Richtlijn 2009/114 - Wijziging van Richtlijn 87/372/EEG inzake de voor een gecoördineerde invoering van openbare pan-Europese digitale cellulaire mobiele communicatie te land in de EG beschikbaar te stellen frequentiebanden

1.

Wettekst

20.10.2009   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 274/25

 

RICHTLIJN 2009/114/EG VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD

van 16 september 2009

tot wijziging van Richtlijn 87/372/EEG van de Raad inzake de voor een gecoördineerde invoering van openbare pan-Europese digitale cellulaire mobiele communicatie te land in de Gemeenschap beschikbaar te stellen frequentiebanden

(Voor de EER relevante tekst)

HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE,

Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap, en met name op artikel 95,

Gezien het voorstel van de Commissie,

Gezien het advies van het Europees Economisch en Sociaal Comité (1),

Na raadpleging van het Comité van de Regio’s,

Handelend volgens de procedure van artikel 251 van het Verdrag (2),

Overwegende hetgeen volgt:

 

(1)

In Richtlijn 87/372/EEG (3), aangevuld met de aanbeveling van de Raad van 25 juni 1987 inzake de gecoördineerde invoering van openbare pan-Europese digitale cellulaire mobiele communicatie te land in de Gemeenschap (4) en de resolutie van de Raad van 14 december 1990 betreffende de eindfase van de tenuitvoerlegging van de gecoördineerde invoering van openbare pan-Europese digitale cellulaire mobiele communicatie te land in de Gemeenschap (GSM) (5), werd erkend dat ten volle gebruik moet worden gemaakt van de middelen die door moderne telecommunicatienetwerken worden geboden, met name mobiele radio, ten behoeve van de economische ontwikkeling van de Gemeenschap. Erkend wordt nu ook dat de overgang naar cellulaire mobiele communicatiesystemen van de tweede generatie een unieke gelegenheid biedt voor het tot stand brengen van echte pan-Europese mobiele communicatie.

 

(2)

De 890-915 MHz- en 935-960 MHz-frequentiebanden waren voorbehouden voor een openbare pan-Europese cellulaire digitale mobiele communicatiedienst die in elke lidstaat moet worden aangeboden in overeenstemming met een gemeenschappelijke specificatie, ook bekend als GSM. Vervolgens kwam de zogenaamde uitbreidingsband (880-890 MHz en 925-935 MHz) beschikbaar voor GSM-gebruik en samen zijn deze frequentiebanden bekend als de 900 MHz-band.

 

(3)

Sedert 1987 zijn er nieuwe digitale radiotechnologieën ontwikkeld die innoverende pan-Europese elektronische communicatie kunnen verschaffen die naast GSM in de 900 MHz-band kunnen bestaan in een meer technologisch neutrale regelgevingscontext dan voordien. Dankzij de goede signaalvoortplantingskenmerken kunnen met de 900 MHz-band grotere afstanden worden bestreken dan met hogere frequentiebanden zodat moderne spraak-, gegevens- en multimediadiensten beschikbaar kunnen worden gesteld in dunbevolkte en plattelandsgebieden.

 

(4)

Om ervoor te zorgen dat GSM beschikbaar blijft voor gebruikers in heel Europa en toch kan worden bijgedragen aan de doelstellingen van de interne markt en van de mededeling van de Commissie van 1 juni 2005 met als titel „i2010 — Een Europese informatiemaatschappij voor groei en werkgelegenheid” en om te zorgen voor optimale concurrentie door gebruikers een grote keuze te bieden van diensten en technologieën, moet het gebruik van de 900 MHz-band beschikbaar zijn voor andere technologieën om aanvullende, compatibele en geavanceerde pan-Europese diensten te kunnen leveren die naast GSM kunnen bestaan.

 

(5)

De kwestie van het gebruik in de toekomst van de 900 MHz-band, en met name de vraag hoe lang GSM de referentietechnologie voor technische co-existentie in deze band zal blijven, is van strategisch belang voor de interne markt. Dit dient te worden bestudeerd in combinatie met de andere onderdelen van het communautaire beleid inzake draadloze toegang in de toekomstige programma’s voor radiospectrumbeleid, die moeten worden vastgesteld in overeenstemming met Richtlijn 2002/21/EG van het Europees Parlement en de Raad van 7 maart 2002 inzake een gemeenschappelijk regelgevingskader voor elektronischecommunicatienetwerken en -diensten (kaderrichtlijn) (6). In samenwerking met de Beleidsgroep Radiospectrum (BRS), opgericht bij Besluit 2002/622/EG van de Commissie (7), worden programma’s uitgewerkt die de beleidsoriëntaties en -doelstellingen voor de strategische planning van het gebruik van radiospectrum zullen bevatten.

 

(6)

De liberalisering van het gebruik van de 900 MHz-band zou wellicht kunnen leiden tot concurrentieverstoringen. Bepaalde exploitanten van mobiele netwerken die geen spectrum toegewezen hebben gekregen in de 900 MHz-band zouden met name nadeel kunnen ondervinden wat betreft kosten en doelmatigheid in vergelijking met exploitanten die wel 3G-diensten kunnen aanbieden in die band. Op grond van het regelgevingskader inzake elektronische communicatie en met name Richtlijn 2002/20/EG van het Europees Parlement en de Raad van 7 maart 2002 betreffende de machtiging voor elektronischecommunicatienetwerken en -diensten (machtigingsrichtlijn) (8), kunnen de lidstaten spectrumgebruiksrechten wijzigen en/of herzien zodat zij over de instrumenten beschikken om waar nodig een oplossing te vinden voor eventuele verstoringen.

 

(7)

Uiterlijk zes maanden na de inwerkingtreding van deze richtlijn zetten de lidstaten Richtlijn 87/372/EEG als gewijzigd om in nationaal recht. Hoewel dit op zich niet inhoudt dat de lidstaten de bestaande gebruiksrechten moeten wijzigen of een machtigingsprocedure moeten opstarten, moeten de lidstaten, zodra de 900 MHz-band beschikbaar is gesteld in overeenstemming met deze richtlijn, aan de eisen van Richtlijn 2002/20/EG voldoen. In dat verband moeten de lidstaten met name nagaan of de tenuitvoerlegging van deze richtlijn de concurrentie in de markten voor mobiele communicatie in kwestie zou kunnen verstoren. Wanneer zij tot de conclusie komen dat dit het geval is, moeten zij overwegen of het objectief gezien gerechtvaardigd is de gebruiksrechten van dergelijke exploitanten die het recht hebben gekregen om gebruik te maken van de 900 MHz-frequenties te wijzigen en of dit in verhouding staat tot het probleem en indien dit het geval is, deze gebruiksrechten te herzien en te herverdelen om dergelijke verstoringen te corrigeren. Elk besluit om over te gaan tot een dergelijke maatregel moet worden voorafgegaan door een openbare raadpleging.

 

(8)

Ieder in het kader van deze richtlijn beschikbaar gesteld spectrum moet op een transparante wijze worden toegewezen en wel zo dat op de relevante markten geen concurrentieverstoring plaatsvindt.

 

(9)

Om ervoor te zorgen dat andere systemen in dezelfde band naast GSM-systemen kunnen bestaan, moet schadelijke interferentie worden vermeden door toepasselijke technische voorwaarden te stellen aan het gebruik van andere technologieën dan GSM die gebruikmaken van de 900 MHz-band.

 

(10)

Beschikking nr. 676/2002/EG van het Europees Parlement en de Raad van 7 maart 2002 inzake een regelgevingskader voor het radiospectrumbeleid in de Europese Gemeenschap (radiospectrumbeschikking) (9) biedt de Commissie de mogelijkheid technische uitvoeringsmaatregelen vast te stellen om te zorgen voor geharmoniseerde voorwaarden voor de beschikbaarheid en het doelmatig gebruik van het radiospectrum.

 

(11)

Op verzoek van de Commissie heeft de Europese Conferentie van post- en telecommunicatieadministraties (CEPT) technische verslagen opgesteld die aantonen dat UMTS-systemen (Universal Mobile Telecommunications Service) naast GSM-systemen zouden kunnen bestaan in de 900 MHz-band. De 900 MHz-band moet derhalve worden opengesteld voor UMTS, een systeem dat naast GSM-systemen kan bestaan, en voor andere systemen zodra kan worden aangetoond dat deze naast GSM-systemen kunnen bestaan, overeenkomstig de in de radiospectrumbeschikking neergelegde procedure voor de vaststelling van geharmoniseerde voorwaarden inzake beschikbaarheid en efficiënt gebruik van het radiospectrum. Indien een lidstaat besluit gebruiksrechten toe te wijzen voor systemen met de UMTS 900-specificatie, zal de toepassing van de radiospectrumbeschikking en van de bepalingen van Richtlijn 2002/21/EG ervoor zorgen dat dergelijke systemen beschermd zijn tegen de schadelijke interferentie van andere operationele systemen.

 

(12)

Gezorgd moet worden voor passende bescherming van de gebruikers van de banden die onder deze richtlijn vallen en van bestaande gebruikers in aangrenzende banden. Voorts moet rekening worden gehouden met toekomstige systemen voor luchtvaartcommunicatie boven 960 MHz die moeten bijdragen aan de verwezenlijking van de communautaire beleidsdoelstellingen in deze sector. De CEPT heeft hiervoor technisch advies opgesteld.

 

(13)

Er moet worden gezorgd voor meer flexibiliteit in het spectrumbeheer en betere toegang tot het spectrum teneinde bij te dragen tot de verwezenlijking van de doelstellingen van de interne markt voor elektronische communicatie. Daarom moet de 900 MHz-band openstaan voor andere systemen voor het leveren van andere pan-Europese diensten zodra kan worden aangetoond dat deze systemen naast GSM-systemen kunnen bestaan.

 

(14)

Om ervoor te zorgen dat nieuwe digitale technologieën die naast de GSM-systemen kunnen bestaan, kunnen worden ingevoerd in de 900 MHz-band, moet Richtlijn 87/372/EEG worden gewijzigd en moet de exclusieve reservering van deze band voor GSM worden opgeheven,

HEBBEN DE VOLGENDE RICHTLIJN VASTGESTELD:

Artikel 1

Wijzigingen van Richtlijn 87/372/EEG

Richtlijn 87/372/EEG wordt als volgt gewijzigd:

 

1)

Artikel 1 wordt vervangen door:

„Artikel 1

  • 1. 
    De lidstaten stellen de 880-915 MHz- en 925-960 MHz-frequentiebanden (de 900 MHz-band) beschikbaar voor GSM-systemen en voor UMTS-systemen, voor andere terrestrische systemen die elektronischecommunicatiediensten kunnen aanbieden welke naast GSM-systemen kunnen bestaan, in overeenstemming met de technische uitvoeringsmaatregelen die zijn goedgekeurd op grond van Beschikking nr. 676/2002/EG van het Europees Parlement en de Raad van 7 maart 2002 inzake een regelgevingskader voor het radiospectrumbeleid in de Europese Gemeenschap (radiospectrumbeschikking) (10).
  • 2. 
    De lidstaten onderzoeken bij de tenuitvoerlegging van deze richtlijn of de bestaande toewijzing van de 900 MHz-band aan de concurrerende exploitanten van een mobiel netwerk binnen hun grondgebied de concurrentie in de desbetreffende mobiele markten wellicht kan verstoren en pakken dergelijke verstoringen waar gerechtvaardigd en proportioneel aan overeenkomstig artikel 14 van Richtlijn 2002/20/EG van het Europees Parlement en de Raad van 7 maart 2002 betreffende de machtiging voor elektronischecommunicatienetwerken en -diensten (machtigingsrichtlijn) (11).
 

2)

Artikel 2 wordt vervangen door:

„Artikel 2

In deze richtlijn wordt verstaan onder:

 

a)

„GSM-systeem”: een elektronischecommunicatienetwerk dat voldoet aan de GSM-normen, zoals bekendgemaakt door ETSI, met name EN 301 502 en EN 301 511;

 

b)

„UMTS-systeem”: een elektronischecommunicatienetwerk dat voldoet aan de UMTS-normen zoals bekendgemaakt door ETSI, met name EN 301 908-1, EN 301 908-2, EN 301 908-3 en EN 301 908-11.”.

 

3)

Artikel 3 wordt vervangen door:

„Artikel 3

  • 1. 
    De lidstaten doen de nodige wettelijke en bestuursrechtelijke bepalingen in werking treden om uiterlijk op 9 mei 2010 aan deze richtlijn te voldoen. Zij stellen de Commissie onverwijld in kennis daarvan en van een concordantietabel met betrekking tot die bepalingen en deze richtlijn.

Wanneer de lidstaten die bepalingen aannemen, wordt in de bepalingen zelf of bij de officiële bekendmaking daarvan naar deze richtlijn verwezen. De regels voor die verwijzing worden vastgesteld door de lidstaten.

  • 2. 
    De lidstaten delen de Commissie de tekst mede van de belangrijkste bepalingen van intern recht die zij op het onder deze richtlijn vallende gebied vaststellen.”.
 

4)

Artikel 4 wordt geschrapt.

Artikel 2

Inwerkingtreding

Deze richtlijn treedt in werking op de twintigste dag volgende op die van haar bekendmaking in het Publicatieblad van de Europese Unie.

Artikel 3

Adressaten

Deze richtlijn is gericht tot de lidstaten.

Gedaan te Straatsburg, 16 september 2009.

Voor het Europees Parlement

De voorzitter

  • J. 
    BUZEK

Voor de Raad

De voorzitster

  • C. 
    MALMSTRÖM
 

  • (1) 
    Advies uitgebracht op 25 februari 2009 (nog niet bekendgemaakt in het Publicatieblad).
  • (2) 
    Advies van het Europees Parlement van 6 mei 2009 (nog niet bekendgemaakt in het Publicatieblad) en besluit van de Raad van 27 juli 2009.
 

Deze samenvatting is overgenomen van EUR-Lex.