Besluit 2009/332 - Sluiting van de Stabilisatie- en associatieovereenkomst met Albanië - Hoofdinhoud
28.4.2009 |
NL |
Publicatieblad van de Europese Unie |
L 107/165 |
BESLUIT VAN DE RAAD EN DE COMMISSIE
van 26 februari 2009
betreffende de sluiting van de Stabilisatie- en associatieovereenkomst tussen de Europese Gemeenschappen en hun lidstaten, enerzijds, en de Republiek Albanië, anderzijds
(2009/332/EG, Euratom)
DE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE,
DE COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN,
Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap, en met name op artikel 310, in samenhang met artikel 300, lid 2, eerste alinea, laatste zin, en artikel 300, lid 3, tweede alinea,
Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap voor Atoomenergie, en met name op artikel 101,
Gezien het voorstel van de Commissie,
Gezien de instemming van het Europees Parlement,
Gezien de goedkeuring van de Raad overeenkomstig artikel 101 van het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap voor Atoomenergie,
Overwegende hetgeen volgt:
(1) |
De Stabilisatie- en associatieovereenkomst tussen de Europese Gemeenschappen en hun lidstaten, enerzijds, en de Republiek Albanië, anderzijds, is namens de Europese Gemeenschap ondertekend in Luxemburg op 12 juni 2006, onder voorbehoud van sluiting. |
(2) |
De in deze overeenkomst vervatte handelsbepalingen zijn van uitzonderlijke aard en verbonden met het in het kader van het stabilisatie- en associatieproces gevoerde beleid, en scheppen voor de Europese Unie geen precedenten ten aanzien van de handelspolitiek van de Gemeenschap in de betrekkingen met derde landen, andere dan die van de westelijke Balkan. |
(3) |
De overeenkomst dient te worden goedgekeurd, |
BESLUITEN:
Artikel 1
-
1.De Stabilisatie- en associatieovereenkomst tussen de Europese Gemeenschappen en hun lidstaten, enerzijds, en de Republiek Albanië, anderzijds, (hierna „de overeenkomst”) de bijlagen en protocollen daarbij en de verklaringen die aan de slotakte zijn gehecht, worden goedgekeurd namens de Europese Gemeenschap en de Europese Gemeenschap voor Atoomenergie.
-
2.De in lid 1 bedoelde teksten zijn aan dit besluit gehecht.
Artikel 2
-
1.Het standpunt dat de Gemeenschap inneemt in de Stabilisatie- en associatieraad en in het Stabilisatie- en associatiecomité, wanneer dit laatste door de Stabilisatie- en associatieraad is gemachtigd, wordt vastgesteld door de Raad op voorstel van de Commissie, of in voorkomend geval door de Commissie, in beide gevallen overeenkomstig de verdragsbepalingen dienaangaande.
-
2.Het voorzitterschap van de Stabilisatie- en associatieraad wordt overeenkomstig artikel 117, lid 4, van de overeenkomst bekleed door de voorzitter van de Raad. Het voorzitterschap van het Stabilisatie- en associatiecomité wordt bekleed door een vertegenwoordiger van de Commissie, overeenkomstig zijn reglement van orde.
-
3.Tot bekendmaking van de besluiten van de Stabilisatie- en associatieraad en het Stabilisatie- en associatiecomité in het Publicatieblad van de Europese Unie wordt door de Raad, respectievelijk door de Commissie, per geval besloten.
Artikel 3
De voorzitter van de Raad wordt gemachtigd de persoon of personen aan te wijzen die bevoegd is/zijn namens de Europese Gemeenschap de akte van goedkeuring neer te leggen, bedoeld in artikel 135 van de overeenkomst. De akte van goedkeuring wordt namens de Europese Gemeenschap voor Atoomenergie neergelegd door de voorzitter van de Commissie.
Gedaan te Brussel, 26 februari 2009.
Voor de Raad
De voorzitter
-
I.LANGER
Voor de Commissie
De voorzitter
José Manuel BARROSO
SLOTAKTE
De gevolgmachtigden van:
HET KONINKRIJK BELGIË,
DE TSJECHISCHE REPUBLIEK,
HET KONINKRIJK DENEMARKEN,
DE BONDSREPUBLIEK DUITSLAND,
DE REPUBLIEK ESTLAND,
DE HELLEENSE REPUBLIEK,
HET KONINKRIJK SPANJE,
DE FRANSE REPUBLIEK,
IERLAND,
DE ITALIAANSE REPUBLIEK,
DE REPUBLIEK CYPRUS,
DE REPUBLIEK LETLAND,
DE REPUBLIEK LITOUWEN,
HET GROOTHERTOGDOM LUXEMBURG,
DE REPUBLIEK HONGARIJE,
DE REPUBLIEK MALTA,
HET KONINKRIJK DER NEDERLANDEN,
DE REPUBLIEK OOSTENRIJK,
DE REPUBLIEK POLEN,
DE PORTUGESE REPUBLIEK,
DE REPUBLIEK SLOVENIË,
DE SLOWAAKSE REPUBLIEK,
DE REPUBLIEK FINLAND,
HET KONINKRIJK ZWEDEN,
HET VERENIGD KONINKRIJK VAN GROOT-BRITTANNIË EN NOORD-IERLAND,
Verdragsluitende partijen bij het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap, het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap voor Atoomenergie en het Verdrag betreffende de Europese Unie,
hierna „de lidstaten” genoemd, en van
de EUROPESE GEMEENSCHAP en de EUROPESE GEMEENSCHAP VOOR ATOOMENERGIE,
hierna „de Gemeenschap” genoemd,
enerzijds, en
de gevolmachtigden van de REPUBLIEK ALBANIË,
anderzijds,
bijeengekomen te Luxemburg, de twaalfde juni tweeduizend zes voor de ondertekening van de Stabilisatie- en associatieovereenkomst tussen de Europese Gemeenschappen en hun lidstaten, enerzijds, en de Republiek Albanië, anderzijds, hierna „de overeenkomst” genoemd, hebben de volgende teksten goedgekeurd:
de overeenkomst en de bijlagen I t/m V daarbij, te weten:
Bijlage I — Tariefconcessies van Albanië voor industrieproducten van de Gemeenschap |
Bijlage II a) — Tariefconcessies van Albanië voor primaire landbouwproducten van oorsprong uit de Gemeenschap (bedoeld in artikel 27, lid 3, onder a)) |
Bijlage II b) — Tariefconcessies van Albanië voor primaire landbouwproducten van oorsprong uit de Gemeenschap (bedoeld in artikel 27, lid 3, onder b)) |
Bijlage II c) — Tariefconcessies van Albanië voor primaire landbouwproducten van oorsprong uit de Gemeenschap (bedoeld in artikel 27, lid 3, onder c)) |
Bijlage III — Concessies van de Gemeenschap voor vis en visserijproducten uit Albanië |
Bijlage IV — Vestiging: Financiële diensten |
Bijlage V — Intellectuele-, industriële- en commerciële- eigendomsrechten |
en de volgende protocollen:
Protocol 1 — IJzer- en staalproducten |
Protocol 2 — Handel in verwerkte landbouwproducten tussen Albanië en de Gemeenschap |
Protocol 3 — Wederzijdse preferentiële handelsconcessies voor bepaalde wijnen, de wederzijdse erkenning, bescherming en controle van benamingen van wijnen, gedistilleerde dranken en gearomatiseerde wijnen |
Protocol 4 — De definitie van het begrip „producten van oorsprong” en methoden van administratieve samenwerking |
Protocol 5 — Vervoer over land |
Protocol 6 — Wederzijdse administratieve bijstand in douanezaken. |
De gevolmachtigden van de lidstaten en van de Gemeenschap en de gevolmachtigden van de Republiek Albanië hebben de volgende gemeenschappelijke verklaringen aangenomen, die aan deze slotakte zijn gehecht:
Gemeenschappelijke verklaring betreffende de artikelen 22 en 29 van de overeenkomst |
Gemeenschappelijke verklaring betreffende artikel 41 van de overeenkomst |
Gemeenschappelijke verklaring betreffende artikel 46 van de overeenkomst |
Gemeenschappelijke verklaring betreffende artikel 48 van de overeenkomst |
Gemeenschappelijke verklaring betreffende artikel 61 van de overeenkomst |
Gemeenschappelijke verklaring betreffende artikel 73 van de overeenkomst |
Gemeenschappelijke verklaring betreffende artikel 80 van de overeenkomst |
Gemeenschappelijke verklaring betreffende artikel 126 van de overeenkomst |
Gemeenschappelijke verklaring betreffende legale migratie, vrij verkeer en rechten van werknemers |
Gemeenschappelijke verklaring betreffende het Vorstendom Andorra inzake protocol 4 van de overeenkomst |
Gemeenschappelijke verklaring betreffende de Republiek San Marino inzake protocol 4 van de overeenkomst |
Gemeenschappelijke verklaring betreffende protocol 5 van de overeenkomst. |
De gevolmachtigden van de Republiek Albanië hebben nota genomen van onderstaande verklaring van de Gemeenschap, die aan deze slotakte is gehecht:
Verklaring van de Gemeenschap betreffende de uitzonderlijke handelsmaatregelen die de Gemeenschap toekent op grond van Verordening (EG) nr. 2007/2000.
Hecho en Luxemburgo, el doce de junio de dos mil seis.
V Luxemburku, dne dvanáctého června dva tisíce šest.
Udfærdiget i Luxembourg den tolvte juni to tusind og seks.
Geschehen zu Luxemburg am zwölften Juni zweitausendsechs.
Kahe tuhande kuuenda aasta juunikuu kaheteistkümnendal päeval Luxembourgis.
Έγινε στο Λουξεμβούργο, στις δώδεκα Ιουνίου δύο χιλιάδες έξι.
Done at Luxembourg on the twelfth day of June in the year two thousand and six.
Fait à Lussemburgo, le douze juin deux mille six.
Fatto a Lussemburgo, addì dodici giugno duemilasei.
Luksemburgā, divtūkstoš sestă gada divpadsmitajā jūnijā.
Priimta du tūkstančiai šeštų metų birželio dvyliktą dieną Liuksemburge.
Kelt Luxembourgban, a kettőezer hatodik év június tizenkettedik napján.
Magħmul fil-Lussemburgu, fit-tnax jum ta' Ġunju tas-sena elfejn u sitta.
Gedaan te Luxemburg, de twaalfde juni tweeduizend zes.
Sporządzono w Luksemburgu dnia dwunastego czerwca roku dwa tysiące szóstego.
Feito em Luxemburgo, em doze de Junho de dois mil e seis.
V Luxemburgu dňa dvanásteho júna dvetisícšesť.
V Luxembourgu, dvanajstega junija leta dva tisoč šest.
Tehty Luxemburgissa kahdentenatoista päivänä kesäkuuta vuonna kaksituhattakuusi.
Som skedde i Luxemburg den tolfe juni tjugohundrasex.
Bërë në Luksemburg në datë dymbëdhjetë qershor të vitit dymijë e gjasthtë.
Pour le Royaume de Belgique
Voor het Koninkrijk België
Für das Königreich Belgien
Cette signature engage également la Communauté française, la Communauté flamande, la Communauté germanophone, la Région wallonne, la Région flamande et la Région de Bruxelles-Capitale.
Deze handtekening verbindt eveneens de Vlaamse Gemeenschap, de Franse Gemeenschap, de Duitstalige Gemeenschap, het Vlaamse Gewest, het Waalse Gewest en het Brussels Hoofdstedelijk Gewest.
Diese Unterschrift bindet zugleich die Deutschsprachige Gemeinschaft, die Flämische Gemeinschaft, die Französische Gemeinschaft, die Wallonische Region, die Flämische Region und die Region Brüssel-Hauptstadt.
Za Českou republiku
På Kongeriget Danmarks vegne
Für die Bundesrepublik Deutschland
Eesti Vabariigi nimel
Για την Ελληνική Δημοκρατία
Por el Reino de España
Pour la Republique française
Thar cheann Na hÉireann
For Ireland
Per la Repubblica italiana
Για την Κυπριακή Δημοκρατία
Latvijas Republikas vārdā
Lietuvos Respublikos vardu
Pour le Grand-Duché de Luxembourg
A Magyar Köztársaság részéről
Għar-Repubblika ta' Malta
Voor het Koninkrijk der Nederlanden
Für die Republik Österreich
W imieniu Rzeczypospolitej Polskiej
Pela República Portuguesa
Za Republiko Slovenijo
Za Slovenskú republiku
Suomen tasavallan puolesta
För Republiken Finland
För Konungariket Sverige
For the United Kingdom of Great Britain and Northern Ireland
Por las Comunidades Europeas
Za Evropská společenství
For De Europæiske Fællesskaber
Für die Europäischen Gemeinschaften
Euroopa ühenduste nimel
Για τις Ευρωπαϊκές Κοινότητες
For the European Communities
Pour les Communautés européennes
Per le Comunità europee
Eiropas Kopienu vārdā
Europos Bendrijų vardu
Az Európai Közösségek részéről
Għall-Komunitajiet Ewropej
Voor de Europese Gemeenschappen
W imieniu Wspólnot Europejskich
Pelas Comunidades Europeias
Za Európske spoločenstvá
Za Evropski skupnosti
Euroopan yhteisöjen puolesta
På Europeiska gemenskapernas vägnar
Për Republikën e Shqipërisë
GEMEENSCHAPPELIJKE VERKLARINGEN
GEMEENSCHAPPELIJKE VERKLARING BETREFFENDE DE ARTIKELEN 22 EN 29 VAN DE OVEREENKOMST
De partijen verklaren dat zij bij de tenuitvoerlegging van de artikelen 22 en 29 in de Stabilisatie- en associatieraad de effecten van eventuele door Albanië met derde landen gesloten preferentiële overeenkomsten zullen onderzoeken (dit is niet van toepassing op de landen waarvoor het stabilisatie- en associatieproces van de Europese Unie is ingesteld of op andere buurlanden die geen lidstaat van de Europese Unie zijn). Dit onderzoek kan leiden tot aanpassing van de concessies die Albanië aan de Gemeenschap verleent, indien Albanië deze landen aanmerkelijk gunstiger concessies aanbiedt.
GEMEENSCHAPPELIJKE VERKLARING BETREFFENDE ARTIKEL 41 VAN DE OVEREENKOMST
1. |
De Gemeenschap verklaart zich bereid tot onderzoek in de Stabilisatie- en associatieraad naar de deelname van Albanië aan de diagonale cumulatie van de oorsprongsregels zodra aan de economische en commerciële en andere relevante voorwaarden voor diagonale cumulatie is voldaan. |
2. |
In dit verband verklaart Albanië zich bereid vrijhandelszones tot stand te brengen met, in het bijzonder, de andere landen waarop het stabilisatie- en associatieproces van de Europese Unie van toepassing is. |
GEMEENSCHAPPELIJKE VERKLARING BETREFFENDE ARTIKEL 46 VAN DE OVEREENKOMST
Er is overeengekomen dat het begrip „kinderen” is gedefinieerd in overeenstemming met de nationale wetgeving van het betrokken gastland.
GEMEENSCHAPPELIJKE VERKLARING BETREFFENDE ARTIKEL 48 VAN DE OVEREENKOMST
Er is overeengekomen dat het begrip „gezinsleden” is gedefinieerd in overeenstemming met de nationale wetgeving van het betrokken gastland.
GEMEENSCHAPPELIJKE VERKLARING BETREFFENDE ARTIKEL 61 VAN DE OVEREENKOMST
De partijen komen overeen dat de bepalingen van artikel 61 niet mogen worden geïnterpreteerd als een beletsel voor de vaststelling van evenredige, niet-discriminerende beperkingen op de verwerving van onroerend goed op basis van het algemeen belang, en niet anderszins van invloed zijn op de voorschriften van de partijen inzake de eigendom van onroerend goed, tenzij uitdrukkelijk anders is bepaald.
Overeengekomen wordt dat de verwerving van onroerend goed door Albanese onderdanen in de lidstaten van de Europese Unie is toegestaan overeenkomstig de toepasselijke communautaire wetgeving, met inachtneming van de specifieke uitzonderingsbepalingen waarin deze voorziet, en toegepast in overeenstemming met de toepasselijke nationale wetgeving van de lidstaten van de Europese Unie.
GEMEENSCHAPPELIJKE VERKLARING BETREFFENDE ARTIKEL 73 VAN DE OVEREENKOMST
De partijen komen overeen dat voor de toepassing van de overeenkomst intellectuele, industriële en commerciële eigendom met name het volgende omvat: auteursrechten, met inbegrip van de auteursrechten op computerprogramma’ s, en naburige rechten, de rechten voor databanken, octrooien, industriële ontwerpen, handelsmerken en dienstmerken, topografieën van geïntegreerde schakelingen, geografische aanduidingen, met inbegrip van benamingen van oorsprong, alsmede bescherming tegen oneerlijke mededinging als bedoeld in artikel 10 bis van het Verdrag van Parijs tot bescherming van de industriële eigendom en van niet-openbaargemaakte informatie over knowhow.
GEMEENSCHAPPELIJKE VERKLARING BETREFFENDE ARTIKEL 80 VAN DE OVEREENKOMST
De partijen zijn zich bewust van het belang dat het volk en de regering van Albanië hechten aan het vooruitzicht van liberalisering van de visumregeling. Vorderingen op dit gebied zijn afhankelijk van de tenuitvoerlegging door Albanië van aanzienlijke hervormingen op gebieden als de versterking van de rechtsstaat, de bestrijding van georganiseerde criminaliteit, corruptie en illegale migratie, en versterking van zijn bestuurlijke capaciteit op het gebied van grenscontrole en veiligheid van documenten.
GEMEENSCHAPPELIJKE VERKLARING BETREFFENDE ARTIKEL 126 VAN DE OVEREENKOMST
1. |
De partijen komen overeen dat, met het oog op de interpretatie en de praktische toepassing van de overeenkomst, onder de in artikel 126 daarvan bedoelde bijzonder dringende gevallen wordt verstaan: gevallen van wezenlijke inbreuk op de overeenkomst door een van de partijen. Wezenlijke inbreuk op de overeenkomst houdt in:
|
2. |
De partijen komen overeen dat de in artikel 126 genoemde „passende maatregelen” bestaan uit maatregelen die zijn genomen overeenkomstig het internationale recht. Indien een partij in een bijzonder dringend geval op grond van artikel 126 een maatregel neemt, kan de andere partij een beroep doen op de regeling inzake geschillenbeslechting. |
GEMEENSCHAPPELIJKE VERKLARING BETREFFENDE LEGALE MIGRATIE, VRIJ VERKEER EN RECHTEN VAN WERKNEMERS
Verlenging of weigering van een verblijfsvergunning geschiedt overeenkomstig de wetgeving van de afzonderlijke lidstaten en de bilaterale overeenkomsten en verdragen tussen Albanië en de betrokken lidstaat.
GEMEENSCHAPPELIJKE VERKLARING BETREFFENDE HET VORSTENDOM ANDORRA INZAKE PROTOCOL 4 VAN DE OVEREENKOMST
1. |
Producten van de hoofdstukken 25 tot en met 97 van het Geharmoniseerd Systeem van oorsprong uit het Vorstendom Andorra worden door Albanië behandeld als producten van oorsprong uit de Gemeenschap in de zin van deze overeenkomst. |
2. |
Protocol nr. 4 is van overeenkomstige toepassing voor het bepalen van de oorsprong van de bovenvermelde producten. |
GEMEENSCHAPPELIJKE VERKLARING BETREFFENDE DE REPUBLIEK SAN MARINO INZAKE PROTOCOL 4 VAN DE OVEREENKOMST
1. |
Producten van oorsprong uit de Republiek San Marino worden door Albanië behandeld als producten van oorsprong uit de Gemeenschap in de zin van deze overeenkomst. |
2. |
Protocol nr. 4 is van overeenkomstige toepassing voor het bepalen van de oorsprong van de vorengenoemde producten. |
GEMEENSCHAPPELIJKE VERKLARING BETREFFENDE PROTOCOL 5 VAN DE OVEREENKOMST
1. |
De Gemeenschap en Albanië nemen er nota van dat met ingang van 1 januari 2001 in de Gemeenschap voor de typegoedkeuring van vrachtwagens de volgende normen voor uitlaatgassen en geluid worden aangehouden (1):
|
2. |
De Gemeenschap en Albanië zullen in de toekomst streven naar terugdringing van de uitstoot van motorvoertuigen door gebruikmaking van geavanceerde emissiebeperkingstechnologie, in combinatie met verbetering van de kwaliteit van de motorbrandstof. |
-
Richtlijn 1999/96/EG van het Europees Parlement en de Raad van 13 december 1999 inzake de onderlinge aanpassing van de wetgevingen der lidstaten met betrekking tot maatregelen tegen de emissie van verontreinigende gassen en deeltjes door voertuigmotoren met compressieontsteking en de emissie van verontreinigende gassen door op aardgas of vloeibaar petroleumgas lopende voertuigmotoren met elektrische ontsteking.
VERKLARING VAN DE GEMEENSCHAP
Verklaring van de Gemeenschap betreffende de uitzonderlijke handelsmaatregelen die de Gemeenschap toekent op grond van Verordening (EG) nr. 2007/2000
Overwegende dat de Gemeenschap uitzonderlijke handelsmaatregelen toekent ten behoeve van de landen die deelnemen aan of verbonden zijn met het stabilisatie- en associatieproces van de Europese Unie, met inbegrip van Albanië, op basis van Verordening (EG) nr. 2007/2000 van de Raad van 18 september 2000 tot vaststelling van uitzonderlijke handelsmaatregelen ten behoeve van de landen en gebieden die deelnemen aan of verbonden zijn met het stabilisatie- en associatieproces van de Europese Unie (1), verklaart de Europese Gemeenschap:
— |
dat bij de toepassing van artikel 30 van de overeenkomst, de meest gunstige van de eenzijdige autonome handelsmaatregelen van toepassing zijn, in aanvulling op de contractuele handelsconcessies die de Gemeenschap bij de overeenkomst aanbiedt, zolang Verordening (EG) nr. 2007/2000 van de Raad, zoals gewijzigd, van toepassing is; |
— |
dat in het bijzonder voor de producten die vallen onder hoofdstukken 7 en 8 van de gecombineerde nomenclatuur, waarvoor het gemeenschappelijk douanetarief voorziet in een douanerecht ad valorem en in een specifiek douanerecht, de verlaging ook van toepassing is op het specifieke douanerecht, in afwijking van de desbetreffende bepaling van artikel 27, lid 1, van de overeenkomst. |
Deze samenvatting is overgenomen van EUR-Lex.