Verordening 1988/1555 - Vierde wijziging van Verordening (EEG) nr. 3094/86 houdende technische maatregelen voor de instandhouding van de visbestanden

Inhoudsopgave

  1. Wettekst
  2. 31988R1555

1.

Wettekst

Avis juridique important

|

2.

31988R1555

Verordening (EEG) nr. 1555/88 van de Raad van 31 mei 1988 tot vierde wijziging van Verordening (EEG) nr. 3094/86 houdende technische maatregelen voor de instandhouding van de visbestanden

Publicatieblad Nr. L 140 van 07/06/1988 blz. 0001 - 0002

Bijzondere uitgave in het Fins: Hoofdstuk 4 Deel 3 blz. 0084

Bijzondere uitgave in het Zweeds: Hoofdstuk 4 Deel 3 blz. 0084

*****

VERORDENING (EEG) Nr. 1555/88 VAN DE RAAD

van 31 mei 1988

tot vierde wijziging van Verordening (EEG) nr. 3094/86 houdende technische maatregelen voor de instandhouding van de visbestanden

DE RAAD VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN,

Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Economische Gemeenschap,

Gelet op Verordening (EEG) nr. 170/83 van de Raad van 25 januari 1983 tot instelling van een communautaire regeling voor de instandhouding en het beheer van de visbestanden (1), laatstelijk gewijzigd bij de Akte van Toetreding van Spanje en Portugal, inzonderheid op artikel 11,

Gezien het voorstel van de Commissie,

Overwegende dat in artikel 2 van Verordening (EEG) nr. 170/83 is bepaald dat de instandhoudingsmaatregelen om de in artikel 1 van die verordening genoemde doelstellingen te bereiken, worden uitgewerkt op grond van de beschikbare wetenschappelijke adviezen;

Overwegende dat bij Verordening (EEG) nr. 3094/86 (2), laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EEG) nr. 3953/87 (3), algemene voorschriften zijn vastgesteld voor de visserij op en de aanvoer van biologische rijkdommen in de wateren van de Gemeenschap;

Overwegende dat de wijzigingen van de voorschriften voor de visserij in het Skagerrak en het Kattegat die de delegaties van de Gemeenschap, Noorwegen en Zweden zijn overeengekomen, ten uitvoer gelegd dienen te worden; dat derhalve de datum van inwerkingtreding van de verhoging van de minimummaaswijdte bij het vissen op garnaal (Pandalus borealis) in het Skagerrak en het Kattegat moet worden vervroegd en de minimummaaswijdte voor het vissen op langoestine (Nephrops norvegicus) in het Skagerrak en het Kattegat moet worden verhoogd;

Overwegende dat horsmakreel die aan de minimummaat voldoet, te groot is om te worden gebruikt als levend aas en dat daarom moet worden toegestaan dat horsmakreel van een kleinere maat aan boord wordt gehouden om te worden gebruikt als levend aas;

Overwegende dat het niet van toepassing zijn van de bepalingen van Verordening (EEG) nr. 3094/86 op visserijactiviteiten in het kader van het kunstmatig uitzetten of overbrengen van vis, schaal-, schelp- en weekdieren, moet worden verduidelijkt in die zin dat de andere bepalingen van de verordening slechts gelden voor vis, schaal-, schelp- en weekdieren die daartoe worden gehouden en voor menselijke consumptie worden verkocht,

HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING

VASTGESTELD:

Artikel 1

Verordening (EEG) nr. 3094/86 wordt als volgt gewijzigd:

  • 1. 
    in artikel 5, lid 3, tweede alinea, wordt het volgende toegevoegd:

»c) horsmakreel (Trachurus spp.) bestemd om te worden gebruikt als levend aas.";

  • 2. 
    de tweede alinea van artikel 12 wordt vervangen door:

»Vis, schaal-, schelp- en weekdieren die voor de in de eerste alinea genoemde doeleinden zijn gevangen, mogen alleen voor menselijke consumptie worden verkocht indien de andere bepalingen van deze verordening worden nageleefd";

  • 3. 
    de gegevens in bijlage I voor de volgende geografische zones:
  • Skagerrak en Kattegat, met betrekking tot garnaal (Pandalus borealis) (toegestane doelsoorten);
  • Skagerrak en Kattegat, met betrekking tot langoestine (Nephrops norvegicus) (toegestane doelsoorten),

worden vervangen door de gegevens in de bijlage van de onderhavige verordening.

Artikel 2

Deze verordening treedt in werking op de derde dag volgende op die van haar bekendmaking in het Publikatieblad van de Europese Gemeenschappen.

Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke Lid-Staat.

Gedaan te Brussel, 31 mei 1988.

Voor de Raad

De Voorzitter

  • H. 
    KLEIN
  • (1) 
    PB nr. L 24 van 27. 1. 1983, blz. 1.
  • (2) 
    PB nr. L 288 van 11. 10. 1986, blz. 1.
  • (3) 
    PB nr. L 371 van 30. 12. 1987, blz. 9.

BIJLAGE

1.2.3.4.5.6.7 // // // // // // // // Gebied // Geografische zone // Bijkomende voorwaarden // Minimum- maaswijdte (mm) // Toegestane doelsoorten // Minimum- percentage doelsoorten // Maximumpercentage beschermde soorten // // // // // // // // 2 // Skagerrak en Kattegat // tot en met 31 december 1988 // 60 // Langoestine (Nephrops norvegicus) // 20 // 70 // // // met ingang van 1 januari 1989 // 70 (2) 60 (3) // Langoestine (Nephrops norvegicus) // 20 // 70 // // // met ingang van 1 januari 1991 // 70 // Langoestine (Nephrops norvegicus) // 20 // 70 // // Skagerrak en Kattegat // tot en met 31 mei 1988 // 30 // Garnaal (Pandalus borealis) // 20 // 50 // // // met ingang van 1 juni 1988 // 35 (4) 30 (3) // Garnaal (Pandalus borealis) // 20 // 50 // // // met ingang van 1 januari 1989 // 35 // Garnaal (Pandalus borealis) // 20 // 50 // // // // // // //

  • (2) 
    Minimummaat voor de mazen in de laatste acht meter van het net gemeten vanaf de pooklijn en gecontroleerd op de mazen die zijn gestrekt in de lengte-richting van het net.
  • (3) 
    Overige gedeelte van het net.
  • (4) 
    Minimummaat voor de mazen in de laatste zes meter van het net gemeten vanaf de pooklijn en gecontroleerd op de mazen die zijn gestrekt in de lengte-richting van het net.

Deze samenvatting is overgenomen van EUR-Lex.