2003/809/EG: Besluit nr. 2/2003 van het bij de Overeenkomst met Zwitserland inzake de handel in landbouwproducten opgerichte Gemengd Landbouwcomité van 21 oktober 2003 tot oprichting van de werkgroepen en tot vaststelling van de mandaten van deze groepen

Inhoudsopgave

  1. Wettekst
  2. 22003D0809

1.

Wettekst

Avis juridique important

|

2.

22003D0809

2003/809/EG: Besluit nr. 2/2003 van het bij de Overeenkomst tussen de Europese Gemeenschap en de Zwitserse Bondsstaat inzake de handel in landbouwproducten opgerichte Gemengd Landbouwcomité van 21 oktober 2003 tot oprichting van de werkgroepen en tot vaststelling van de mandaten van deze groepen

Publicatieblad Nr. L 303 van 21/11/2003 blz. 0027 - 0030

Besluit nr. 2/2003 van het bij de Overeenkomst tussen de Europese Gemeenschap en de Zwitserse Bondsstaat inzake de handel in landbouwproducten opgerichte Gemengd Landbouwcomité

van 21 oktober 2003

tot oprichting van de werkgroepen en tot vaststelling van de mandaten van deze groepen

(2003/809/EG)

HET GEMENGD LANDBOUWCOMITÉ,

Gelet op de Overeenkomst tussen de Europese Gemeenschap en de Zwitserse Bondsstaat inzake de handel in landbouwproducten (hierna "de overeenkomst" te noemen), en met name op artikel 6, lid 7,

Overwegende hetgeen volgt:

Deze overeenkomst is op 1 juni 2002 in werking getreden,

BESLUIT:

Enig artikel

In het kader van de overeenkomst worden de volgende werkgroepen opgericht:

  • Fytosanitaire Werkgroep,
  • Werkgroep diervoeders,
  • Werkgroep zaaizaad,
  • Werkgroep wijnbouwproducten,
  • Werkgroep gedistilleerde dranken,
  • Werkgroep biologische producten,
  • Werkgroep groenten en fruit,
  • Werkgroep kaas en yoghurt,
  • Werkgroep BOB's en BGA's,
  • Werkgroep uitbreiding.

De respectieve mandaten van deze werkgroepen zijn opgenomen in de bijlage bij dit besluit.

Voor het Gemengd Landbouwcomité

De hoofden van de delegaties

Ondertekend te Brussel, 21 oktober 2003.

Voor de Zwitserse Bondsstaat

Christian Häberli

Voor de Europese Gemeenschap

Aldo Longo

Voor het Secretariaat van het Gemengd Landbouwcomité

Remigi Winzap

BIJLAGE

Fytosanitaire Werkgroep

Grondslag in de overeenkomst (bijlage 4)

Artikel 10 van bijlage 4 betreffende de fytosanitaire sector.

Mandaat van de werkgroep overeenkomstig de artikelen 3, 5, 8 en 10

  • 1. 
    De gevolgen die wijzigingen van de regelgeving betreffende fytosanitaire maatregelen hebben voor bijlage 4 bij de overeenkomst, onderzoeken en zo nodig aanpassingen van de betrokken aanhangsels voorstellen (artikel 3).
  • 2. 
    Op basis van de beste handelwijzen terzake voorstellen welk percentage van de zendingen van planten waarop steekproefsgewijs en door monsterneming fytosanitaire controles worden verricht, bij de grens moet worden gecontroleerd en voorstellen dit percentage te verminderen (artikel 5).
  • 3. 
    De procedure voor de gezamenlijke controles bij de grens voorstellen (artikel 8).
  • 4. 
    Alle vraagstukken met betrekking tot bijlage 4 en de uitvoering ervan onderzoeken; de ontwikkeling van de interne regelgeving van de twee partijen periodiek onderzoeken en voorstellen doen om de aanhangsels van bijlage 4 aan te passen en bij te werken (artikel 10).

Werkgroep diervoeders

Grondslag in de overeenkomst (bijlage 5)

Artikel 11 van bijlage 5 betreffende diervoeders.

Mandaat van de werkgroep overeenkomstig artikel 11

  • 1. 
    Alle vraagstukken met betrekking tot bijlage 5 en de uitvoering ervan onderzoeken.
  • 2. 
    De ontwikkeling van de interne regelgeving van de twee partijen periodiek onderzoeken.
  • 3. 
    Voorstellen doen om de aanhangsels van bijlage 5 aan te passen en bij te werken.

Werkgroep zaaizaad

Grondslag in de overeenkomst (bijlage 6)

Artikel 9 van bijlage 6 inzake de sector zaaizaad.

Mandaat van de werkgroep overeenkomstig de artikelen 5, 8 en 9

  • 1. 
    Technisch overleg met het oog op evaluatie van de elementen op grond waarvan een ras is toegelaten; samenwerking op het gebied van de opneming van rassen in de rassenlijst (artikel 5).
  • 2. 
    Vergelijkende tests bij de partijen (artikel 8).
  • 3. 
    Alle vraagstukken met betrekking tot bijlage 6 en de uitvoering ervan onderzoeken; de ontwikkeling van de interne regelgeving van de twee partijen periodiek onderzoeken en voorstellen doen om de aanhangsels van bijlage 6 aan te passen en bij te werken (artikel 9).

Werkgroep wijnbouwproducten

Grondslag in de overeenkomst (bijlage 7)

Artikel 27 van bijlage 7 inzake de handel in wijnbouwproducten.

Mandaat van de werkgroep overeenkomstig artikel 27

  • 1. 
    De werkgroep onderzoekt periodiek de ontwikkeling van de interne regelgeving van de partijen op de door bijlage 7 bestreken gebieden.
  • 2. 
    Met name formuleert zij voorstellen, die zij aan het Gemengd Landbouwcomité voorlegt, om de aanhangsels van bijlage 7 aan te passen en bij te werken, en in voorkomend geval voorstellen tot aanpassing van de bijlage zelf.

Werkgroep gedistilleerde dranken

Grondslag in de overeenkomst (bijlage 8)

Artikel 17 van bijlage 8 betreffende de wederzijdse erkenning en bescherming van de benamingen van gedistilleerde dranken en gearomatiseerde dranken op basis van wijn.

Mandaat van de werkgroep overeenkomstig artikel 17

  • 1. 
    De werkgroep onderzoekt alle problemen die zich bij de uitvoering van bijlage 8 voordoen.
  • 2. 
    Met name kan de werkgroep het Gemengd Landbouwcomité aanbevelingen doen om bij te dragen tot het bereiken van de doelstellingen van bijlage 8, en in voorkomend geval voorstellen tot aanpassing van de bijlage zelf.

Werkgroep biologische producten

Grondslag in de overeenkomst (bijlage 9)

Artikel 8 van bijlage 9 inzake biologische landbouwproducten en biologische levensmiddelen.

Mandaat van de werkgroep overeenkomstig artikel 8

  • 1. 
    De werkgroep onderzoekt alle vraagstukken met betrekking tot bijlage 9 en de uitvoering ervan.
  • 2. 
    De werkgroep onderzoekt periodiek de ontwikkeling van de respectieve regelgeving van de partijen op de door bijlage 9 bestreken gebieden. Zij heeft met name tot taak:
  • de equivalentie van de regelgeving van de partijen na te gaan met het oog op opneming ervan in aanhangsel 1 van bijlage 9;
  • het Gemengd Landbouwcomité zo nodig aan te bevelen om in aanhangsel 2 van bijlage 9 de uitvoeringsbepalingen op te nemen die noodzakelijk zijn voor een coherente toepassing van de in die bijlage bedoelde regelgeving op het respectieve grondgebied van de partijen;
  • het Gemengd Landbouwcomité aan te bevelen de werkingssfeer van bijlage 9 uit te breiden tot andere dan de in artikel 2, lid 1, van die bijlage bedoelde producten.

Werkgroep groenten en fruit

Grondslag in de overeenkomst (bijlage 10)

Artikel 6 van bijlage 10 betreffende de erkenning van de normcontroles voor verse groenten en fruit.

Mandaat van de werkgroep overeenkomstig artikel 6

  • 1. 
    De werkgroep onderzoekt alle vraagstukken met betrekking tot bijlage 10 en de uitvoering ervan. Zij onderzoekt periodiek de ontwikkeling van de interne regelgeving van de partijen op de door bijlage 10 bestreken gebieden.
  • 2. 
    Met name formuleert zij voorstellen, die zij aan het Gemengd Landbouwcomité voorlegt, om het aanhangsel van bijlage 10 aan te passen en bij te werken.
  • 3. 
    Zij onderzoekt regelmatig de marktontwikkelingen, met name voor wat betreft bilaterale handel in groenten en fruit, alsmede elk vraagstuk dat voor deze groep van belang is met betrekking tot de groenten- en fruitsector.
  • 4. 
    Zij kan externe deskundigen bij haar werkzaamheden betrekken als dat voor de vervulling van haar mandaat nodig is.

Werkgroep kaas en yoghurt

Grondslag in de overeenkomst (bijlagen 2 en 3)

Bijlage 2 (concessies van de Gemeenschap), voorzover deze betrekking heeft op yoghurt, en bijlage 3 (concessies inzake kaas), punten 3 tot en met 5.

Mandaat van de werkgroep

  • 1. 
    De marktomstandigheden en de onderlinge handel in kaas en zuivelproducten evalueren.
  • 2. 
    De ontwikkeling van de regelgeving periodiek wederzijds onderzoeken en voor een regelmatige uitwisseling van informatie zorgen.
  • 3. 
    De regeling voor de verdeling van de contingenten voor kaas en yoghurt onderzoeken.
  • 4. 
    Voorstellen formuleren om de toepassing van de nadere voorschriften voor het handelsverkeer te vergemakkelijken en in voorkomend geval voorstellen doen aan het Gemengd Landbouwcomité.

Werkgroep BOB's en BGA's

Grondslag in de overeenkomst

Gemeenschappelijke verklaring betreffende de bescherming van geografische aanduidingen en oorsprongsbenamingen van landbouwproducten en levensmiddelen (aan de overeenkomst gehechte verklaring).

Mandaat van de werkgroep

Volgens de bovengenoemde verklaring zijn partijen voornemens om in de overeenkomst bepalingen betreffende de wederzijdse bescherming van de BOB's en de BGA's op te nemen. Het is de bedoeling dat die bepalingen in de overeenkomst worden opgenomen wanneer de toepassing van artikel 17 (vereenvoudigde procedure) van Verordening (EEG) nr. 2081/92 voor de Gemeenschap in haar huidige samenstelling is voltooid. In afwachting daarvan wordt het Gemengd Landbouwcomité regelmatig op de hoogte gebracht van de vorderingen die partijen bij hun werkzaamheden op dit gebied maken.

Daarom wordt voorgesteld een experimentele werkgroep op te richten met het oog op de wederzijdse bescherming van de BOB's en de BGA's. Deze werkgroep voor de BOB's en de BGA's onderzoekt alle vraagstukken met betrekking tot de tenuitvoerlegging van de wederzijdse bescherming van de BOB's en de BGA's, met inbegrip van de gevolgen voor internationale overeenkomsten, en draagt zorg voor de uitwisseling van de voor die tenuitvoerlegging benodigde informatie.

Werkgroep uitbreiding

Grondslag in de overeenkomst

De artikelen 11 en 16 van de overeenkomst.

Mandaat van de werkgroep

De werkgroep wordt op tijdelijke basis opgericht om de gevolgen van de uitbreiding van de Europese Unie te onderzoeken met het oog op de aanpassing van de overeenkomst die eventueel in verband met de uitbreiding nodig zal zijn, en werkt aanbevelingen aan het Gemengd Landbouwcomité uit. Het betreft daarbij met name het effect op het bilaterale handelsverkeer van landbouwproducten, de bijlagen inzake de tariefconcessies (bijlagen 1 tot en met 3), de bijlagen inzake de vermindering van de technische handelsbelemmeringen (bijlagen 3 tot en met 10(1)) en de formulering van enige andere maatregelen die van belang zijn om in het kader van de bilaterale betrekkingen op landbouwgebied rekening te houden met de uitbreiding.

  • (1) 
    Bijlage 11 inzake sanitaire en zoötechnische maatregelen voor de handel in levende dieren en dierlijke producten ressorteert onder het Gemengd Veterinair Comité.

Deze samenvatting is overgenomen van EUR-Lex.