Verordening 1991/1911 - Toepassing van de bepalingen van het Gemeenschapsrecht op de Canarische eilanden

Inhoudsopgave

  1. Wettekst
  2. 31991R1911

1.

Wettekst

Avis juridique important

|

2.

31991R1911

Verordening (EEG) nr. 1911/91 van de Raad van 26 juni 1991 betreffende de toepassing van de bepalingen van het Gemeenschapsrecht op de Canarische eilanden

Publicatieblad Nr. L 171 van 29/06/1991 blz. 0001 - 0004

Bijzondere uitgave in het Fins: Hoofdstuk 14 Deel 1 blz. 0004

Bijzondere uitgave in het Zweeds: Hoofdstuk 14 Deel 1 blz. 0004

VERORDENING ( EEG ) Nr . 1911/91 VAN DE RAAD van 26 juni 1991 betreffende de toepassing van de bepalingen van het Gemeenschapsrecht op de Canarische eilanden

DE RAAD VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN,

Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Economische Gemeenschap,

Gelet op de Akte van Toetreding van Spanje en Portugal, inzonderheid op artikel 25, lid 4, eerste alinea,

Gezien het gewijzigde voorstel van de Commissie ( 1 ),

Gezien het advies van het Europese Parlement ( 2 ),

Gezien het advies van het Economisch en Sociaal Comité ( 3 ),

Overwegende dat de Verdragen en de besluiten van de Instellingen van de Europese Gemeenschappen op grond van artikel 25 van de Toetredingsakte op de Canarische eilanden van toepassing zijn, behoudens de in dit artikel, in artikel 155 van de Toetredingsakte en in het aan de Toetredingsakte gehechte Protocol nr . 2 opgenomen afwijkingen;

Overwegende dat de Canarische eilanden door deze regeling worden uitgesloten met name van het douanegebied van de Gemeenschap en van de toepassing van het gemeenschappelijk handels -, het gemeenschappelijk landbouw - en het gemeenschappelijk visserijbeleid; dat de ervaring evenwel heeft aangetoond dat door een volledige integratie in de takken van gemeenschappelijk beleid en in het proces van de voltooiing van de interne markt de ontwikkeling van de Canarische eilanden beter zou kunnen worden gewaarborgd; dat derhalve de regeling waarin de Toetredingsakte voorziet, dient te worden gewijzigd en de Canarische eilanden in het douanegebied van de Gemeenschap dienen te worden geïntegreerd;

Overwegende dat de Raad op grond van artikel 25, lid 4, eerste alinea, van de Toetredingsakte op verzoek van Spanje, op voorstel van de Commissie en na raadpleging van het Europese Parlement, met eenparigheid van stemmen kan besluiten de Canarische eilanden in het douanegebied van de Gemeenschap op te nemen en passende maatregelen kan vaststellen om de werkingssfeer van de bepalingen van het geldende Gemeenschapsrecht tot de Canarische eilanden uit te breiden; dat Spanje op 7 maart 1990 overeenkomstig genoemd artikel een verzoek in deze zin heeft gedaan;

Overwegende dat de integratie van de Canarische eilanden in het geheel van de takken van het gemeenschappelijk beleid een progressief verlopend proces vormt dat een passende overgangsperiode behoeft, onverminderd bijzondere maatregelen die erop gericht zijn rekening te houden met de specifieke moeilijkheden wegens het afgelegen en insulaire karakter van de Canarische eilanden en met het voor deze eilanden van oudsher geldende economische en belastingstelsel; dat deze maatregelen het voorwerp dienen te vormen van een in toepassing van de onderhavige verordening vast te stellen programma van specifieke, op het afgelegen en insulaire karakter van de Canarische eilanden afgestemde maatregelen;

Overwegende dat de toepassing van het gemeenschappelijk landbouwbeleid op de Canarische eilanden met name het vrije verkeer van produkten onder de voor het Spaanse deel van het Iberische schiereiland geldende voorwaarden ( einde van de overgangsperiode op 31 december 1995 ) mogelijk zal maken, behoudens de aanvullende mechanismen voor het handelsverkeer in verband met de bevoorrading van de Canarische eilanden; dat het vrije verkeer van produkten tussen de Canarische eilanden en het overige Spanje in dit kader wordt gewaarborgd; dat onverkorte toepassing van het gemeenschappelijk landbouwbeleid afhankelijk is van het van kracht worden van een specifieke regeling voor de bevoorrading; dat de toepassing van dit beleid voorts vergezeld zal dienen te gaan van specifieke maatregelen voor de landbouwproduktie op de Canarische eilanden; dat de bepalingen van de Toetredingsakte met betrekking tot de toepassing van het gemeenschappelijk landbouwbeleid op de Canarische eilanden tot het van kracht worden van deze regeling voor de bevoorrading gehandhaafd dienen te blijven, met uitzondering van die welke gelden voor de toegang van de produkten van oorsprong uit de Canarische eilanden tot de andere delen van de Gemeenschap; dat met betrekking tot bananen de bepalingen van Protocol nr . 2 ter zake van dit produkt van toepassing dienen te blijven;

Overwegende dat het gemeenschappelijk visserijbeleid vanaf de inwerkingtreding van deze verordening op de Canarische eilanden dient te worden toegepast onder de voorwaarden die voor het Spaanse deel van het Iberische schiereiland gelden ( einde van de overgangsperiode op 31 december 1995 ), behoudens in het kader van de geldende wetgeving vast te stellen bijzondere maatregelen;

Overwegende dat de erkenning van oudsher van het insulaire karakter van de Canarische eilanden haar weerslag vindt in de toepassing van successieve uitzonderingsregelingen op economisch en belastinggebied ter compensatie van de aan het geografische isolement van de archipel verbonden nadelen;

Overwegende dat in deze context de versterking van de integratie van de Canarische eilanden in de Gemeenschap niet onverenigbaar is met de handhaving van een bijzondere regeling voor de indirecte belastingen op de Canarische eilanden, inzonderheid de handhaving van de uitsluiting van het territoriale toepassingsgebied van het gemeenschappelijke stelsel van de belasting over de toegevoegde waarde ( BTW ), op grond van artikel 26 in samenhang met bijlage I, hoofdstuk V, punt 2, van de Toetredingsakte, waarmede artikel 3, lid 2, van de Zesde Richtlijn 77/388/EEG ( 4 ) is gewijzigd, alsook de handhaving van de uitsluiting van de Canarische eilanden van het territoriale toepassingsgebied van de richtlijnen die betrekking hebben op tabaksprodukten, op grond van artikel 26 in samenhang met bijlage I, hoofdstuk V, punten 3 en 4, van de Toetredingsakte;

Overwegende dat de Gemeenschap met tevredenheid nota neemt van de doelstellingen van de door Spanje begonnen herziening met betrekking tot de belastingaspecten van de voor de Canarische eilanden geldende regeling op economisch en belastinggebied; dat met deze herziening wordt voorzien in de geleidelijke invoering van een modern stelsel van indirecte belastingheffing dat een instrument voor economische en sociale ontwikkeling en voor de financiering van de lokale begrotingen vormt en dat de voorwaarden schept voor een volledige integratie in de Gemeenschap aan het einde van een overgangsperiode van niet meer dan tien jaar;

Overwegende dat om deze reden tot uiterlijk 31 december 2000 in twee etappen van vijf jaar volgens een dynamisch proces in verband met de geleidelijke opneming van de Canarische eilanden in de douane-unie voor de toepassing van de nieuwe belasting genaamd "arbitrio op de produktie en op de invoer ( APIM )", bepaalde volledige of gedeeltelijke vrijstellingen moeten worden verleend ten gunste van de lokale produktietakken mits met deze vrijstellingen tot de bevordering van de lokale activiteiten wordt bijgedragen; dat de heffing van deze nieuwe belasting voor de produkten van het gemeenschappelijk landbouwbeleid evenwel moet worden opgeschort totdat dit beleid toepassing vindt, met dien verstande dat wanneer deze produkten uit derde landen worden ingevoerd, de op de Canarische eilanden in het handelsverkeer met deze landen geldende bepalingen tot diezelfde datum gehandhaafd moeten blijven;

Overwegende dat de afbraak van deze belasting vanaf de inwerkingtreding van deze verordening gepaard moet gaan met de geleidelijke invoering van het gemeenschappelijk douanetarief en volgens dezelfde overgangsperiode om de volledige integratie van de Canarische eilanden in de douane-unie per 31 december 2000 te waarborgen; dat de toepassing van het gemeenschappelijk douanetarief en van de andere invoerrechten met betrekking tot de onder het gemeenschappelijk landbouwbeleid vallende produkten afhangt van de inwerkingtreding van specifieke bepalingen met betrekking tot de bevoorrading van de Canarische eilanden met essentiële landbouwprodukten; dat in ieder geval de geleidelijke toepassing van het gemeenschappelijk douanetarief op de Canarische eilanden voor bepaalde gevoelige produkten gepaard dient te gaan met, in voorkomend geval, specifieke tariefmaatregelen of met maatregelen die afwijken van het gemeenschappelijk handelsbeleid; dat dergelijke maatregelen ook zullen kunnen worden genomen op het gebied van de voor de belastingvrije zones geldende regeling;

Overwegende dat de "arbitrio insular - tarifa especial" genaamde belasting die op de uit de andere delen van de Gemeenschap geleverde produkten wordt toegepast overeenkomstig de in artikel 6, lid 3, van Protocol nr . 2 vervatte voorwaarden, na 31 december 1992 niet zal worden verlengd, behalve door de Raad vast te stellen toepassing van geval tot geval, tot uiterlijk 31 december 2000; dat de heffing van deze belasting op de uit derde landen op de Canarische eilanden ingevoerde produkten vanaf 1 januari 1996 geleidelijk zal moeten worden verminderd, zodat deze op 31 december 2000, onverminderd de uit bestaande akkoorden voortvloeiende verplichtingen, kan worden afgeschaft;

Overwegende dat in de mogelijkheid dient te worden voorzien om tot uiterlijk 31 december 1999 vrijwaringsmaatregelen toe te passen,

HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD :

Artikel 1

De bepalingen van de Verdragen en van de besluiten van de Instellingen van de Europese Gemeenschappen, ten aanzien waarvan in de Toetredingsakte in afwijkingen is voorzien, zijn onder de in deze verordening bedoelde voorwaarden van toepassing op de Canarische eilanden .

Artikel 2

1 . Vanaf het van kracht worden van de in lid 2 bedoelde specifieke regeling is het gemeenschappelijk landbouwbeleid onder de voor het Spaanse deel van het Iberische schiereiland geldende voorwaarden van toepassing op de Canarische eilanden . Evenwel zijn :

  • de aanvullende mechanismen waarin in de Toetredingsakte voor het handelsverkeer is voorzien, niet van toepassing op de binnenkomst van de betrokken produkten op de Canarische eilanden;
  • vanaf de inwerkingtreding van deze verordening de voor het Spaanse deel van het Iberische schiereiland van kracht zijnde regelingen van toepassing op de verzending van de produkten van oorsprong van de Canarische eilanden naar de andere delen van de Gemeenschap .

2 . De toepassing van het gemeenschappelijk landbouwbeleid zal door een specifieke regeling voor de bevoorrading worden begeleid .

3 . Bij de toepassing van het gemeenschappelijk landbouwbeleid zal voorts rekening worden gehouden met het specifieke karakter van de produktietakken op de Canarische eilanden .

Artikel 3

Het gemeenschappelijk visserijbeleid is onder de voor het Spaanse deel van het Iberische schiereiland geldende voorwaarden van toepassing op de Canarische eilanden . De toepassing van het gemeenschappelijk visserijbeleid wordt begeleid door specifieke maatregelen die erop gericht zijn in voorkomend geval het specifieke karakter van de produktietakken op de Canarische eilanden in aanmerking te nemen .

Artikel 4

1 . Het grondgebied van de Canarische eilanden blijft overeenkomstig artikel 26 in samenhang met bijlage I, hoofdstuk V, punt 2, van de Toetredingsakte, waarmede artikel 3, lid 2, van de Zesde Richtlijn 77/388/EEG wordt gewijzigd, buiten het toepassingsgebied van het gemeenschappelijk stelsel van de BTW .

2 . Spanje kan overeenkomstig artikel 26 in samenhang met bijlage I, hoofdstuk V, punten 3 en 4, van de Toetredingsakte het bepaalde in de Richtlijnen 72/464/EEG ( 5 ) en 79/32/EEG ( 6 ) niet op de Canarische eilanden van kracht doen worden .

Artikel 5

1 . Gedurende een uiterlijk op 31 december 2000 verstrijkende overgangsperiode worden de Spaanse autoriteiten gemachtigd op alle op de Canarische eilanden binnengebrachte en op de aldaar verkregen produkten een belasting, de zogeheten "arbitrio op de produktie en de invoer ( APIM )", te heffen. Voor de onder het gemeenschappelijk landbouwbeleid vallende produkten mag deze belasting echter pas worden geheven zodra de in artikel 2, lid 2, bedoelde specifieke regeling voor de bevoorrading van kracht is geworden .

2 . Tot 31 december 1995 worden de tarieven van de belasting overeenkomstig lid 3 vastgesteld . Vanaf 1 januari 1996 worden zij met 20 % per jaar verminderd, zodat de belasting binnen de in lid 1 bedoelde termijn kan worden afgeschaft .

3 . De van toepassing zijnde tarieven kunnen naar gelang van de categorie produkten variëren van 0,1 % tot 5 %; deze tarieven kunnen voor verwerkte tabakssoorten ( GN-codes 2402 10 00 en 2402 20 00 ) tot 15 % oplopen . Zij mogen in geen geval met meer dan 15 % van het oorspronkelijk tarief worden verhoogd . Deze variatie van de tarieven mag in geen geval ertoe leiden dat discriminatie ten aanzien van uit de Gemeenschap herkomstige produkten ontstaat .

4 . In het kader van de in lid 1 bedoelde overgangsperiode kunnen, rekening houdend met de bijzondere situatie van de Canarische eilanden en in het vooruitzicht van volledige integratie ervan in de douane-unie, tot 31 december 1995 naar gelang van de economische behoeften voor lokale produktietakken volledige of gedeeltelijke belastingvrijstellingen worden verleend . Deze vrijstellingen moeten passen in de strategie voor de economische en sociale ontwikkeling van de Canarische eilanden, waarbij rekening wordt gehouden met hun communautair bestek, en moeten bijdragen tot de bevordering van de lokale activiteiten zonder dat zij evenwel de voorwaarden voor het handelsverkeer in een met het gemeenschappelijk belang strijdige mate nadelig mogen beïnvloeden .

5 . De door de bevoegde autoriteiten overeenkomstig lid 4 toegepaste regelingen voor belastingvrijstelling worden aangemeld bij de Commissie die de Lid-Staten hiervan op de hoogte brengt en binnen twee maanden een standpunt inneemt om te beoordelen of deze regelingen aan de in het genoemde lid omschreven doelstellingen beantwoorden . Indien de Commissie zich niet binnen deze termijn heeft uitgesproken, wordt de regeling geacht te zijn goedgekeurd .

6 . In de loop van 1995 onderzoekt de Commissie, na de Spaanse autoriteiten te hebben geraadpleegd, de invloed van de genomen maatregelen op de economie van de Canarische eilanden alsook de vooruitzichten van de integratie ervan in het douanegebied van de Gemeenschap . De Spaanse autoriteiten kunnen op basis van dit onderzoek worden gemachtigd overeenkomstig de in lid 4 bedoelde criteria en volgens de procedure van lid 5, bepaalde van kracht zijnde vrijstellingen tot uiterlijk 31 december 2000 volledig of gedeeltelijk te handhaven .

Artikel 6

1 . Het gemeenschappelijk douanetarief wordt in de loop van een uiterlijk op 31 december 2000 verstrijkende overgangsperiode geleidelijk, volgens het volgende tijdschema ingevoerd :

  • tot 31 december 1992 komen de tarieven van de toepasselijke rechten overeen met 30 % van de tarieven van het gemeenschappelijk douanetarief; met ingang van 1 januari 1993 komen deze tarieven overeen met 35 % van de tarieven van het gemeenschappelijk douanetarief en belopen met ingang van 1 januari 1994 40 % en met ingang van 1 januari 1995 50% van het gemeenschappelijk douanetarief;
  • met ingang van 1 januari 1996 worden deze tarieven met 10 % per jaar verhoogd zodat het gemeenschappelijk douanetarief aan het einde van de overgangsperiode integraal op de Canarische eilanden van toepassing is .

2 . De toepassing van het gemeenschappelijk douanetarief en van de andere in het kader van het gemeenschappelijk landbouwbeleid toepasselijke invoerrechten wordt evenwel opgeschort tot het van kracht worden van de in artikel 2, lid 2, bedoelde specifieke regeling voor de bevoorrading .

3 . De toepassing op de Canarische eilanden van het gemeenschappelijk douanetarief geschiedt onverminderd de specifieke tariefmaatregelen of de in voorkomend geval voor sommige gevoelige produkten in afwijking van de gemeenschappelijke handelspolitiek getroffen maatregelen . Ook kunnen op het gebied van de voor de belastingvrije zones geldende regeling douanemaatregelen worden genomen .

4 . De belasting van de Canarische eilanden, "arbitrio insular - tarifa especial" genaamd, is van toepassing op de uit andere delen van de Gemeenschap geleverde goederen onder de in artikel 6, lid 3, van Protocol nr . 2 bij de Toetredingsakte vastgestelde voorwaarden, zonder dat deze tot na 31 december 1992 kan worden verlengd . De Raad kan echter per geval op verzoek van Spanje en volgens de in artikel 6, lid 3, van Protocol nr . 2 bedoelde procedure toestaan dat deze belasting tot uiterlijk 31 december 2000 op bepaalde gevoelige produkten wordt geheven . Onverminderd de uit bestaande akkoorden voortvloeiende verplichtingen moet de heffing van deze belasting ten aanzien van produkten van oorsprong uit derde landen met ingang van 1 januari 1996 geleidelijk worden verminderd zodat zij op 31 december 2000 kan worden afgeschaft .

5 . Indien wordt vastgesteld dat de toepassing van het eerste lid tot verlegging van handelsstromen leidt, kan de Commissie besluiten dat op de Canarische eilanden in het vrije verkeer gebrachte goederen bij binnenkomst ervan in de andere delen van het douanegebied van de Gemeenschap een heffing wordt toegepast die gelijk is aan het verschil van de invoerrechten .

Artikel 7

Het gemeenschappelijk handelsbeleid is onder de voor Spanje in de Toetredingsakte vastgestelde voorwaarden op de Canarische eilanden van toepassing, onverminderd de in artikel 2, lid 2, artikel 6, lid 3, en artikel 10, lid 3, van de onderhavige verordening bedoelde specifieke maatregelen .

Artikel 8

De Commissie stelt passende maatregelen vast ter verhindering van elke speculatieve beweging of verlegging van de handelsstromen die het gevolg zijn van de wijziging van de voor de Canarische eilanden geldende regeling voor het handelsverkeer .

Artikel 9

De Raad stelt op voorstel van de Commissie en na raadpleging van het Europese Parlement en het Economisch en Sociaal Comité een programma van specifieke, op het afgelegen en insulaire karakter van de Canarische eilanden afgestemde maatregelen vast . Dit programma bevat met name de in artikel 2, leden 2 en 3, artikel 3 en artikel 6, lid 3, bedoelde specifieke maatregelen . De uitvoering van dit plurisectoriële programma van acties, dat maatregelen van wetgevende aard en financiële verbintenissen omvat, die verband houden met het bij de toepassing van de takken van het gemeenschappelijk beleid in aanmerking nemen van de specifieke problemen van de Canarische eilanden, geschiedt vóór 31 december 1992 door vaststelling van de nodige rechtsbesluiten door, naar gelang van het geval, de Raad of de Commissie overeenkomstig de bepalingen van het Verdrag .

Artikel 10

1 . Deze verordening treedt in werking op 1 juli 1991 .

2 . De bepalingen van deze verordening betreffende de toepassing van het gemeenschappelijk landbouwbeleid zijn van toepassing vanaf de inwerkingtreding van de in artikel 2, lid 2, vastgestelde specifieke regeling voor de bevoorrading . Deze regeling treedt uiterlijk op 1 januari 1992 in werking . De geldigheidsduur van de bepalingen van Protocol nr . 2 van de Toetredingsakte inzake de toegang van produkten van oorsprong van de Canarische eilanden tot de rest van de Gemeenschap verstrijkt echter bij de inwerkingtreding van deze verordening, onder voorbehoud van lid 3.

3 . De bepalingen van Protocol nr . 2 met betrekking tot bananen blijven van toepassing .

Artikel 11

De in artikel 379 van de Toetredingsakte vastgestelde vrijwaringsmaatregelen zijn van toepassing op de sectoren die vallen onder de nieuwe regeling voor de integratie van de Canarische eilanden in de Gemeenschap en uitsluitend tot en met 31 december 1999 . Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke Lid-Staat .

Gedaan te Luxemburg, 26 juni 1991 . Voor de Raad

De Voorzitter

R . STEICHEN

( 1 ) PB nr . C 67 van 15 . 3 . 1991, blz . 8 . ( 2 ) PB nr . C 158 van 17 . 6 . 1991 . ( 3 ) Advies uitgebracht op 30 mei 1991 ( nog niet bekendgemaakt in het Publikatieblad ). ( 4 ) PB nr . L 145 van 13 . 6 . 1977, blz . 1 . ( 5 ) PB nr . L 303 van 31 . 12 . 1972, blz . 1 . ( 6 ) PB nr . L 10 van 16 . 1 . 1979, blz . 8 .

Deze samenvatting is overgenomen van EUR-Lex.