Aanvulling van de bijlagen II en III van Protocol nr. 3 betreffende de definitie van het begrip "produkten van oorsprong" en de methoden van administratieve samenwerking door toevoeging van alternatieve percentageregels voor de produkten die vallen onder de hoofdstukken 84 tot en met 92 van de Nomenclatuur van de Internationale Douaneraad - Hoofdinhoud
Inhoudsopgave
|
Besluit nr. 2/85 van het Gemengd Comité EEG-Finland van 10 december 1985 houdende aanvulling van de bijlagen II en III van Protocol nr. 3 betreffende de definitie van het begrip "produkten van oorsprong" en de methoden van administratieve samenwerking door toevoeging van alternatieve percentageregels voor de produkten die vallen onder de hoofdstukken 84 tot en met 92 van de Nomenclatuur van de Internationale Douaneraad
Publicatieblad Nr. L 047 van 25/02/1986 blz. 0011 - 0011
BESLUIT Nr. 2/85 VAN HET GEMENGD COMITÉ EEG-FINLAND van 10 december 1985 houdende aanvulling van de bijlagen II en III van Protocol nr. 3 betreffende de definitie van het begrip ,,produkten van oorsprong'' en de methoden van administratieve samenwerking door toevoeging van alternatieve percentageregels voor de produkten die vallen onder de hoofdstukken 84 tot en met 92 van de Nomenclatuur van de Internationale Douaneraad
HET GEMENGD COMITÉ, Gelet op de op 5 oktober 1973 te Brussel ondertekende Overeenkomst tussen de Europese Economische Gemeenschap en de Republiek Finland, Gelet op Protocol nr. 3 betreffende de definitie van het begrip ,,produkten van oorsprong'' en de methoden van administratieve samenwerking, hierna Protocol nr. 3 genoemd, inzonderheid op artikel 28, Overwegende dat de ervaring heeft aangetoond dat de in Protocol nr. 3 vervatte regels inzake de oorsprong voor de produkten van de hoofdstukken 84 tot en met 92 van de Nomenclatuur van de Internationale Douaneraad, hierna ,,NIDR'' genoemd, in de praktijk tot moeilijkheden hebben geleid; dat het vanwege de onderlinge afhankelijkheid van de industriële sectoren van de Europese Economische Gemeenschap en van Finland en de wederkerigheid en het belang over en weer van het vrije handelsverkeer tussen de Europese Economische Gemeenschap en Finland noodzakelijk is deze regels te vereenvoudigen; Overwegende dat het gewenst is vereenvoudigde regels vast te stellen die in het algemeen genomen hetzelfde effect hebben als de bestaande regels; dat het, omdat het mogelijk is dat dergelijke vereenvoudigde regels voor bepaalde produkten niettemin toch een restrictiever effect sorteren, noodzakelijk is deze vereenvoudigde regels als een alternatief voor de huidige regels in te voeren; Overwegende dat de eenvoudigste alternatieve regels gelijke percentageregels zijn voor de lijsten A en B; dat de gekozen percentageniveaus van produkt tot produkt dienen te verschillen, ten einde een algemene wijziging in het economisch effect te vermijden; Overwegende dat het ter wille van de duidelijkheid verkieslijk is dergelijke alternatieve percentageregels voor de lijsten A en B te combineren in twee lijsten van produkten naar gelang van de toe te passen percentageregel; Overwegende dat er een vrijwaringsclausule moet worden opgenomen om te vermijden dat als gevolg van een alternatieve percentageregel ernstig nadeel wordt of dreigt te worden berokkend aan de producenten in één van de landen die partij zijn bij de Overeenkomst, BESLUIT:
Artikel 1
-
1.De lijsten A en B in de bijlagen II en III van Protocol nr. 3 worden gewijzigd door toevoeging van de volgende regels:a) het karakter van produkt van oorsprong wordt toegekend aan de in de bijgevoegde lijst I opgenomen produkten door bewerking, verwerking of montage waarbij de waarde van de be- of verwerkte produkten, die niet van oorsprong zijn, niet meer dan 40 % van de waarde van het eindprodukt bedraagt;b)het karakter van produkt van oorsprong wordt toegekend aan de in de bijgevoegde lijst II opgenomen produkten door bewerking, verwerking of montage waarbij de waarde van de be- of verwerkte produkten, die niet van oorsprong zijn, niet meer dan 30 % van de waarde van het eindprodukt bedraagt;voor bepaalde produkten gelden echter een lager percentage en/of bijzondere voorwaarden. 2. De in lid 1 vermelde regels komen in aanvulling op en niet in de plaats van de in de lijsten A en B vervatte regels. 3. De exporteur kan beslissen of hij al dan niet van de in lid 1 genoemde regels gebruik maakt, dan wel of hij gebruik maakt van de andere regels die in de lijsten A en B zijn vervat. De in lid 1 vermelde regels kunnen evenwel in verband met een bepaald produkt uitsluitend worden toegepast als een alternatief op en niet te zamen met een andere, eventueel in die lijsten vervatte, regel.
Artikel 2
Indien er wordt geconstateerd dat de invoer van een produkt op het grondgebied van één van de partijen bij de Overeenkomst als gevolg van de alternatieve percentageregels dermate toeneemt en onder zodanige omstandigheden plaatsvindt dat daardoor ernstige schade wordt of dreigt te worden berokkend aan de producenten van soortgelijke of rechtstreeks concurrerende produkten op het grondgebied van die partij bij de Overeenkomst, dan mag die partij bij de Overeenkomst de toepassing van de alternatieve percentageregels schorsen. Daartoe strekkende besluiten worden onverwijld met de nodige toelichting ter kennis van het Gemengd Comité gebracht. Onverminderd de vastgestelde vrijwaringsmaatregelen stelt het Gemengd Comité onverwijld een onderzoek in om een voor de partijen bij de Overeenkomst aanvaardbare oplossing te vinden.
Artikel 3
Dit besluit treedt in werking op 1 maart 1986.
Gedaan te Brussel, 10 december 1985. Voor het Gemengd Comité De Voorzitter H. DE LANGE
BIJLAGE I
LIJST I
Eindprodukten waarop de 40 % regel van artikel 1, lid 1, sub a), van toepassing is
>RUIMTE VOOR DE TABEL>
-
(1)Berekend naar de waarde, moet ten minste 50 % van de voor de montage van de kop (zonder motor) gebruikte produkten, delen en onderdelen uit ,,produkten van oorsprong'' bestaan, en de draadspannings-, haak- en zigzagmechanismen moeten ,,produkten van oorsprong'' zijn.
>RUIMTE VOOR DE TABEL>
BIJLAGE II
LIJST II
Eindprodukten waarop de 30 % regel van artikel 1, lid 1, sub b), van toepassing is
>RUIMTE VOOR DE TABEL>
-
(1)Er wordt een percentageregel van 25 toegepast. (2) Voor roterende verdringerpompen wordt een percentageregel van 25 toegepast. (3) Voor ventilatoren, aanjagers en dergelijke wordt een percentageregel van 25 toegepast.
>RUIMTE VOOR DE TABEL>
-
(4)Er wordt een percentageregel van 25 toegepast. (5) Voor de posten 85.14 en 85.15 is de toe te passen percentageregel 25 en mag de waarde van de gebruikte transistoren die niet van oorsprong zijn, niet meer bedragen dan 3 % van de waarde van het eindprodukt. (6)Voor de halfgeleiderelementen en elektronische microstructuren, post ex 85.21, wordt een percentageregel van 25 toegepast.
>RUIMTE VOOR DE TABEL>
Deze samenvatting is overgenomen van EUR-Lex.