Besluit 1985/198 - Programma voor onderzoek en ontwikkeling op het gebied van niet-nucleaire energie (1985-1988)

Inhoudsopgave

  1. Wettekst
  2. 31985D0198

1.

Wettekst

Avis juridique important

|

2.

31985D0198

85/198/EEG: Besluit van de Raad van 12 maart 1985 houdende vaststelling van een programma voor onderzoek en ontwikkeling op het gebied van niet-nucleaire energie (1985-1988)

Publicatieblad Nr. L 083 van 25/03/1985 blz. 0016 - 0019

Bijzondere uitgave in het Spaans: Hoofdstuk 16 Deel 1 blz. 0245

Bijzondere uitgave in het Portugees: Hoofdstuk 16 Deel 1 blz. 0245

++++

BESLUIT VAN DE RAAD

van 12 maart 1985

houdende vaststelling van een programma voor onderzoek en ontwikkeling op het gebied van niet-nucleaire energie ( 1985-1988 )

( 85/198/EEG )

DE RAAD VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN ,

Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Economische Gemeenschap , inzonderheid op artikel 235 ,

Gezien de voorstellen van de Commissie ( 1 ) ,

Gezien het advies van het Europese Parlement ( 2 ) ,

Gezien het advies van het Economisch en Sociaal Comité ( 3 ) ,

Overwegende dat de Raad op 9 juni 1980 de resolutie betreffende de doelstellingen inzake energiebeleid van de Gemeenschap voor 1990 en de convergentie van het beleid van de Lid-Staten ( 4 ) heeft aangenomen ;

Overwegende dat de ontwikkeling van een energiestrategie voor de Gemeenschap bij voorrang versterking vergt van het beleid voor onderzoek , ontwikkeling en demonstratie op communautair niveau ;

Overwegende dat de Raad op 25 juli 1983 de resolutie betreffende de kaderprogramma's voor communautaire werkzaamheden voor onderzoek , ontwikkeling en demonstratie en een eerste kaderprogramma 1984 - 1987 heeft aangenomen ( 5 ) ;

Overwegende dat de programma's voor onderzoek en ontwikkeling op energiegebied die bij Besluiten 75/510/EEG ( 6 ) en 79/785/EEG ( 7 ) zijn vastgesteld , tot positieve resultaten hebben geleid en veelbelovende perspectieven voor de nagestreefde doelstellingen hebben geopend ;

Overwegende dat bijgevolg de acties voor onderzoek en ontwikkeling waarop dit besluit betrekking heeft , ter verwezenlijking van de beoogde doelstellingen , noodzakelijk voorkomen en een passend middel vormen om de reeds ondernomen werkzaamheden voort te zetten en nieuwe aan te vatten ;

Overwegende dat het gewenst is de acties waarop dit programma betrekking heeft aan te vullen met onderzoek - en ontwikkelingswerkzaamheden op het gebied van koolwaterstoffen ;

Overwegende dat in de Verordeningen ( EEG ) nr . 1971/83 ( 8 ) en ( EEG ) nr . 1972/83 ( 9 ) wordt voorzien in financiële steun aan industriële proefprojecten en demonstratieprojecten op het gebied van de vloeibaarmaking en vergassing van vaste brandstoffen en aan demonstratieprojecten op het gebied van de exploitatie van alternatieve energiebronnen en op het gebied van de energiebesparing en de vervanging van koolwaterstoffen ;

Overwegende dat deze steun slechts aan projecten dient te worden toegekend waarvan de perspectieven voor technische en economische levensvatbaarheid door voorafgaande studies en onderzoek worden aangetoond ;

Overwegende dat het Verdrag niet voorziet in de specifieke bevoegdheden voor het aanvaarden van dit besluit ;

Overwegende de adviezen van het Comité voor wetenschappelijk en technisch onderzoek ( CREST ) ,

BESLUIT :

Artikel 1

Op het gebied van niet-nucleaire energie wordt een onderzoek - en ontwikkelingsprogramma van de Europese Economische Gemeenschap , als omschreven in de bijlage , vastgesteld voor een periode van vier jaar , met ingang van 1 januari 1985 .

Artikel 2

Het bedrag dat noodzakelijk wordt geacht voor de uitvoering van het programma beloopt 175 miljoen Ecu , met inbegrip van de uitgaven voor een personeelsbestand van 40 functionarissen .

Artikel 3

De Commissie zorgt voor uitvoering van het programma en wordt daarin bijgestaan door het Raadgevend Comité inzake beheer en coordinatie ( RCBC ) " niet-nucleaire energie " , dat is ingesteld bij Besluit 84/338/Euratom , EGKS , EEG ( 10 ) .

Artikel 4

In het licht van de tijdens de uitvoering van het programma verkregen ervaring en na advies van het RCBC is de Commissie gemachtigd om middelen van een subprogramma naar een ander over te dragen voor zover de uiteindelijke toewijzing van elk subprogramma niet meer dan 15 % afwijkt van de oorspronkelijke toewijzing , zoals deze ter indicatie in de bijlage is vermeld .

Artikel 5

In het tweede jaar wordt het programma opnieuw bezien . Het resultaat van dit onderzoek wordt medegedeeld aan de Raad en het Europese Parlement . Dit onderzoek kan ertoe leiden dat de Commissie een voorstel tot herziening van het programma indient volgens de passende procedures .

Gedaan te Brussel , 12 maart 1985 .

Voor de Raad

De Voorzitter

F . M . PANDOLFI

( 1 ) PB nr . C 218 van 13 . 8 . 1983 , blz . 4 en PB nr . C 154 van 14 . 6 . 1984 , blz . 5 .

( 2 ) PB nr . C 322 van 28 . 11 . 1983 , blz . 279 en PB nr . C 72 van 18 . 3 . 1985 , blz . 30 .

( 3 ) PB nr . C 341 van 19 . 12 . 1983 , blz . 27 en PB nr . C 25 van 28 . 1 . 1985 , blz . 23 .

( 4 ) PB nr . C 149 van 18 . 6 . 1980 , blz . 1 .

( 5 ) PB nr . C 208 van 4 . 8 . 1983 , blz . 1 .

( 6 ) PB nr . L 231 van 2 . 9 . 1975 , blz . 1 .

( 7 ) PB nr . L 231 van 13 . 9 . 1979 , blz . 30 .

( 8 ) PB nr . L 195 van 19 . 7 . 1983 , blz . 1 .

( 9 ) PB nr . L 195 van 19 . 7 . 1983 , blz . 6 .

( 10 ) PB nr . L 177 van 4 . 7 . 1984 , blz . 25 .

BIJLAGE

PROGRAMMA VOOR ONDERZOEK EN ONTWIKKELING OP HET GEBIED VAN NIET-NUCLEAIRE ENERGIE

De doelstellingen van dit programma zijn weergegeven in de volgende subprogramma's ; zij worden verwezenlijkt door middel van contracten voor gezamenlijke rekening .

ONTWIKKELING VAN HERNIEUWBARE ENERGIEEN

1 . Zonne-energie

Ter indicatie : het bedrag dat noodzakelijk wordt geacht voor de uitvoering van dit subprogramma beloopt 35,5 miljoen Ecu .

A - Toepassingen van zonne-energie in gebouwen .

B - Thermomechanische zonnecentrales .

C - Fotovoltaïsche vermogensgeneratoren .

D - Gegevens over zonnestraling .

E - Toepassingen van zonne-energie in de landbouw en met de landbouw verbonden industrie .

2 . Biomassa-energie

Ter indicatie : het bedrag dat noodzakelijk wordt geacht voor de uitvoering van dit subprogramma beloopt 20 miljoen Ecu .

A - Ontwikkeling en terugwinning van de biomassa voor energiedoelstellingen .

B - Technologieën voor de omzetting van biomassa .

C - Energiegebruik van de biomassa .

D - Fototechnische en fotobiologische processen .

3 . Windenergie

Ter indicatie : het bedrag dat noodzakelijk wordt geacht voor de uitvoering van dit subprogramma beloopt 18 miljoen Ecu .

A - Evaluatie van de Europese hulpbronnen .

B - Beproeving van windmolens .

C - Ontwikkeling van technologieën en prototypes .

4 . Geothermische energie

Ter indicatie : het bedrag dat noodzakelijk wordt geacht voor de uitvoering van dit subprogramma beloopt 21 miljoen Ecu .

A - Exploratie en evaluatie van de hulpbronnen .

B - Eigenschappen van de bekkens .

C - Produktie en beheer van de lagen .

D - Gebruik van de hulpbronnen en beheer .

E - Droog warm gesteente .

F - Onderwijs en opleiding .

RATIONEEL ENERGIEGEBRUIK

5 . Energiebesparing

Ter indicatie : het bedrag dat noodzakelijk wordt geacht voor de uitvoering van dit subprogramma beloopt 26,5 miljoen Ecu .

A - Gebouwen .

B - Industrie .

C - Vervoer .

D - Opslag van energie .

6 . Gebruik van vaste brandstoffen

Ter indicatie : het bedrag dat noodzakelijk wordt geacht voor de uitvoering van dit subprogramma beloopt 20 miljoen Ecu .

A - Produktie van warmte en elektriciteit .

B - Vervoer en lossen en laden van vaste brandstoffen .

C - Wetenschap van de vaste brandstoffen .

7 . Produktie en gebruik van nieuwe energiedragers

Ter indicatie : het bedrag dat noodzakelijk wordt geacht voor de uitvoering van dit subprogramma beloopt 10 miljoen Ecu .

A - Produktie van synthetische brandstoffen uit steenkool .

B - Produktie van synthetische brandstoffen uit de biomassa .

C - Studie van systemen en materialen die eigen zijn aan de twee produktiewijzen .

D - Produktie van waterstof voor de fabricage van synthetische brandstoffen .

E - Brandstofcellen .

8 . Optimalisering van de produktie en het gebruik van koolwaterstoffen

Ter indicatie : het bedrag dat noodzakelijk wordt geacht voor de uitvoering van dit subprogramma beloopt 15 miljoen Ecu .

A - Verbetering van de kennis van koolwaterstofvelden .

B - Gebruik van aardgas .

C - Gebruik van zware aardoliefracties .

D - Aanpassing van motoren en brandstoffen .

9 . Analyse van energiesystemen en modellering

Ter indicatie : het bedrag dat noodzakelijk wordt geacht voor de uitvoering van dit subprogramma beloopt 9 miljoen Ecu .

A - Onderhoud en exploitatie van de bestaande modellen .

B - Ontwikkeling van nieuwe modellen .

C - Toepassing van de modellen en versterking van de hiermee verbonden infrastructuur .

Deze samenvatting is overgenomen van EUR-Lex.