europese Unie helpen te verkleinen. Ook hogere arbeidsmarktparticipatie van langdurig werklozen, herintreders (na ziekte), jongeren en mensen met een migrantenachtergrond kan de groei doen toenemen en kan de houdbaarheid van de overheidsfinanciën verder verbeteren. De tenuitvoerlegging van het energie- en klimaatveranderingspakket, dat door de Europese Raad is goedgekeurd, moet van nabij worden gevolgd.

VERENIGD KONINKRIJK

 

1.

De economie van het Verenigd Koninkrijk is aanzienlijk vertraagd, met een daling van de bbp-groei van 3 % in 2007 tot 0,7 % in 2008, en zal in 2009 krimpen. Deze vertraging is de afspiegeling van de impact van de huidige financiële crisis en een steile neergang op de huizenmarkt, die hebben geleid tot een uitgesproken verzwakking van de binnenlandse vraag met lagere particuliere consumptie en investeringen tot gevolg. De inflatie piekte op bijna 4 % in 2008, maar zal in 2009 tot een erg laag peil dalen. De overheidsfinanciën verslechteren snel als gevolg van de neergang en de versoepeling van het begrotingsbeleid. Het overheidstekort zal toenemen tot 5,7 % van het bbp in het begrotingsjaar 2008/2009 en in het volgende begrotingsjaar nog verder oplopen. Sinds medio 2007 is de wisselkoers fors gedaald. Het tekort op de lopende rekening dat in 2008 rond 2,3 % van het bbp ligt, zal naar de verwachting van de Commissie in 2009 aanzienlijk toenemen.

 

2.

Volgens de berekeningen van de Commissie kende de werkgelegenheid in 2008 een bescheiden groei, maar zal zij volgens de prognoses dalen omdat de economie in 2009 krimpt. De werkloosheid is in 2008 gestegen tot rond 6 % en het ziet ernaar uit dat ze in 2009 verder zal stijgen. De sectoren die aanvankelijk het meest door banenverlies werden getroffen, waren de financiële diensten en de bouwsector, maar de effecten op de werkgelegenheid zijn breder omdat de vraag naar arbeid overal afneemt. De werkloosheid heeft tot dusver met name mannen en bepaalde regio’s getroffen, terwijl het effect in alle leeftijdsgroepen nagenoeg hetzelfde is.

 

3.

Naar aanleiding van de financiële crisis en in het kader van een gecoördineerde aanpak binnen de Europese Unie heeft het Verenigd Koninkrijk maatregelen genomen ter ondersteuning van de financiële sector, om de banksector te stabiliseren. Deze maatregelen moeten tevens de toegang tot financiering verbeteren en aldus de economie in ruimere zin steunen, wat de macro-economische stabiliteit ten goede zal komen. Daarnaast heeft het Verenigd Koninkrijk naar aanleiding van de economische neergang onlangs maatregelen aangekondigd, zoals een tijdelijke btw-verlaging, waarmee 3 miljard GBP aan overheidsinvesteringen gemoeid is, verhoging van de inkomstenbelastingaftrek, doorvoeren van geplande verhogingen van de kinderbijslag, belastingvermindering voor kinderen, steun voor gepensioneerden, financiële steun voor het mkb, het ondersteunen van leningen voor de automobielsector, het vergroten van mogelijkheden voor beroepsopleiding en andere steun voor werklozen, en versnelde investeringen.

 

4.

De Commissie zal de maatregelen die het Verenigd Koninkrijk heeft genomen naar aanleiding van de economische neergang toetsen aan de beginselen van het door de Europese Raad overeengekomen herstelplan. Wat de overheidsfinanciën betreft, hebben de Commissie en de Raad het geactualiseerde convergentieprogramma op zijn verenigbaarheid met het stabiliteits- en groeipact beoordeeld. Voorts dienen de in punt 7 aanbevolen maatregelen snel ten uitvoer te worden gelegd, met name om de overgang naar een CO2-arme economie te stimuleren en het groeipotentieel voor de lange termijn te verhogen.

 

5.

Het Verenigd Koninkrijk is doorgegaan met de tenuitvoerlegging van zijn nationale hervormingsprogramma. Een aantal maatregelen zijn genomen om voor de meest kwetsbare groepen de competenties te versterken en het vooruitzicht op een baan te verbeteren. Voor de korte termijn zijn maatregelen aangekondigd om burgers en werkgevers te helpen deze periode van neergang te gebruiken om hun competenties verder te ontwikkelen. Ook is goede vooruitgang geboekt op het punt van de tenuitvoerlegging van het beleid inzake O&O en innovatie. Hoewel een aantal maatregelen zijn genomen om het woningaanbod op middellange termijn uit te breiden, valt moeilijk te beoordelen of deze maatregelen in het licht van de huidige marktsituatie effect zullen sorteren.

 

6.

Gezien de hoge schuldgraad van huishoudens in het Verenigd Koninkrijk, het belang van de financiële sector voor de economie en de forse aanpassing die momenteel op de huizenmarkt bezig is, is het Verenigd Koninkrijk bijzonder blootgesteld aan de scherpe verslechtering van de situatie op de wereldwijde financiële markten. Het groeipotentieel is waarschijnlijk beschadigd door de financiële crisis. Structurele hervormingen maakten voor de productiviteit een recente inhaalbeweging mogelijk, maar de productiviteit blijft voor het Verenigd Koninkrijk een uitdaging. Volgehouden hervormingsinspanningen, daaronder begrepen de tenuitvoerlegging van het beleid om de competenties en de O&O en innovatie te verbeteren, gekoppeld aan een beleid dat de begrotingspositie van het Verenigd Koninkrijk op een pad van duurzame verbetering op middellange termijn moet brengen, vormen de sleutels voor de verbetering van het groeipotentieel en het versterken van de veerkracht van de economie van het Verenigd Koninkrijk bij nieuwe schokken. De tenuitvoerlegging van het energie- en klimaatveranderingspakket, dat door de Europese Raad is goedgekeurd, moet van nabij worden gevolgd.

 

7.

Op basis van het oordeel van de Commissie over de vorderingen die zijn gemaakt, beveelt de Raad het Verenigd Koninkrijk aan door te gaan met de tenuitvoerlegging van structurele hervormingen. Met name wordt aanbevolen dat het Verenigd Koninkrijk:

 

zorgt voor een houdbare begrotingspositie op middellange termijn, daaronder begrepen maatregelen voor begrotingsconsolidatie die inzetten op een versterking van de kwaliteit van de overheidsfinanciën;

 

doorgaat met zijn plannen om de competentieniveaus aanzienlijk te verbeteren en een geïntegreerde aanpak van banen en competenties uitwerkt om de productiviteit te verbeteren en meer kansen te scheppen voor achterstandsgroepen.

LIDSTATEN VAN DE EUROZONE

 

1.

De eurozone is hard getroffen door de wereldwijde financiële crisis en verkeert thans in een recessie. De situatie op financiële markt zal waarschijnlijk voor langere tijd moeilijker blijven dan verwacht. Het vertrouwen bij huishoudens en bedrijven is aanzienlijk gedaald en de om zich heen grijpende crisis heeft negatieve effecten op de uitvoer naar landen van de eurozone. De inflatie is in de tweede helft van 2008 sterk gedaald, en zal naar verwachting in de loop van 2009 blijven dalen — tot rond 1 %. Bij de consolidatie van de overheidsfinanciën is de afgelopen paar jaar goede vooruitgang geboekt. De begrotingstekorten en de schuld zullen nu echter weer gaan stijgen, hetgeen een afspiegeling is van de economische neergang, de stimuleringsmaatregelen van het Europese economische herstelplan en de impact op de overheidsfinanciën van de maatregelen ter ondersteuning van de financiële sector.

 

2.

De ontwikkelingen op de arbeidsmarkt hebben tot voor kort betrekkelijk goed standgehouden in de economische neergang, mede dankzij de vroegere hervormingen van de arbeidsmarkt, maar in de nabije toekomst zullen ze in grote mate negatief worden beïnvloed. Hoewel sommige landen meer getroffen zijn dan andere, wordt aangenomen dat geen enkele lidstaat uit het eurogebied deze periode zonder kleerscheuren doorkomt.

 

3.

Naar aanleiding van de financiële crisis en in het kader van een gemeenschappelijke, gecoördineerde aanpak binnen de Europese Unie hebben vele lidstaten van het eurogebied maatregelen genomen ter ondersteuning van de financiële sector, om de banksector te stabiliseren. Deze maatregelen moeten de toegang tot financiering verbeteren en aldus de economie in ruimere zin steunen, wat de macro-economische stabiliteit ten goede zal komen. Deze nationale regelingen daadkrachtig uitvoeren moet helpen de financiële stabiliteit veilig te stellen, de kredietmarkten weer normaal te laten functioneren en de beschikbaarheid van kredieten voor bedrijven en huishoudens te ondersteunen, en tegelijk de gelijke voorwaarden op de interne markt in stand te houden. Omdat deze schokken bovendien de hele eurozone treffen, omdat aan een sterkere krimp van de economische activiteiten aanzienlijke risico’s verbonden zijn en omdat de inflatie snel afneemt, is het macro-economische beleid versoepeld. In het kader van het herstelplan hebben vele landen van de eurozone maatregelen aangekondigd of genomen om de vraag te ondersteunen, vertrouwen op te bouwen en het effect van de crisis op te vangen.

 

4.

De Commissie en de Raad zullen de maatregelen die landen van de eurozone hebben genomen naar aanleiding van de economische neergang, blijven toetsen aan de beginselen van het door de Europese Raad overeengekomen herstelplan. Naast de snelle uitvoering van de in punt 7 aanbevolen maatregelen dienen de overgang naar een CO2-arme economie en maatregelen ter versterking van het langetermijngroeipotentieel te worden gestimuleerd.

 

5.

De lidstaten van de eurozone zijn doorgegaan met de tenuitvoerlegging van de hervormingen die beantwoorden aan de aanbevelingen voor de eurozone, en het perspectief van de eurozone komt, weliswaar in verschillende mate, tot uiting in de algemene hervormingsstrategieën zoals die in de NHP van de betrokken lidstaten zijn aangekondigd. De fragiele economische situatie beklemtoont de noodzaak om ook op product- en arbeidsmarkten, die voor de aanpassing in een monetaire unie van wezenlijk belang zijn, de resterende structurele zwakke punten aan te pakken.

 

6.

Het groeipotentieel van de lidstaten uit de eurozone is sterk afhankelijk van het versnellen van de hervormingen die verschuivingen op de arbeidsmarkt moeten faciliteren en de concurrentie in de dienstensectoren moeten verbeteren. Daarnaast dient, met name in economieën met grote externe onevenwichtigheden, bij de ontwikkeling van de arbeidskosten rekening te worden gehouden met de concurrentieposities binnen het gebied.

 

7.

Op basis van het oordeel van de Commissie over de vorderingen die zijn gemaakt, doet de Raad de lidstaten van de eurozone de aanbeveling om structurele hervormingen sneller door te voeren. Met name wordt aanbevolen dat de lidstaten van de eurozone:

 

zorgen voor een snelle en coherente tenuitvoerlegging van alle nieuwe of in voorbereiding zijnde EU-wetgeving inzake financiële diensten en maatregelen om de samenwerking tussen nationale autoriteiten binnen de Europese Unie bij het voorkomen, beheersen en oplossen van crises te verdiepen;

 

gelet op de impuls die tijdens de huidige economische crisis vanuit de begroting is gegeven, passende maatregelen nemen om de houdbaarheid van hun overheidsfinanciën conform het stabiliteits- en groeipact veilig te stellen. In voorkomend geval moeten zij macro-economische onevenwichtigheden aanpakken, aanhoudende inflatieverschillen of trends van onevenwichtige groei in toom houden;

 

de kwaliteit van de overheidsfinanciën verbeteren door de overheidsuitgaven en belastingen door te lichten en de overheidsdiensten te moderniseren, om de productiviteit en de innovatie te stimuleren en een dynamische en concurrerende interne markt tot stand te brengen om aldus bij te dragen aan economische groei, werkgelegenheid en houdbaarheid van begrotingen;

 

daadkrachtig de gemeenschappelijke EU-beginselen inzake „flexizekerheid” ten uitvoer leggen, afgestemd op de specifieke omstandigheden van elke lidstaat en in volledige overeenstemming met gezonde en houdbare overheidsfinanciën; maatregelen treffen om de arbeidsmobiliteit over de grenzen heen, en tussen regio’s, sectoren en beroepen te bevorderen; de loonontwikkelingen beter afstemmen op productiviteit, groei van werkgelegenheid en concurrentievermogen op geaggregeerd, sectoraal, regionaal en beroepsniveau;

 

vaart zetten achter de hervormingen die de flexibiliteit en de concurrentie op de goederen- en dienstenmarkten verbeteren en de interne markt helpen verdiepen.

 

8.

Om de in een monetaire unie tot maximale beleidssynergie te komen, en het politieke draagvlak voor de hervormingen te versterken, dienen de lidstaten van de eurozone de beleidscoördinatie in de context van de eurogroep verder te vergroten. Doel is de doeltreffendheid van de begrotingsmaatregelen te versterken, de ontwikkelingen op het gebied van concurrentievermogen zoals overeengekomen te bewaken, de nodige hervormingen door te voeren, en in internationale fora op een soepele, efficiënte wijze gecoördineerde standpunten in te nemen. Daartoe dienen de bestaande akkoorden voor de externe vertegenwoordiging van de eurozone volledig te worden uitgevoerd.

 

Deze samenvatting is overgenomen van EUR-Lex.