Richtlijn 2002/45 - Twintigste wijziging van Richtlijn 76/769/EEG inzake de beperking van het op de markt brengen en van het gebruik van bepaalde gevaarlijke stoffen en preparaten (gechloreerde paraffines met een korte keten)

Inhoudsopgave

  1. Wettekst
  2. 32002L0045

1.

Wettekst

Belangrijke juridische mededeling

|

2.

32002L0045

Richtlijn 2002/45/EG van het Europees Parlement en de Raad van 25 juni 2002 tot twintigste wijziging van Richtlijn 76/769/EEG van de Raad inzake de beperking van het op de markt brengen en van het gebruik van bepaalde gevaarlijke stoffen en preparaten (gechloreerde paraffines met een korte keten)

Publicatieblad Nr. L 177 van 06/07/2002 blz. 0021 - 0022

bijzondere uitgave in het Tsjechisch Hoofdstuk 13 Deel 29 blz. 488 - 489

bijzondere uitgave in het Ests Hoofdstuk 13 Deel 29 blz. 488 - 489

bijzondere uitgave in het Hongaars Hoofdstuk 13 Deel 29 blz. 488 - 489

bijzondere uitgave in het Litouws Hoofdstuk 13 Deel 29 blz. 488 - 489

bijzondere uitgave in het Lets Hoofdstuk 13 Deel 29 blz. 488 - 489

bijzondere uitgave in het Maltees Hoofdstuk 13 Deel 29 blz. 488 - 489

bijzondere uitgave in het Pools Hoofdstuk 13 Deel 29 blz. 488 - 489

bijzondere uitgave in het Slowaaks Hoofdstuk 13 Deel 29 blz. 488 - 489

bijzondere uitgave in het Sloveens Hoofdstuk 13 Deel 29 blz. 488 - 489

Richtlijn 2002/45/EG van het Europees Parlement en de Raad

van 25 juni 2002

tot twintigste wijziging van Richtlijn 76/769/EEG van de Raad inzake de beperking van het op de markt brengen en van het gebruik van bepaalde gevaarlijke stoffen en preparaten (gechloreerde paraffines met een korte keten)

HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE,

Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap, en met name op artikel 95,

Gezien het voorstel van de Commissie [1],

Gezien het advies van het Economisch en Sociaal Comité [2],

Volgens de procedure van artikel 251 van het Verdrag [3], in het licht van de op 22 april 2002 door het Bemiddelingscomité goedgekeurde tekst,

Overwegende hetgeen volgt:

  • (1) 
    Sommige lidstaten hebben naar aanleiding van Besluit 95/1 van PARCOM (Verdrag ter voorkoming van verontreiniging van de zee vanaf het land) al beperkingen vastgesteld of gepland voor het gebruik van gechloreerde paraffines met een korte keten (Short Chain Chlorinated Paraffins — SCCP), die directe gevolgen hebben voor de voltooiing en de werking van de interne markt. Dit betekent dat de wetgevingen van de lidstaten op dit gebied onderling moeten worden aangepast en dat bijlage I van Richtlijn 76/769/EEG van de Raad van 27 juli 1976 betreffende de onderlinge aanpassing van de wettelijke en bestuursrechtelijke bepalingen der lidstaten inzake de beperking van het op de markt brengen en van het gebruik van bepaalde gevaarlijke stoffen en preparaten [4] derhalve moet worden gewijzigd, rekening houdend met communautaire risico-evaluaties en de terzake doende wetenschappelijke bewijzen voor Besluit 95/1 van PARCOM.
  • (2) 
    SCCP zijn als gevaarlijk voor het milieu ingedeeld, aangezien ze zeer toxisch voor waterorganismen zijn en op lange termijn schadelijke effecten op het aquatisch milieu kunnen hebben.
  • (3) 
    De Commissie heeft in het kader van Verordening (EEG) nr. 793/93 van de Raad van 23 maart 1993 inzake de beoordeling en de beperking van de risico's van bestaande stoffen [5] een aanbeveling vastgesteld, waarin wordt aanbevolen specifieke maatregelen te nemen om het gebruik van SCCP met name in vloeistoffen voor de metaalbewerking en producten voor de lederafwerking te beperken teneinde het aquatisch milieu te beschermen.
  • (4) 
    De overige toepassingen van gechloreerde paraffines zullen in het licht van de wetenschappelijke kennis opnieuw worden onderzocht, met name wat betreft de emissies van producten die gechloreerde paraffines bevatten. De Commissie dient passende voorstellen in te dienen om dergelijke toepassingen te verminderen.
  • (5) 
    Het Wetenschappelijk Comité voor de toxiciteit, de ecotoxiciteit en het milieu heeft op 27 november 1998 advies uitgebracht over de in de aanbeveling genoemde risico's van SCCP.
  • (6) 
    Deze richtlijn laat onverlet de communautaire wetgeving inzake de bescherming van de veiligheid en de gezondheid van werknemers op het werk, met name Richtlijn 89/391/EEG van de Raad van 12 juni 1989 betreffende de tenuitvoerlegging van maatregelen ter bevordering van de verbetering van de veiligheid en de gezondheid van werknemers op het werk [6] en Richtlijn 98/24/EG van de Raad van 7 april 1998 betreffende de bescherming van de gezondheid en de veiligheid van werknemers tegen risico's van chemische agentia op het werk (veertiende bijzondere richtlijn in de zin van artikel 16, lid 1, van Richtlijn 89/391/EEG) [7],

HEBBEN DE VOLGENDE RICHTLIJN VASTGESTELD:

Artikel 1

Aan bijlage I van Richtlijn 76/769/EEG wordt het volgende punt toegevoegd:

"42.Alkanen, C10-C13, chloor (gechloreerde paraffines met een korte keten) | 1.Mogen niet op de markt worden gebracht om in een hogere concentratie dan 1 % te worden gebruikt als stof of als bestanddeel van andere stoffen of preparatenbij metaalbewerking;voor het "vetten" van leer.2.Voor 1 januari 2003 zal de Europese Commissie in samenwerking met de lidstaten en de OSPAR-commissie alle overige toepassingen van SCCP opnieuw onderzoeken in het licht van eventuele relevante nieuwe wetenschappelijke gegevens over de gezondheids- en milieurisico's van SCCP.Het Europees Parlement wordt op de hoogte gesteld van de resultaten van dit onderzoek." |

Artikel 2

  • 1. 
    De lidstaten dienen uiterlijk 6 juli 2003 de nodige wettelijke en bestuursrechtelijke bepalingen vast te stellen en bekend te maken om aan deze richtlijn te voldoen. Zij stellen de Commissie daarvan onverwijld in kennis.

Zij passen deze bepalingen toe vanaf 6 januari 2004.

  • 2. 
    Wanneer de lidstaten deze bepalingen aannemen, wordt in die bepalingen naar de onderhavige richtlijn verwezen of wordt hiernaar verwezen bij de officiële bekendmaking van die bepalingen. De regels voor deze verwijzing worden vastgesteld door de lidstaten.

Artikel 3

Deze richtlijn treedt in werking op de dag van haar bekendmaking in het Publicatieblad van de Europese Gemeenschappen.

Artikel 4

Deze richtlijn is gericht tot de lidstaten.

Gedaan te Luxemburg, 25 juni 2002.

Voor het Europees Parlement

De voorzitter

  • P. 
    Cox

Voor de Raad

De voorzitter

  • J. 
    Matas I Palou

[1] PB C 337 E van 28.11.2000, blz. 138, enPB C 213 E van 31.7.2001, blz. 296.

[2] PB C 116 van 20.4.2001, blz. 27.

[3] Advies van het Europees Parlement van 1 februari 2001 (PB C 267 van 21.9.2001, blz. 41), gemeenschappelijk standpunt van de Raad van 27 juni 2001 (PB C 301 van 26.10.2001, blz. 39) en besluit van het Europees Parlement van 29 november 2001 (nog niet verschenen in het Publicatieblad). Besluit van het Europees Parlement van 30 mei 2002 en besluit van de Raad van 21 mei 2002.

[4] PB L 262 van 27.9.1976, blz. 201. Richtlijn laatstelijk gewijzigd bij Richtlijn 1999/77/EG van de Commissie (PB L 207 van 6.8.1999, blz. 18).

[5] PB L 84 van 5.4.1993, blz. 1.

[6] PB L 183 van 29.6.1989, blz. 1.

[7] PB L 131 van 5.5.1998, blz. 11.

--------------------------------------------------

Deze samenvatting is overgenomen van EUR-Lex.