Besluit 2008/780 - Sluiting van de Visserijovereenkomst voor de Zuid-Indische Oceaan

1.

Wettekst

9.10.2008   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 268/27

 

BESLUIT VAN DE RAAD

van 29 september 2008

betreffende de sluiting namens de Europese Gemeenschap van de Visserijovereenkomst voor de Zuid-Indische Oceaan

(2008/780/EG)

DE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE,

Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap, en met name op artikel 37 in samenhang met artikel 300, lid 2, eerste alinea, eerste zin, en artikel 300, lid 3, eerste alinea,

Gezien het voorstel van de Commissie,

Gezien het advies van het Europees Parlement,

Overwegende hetgeen volgt:

 

(1)

De Gemeenschap is bevoegd om instandhoudings- en beheersmaatregelen voor de visbestanden vast te stellen en overeenkomsten met andere landen en internationale organisaties te sluiten.

 

(2)

De Gemeenschap is verdragspartij bij het Verdrag van de Verenigde Naties inzake het recht van de zee, waarin is bepaald dat alle leden van de internationale gemeenschap de plicht hebben samen te werken voor de instandhouding en het beheer van de levende rijkdommen van de zee.

 

(3)

De Gemeenschap en haar lidstaten hebben de Overeenkomst over de toepassing van de bepalingen van het Verdrag van de Verenigde Naties inzake het recht van de zee van 10 december 1982 die betrekking hebben op de instandhouding en het beheer van de grensoverschrijdende en de over grote afstanden trekkende visbestanden, ondertekend en geratificeerd.

 

(4)

De Gemeenschap heeft vanaf het begin deelgenomen aan de onderhandelingen over de Visserijovereenkomst voor de Zuid-Indische Oceaan (SIOFA) en heeft bij het onderhandelingsproces een actieve en constructieve rol gespeeld, die uiteindelijk heeft geleid tot de goedkeuring van die overeenkomst tijdens de diplomatieke conferentie in Rome op 7 juli 2006.

 

(5)

De SIOFA-overeenkomst is op 7 juli 2006 voor ondertekening opengesteld en diezelfde dag door de Gemeenschap ondertekend overeenkomstig Besluit 2006/496/EG van de Raad (1).

 

(6)

De vissersvloot van de Gemeenschap vist in het gebied dat onder de overeenkomst valt en het is in haar belang een effectieve rol te spelen bij de tenuitvoerlegging van de overeenkomst.

 

(7)

De Overeenkomst moet derhalve worden goedgekeurd,

BESLUIT:

Artikel 1

De Visserijovereenkomst voor de Zuid-Indische Oceaan (2) wordt namens de Gemeenschap goedgekeurd.

Artikel 2

De voorzitter van de Raad wordt hierbij gemachtigd de persoon of personen aan te wijzen die bevoegd zijn om, overeenkomstig artikel 25 van de overeenkomst, de akte van goedkeuring neer te leggen bij de directeur-generaal van de Voedsel- en Landbouworganisatie van de Verenigde Naties, die als depositaris fungeert.

Gedaan te Brussel, 29 september 2008.

Voor de Raad

De voorzitter

  • M. 
    BARNIER
 

 

Deze samenvatting is overgenomen van EUR-Lex.